LOME.
J a ar gang.
1865. N°. 109. Zalurdag 25 Februarij.
3 A,
lie f 343/4.
granen heden hoon,,
jeuegen koopevs, zoow,
waren borger geste®.
6,90, Rogge f 4.71
Boekweit f
Rnardenboi
rwtcn f a f-
h 1'
:en.
2>/s pet.
6U
3
ï;u'
4
*l/2 -
5 n
1 9 41'
4
li.i' j
9
811'
6
4-1'
18k"
s
39'
3 l
40'
5 p
591
n
79'
5 i,
05'
2lls
3(J
3
*1,
ID.
koramaudaiit,
ile korps stedelijl
autoriteiten,
liefdadige bijdra
gejuicht door \1u11
ïutterij gegera»
it voor hem onda
ag gezin heeft»
M. J. E. PUT.
jn, is verschenen
taort van Route.
All N.
ETSEN;
|re 3>~
TLISSINGSGH VEEEBLAD.
wordt verwnclitl
BUREAU:
F. H. SCHIFFER.
Dit Blad wordt wekelijks, des Zaturdags uitgegeven.
Abonnementsprijs, per drie maanden, 80 Cents, franco
per pust 95 Cents. Afzonderlijke nonuners 10 Cent.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeur* 11.
.f-*
Nieuwendijk H no. 10].
VLISSINGEN.
Advertentie» gelieve men aan den Uitgever in tc
zenden uiterlijk Donderdag avond ten 8 ure; de prijs
van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10
Cents, behalve 35 Cents zegelregt voor elke plaatsing.
TT DP.
Prijs 00 cciitj
UISS1NCEK.
Verleden zondag is in al de kerken van het bisdom van
Haarlem een herderlijke brief voorgelezen van zijne doorluch
tige hoogwaardigheid den Bisschop van Haarlem, mgr. G. P.
Wilmer, waarbij de geloovigen langs den lherarehieken weg
worden bekend gemaakt met den algemeenen zendbrief (ency-
kliek) van Zijne Heiligheid Paus Pius IX, en waarbij den ge
loovigen tevens de officiële tekst van genoemden zendbrief
wordt medegedeeld. De herderlijke brief des Hoogwaardigen
Bisschops luidt als volgt:
„Reeds op dezen zondag komen wij U, B. G., den aanstaan
den H. Vastetijd aankondigen, omdat wij daarbij vele en ge-
wigtige zaken moeten mededeelen, welker bekendmaking wij
heden beginnen, om die op zondag e. k. ten einde te brengen.
En, B. G., niet zoo zeer zijn Wij het die tot U zullen spre
ken, dan wel Zijne Heiligheid zelve Pius IX, die als Opperher
der der geheele kudde van Jesus Christus, als opvolger van den
H. Petrus, voor wien onze Goddelijke Verlosser heeft gebeden,
opdat zijn geloof nooit zoude bezwijken, tot alle geloovigen der
aarde zijne stem verheft, oin, gelijk het zijne roemwaardige
Voorgangers gedurende achttien eeuwen deden, hen te waar
schuwen tegen ongeloof en dwaling, hen te behoeden voor de
verleiding, en hen alzoo te bevestigen en te versterken in bet
alleen zaligmakend Geloof der Éóne, Heilige, Katholieke en
Apostolische Kerk, waarvan Christus zelf de stichter, de hoek
steen en voltrekker is. (Hebr. XII, 2. Eph. II, 20.)
'tl? waar, B. G., de Rondgaande Zendbrief met de daarbij
behoorende stukken van Zijne Heiligheid is reeds in veler han
den, zoowel van onkatholieken als katholiekeneen bewijs voor
zeker van het gewigt des onderwerps wat daarin behandeld
wordt, en niet minder van het gezag, dat de ongeloovige wereld,
ook barer ondanks, hecht aan de Pauselijke uitspraken, wier
majesteiten kracht duizend lasteringen en verguizingen in niets
kunnen verminderen, terwijl zij daardoor zelfs bij den vromen
katholiek nog in waarde stijgen.
Dien ten gevolge houden wij ons overtuigd, dat, mogte ook
de voorname inhoud van het Pauselijk schrijven U bekend zijn,
de herinnering daaraan U, als ware kinderen der II. Kerk, wel
gevallig zou wezen. Doch, B. G., er is meer: wij hebben de
plegtige afkondiging daarvan noodzakelijk geacht, opdat de
veroordeelde dwalingen en tegenovergestelde waarheden U zou
den bekend worden zonder vervalsching of verminking, gelijk
zij van het Opperhoofd der kerk zelf zijn voorgedragen, en
daarenboven op die wijze, gelijk de kerkelijke Hiërarchie dat
vordert, dat is: door eene wettige mededeeling van den Paus
aan de Bisschoppen, door deze aan de Pastoors en door de Pas
toors en hunne medehelpers aan de geloovigen.
De tijd ontbreekt ons en wij achten liet ook overbodig, oin
U, B. G., door vele woorden aan te sporen om de Apostolische
leer, die U gaat voorgehouden worden, met die gevoelens welke
liet II. geloof voorschrijft, van kinderlijken eerbied, liefde en
onderwerping aan 't goddelijk gezag, wat tot U spreekt, te ont
vangen.
Immers, B. G., het is Petrus of liever het is Christus zelf, di
door Pius ons waarheden gaat verkondigen, die wat ook d
'ogen, de hartstogt of het misverstand hiertegen opwerpen,
Waarheden zijn, zoo als zij het immer geweest zijn en altijd
blijven zullen; waarheden, die ons door het goddelijk gezag
kenbaar gemaakt, daardoor zelfs geene andere strekking heb
ben noch kunnen hebben, dan het ware geluk zoo voor den
mensch in 't bijzonder als voor de maatschappij in 't algemeen;
waarheden eindelijk, die wel boven maar nooit in s/rijd met de
rede zijn kunnen, daar èn het licht der rede èn het licht des
geloofs van God, deeeuwigeenoorspronkelijkeWaarheid zelve,
gegeven is."
Daarna volgde de voorlezing van de Pauselijke Encykliek,
met een gedeelte van de korte opgave der voornaamste dwalin
gen van onzen tijd. Het andere gedeelte dezer opgave zal op vol
gende zondagen worden voorgelezen.
Achter de geheele opgave der dwalingen, gaat zijne Hoog
waardigheid in Zijn Herderlijken brief aldus verder
„Zietdaar dan, B. G., eene reeks van valsche stellingen door
Zijne Heiligheid openlijk veroordeeld, opdat de geloovigen die
zouden kennen, en die kennende verwerpen, om de tegenover
gestelde waarheden met een des te levendiger geloof aau te kle
ven en te betrachten.
Ons voorbehoudende den éérstvolgenden zondag daarop terug
te komen, willen wij slechts met een enkel woord nog spreken
van het groote middel, wat Z. H. aan hetslot zijns Rondgaanden
Briefs zoo zeer aanbeveelt, ten einde de gevaren, waarmede zoo
de burgerlijke maatschappij als de katholieke kerk, ter oorzake
dier valsche stelregels bedreigd worden, te voorkomen of af te
wenden, namelijk: een vurig, eenparig en aanhoudend gebed.
Om dit te bevorderen en aan God welgevalliger tc maken,
heeft Z. II. een Vollen Aflaat bij wijze van Jubilé uitgeschreven,
waarvan de tijd nader door Ons bepaald zal worden.
Beginnen wij intussehen reeds van nu af Gods heiligen zegen
daarvoor af te smeeken, dien Wij van onze zijde U allen met
zoo groote en vurige liefde toewenschen, in den naam des Vaders
en des Zoons en des H. Geestes. Amen.
En zal dit ons schrijven op zondag Sexagesima ir, alle kerken
van ons bisdom op degebruikclijke wijze worden afgekondigd."
Dwaas noemen wij de berekeningen der revolutie onzer
dagen, die het Pausschap klein acht en krachteloos en het meent
I te kunnen vernietigen. Wij willen nog niet spreken van het
onwankelbaar vertrouwen, bij den Paus en bij de millioenen,
j die zich geloovigen en kinderen van den Paus noemen, dat bet
j Pausschap is gesticht en gevestigd en bewaard wordt door Ilem,
die God is en Wiens bouwende hand in den duur en in de over-
winning van de vergadering der christenen, die gedragen en
bestuurd wordt door het Pausschap, werkzaam zal blijven, vol-
I geus het gesproken woord, dat, al gaan Hemel en aarde voorbij,
I niet voorbij zal gaan „Gij zijt Petrus en op deze steenrots
i zal ik mijne kerk bouwen, en de poorten der hel zullen haar
niet overweldigen." (Matth. XVI: IS); wij willen nog niet
spreken van al de eeuwen, die over liet Pausschap zijn lieen-
®egaan,ehi die de verwezenlijking van dat gesproken Goddelijk
^woold) (jero'ppverwinnelijkheid van liet Pausschap, tegenover
alle geweld, getuigen. Een blik slechts op lmt_£mrsscliap en
zij lie kracht i-n onze dagen is genoeg, om vnii de
berekening dqr revolutie-mannen onzer tjguw De
1 ware kracht van het Pausschap, wij hepltólen heKtUs
't-~