1864. N 03.
Zaturdag 5 November.
3de Jaargang.
VLISSINGEN.
POLITIEK OYERZIGT.
worden lands
iiando di Nnroié
ii naar Brazilië,
fco-rieo cn Zaran
'met liet vaste la
zal ongeveer i
cl.
as, wed. van L. Stevi
j-
t, geb Marchand d.
i der Plaat, d. M.
ihem, 45 j. J. J. L.
I.
jicbooticn 25 cent
id 39l/2. Lijn-olii
Walcheren, was
vraag bestond, /.oo ht
betaald. Puike jar,
alehersckc Tarw
:1. Gerst zoo Winter
egeerd. Dito Bruincl
jaarne aan 50 cent lw
og weinig voor en
25 ceuts hooger mete
zeer weinig handel
it hooger gekocht. N
vve f 8,50, mindere n
»cht.
4,80.
JO.
liet men aan f 10,50.
f 7,90.
euw was van f 13 tot f
pud.
vat op 6 welcen, ope
ik f 8, Rogge f 5-:
f5 Haver f 3'25-5 8
f 6,15. Winter Kooli
f,25. Marktprijzen ste
|a f 7.Rogge f 5,i
f 4,75, Boekweit f-*i
i f Paard en boot
Crwten f of
a f Kool»
ten.
21l2 pet.
3
4
*1»
5 n
4
5
4'/,
4
*'U
3
5
21
3
a*/»
VL1SSIN6SGH WEEKBLAD.
.V.-/S
BUREAU:
F. H. SCHIFFER.
Dit Blad wordt wekelijks, des Zaturdags uitgegeven.
Abonnementsprijs, per drie maanden, 80 Cents, franco
per po?t 95 Cents. Afzonderlijke nonimers 10 Cent.
Men abonuceTt zich bij alle Boekhandelaren eu Post
directeuren.
Nieuwendijk H 110. 101.
Advertcntiën gelieve men aan den Uitgever in te
zenden uiterlijk Donderdag avond ten 8 ure; de prijs
van 14 regels i3 40 Ceuts, voor eiken regel meer 1.0
Cents, behalve 35 Cents zegelregt voor elke plaatsing.
VLISSINGEN.
Oostenrijk, liet gouvernement, waarop in deze dagen veler
aandacht is gevestigd, verrigt onder anderen twee zaken, die
u-el onze oplettendheid verdienen. Vooreerst de aanneming van
het gevraagde ontslag van den heer minister von Reehberg.
Deze treedt af en wordt opgevolgd door den lieer graaf van
Mensdorft'-Pouilly, een neef van de koningin van Engeland,
Victoria. De moeder dezer koningin en de moeder van graaf
Mensdorff waren dochters van den hertog van Saksen-Qaalfeld-
Coburg. Men meldt, dat het bij deze verandering vooreerst in
liet Oostenrijksche kabinet zal blijven; en men verzekert, dat
deze verandering van minister geene verandering in de Oosten
rijksche politiek, noch binnen noch buiten 's lands tengevolge
zal hebben. Evenwel moeten wij de aftreding van den.heer van
Reehberg en de optreding van den graaf Mensdorff niet geheel
zonder beteekenis achten. In de eerste plaats toch zijn er velen
die beweren, dat de komst van den graaf in het kabinet geken
merkt zal worden door eene daad, die velen zal te vreden stellen.
Welke daad zal dit wezen? Men zegt, dat de graaf, tengevolge
eener reis door Gallicie een rapport heeft ingediend bij de rege
ring, om haar te doen besluiten, den staat van beleg in dat rijk
op te heften. Uit een en ander zou men welligt. kunnen opma
ken, dat. Oostenrijk in de laatste dagen, minder naar de zijde van
Rusland en Pruissen overhelt, en meer zijnen ouden en natuur
lijken bondgenoot Engeland, zoekt. Wij weten toch dat Rus
land met hardheid en barbaarschheid handelt tegenover Polen
en dat het bij Oostenrijk menige poging heeft aangewend ten
einde te verkrijgen om op gelijke wijze tegen Polen te handelen.
Oostenrijk heeft dan ook, ofschoon niet op gelijke wijze als Rus
land, nu en dan Polen met strengheid behandeld. Van deze wijze
van handelen schijnt Oostenrijk thans eenigermateaf te zien, en
dit zal zeker niet vallen in den smaak van Rusland, dat altoos
voortgaat in zijn streven tot vernietiging van de Poolsche natie.
Het zal meer zijn naar den zin van Engeland en Frankrijk, die
ofschoon wel niet gehandeld, evenwel gesproken hebben, ten
voordeele der Polen. In de tweede plaats moet de keuze van een
bloedverwant van koningin Victoria tot minister, streelend en
welgevallig wezen aan Engeland. Deze streeling moge wel zoo
wondergroot niet zijn, als wij haar evenwel in verband beschou
wen met de vermindering van het Oostenrijksche leger, welke
ter wille van Engeland mede plaats heeft, dan krijgt de verande
ring van minister in de gegeven omstandigheden meer beteeke
nis. Te meer nog, omdat deze vermindering vooral wordt toe-
jepast op de Oostenrijksche troepen, die Venetie bezetten. Het
Duitsche leger in Italië staat talrijk, goed gewapend en strijd
lustig tegenover Piëmont, om bij den eersten aanval, die zijde
lings of regtstreeks van Victor Emmanuel zou uitgaan, het
IWiaansche leger te verpletten; en dit leger hetwelk dreigende
tegen Italië overstaat, was een doorn in het oog van Engeland,
•lat aan Victor Emmanuel de hand heeft geboden, om hem langs
•ten weg van roof en ongeregelde heerschzucht tegen den Paus
H te staan. Als dit leger dan verminderd en het gevaar van
•He zijde voor Victor Emmanuel voor 't oogenblik wat geringer
wordt, moet Engeland dit met vreugde zien. Dat Engeland die
'"jffelijkhedeu van Oostenrijk gaarne aanneemt in deze oogen-
wikken, en ook meer toetreedt tot Oostenrijk, komt niet
onwaarschijnlijk voor, omdat keizer Napoléon er zigtbaar naar
streeft, om zich bondgenoot van Rusland te maken, dat hevig
gebeten is op Engeland. Zien de Engelsclien Napoleon de hand
reiken aan den czaar, zij reiken gaarne de hand aan Oostenrijk.
Paimerston, dit is ligt te begrijpen, zag zeer ongaarne, dat Napo
leon zich in de weer stelde, om den czaar te ontmoeten en te spre
ken, en nu er ontmoeting en weerspraak heeft plaats gehad, moet
Engeland zich naauweraansluiten aanDuischland,omop'toogen-
blik, dat Frankrijk eu Rusland zullen zamengaan, met Duitsch-
land op goeden voet te wezen. Engeland moet ook, als het naau-
were aansluiting zoekt bij de Duitsehers, met Oostenrijk begin
nen, want aan den kant van Pruissen zou dit voor 't oogenblik
minder slagen, dewijl in de laatste tijden de vriendschap tusschen
Pruissen eu Engeland zoozeer bekoeld is om de zaak van het
Duitsch-Deensche conflict, dat niet zoo spoedig Pruissen op den
ouden voet van vriendschap met Engeland komen kan en komen
wil. En dit laatste is zoo waar, dat Pruissen ten spijt van Enge
land, allerlei beleefdheden bewijst aan Frankrijk en welligt niet
ongenegen is, om zich rnet Napoleon op den gevaarlijksten weg
der revolutie te wagen. Wat er van wezen moge, zal de toekomst
leeren. Dit is zeker, dat Oostenrijk, hetwelk bekend staat als
eene mogendheid, die voorzigtig en langzaam handelt, nog wel
niet duidelijk openbaart in de keuze van den heer Mensdorff en
in de vermindering van het leger, welke politiek gevolgd zal
worden, maar wij meenen toch niet te veel te zeggen, als wij
beweren, dat keizer Frans Josef met eenige beteekenis in den
zin, als wij verklaard hebben, tot beide daden schijnt te zijn
overgegaan.
Men zegt, dat Garibaldi verklaard zou hebben, dat hij, indien
de opstand in Venetie nog acht dagen stand hield, zich aan de
spits der opstandelingen zou plaatsen. De correspondent van
de Union gelooft, dat een der zonen van den held? van Caprera
zich met wapenen en geld heeft begeven naar eene troep van de
oproermakers, de tijding te gelijk brengende dat zijn vader
zich weldra bij den opstand voegen zou. Ondertusschen roept
de Diritlo uit: «goede tijding! De onzen houden stand. Zoe
ken wij alle mogelijke middelen om hen te helpen. Er moeten
comitée's gevormd worden, hier en ginds.Binnen kort zult
gij tijdingen hooren van groote gebeurtenissen, als de fortuin
ons meeloopt. Hopen wij, maar in 's hemels naam," helpt ons."
Dit artikel is de leus van de comitée's van Turijn en van de
eenheids-mannen. Maar wat is dan die zoo hoog opgevijzelde
opstand? Eenige roodhemden hebben zich gewaagd op het
grondgebied van Oostenrijk, om opstand te maken. Zij zijn
uiteengejaagd en naar de bergen gevlugt en houden daar zooge
naamd, stand. Eenige Garibaldianen dus hebben kunnen ont
snappen aan de Oostenrijkers en dolen op de bergen; en zij
veroorzaken in dit oogenblik meer ongelegenheid aan hét kabi
net van Turijn dan aan dat van Oostenrijk. Want deze bewe
ging, die weerklank vindt onder de vele aanhangers van Gari
baldi, maakt de gemoederen van-de mannen, wier leus is,
Rome en Venetie, meer gAndei en (Me,¥^rklank dringt door
tot in de kamers van Turijslen hitst de a&dyaardigdeti der lin
kerzijde, gedurende de disdhssiën in h"êh parlement hevig op.
V-- v
V i
x._ JD-"