VLISSINGSCH WEEKBLAD. 1864. N0. 66. Zalurdag 30 April. 2de Jaargang. T E U IJ. F. H. SCHIFFER. VLISSINGEN. POLITIEK 0VERnr.Tr 'immer, d. A. H. Sesseler. M. C'allenfels, geb. Boske-, 15 m. J Dobbelaar, z. f Roy, z. 7 m. C. J. TJ/ebra 22 m. C. de Vries, wed., aarboven. Op no. 15911 en 17899 f 4(j 00. Op no. 1 SI 1 f 1000. i no. 13434 f 5,000. Op emie van f 3,000. ten. pril. t. Kanariezaad 25 cent hoo»». f 8,75 - 5,40 - - 4,20 - 4.20 - - 2,80 - - 3,60 - - 5,40 - 222 - 6,2a - 7,— - 8,75 -15, - 10,2a -11,2 ril. einig graan ter markt, do< die nagenoeg meestal vovit et aangeboden. Gerst ofscho soorten koopers tot vork Bruineboonen tamelijk gi gehouden, daarin ging biji :h zonder handel. Men kocht f8. ten was hij het einde der benr ,ptie als voor verzending va.- bben, doch was niet ter veil, ooplijk. i verlaten, doch op het laat rieden de f 5,50 per mud t ten, voor mesting f 6 betaalt 'reden de f 13,75 zou men uit s ons eenige verandering bt tikelcn aan de Rotterdamse! moteevd. Tarwe f 8 a S,5V j Zomergerst f 4,S5 a f 5,1'. 'aardeuboonen f 5,25 u f 5,51 1. 90 a f 8,15, Rogge f 5,4! 1' 5,a f 5,25, Boekw neboonen fa f - a f \Yitte Erwtci aauwe dito f ii f ?cten. 2'/o pet. 63 3 75'/, 4 99Vh 4'/, 5 9 63li 4 703/s vie 5 SS1/» 6 48'1, 1871/. 4>/o SS'/j 4 693h 2»/4 45'% 3 ti 49'/s 5 58 5 81 5 65 2 29*/, 3 786 21/, TE Y LISSIK GEN. BUBEAD: Dit Blad wordt wekelijks, des Zatuvdags uitgegeven. Abonnementsprijs, per drie maanden, 80 Cents, franco per po9t 95 Cents. Afzonderlijke nommers 10 Cent. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post directeuren. Nieuwendijk H no. 101. Adverteutiën gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk Donderdag avond ten 8 ure; de prijs van 14 regels 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents, behalve 35 cents zegell'egt voor elke plaatsing. Men kan niet zeggen wat schandelijker is voor Engeland, of de vergoding waarvan Garibaldi het voorwerp geweest is, of het spoedig einde maken aan zijn zegetogt. Deze opmerking van liet Weekly Register is zeer gepast. In beide gevallen heeft Engeland zich eene groote schande op den hals gehaald, eerst heeft het als koning en groot man behandeld den gelukzoeker, wiens heldendaden zich bepalen tot verraad, en die zich op eene schandelijke wijze heeft laten tegenhouden door een eenvoudig kolonel, wanneer het verraad hein niet meer ten dienste stond; daarna, verschrikt door het uitwerksel, voortgebragt bij den vreemdeling door de aanbiddingen en de eerbewijzen aan Garibaldi, is Engeland eensklaps van handelwijze veran derd, het heeft hem buiten de deur gezet, dien het den vorigen dag met liefde opnam, en dien de vermoedelijke erfgenaam van de kroon had meenen te moeten complimenteren als neef en. broeder. Engeland wilde Europa verschrikken en heeft zelf de meeste vrees; lord Palmerston verbeeldde zich dat deze demoustratiën. den Pausselijken troon zouden doen schokken, en hij heeft daardoor zijne eigene magt zien verminderen. Thans scheept de held zich in naar Caprera, onder bewaking van den hertog van Sutherland, die belast is om zich te verze keren dat het banvonnis ten uitvoer wordt gebragt; het blijspel van 14 dagen is geëindigd, de tweede togt van Aspromonte is geëindigd als de eerste. Thans weet Europa wat het mag denken van EngelandJtnz- zini en Garibaldi zijn deszelfs werktuigen; Stansfeld, Palmer ston, Bussell en Gladstone zitten voor in liet bestuur barer staatkunde, men kan zich daaromtrent niet vergissen. Men mag Engeland ofliciëel nog ontzien, niemand kan liet achten noch geloof hechten aan deszelfs schoonste verklaringen van menschlievendheid en vriendschap. De reis van Garibaldi heeft eene groote dienst bewezen aan Europa; zal men er voordeel van trekken om den vrede op hechte grondslagen te vestigen? De dertien diplomaten, die zich eindelijk gisteren te Londen vereeuigd hebben, moeten een Moeijelijk vraagstuk oplossen, dat ongetwijfeld eeuen langen arbeid van hen zal eischen. Welke zijn de wederzijdsche regten van Duitsohland en van Denemarken in de zaak der hertog dommen? Hoe ver gaan de aanspraken van Pruissen? Hoever moet men de oude protokollcn van Londen in acht nemen? Iloe zal men de moeijelijklieid uit den weg ruimen, indien men er niet in slaagt de wederzijdsche eischen van Denemarken, Pruis sen, den Duitselien bond, koning Christiaan IX, den hertog- van Augustenbnrg, de .Scandinavische bevolkingen deDuitscbe bevolking van Sleeswijk te vereenigen? Zalmen zich beroepen op den sterkste? Zal men den wil der geïnteresseerden raad plegen? En in liet laatste geval welken weg zal de raadpleging inslaan de stemming van eene nationale vergadering of de algemeene stemming? zal men zich verder aan het regt houden, of zal men dit regt met de belangen van den tijd zoeken te vereenigen; zal men namelijk eene definitieve oplossing verhingen of zal men zicli niet eene provisio- neele vereenigen? En indien een wapenstilstand niet onmid dellijk liet status quo aan de oorlogvoerenden oplegt, wat zal wen dan doen met Jutland, dat zeker geen weerstand zal bicden aan den Oostenrijksch-Pruissischen inval? De eerste vraag, die beantwoord zal moeten worden door de vergadering zal zijn over den wapenstilstand cn het status quo; maar men zegt reeds dat Denemarken, dat den wapenstilstand te land aanneemt, er geen ter zee wil, dat liet zich namelijk voorbehoudt den oorlog voort te zetten aan dien kant, waar het de meeste krachten heeft. Pruissen en Oostenrijk zullen kunnen antwoorden, dat zij ook den wapenstilstand aannemen, maar alleen te water en niet te land. Om een einde aan dat geschil te maken, zullen er ver scheidene dagen misschien weken noodig zijn, gedurende welke het vereenigde leger Jutland zal kunnen veroveren. Dan zal men een fait accompli hebben, hetwelk Dnitschland tegenover Engeland niet zal laten varen. Het werk der dertien diplomaten zal wezenlijk moeijelijk zijn. Indien Frankrijk en Engeland geen oorlog willen, zuilen de onderhandelingen lang kunnen duren. De conferentiën van Londen over de vestiging van he.t koningrijk Belgie zijn na drie jaar afgeloopen; moet de confe rentie, die nu geopend wordt, zoo lang stand houden? Het is niet waarschijnlijk, wie weet hoe binnen 3 jaar de kaart van Europa veranderd is? Denemarken, de Donauvorstendommen, Polen, Italië, Tunis en Turkye, hoe vele toortsen, die ieder oogen- blik het tegenwoordig gebouw kunnen doen ontvlammen? Te Weenen wordt de reis van den koning van Pruissen voor Jutland beschouwd als een voorafgaand protest van liet Berlijn- sclie kabinet tegen de meerderheid der gouvernementen, die op de conferentie te Londen vertegenwoordigd worden. Pruissen vooral is geneigd om den oorlog door te zetten. Zoodra de Dup- peler schansen genomen waren, en liet wapenfeit geschied was, dat gehoopt werd voor den aanvang der conferentie, om een oogenblik te hebben te midden van den strijd, waarop e n wapenstilstand zou kunnen worden voorgesteld, haast de koning van Pruissen zich naar het toon cel des oorlogs, 0111 zijne solda ten, verhit van de overwinning, nog aan te wakkeren, en zon der tusschenpozing te doen voorwaarts rukken, om Jutland te bezetten. De Lenen hunnerzijds, ofschoon hun geleden verli.-s groot was, geven den moed niet op. In tegendeel de tijding van de verovering der Pnppeler schansen heeft te Kopenhagen, in plaats van ontmoediging, verbittering en het besluit, om tot het uiterst tegenstand te bieden, ten gevolge gehad. Volgens een cm brief uit Kopenhagen zal het eiland Alsen door de Denen ont ruimd worden, en het leger van dat eiland zal gebragt worden tot 30,000 man die Jutland zullen bezetten, 0111 dan de gealli eerde legers aldaar het hoofd te bieden. De koning van Pruissen geeft voor, met de bezetting van Jutland geen ander inzigt te hebben dan om de Denen te noodzaken tot vergoeding van tien laatstcn penning zelfs der schade, welke de Duitsche marine lijdt; waarschijnlijk ook, om Denemarken te dwingen tot beta ling van alle oorlogskosten. Oostenrijk moet, volgens tijdingen van verschiUende?k#nten ontvangen, zich eerst' verzet hebben tegen het zoo spoedig voortrukken der Pruissen en het bezetten van Jutland, maar optie verzekering van Pruissen, dat het inne men van Jutland geschieden zou met het doel, om schadever-

Krantenbank Zeeland

Vlissings Weekblad | 1864 | | pagina 1