De toekomst van Duitschland EEN SLAPERDIJK In handen van Een moeilijke Jjjfers VolgenB de laatste gegevens zone van Duitschland weer 10.998 lagere scholen met 68 scholen met 44.079 leerl.) 584 middelbare scholen me scholen met 7655 leerl.) 1304 vakscholen met 327.77 203 scholen voor mijnwerke 276 inrichtingen weeshuiz (Berlijn 22 met 824 leerl.) 20 normaalscholen (opleid! 3000 leerlingen. 6 universiteiten met ongeV 7 academies met Iets meer Aan deze inrichtingen van krachten verbonden (Berlyn Voor Berlijn alleen zijn 600. drukt, terwijl voor het onder 35.000 boeken en brochures zijn in de Britsche bezettings open: 2.386.651 leerlingen. (Berlijn t 215.288 leerlingen (Berlijn 19 8 leerlingen, rs met 4628 leerlingen, en, enz.) met 22.381 leerlingen. ng voor onderwijzer) met ruim eer 17.000 studenden. dan 4500 studenten, onderwijs zijn 52.029 leer- 1763). 000 nieuwe schoolboeken ge- wijzend personeel ln die stad verschenen. Er is hard gewerkt Wij somden deze cijfers voor U op om u een kleinen Indruk te geven van hetgeen in on geveer een jaar tijds in de Duitsche onderwijs-wereld cn- der leiding van de bezettings autoriteiten bereikt is. Het onderwijs in Duitschland kwam tijdens de oorlogsjaren in de verdrukking tengevolge van evacuatie en oorloghande lingen. Langen tijd voor de ca pitulatie en nog geruimen tijd daarna waren de meeste scho len gesloten. Nu gaat in de Britsche bezettingszone het grootste deel van de kinderen weer normaal naar school. Voor het zoover kon komen, moest er veel werk verzet worden. Een groot aantal schoolge bouwen was verwoest of ver nield. Waar geen scholen meer waren, moest men zoeken naar gebouwen, waarin een school geopend kon worden, iets dat niet meeviel in steden als Hamburg, Osnabruck en Ber lijn, waar bTjna geen huis on beschadigd bleef. De gedeelte lijk vernielde scholen, werden zoo goed en zoo kwaad als het ging „bedrijfsklaar" gemaakt. Erg water- en winddicht zyn de meeste schoolgebouwen nog niet, zoodat onderwijskrachten en leerlingen met huiveringen aan den komenden winter den ken. Kolen voor de schoolka- chels zullen dan waarschynlijk nog niet verstrekt worden. Van Nazi-smetten vrij Een tweede moeilijkheid, de belangrijkste, was het vinden van geschikte leerkrachten. Aan de oude onderwijze:-.; en leeraren, zelf opgevoed in de nationaal-socialistische ideo logie, kon men de kinderen niet meer toevertrouwen. De goede Duitschers, van nazi smetten vrij, beschikten vaak niet over de noodige kennis en hadden de capaciteiten niet voor hst beroep van onderwij zer of leeraar. Toch vond men een aantal onderwijskrachten om te be ginnen en enkele normaal scholen werden zoo spoedig mogelyk weer open gesteld. Maar ook hier was hetzelfde probleem. Wie kon de toekom stige onderwijzers en leeraren onderwijzers en leeraren en verantwoordelijke taak onderwijzen? Weer zoeken en schiften, tot men een kern had, die het werk kon beginnen. Aan de normaalscholen zijn thans twee cursussen te vol gen: de gewone, die twee jaar duürt en een volledige oplei ding tot onderwijzer geeft en een spoedcursus van ongeveer een jaar. Deze spoedcursus dient om het tekort aan on derwijzend personeel zoo snel mogelijk te overbruggen. De cursus is tijdelijk. Zoodra de toestand normaal te noemen is verdwijnt zij van het roos ter. Nieuwe schoolboeken noodig De nationaal-socialistische propaganda was zelfs doorge drongen tot in de schoolboe ken. De geschiedenisboeken, de aardrijkskundeboeken adem den allemaal den geest van Hitler's verderfelijk systeem. Ook in de eenvoudigstej*^ken- boekjes sloop de nazlwgeest binnen. Als in de Nederland- sche rekenboeken Jan, Piet en Klaas een mand met appels moeten verdeelen, dan moes ten in de Duitsche boeken drie Hitlerjongens dat baantje op knappen. En als by ons de heer Pieterse met een snelheid van 6 km. per uur een lan gen weg ging afwandelen om ergens den heer Janse te ont moeten, dan marcheerde in Duitschland S. S.-man Hein- rich.. De oude boeken moesten dus met de oude leerkrachten ver dwijnen. Nieuwe schoolboeken zijn evenwel niet zoo een-twee- drie geschreven en gedrukt en daarom gebruikte men, na ze aan een onderzoek te hebben onderworpen, boeken, die voor 1933 op de Duitsche scholen in omloop waren. Deze boeken zjjn allereerst verouderd en dan spreekt de militairistische Duitsche geest ,die voor 1933 ook bestond, er uit. Daar men voor alles de Duitsche jeugd ver wil houden van wapenge kletter en heldenvereering, stelt men pogingen in 't werk om deze „noodhulpboeken' snel te laten verdwijnen en ze te vervangen door nieuwe, die er toe kunnen bijdragen om de jeugd in democratischen zin op te voeden. Groote verantwoordelijkheid De toekomst is aan de jeugd en de Duitsche toekomst zal bepaald worden door de hou ding van de Duitschers, die nu nog kinderen zijn. Het is dus noodzakelijk, dat de Duit sche jongens en meisjes opge voed worden tot onafhankelijk denkende menschen, want al leen met zulke Duitschers zal het mogelijk zy'n samen tc le ven in Europa. De onderwij zers en leeraren dragen met hun zware taak van opvoeders de verantwoordelijkheid voor de toekomst van Duitschland. En de ouders? De onderwijzers en leeraren ITünnen geselecteerd worden, maar de opvoeders bij uitstek, de ouders, hoe is het daar mee? Hoe angstvallig er in de on- derwysinstellingen ook wordt gewaakt voor het toch nog doordringen van nationaal-so cialistische ideeën, buiten de school hebben de onderwijzers hun pupillen niet meer in de hand en heel gemakkelijk kan een vader of moeder, die min of meer fanatiek aanhanger of aanhangster was van de party of van de nationaal-so cialistische gedachte, het werk van de school bederven. In de onderwyswereld wordt dit ingezien en daarom is ook de heropvoeding van de vol wassenen een belangrijk pro grammapunt. De volwassenen bereikt men met lezingen, vooral op de volkshoogescho- len. Men zoekt naar goede krachten, die nog in het Duit sche volk leven én gebruik makend van deze krachten, probeert men te komen tot den opbouw van een nieuwen Duitschen geest, die verderen neergang in de maatschappe lijke omstandigheden zal voor komen, die een stuwende kracht heeft in de goede rich ting. Zweefvliegers kunnen binnenkort starten De Walchersche Zweef vlieg club kan binnenkort starten. Voor de Zeeuwsche zweefvlie gers zal dit een welkome tij ding zijn. Ongeveer een jaar geleden bespraken wij in een kort ar tikel den slechten toestand van het vliegveld Vlissingen en wij wezen op de onmogelijk heid van een spoedigen op-« bloei van het Zeeuwsche lucht vaartwezen in verband hier mee. Niet alleen het ontbre ken van een goed landings terrein vormde voor de zweef vliegers een belemmering met hun ranke toestellen het lucht ruim boven het eiland Walche ren te kiezen. Het materiaal van de W. Z. C. was tenge volge van de oorlogshandelin gen geheel verloren gegaan. De grootste moeilijkheden zyn thans uit den weg ruimd. Het vliegveld Vlissingen ver toont nog steeds een rommeli- gen aanblik en is onbruikbaar Gelukkig heeft de W. Z. C. in samenwerking met de Z. C. L. S. K., dq zweefvliegclub van de op het vliegveld Woens- drecht gelegerde militaire vlie gers in opleiding op Zaterdag middagen en Zondagen de be schikking gekregen over het genoemde vliegveld, dat zich voor het zweefvliegen uitste kend leent, zoo vernamen wij tijdens een deze week gehou den ledenvergadering van de W. Z. C. De materialenpositie heeft zich in een jaar tijds zoo ver beterd, dat de W. Z. C. een lestoestel, een metalen E. S. G. gebouwd by de Schelde in Dordrecht, kon huren bij de Kon. Ned. Ver. voor Lucht vaart. Een kabel kon gekocht worden en een lier en ophaal- auto zullen binnenkort klaar zyn. In Augustus zal waar schynlijk een prestatie-toestel voor de W. Z. C. gereed ko men. Samen met de militaire zweefvliegers zullen de leden van de Walchersche Zweef vliegclub dus binnen enkele weken hun eerste starts maken Momenteel kunnen er bij de W. Z. C. nog enkele leden ge plaatst worden. Inlichtingen verstrekt de secretaris, de heer Aert de Munck, Nieuwe Burg 11, Middelburg. Zittingen van Verbindingsambte naren van hel Ministerie van Handel en Nijverheid Belanghebbenden maken wy er op attent, dat de heer J. L. Wijt, verbindingsambtenaar van het Ministerie van Handel en Nijverheid gedurende de maand Juli 1946 in Zeeland zitting zal houden op de ka mers van Koophandel op de navolgende dagen en uren: Terneuzen: Vrydag 12, 19 en-26 Juli van 911 uur v.m. Middelburg: Vrydag 12 en 26 Juli van Nieuw licht op Zeeland's onstaan „Luctor et Emergo" is een delyk, dat op verschillende spreuk» die voor de Zeeuwen waar zal blijven, zoolang Zee land er zal zyn. Vanaf de eerste bewoning van de Zeeuwsche eilanden tot op den dag van vandaag, is de strijd tegen het water gevoerd en hij zal in de toekomst niet verslappen. Wanneer we ons in dit ar tikel beperken tot Zuid-Beve land, dan is daar niet mee ge zegd, ört de verschijnselen el ders niet, of minder sterk voorkomen. De reden voor de- beperking ligt in het feit. dat men momenteel juist daar op de bres springt om het eiland te beschermen. Een tiental jaren geleden werden oevervallen geconsta teerd in de buurt van het Goeesche Sas. Later zijn daar op de dijkvallen in den Wilhel- mlna- en Oost-Bevelandpolder gevolgd. Na den dijkval in den Wilhelminapolder in Maart 1943, werd het door deskun digen geenszins onmogelijk ge acht, dat de dijk van Katten- dijke naar Wemeldinge een zelfde lot zou treffen. En, of schoon de aangerichte schade in de Wilhelmina- en Oost-Be- velandpolder aanzienlijk was, zij is toch niet te vergelijken met het nadeel dat een dijk- in de kern van Zuid-Beve land, te weten de Breede wa tering bewesten Yerseke, met zich mee zou brengen. Binnen zeer korten tijd zouden daar groote, bewoonde gebieden on der water komen te staan. Om dit gevaar te voorkomen waren er twee mogelijkheden. De eerste, een defensieve en daarom minder juiste oplos sing, bestond in het aanleggen van een slaperdijk achter het bedreigde stuk. De andere mo gelijkheid lag in een agressief optreden tegen het water door h't leggen van zinkstukken en het storten van steen. Men heeft het vraagstuk echter niet op deze tWeede manier opge lost. Waarschijnlijk zal in het gebrek aan materiaal en aan transportmiddelen de reden liggen, waarom men tot het aanleggen van een slaperdyk zijn toevlucht genomen heeft; een oplossing, die bovendien veel goedkooper is. De werkzaamheden aan de zen dijk zijn sedert Mei in vol len gang, nadat reeds vorig voorjaar de toebereidselen, in den vorm van grondboringen, terreinmetingen, grondonteige ning enz. getroffen waren. Vanaf den zeedijk, ter hoog te van het stoomgemaal, kon men de graafmachine en de hei-installaties gadeslaan. Er wordt gewerkt aan het gat voor de sluis, die in den nieu wen slaperdyk gebouwd zal worden. Het valt op, dat een groot gedeelte van den uitgegraven grond zwart-bruin gekleurd is. Opgeworpen tot een kleinen heuvel, vormt hij een duldelyk contrast met de lichtgrijze klei gronden. Deze grond is het veen, dat op deze plaats als een dikke laag onder de klei' ligd, maar dat, naar thans vast staat, lang niet overal In den ondergrond aanwezig Is. Veengrond in Zeeland Bij onderzoekingen, geduren de de laatste twintig jaren, door geologen van den Rijks- Waterstaat verricht, werd dui- 24 uur n.m. Zooals reeds eerder in ons blad is medegedeeld, kunnen met dezen ambtenaar alle moeilijkheden besproken wor den, terwyl door hem alle ge- wenschte inlichtingen betref fende overheidsmaatregelen op het gebied van handel en nij verheid, worden verstrekt. plaatsen het veen ontbrak en niet slechts daar, waar het in vroeger eeuwen voor de zout en brandstofwinning afgegra ven was. Door systematische grond boringen te verrichten is mej, A. W. Vlam, die in op dracht van Rijks Waterstaat werkte, er in geslaagd, eenige jaren geleden deze veenlooze gebieden in kaart te brengen. Breed in het Zuiden en naar het Noorden toe smaller wor dend, bleken er veenlooze strooken door de Breede Wa tering te loopen. Verder bleek, dat de dorpen vrijwel steeds op deze strooken liggen. Zoo ligt b.v. Hansweert op een veenlooze strook die N.O.- waarts in de richting van Krul- ningen doodloopt. Biezelinge ligt op een zeer breede strook, die zich in Dyk- wel vertakt in een N.O. ge- richten arm, die naar Wemel dinge loopt, en een N.W. ge richte afsplitsing, die verder gaat naar Goes. Bij Abbekinderen sluit op de ze laatste strook een N.Z. ge richte strook aan, waarover de 's-Gravenpoldersche straat weg loopt. Even ten Zuiden van Goes splitst zich een smalle strook af naar 's-Heer Elsdorp; de andere, breedere baan loopt door Goes heen en buigt ten Noorden van de stad naar het Westen, waarop de dorpen 's- Heer Hendrikskinderen en 's- Heer Arendskerke liggen. De verklaring over het ont staan van deze strooken ont- leenen we aan Mej. Vlam, die op dit onderzoek in 1942 pro moveerde! Vóór de bedijking van de Breede Watering, werd het veeniandschap, zooals zich dat omstreeks het begin van onze jaartelling gevormd had, door sneden door kreken. Het zee water, dat door deze kreken stroomde, overstroomde by hoogwater het veen en de mee- evoerde kleideeltjes konden daar bezinken. In de kreken zelf was uiter aard de snelheid van het water grooter, zoodat daar slechts de grovere deeltjes, in casu de zanddeeltjes bezinken konden. Toen het gebied ingedijkt werd lag het met vette klei bedekte veengebied hooger dan de, eerst met grof zand en later met zandige klei, dichtgeslibde kreken. In den loop der eeuwen Is het veen echter sterk ingeklon ken, terwijl het zand slechts weinig gezakt is. Het gevolg is geweest, dat de veenlooze ge bieden, de oorspronkeiyke kre ken dus, hooger kwamen te liggen, zoodat men daarop, in verband met de afwatering en het verkrijgen van zoet wel water, de dorpen en boerderij en vestigde. Terloops zij opgemerkt, dat voor de kernen van Walcheren en Schouwen éénzelfde verkla ring geldt. De hooger gelegen ruggen, die wij thans hier en daar in de Breede Watering zien, zyn deze veenlooze, opgevulde kre ken uit den tijd van voor de bedijking. Ze bestaan uit zan dige klei. die naar beneden toe overgaat in zand. De laagge legen kommen, tusschen deze ruggen gelegen, bestaan daar entegen uit vette klei, afgezet op veen. De groote verdienste van geologen als Dr. Steenhuis en speciaal in dit geval Dr. Vlam, die in den laatsten tijd Zee land's bodem onderzochten, is c'.ze nieuwe theorie te hebben gegeven, omdat daardoor een nieuw licht geworpen werd op he': ontstaan van Zeeland. C. L.

Krantenbank Zeeland

Vrije Stemmen. Dagblad voor Zeeland | 1946 | | pagina 4