Een vrije middag Nieuwe jurken voor onze dochters Mensch of Aap Culinaire perikelen Peulvruchten Het is de overgangstijd van de oude naar de nieuwe aardappelen, het seizoen, waarin het aardappel rantsoen noodzakelijkerwijs tijde lijk vermindert. Hoe dit aan te vullen? In tegenstelling met de laatste jaren beschikken we nu over de distributievrije peulvruchten. We kunnen hiervan goed gebruik maken door op de aardappellooze dagen een peul vruchtenmaaltijd te geven. Wat denkt U van een stevige boonen soep of als het een warme zomer- sche dag is van erwtensla als maal tijd? train* boonenac e p. - 500 g, (3'/j kopje) Witte of Bruine Boonen (500 gr. aardappelen), 2 li ter water of l1/» liter water en liter melk, J/4 kg. groente, zooais spinazie, raapstelen, prei, selderij, peterselie of gemengde soepgroen ten. 20 gr. (l1/* eetlepel) boter, mar garine of vet, zout, aroma, peper (surrogaat). De boonen wasschen, weeken en gaarkoken. De schoongemaakte en in stukken gesneden aardappelen toevoegen en een uur meeko ken. De aardappelen en de boo nen fijnmaken. De gewasschen prei, of ui, fijnsnipperen en heel lichtbruin bakken in de boter, de margarine of het vet. Deze aan de soep toevoegen (evenals de melk) en haar roerende aan de kook brengen. De soep op smaak af maken met zout, peper (surrogaat) en aroma en tenslotte de zeer fijn gesneden, rauwe groenten toevoe- Erwetensla- 800 gr. Erwten, 1 bloemkool, 200 a 400 gr. zure Zult, 40 gr. (ruim 2 eetlepels) boter of margarine, azijn, zout, aroma, (peper, mos terd), fijngehakte peterselie. De erwten weeken, zeer gaar ko ken. Ongeveer 3 kopjes erwten- nat binden met 3 eetlepels aard appelmeel. Erwten en gebonden kooknat koud laten worden. De bloemkool wasschen en in stuk jes verdeelen en in de gesloten koekenpan met de boter of mar garine zachtjes gaar smoren. Het erwtennat zeer pikant van smaak maken met zout, aroma, azijn, (mosterd, peper). De erwten, de koud geworden bloemkool en de fijngesneden zure zult erdoor men gen. De sla in een schaal over doen en de fijngehakte peterselie •rover strooien. Brood Het broodrantsoen is met 200 verhoogd ter aanvulling van het tijdelijk verlaagde aardappelrant soen. Brood kan aardappelen niet geheel vervangen, doordat het sommige voedingsstoffen, die ;n aardappelen voorkomen, niet, in mindere mate of slechts van min dere kwaliteit, bevat. Dit zijn o.a. vitamine C en eiwitten. Voor de zen korten tijd is de aanvulling van aardappelen met brood echter zeer aangenaam. Met broodsoep of broodpap kan men de gaatjes stoppen, die de maaltijd met een enkelen aardappel achterlaat. Voelt men niet voor een soep of nagerecht, dan zijn een paar me den brood, bestreken met ..meat and vegetables" en aan weerszij den gebakken, een goed „vleesch- gerecht". Broodpap 1 liter Melk, 150 gr. (3 h 6 sneden) brood, zout (rozijnen). Het brood met iIt liter melk eenige minuten zachtjes koken en fijn wrijven. De rest van de melk toevoegen en de pap eenige minuten doorkoken. Naar verkiezing gewasschen ro zijnen meekoken. De pap afmaken met een snufje zout (en suiker). Spreekuren verbindingsambte naren van het Ministerie van Handel en Nijverheid Belanghebbenden maken wij er op attent, dat ambtenaren aan het Ministerie van Handel Nijverheid zich op gezette tijden in het Noorden, Oosten en Zuiden des lands bevinden om het contact tusschen het bedrijfsleven en dit Ministerie, met inbegrip van de daaronder ressorteerende Rrjksbureaux, te vergemakkelijken. Met deze ambtenaren kun nen eventueele bedrijfsmoeilijk heden besproken worden. Zij verstrekken alle ge- wenschte inlichtingen betref fende Overheidsmaatregelen op het gebied van handel en nijverheid; zij nemen zaken in behandeling, waarbij het per soonlijk onderzoek er zeer toe bijdraagt, de kwestie juist te stellen; zij maken belangheb bende wegwijs inzake de in stanties, met welke zij zich in verbinding moeten stellen; zij' dragen, zoo noodig, bij tot be spoediging van de beslissing over loopende aangelegenhe den, enz. De verbindings-ambtenaren houden, voor wat Zeeland be treft, zitting op de Kamer van Koophandel te Middelburg en Terneuzen, waar men gege vens betreffende data en uren kan verstrekken. JAARBEURS UTRECHT Naar Economische Voorlich ting mededeelt, zal de Najaars beurs te Utrecht, welke van 10 tot 19 Sept. a.s zal worden ge houden, een belangrijke agra rische afdeeling omvatten, ter wijl tevens een collectieve tex- tielgroep aan de jaarbeurs zal worden verbonden. Daar het ondoenlijk zal blij ken alle deelnemers in het Vredenburgcomplex onder te brengen, zal getracht worden de beschikking te krijgen over een terrein, waarop onder meer het grootste gedeelte van de agrarische afdeeling zal wor den ondergebracht. Wij hebben een moeder ge kend, die een groot gezin had en een man, die eveneens aan spraak maakte op een groot deel van haar zorgen. Maar was haar iets te veel, steeds vonden allen haar bereid dat gene te doen wat noodig was. Met uitzondering echter van één middag per week, dien zij vol komen voor zichzelf opeischte. Vriendelijk, doch beslist wees zij dan alle wenschen van haar gezinsleden af met de woorden: Nee, de geheele week ben Het Vrouwenkiesrecht in Belgie De kamer heeft een wetsontwerp var graaf Carton de Wiart in over weging genomen waarbij het stem recht voor de wetgevende kamers aan vrouwen verleend wordt. roodsoep. 100 gr. Oud brood, 1 liter water (en melk) wat soepgroenten, 1 ui boter, margarine of vet, zout, aro ma De groenten wasschen, fijnsnijden en in de boter de margarine of het vei smoren. Het brood in blokjes snijden, met het water aan de groenten toevoegen en zachtjes laten koken, totdat de soep doir het brood gebonden is ongeveer 10 minuten, zout en aroma naar smaak toevoegen. De „vuile boel" van het koken Het Voorlichtingsbureau van den Voedingsraad schrijft: Hoe komt het toch, dat de eene huisvrouw altijd haar ge heele pannen- en servieskast leeghaaldt tijdens de bereiding van de maaltijden, terwijl de andere, met enkele goed geko zen gebruiksvoorwerpen, deze rompslomp vermijdt? Overleg is hierbij een belangrijke fac tor. Het voortdurend wegrui men van het vaatwerk, dat niet meer noodig zal zijn, tijdens het koken, voorkomt de stapels af- wasch. Lepel en vork kunnen tijdens het koken herhaaldelijk worden gebruikt, waneer men ze direct na het gebruik even afspoelt (niet aflikt). Maatbe ker, kopje en keukenbord kun nen voor den maaltijd afge spoeld, gedroogd en weggeruimd worden. Dit zijn korte hande lingen, die gedurende het gaar worden van de gerechten ge daan kunnen worden en vooi; de afwasch een minder grooten stapel overlaten. De pan. waarin het nagerecht is bereid, kan meestentijds reeds vóór den maaltijd worden schoongemaakt, vooral wanneer men er direct na gebruik water in zet. Wanneer men een zeef en/of vergiet noodig heeft, kun nen deze direct na het gebruik worden omgespoeld en opge ruimd. De koekenpan, die vet moet blijven, wordt, nog warm met een schoon stuk papier uit geveegd en direct na gebruik weggezet. Pannen van spijzen, die na het opdoen warm gege ten moeten worden, zet men, terwijl men den maaltijd ge bruikt, in de week, waardoor eventueel aanbaksel losgeweekt en de pan bij de afwasch in een oogwenk schoon is. Legt u er zich eens op toe, met overleg te werken en alles, zoo gauw als dit kan, schoon te maken en op te ruimen. U zult zien, dat het de kokerij veraan genaamt en de beruchte verve lende afwasch aanmerkelijk be kort. Waarom zoudt ge "het u niet wat gemakkelijker maken? voor Moeder ik tot jullie beschikking, nu is het m ii n middag. Zij bezocht dan een tentoon stelling, ging naar een muse um of besteedde „haar" middag op een andere wijze. Bij slecht weer schreef zij briefen of las een boek. En in huis was alles zoo voorbereid, dat iedereen zichzelf kon helpen. Het was deze moeder, zooals zij verteelde, niet altijd gemak kelijk gevallen, om dien eigen middag „voor zich" te houden, doch zij vond het noodzakelijk aan dezen maatregel de hand te houden, wilde zij steeds zich zelf blijven. Haar moederlijke aard om voor allen te zorgen sprak menigmaal sterker dan haar behoefte aan die enkele uren voor persoonlijke genoe gens. Zij heeft evenwel toch doorgezet en nu haar kinderen volwassen zijn, zegt zij: Het instellen van dezen vrijen middag heeft mij voor een groot deel mijn kinderen doen behouden, waar het hun achting en eerbied betreft. Wan neer ik hun vertelde wat ik had gedaan, waar ik was ge weest, wat ik had gezien of be leefd of gelezen, bemerkte ik telkens weer, dat zij niet slechts de moeder in mij zagen, die voor hen zorgde, maar ook een mensch, met belangstelling voor wat er gebeurde, iemand, die het leven zoo veelzijdig moge lijk trachtte te zien. En die „vrije middag" van mij werkte ook op een andere manier gun stig. De kinderen gingen zelf meer op hun vrijen tijd letten en op wat zij er in zouden doen, terwijl ook hun cultureele be langstelling werd gewekt. Ook zij gingen naar een tentoonstel ling, waarvan ik had verteld, naar musea. Bovendien, zij waren na zoo'n vrijen middag van mij wan neer ik dus vaak niet thuis was, als zij uit school kwamen altijd weer blij mij te zien en mij mijn plaats aan tafel te zien innemen. Gewoonte en Sleur maken het mooiste bot en vlak en alledaagsch iets éh dat heb ik willen voorkomen. Veler vrouwen zal het zeker, evenals deze moeder, in den beginne moeilijk vallen zich te beperken in haar offeringsge- zindheid tegenover de gezins leden. Het is evenwel noodza kelijk om grenzen te trekken, zij dienen daar ook het belang van de kinderen mee. Want ook me thun achting en dank baarheid tegenover ons, geven wij hun iets kostbaars voor het leven mee. En gaat niet maar al te vaak de achting voor een altijd slovende, altijd werkende moeder, die nergens ander be langstelling voor heeft, vroeg of laat verloren? Feuilleton ALDER MATIN-MAGOG Vrij naar het Engelsch door D.A.O. 32 Dat Rolands ziel bij haar was en de woorden die ze zoo juist gehoord had, ge- inspireerd had, geloofde ze vast. Maar hoe kon Rolands ziel in het lichaam van dit monster wonen? Hoe kon de geest, die ze beminde en zoo goed kende, belichaamd zijn in deze gedaante? Toch kwam de schrikkelijke, krassende stem ongetwijfeld voort uit dit zonderlinge, ruig harige lichaam. Ze herinnerde zich legenden, die ze had ge hoord en gelezen, die gewag maakten van vreemde gedaan teverwisselingen, die in lang vervlogen tijd zouden hebben plaats gehad toen de zielen der dooden in monsterachtige lichamen hadden gewoond voor welke iedereen op de vlucht ging. Maar Roland was niet dood; zijn lichaam leefde. Toen viel het haar in, dat Rolands geest zijn lichaam kon hebben verlaten en de toe vlucht genomen hebben in het schepsel dat nu achter haar was. Moest ze dit gelooven, gelooven, ofschoon alles in haar ertegen in opstand kwam Zich met groote moeite tot spreken dwingend, wendde ze zich tot het monster, dat ver klaarde Roland te zijn. „Tracht je te herinneren, wat er precies gebeurde, toen je me verliet. Hoe is deze af schuwelijke nachtmerie, dit ontzettend mysterie begon nen?" „O, Violet!" kreunde de go rilla. „Hoe dikwijls heb ik me zelf deze vraag niet gesteld? Wat zou ik niet geven als ik ze kon beantwoorden. Maar ik weet niets, niets! Tusschen mijn twee levens is een ledige ruimte. Alles is chaos don kerheid. Toen ik ontwaakte was ik wat ik nu ben". „Wanneer was dat? Waar en hoe?" „Moet ik spreken over al 't ontzettende, dat ik doorge maakt heb? De geschiedenis van mijn lijden verklaart niets. Maar ik zal je alles vertellen, Violet, omdat ik hunker naar je medelijden. Heb toch me delijden met mg, Violet. Luis ter naar mijn verhaal en zeg me, of er ooit een rampzaliger, ellendiger schepsel geleefd heeft". In lage, doffe tonen, daarna hartstochtelijker sprak de ru we stem voort, terwijl het luis terende meisje huiverde van schrik en vrees. „De laatste herinnering, die ik heb aan mijn mensch-zijn", vervolgde de stem het ver haal, „dateert van den avond waarop ik je verliet. Ik reed in een auto naar Staines, naar het adres mij opgegeven door den anoniemen briefschrijver, dien ik daar zou ontmoeten. „De auto stopte voor een hek. Ik zei den chauffeur, dat hij moest wachten en schelde. Niemand verscheen, en daar het hek open was, stapte ik naar binnen. Het was bgna middernacht; er was geen maan, alleen ster ren. Met eenige inspanning kon ik de omtrekken van een huis onderscheiden; het scheen verlaten en gesloten; nergens was licht te zien. Ik dacht, dat mijn zegsman nog niet ge arriveerd was en besloot te wachten. Spoedig daarna moet ik dommelig geworden zijn en in slaap gevallen. Van dat mo ment af herinner ik mij niets meer. Alles is blanco. Van één ding slechts ben ik zeker en dat is, dat ik een mensch was toen ik in slaap viel". De gorilla huiverde weer en Violet luisterde in een droom toestand. „Vroeger", ging de schorre stem voort, ben ik als ik zeer moe was, dikwijls in een die pen slaap gevallen, zoo diep, dat ik bijna dood scheen. Tus schen die twee momenten in, het oogenblik dat ik het be Het meisje op de schommel draagt een effen jurkje met een garne ring van gekleur de stof: lange, even omgebogen lijnen. Hechts een over- gooier met een zesbaans klok kend rokje, waar onder een katoe nen of flanellen blousje kan wor den gedragen. Het manteltje ls van dezelfde stof als het rokje ge maakt, doch ge voerd met flanel (desnoods wat ti ne) en daarna in ruiten gestikt. waardoor het zeer geschikt is voor koude da gen. wustzijn verloor en het oogen blik van onwaken, herinner il mij niets, geen gedachte, geen droom. De tuschenruimte was een leegte, een periode, waar van ik onmogelijk den duui- kan bepalen. Het schijnt dat ditzelfde ver schijnsel zich ook bij sommige ziekten voordoet. Er komt een leegte door niets te vuiler. die het heden volkomen af snijdt van het verleden. Iets dergelijks moet mij bij die gelegenheid overkomen zijn. Hoezeer ik heb getracht er doorheen te tasten, dit ge voel van leegheid blijft alle pogingen verijdelen". Gedurende die tusschenpoos moet mijn uiterlijk totaal ver anderd zijn. Wanneer- ben ik opgehouden physiek mijzelf te zijn? De stem verhief zich en drukte groote zielesmart uit. Hoeveel üren, dagen of weken zijn verloopen tusschen he' moment dat ik het bewustzijn verloor en het moment dat ik ontwaakte tot nieuw leven? Ik kan het niet zeggen. Laat mij

Krantenbank Zeeland

Vrije Stemmen. Dagblad voor Zeeland | 1946 | | pagina 6