De annexatie van Duitsch grondgebied «ZELFVERMINKING, en de invloed op den Nederlandschen landbouw 5pe1fos als sabotagemiddel Grepen uit het Annexatierapport Een van de eerste taken, velke de Stichting voor den Landbouw zich gesteld had na haar oprichting, was het doen samenstellen van een over zicht van de invloeden, welke de annexatie van een bepaald gedeelte van Duitschland zou hebben op den Nederlandschen landbouw. Dit rapport, waaraan door een groot aantal deskundigen is medegewerkt en waarvan de eindredactie berustte bij Ir K. J. M. Mohrmann, is thans gereed gekomen. Het rapport bestaat uit drie deelen, en wel: le. de beschrijving van het eventueel te annexeeren gebied; 2e. de bespreking van de so ciaal-economische proble men; 3e. de conclusies. De Annexatie-Commissie, welke het rapport heeft samen gesteld, is uitgegaan van de mogelijkheid op korten termijn door den Nederlandschen land bouw en bodemareaal te doen exploiteeren van plm. 800.000 h.a.; waarvan ongeveer 500.000 ha. cultuurgrond. Zij stelde dienovereenkom stig een conceptgrens op, wel ke zij „Plan-C" noemde. Dit gebied is in totaal plm. 1200.000 ha. groot en omvat den Kreiss: Jever-Varel, Witt- mund, Norden, Raden, Aurich, Weener-heer, Achendorf Hiimmling, Meppen, Bentheim, LingenSteinfurt, Ahaus, Coesfeld, Borken, Rees, Cleve, Celderen en Mörs. Deze laat ste Kreis komt ongeveer voor de helft in aanmerking. Prof. Dr. Ir. Chr. Edelman 'mogleeraar aan de Landbouw hogeschool te Wageningen, heeft met medewerking van Ir. Egberts in het rapport een overzicht gegeven van den bo- demkundigen toestand van dit gebied, zulks aan de hand van verschillende hier te lande aanwezige Duitsche publicaties Het gebied bevat zee-klei en rivierklei, waarop uitstekende bedrijven zijn of kunnen ont staan. Het veengebied zal groote kosten en moeilijkheden met zich brengen als men het op de juiste wijze in cultuur wil brengen. Het lage zand- en moeras veengebied kan met aanzien lijke kosten, maar zonder groote moeilijkheden in cul tuur worden gebracht. Van de Candidaten Gemeenteraad VOLFAARTSDIJK In ons blad van Maandag 17 Juni j.L vermeldden wij, dat voor de a.s. raadsverkiezing in deze gemeente o.m. een lijst js ingediend door de Partij v. de Vrijheid en de Partij v. d. Arbeid gecombineerd, waarop voorkomen: A. Koert, J. Ka- kebeeke, F. Ossewaarde Pz., J. van der Voorde Iz. en M. de Vos. Deze lijst is echter in gediend door een groep vrije kiezers. I 8TAVENISSE Gecombineerde lijst recht- sche partij: J. W. v. d. Slikke, L. C. Potappel, Joh. Leune, .Toh. Stoutjesdijk, C. van Putte, P. den Bra'oer, L. Moerland Mz. M. Luijk, C. L. Potappel Lz., H. W. Zachariasse, M. Moer land Cz, N. M. Hage. Partij van den Arbeid: C. v. ""leveren, A. van 't Veer, F. leur, P. van Iwaarden. Vrije lijst: A. J. J. Tazelaar, Hage Lz., N. M. Klippel, j. J. Neele. hoogere zandgronden kan een gedeelte goede landbouwgron den opleveren, doch groote deelen ook moeten ongeschikt worden geacht. De esschen kan men zonder meer beschouwen als goede landbouwgronden. Van de leemgronden en leern- houdende zandgronden kan men zoowel goede akkerbouw- als weidegronden maken. Dit alles betreft het Noor delijk deel van het gebie'd. In het Zuidelijke gedeelte komt minder veen voor, doch daar treft men veel löss-gron- den aan, welke dezelfde eigen schap heeft als de Limburg- sche lössgronden. Ir F. W. Malsch van het Staatsboschbeheer te Utrecht beschrijft den boschbouw en de houtproductie in het te an nexeeren gebied. De totale op pervlakte bosch in dit gebied is 129.000 ha. De totale jaar- lijksche houtopbrengst 293.000 m3. Alles in aanmerking ge nomen schat Ir Malsch, dat nog ongeveer 20.000 ha. tot bosch kan worden ontgonnen. In de bestaande bosschen en b\j het vervoer en de houtbe werking zouden ongeveer 70.000 personen werk kunnen vinden. Biedt annexatie een oplossing voordesociaal-economische moei lijkheden van Nederland Het tweede gedeelte van het rapport van de Annexatie- commissie beschrijft de soci aal-economische problemen, welke zich thans in Nederland voordoen en de gevolgen, die de annexatie voor de oplossing van deze problemen zou heb ben. De bevolking van Nederland neemt per jaar met 90.000 personen toe, welke practisch voor het belangrijkste deel van het platteland afkomstig zijn. Kan deze bevolking in Neder land een plaats vinden? Zelfs de grootste inpolderingen bie den geen oplossing voor de toekomstige bevolkingsuitbrei ding van ons land. Ook de op pervlakte woeste gronden is te zeer verminderd om bij ont ginning nog noemenswaardige plaatsingsmogelijkheid voorde agrarische bevolking te kun nen bieden. Hetzelfde kan men zeggen van de ruilverkavelin gen en grondverbetering, die wel meer rationeele exploitatie van bestaande bedrijven moge lijk maken, doch geen moge lijkheid voor nieuwe bedrijven bieden. Ook de intensiveering van de bedrijven kan geen com pensatie geven voor het bevol kingsoverschot. Thans bestaat reeds een groote landhonger. Uit een enquête, in het najaar van 1945 ingesteld door het Centraal Bureau voor de sta tistiek, bleek, dat er thans reeds een reëele vraag bestaat naar 550.000 ha. Indien an nexatie doorgaat en Nederland de beschikking krijgt ove; 780.000 ha., zal men geen moeite hebben, hiervoor lief hebbers te vinden. Het rap port wijst erop, dat het niet mogelijk zal zijn den landbouw van Nederland op denzelfden voet voort te zetten als voor den oorlog. De kansen van on zen landbouw-export zien ei slechter uit dan in 1938. Weliswaar is de F. A. O. op gericht, doch daar staat tegen over, dat Engeland de Ottawa- politiek nog niet zal willen prijsgeven. Ons natuurlijke achterland, het Ruhrgebied, is zeer verarmd. De concurren tie van Denemarken zal zwaar zijn, omdat Denemarken in de zen oorlog veel minder gele den heeft dein Nederland. Bij dit 'alles komt nog, dat de land- en tuinbouw in Enge land zich gedurende den oor log zeer sterk heeft ontwik keld. Waar kan een Nederlandsch be volkingsoverschot een plaats vin den Naast industrialisatie en emigratie noemt het rapport dan als derde mogelijkheid de annexatie van West-Duitsch grondgebied. Dit gebied zou dan aldus zegt het rapport direct op moeten nemen het aantal landbouwers, dat de „Landhonger-enquête" als rechtstreeksch resultaat ople verde. Het te annexeeren ge bied zou dan juist zoo groot moeten zijn, dat het naast eenige industrialisatie en emi gratie in ons land voldoende ruimte biedt om ons agrarisch bevolkingsoverschot op den duur op te vangen. Voor den landbouw zijn wij dan ook het meest gebaat met een leeg gebied, dus zonder be volking. De geschiedenis heeft geleerd, dat annexatie met de bestaande bevolking een voort- durenden haard van onrust blijft (b.v. Eupen en Malmedy is na 1918 steeds Duitsch ge bleven). Het verwijderen van den be volking is natuurlijk een zeer ingrijpende maatregel en daar om is het zoo eenvoudig mo gelijk de voorkeur te geven aan een zoo dun mogelijk be volkt gebied. De landbouwkundige belang stelling is dan ook grooter voor het Graafschap Bentheim met veel woeste gronden, dan voor het aan Zuid-Limburg grenzende land, waar overi gens veel betere grondsoorten als löss voorkomen, maar dat een zeer dichte bevolking draagt. De landbouwkundige belangstelling gaat dan ook uit naar het bovengenoemde Plan C zonder bevolking. In het raam van de beschrij ving van de sociaal-economi sche problemen geeft Ir. J. A. Huyskes, Rijkslandbouwconsu- lent bij den Buitenlandschen Landbouwvoorlichtingsdlenst van de Directie van den Land bouw, een beschouwing over de landbouw-handelsbelangen bij een eventueele annexatie vol gens het genoemde Plan C met bevolking. Hieruit blijkt, dat de agrari sche structuur van West- Duischland niet veel afwijkt van de Nederlandsche. Daar blijkens de jongste be richten Duitschland toch niet overwegend een Iandbouwstaat zal worden, kan tegenover on zen agrarischen uitvoer een invoer van industrieele produc ten staan. Er zal in Duitschland in dat geval zeker een groot tekort aan levensmiddelen zijn, terwijl Nederland steeds bepaalde goe de en goedkoope industriepro ducten zal kunnen gebruiken. De door de annexatie ver meerderde bedrijvigheid in den agrarischen sector brengt al- 'leen al meer vraag naar indu strieproducten mede. Een en ander beteekent ver meerdering van onze kansen op welvaart. Indien de produc ten moeten worden afgezet op de wereldmarkt, zal de wel vaart ln den landbouw afhan kelijk zijn van de prjjzen op deze markt. Conclusie Het rapport besluit met de volgende conclusies: Internationaal Scheepvaart Congres gesloten De delegaties van de 17 landen, die deel hebben genomen aan de eerste geheime zitting van de United Maritime Consultative Council te Amsterdam, hebben ter vergadering het vraagstuk besproken van een op te richten internationale organisatie voor de behandeling van internatio nale scheepvaartzaken. De raad heeft een commissie benoemd, wier taak het zal zijn na te gaan hoe een dergelijk interna tionaal scheepvaart-lichaam zou moeten worden opgezet en welk arbeidsterrein en werk wijze het zou moeten hebben. Een commissie, die over en kele weken reeds met haar werkzaamheden zal kunnen be ginnen, is samengesteld uit ver tegenwoordigers van België, Ca nada, Frankrijk, Nederland Noorwegen, Polen, Groot-Brit- tannië en de Vereenigde Staten. De overige landen, die als leden van de U.M.C.C. aan het con gres hebben deelgenomen, zijn Australië, Chili, Denemarken, Griekenland, Britsch-lndie, Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika, Zweden en Tsjechoslowakije. Het congres, dat op 18 Juni ge opend was, is thans geëindigd. De Nederlandsche regeering heeft op verzoek van den Raad het secretariaat van de U.M.C.C op zich genomen, tot het mo ment waarop in de herfst dele gaties opnieuw bijeenkomen. WEEST OP UW HOEDEÜÏ "Weer is het de tijd van kam peeren. Oude rotten en nieuwelingen op kampeergebied: weest op Uw hoede! Weest door en door voorzich tig met het betreden van de duinen en bosschen De land mijn loert, verscholen onder den grond. In de duinen en op de stran den ligt nog oorlogstuig en 't is beter en gezonder om het niet te demonteeren. Als U 't toch wilt doen, doe het dan alleen en op een veili- gen afstand van anderen Weest op Uw hoede! Prettig kamp toegewenscht. CHEERIO. SMEEROLIëN EN -VETTEN NIET MEER AAN PRIJS VOORSCHRIF TEN GEBONDEN De prijzen van smeeroliën en -vet ten zullen met ingang van 1 Juli a.s. niet meer van overheidswege worden geregeld. De aanvoer is zoodanig, dat de huidige behoef te volledig kan worden gedekt. Op l Juni j.l. werden de distri butiebepalingen reeds ingetrokken In verschillende fabrieken te Nijmegen werden tijdens de Duitsche bezetting heThaa&de- lijk gevallen van een vreemd soortige huidaandoening gecon stateerd. De behandelende geneeshee- ten hadden wel een vermoeden oirirent het onftaan van deze aandoeningen doch met zeker heid was hierover niets te zeg gen. Het vermoeden bestond n.l. dat deze verschijnselen moedwil lig door de arbeiders waren op gewekt. 1. Indien tot annexatie wordt overgegaan, heeft de landbouw belang bij een zoo dun moge lijk bevolkt gebied om haar bevolkingsoverschot op te van gen. Een en ander volgens Plan C zonder bevolking of een zoo gering mogelijk aan tal verspreid wonende Duit- schers. Hoe minder Duitschers, hoe beter dit den Nederland schen landbouw past. 2. De structuur van den Landbouw en het landbouw bedrijf in het annexatiegebied zal geheel moeten worden in gesteld op de behoefte van Ne derland, dus veel graanbouw overwegend grootere be drijven van c.a. 50 ha. Hier naast vinden natuurlijk wel enkele kleine bedrijven een plaats voor locale behoeften. 3. Naast plaatsing van ons bevolkingsoverschot biedt an nexatie, zooals boven omschre ven, voor den landbouw vele voordeelen t.a.v.: Verbreeding van onze landbouwbasis en daarmede van ons volksbestaan. b. Door annexatie zal er binnen de tegenwoordige Ne derlandsche grenzen een mo gelijkheid bestaan om het .kleine boerenbedrijf" op een betere economische basis te brengen door vergrooting van de bedrijfsoppervlakte tot een rationeele productie. Zonder annexatie wordt het kleine boerenvraagstuk land- bouw-technisch nagenoeg on oplosbaar.. Grondstoffen-leverancier van onze landbouwbedrijven, Thans na de bevrijding is er licht in deze zaak gekomen en is gebleken dat men hier in derdaad met opzet te doen had, in de meerderheid der gevall- len. Genoemde arbeiders waren hoofdzakelijk werkzaam in che mische fabrieken waar metasili caat werd verwerkt. Deze stof die gedurende de oorlogsjaren in practisch elk waschmiddel zijn 'toepassing vond, is zeer agressief ten opzichte van de huid. In het Nederlandsch Tijd schrift voor geneeskunde publi ceert Dr. L. Muller over dit onderwerp nadere bijzonderhe den, waaraan wij nog het vol gende ontleenen. Wanneer een eenvoudige schaafwond op de hand, al dan niet opzettelijk ontstaan zijnde, bevochtigd werd met wat natrium metasilicaat- oplossing ontstond deze onge wone aandoening. Reeds de tweede dag werd de wond ta melijk pijnlijk om na een dag of vier bedekt te zijn met een zwarte huidlap die na circa tien dagen los liet. De 'totale gene zing vorderde circa zes weken, gedurende welke de arbeider niet in staat was te werken en op deze wijze aan den bezetter heel wat arbeidsuren ontfutsel de. Dr. Muller publiceerde zijn ar tikel speciaal om te wijzen op de gevaren die het gebruik van metasilicaat inhouden. Nu we weer in vrij Nederland leven komt dit soort huidaandoening practisch niet meer voor. welke veredelingsproducten voor den export voortbrengen. Verbetering van onze handelsbalans. 4. De commissie is er zich van bewust, dat, indien aan een annexatie uitvoering zal worden gegeven, vele moeilijk heden te overwinnen zijn Daarnaast zijn vele proble men, welke niet door land bouwdeskundigen, maar door andere specialisten moeten be schouwd worden. 5. Indien tot annexatie wordt overgegaan op bovenomschre ven wijze, zonder bevolking, biedt dit voor den Nederland schen landbouw groote toe komstmogelijkheden".

Krantenbank Zeeland

Vrije Stemmen. Dagblad voor Zeeland | 1946 | | pagina 3