Een afscheidsbrief van Musseri
Jodl hekelt de Geallieerde
oorlogsmethoden
Amerikaansche zeeliedenstaking
een wereldconflict?
Ontstellende vondst
Tweede blad No. 481
VRIJE STEMMEN
Donderdag 8 Juni 1946
Afschriften deden de ronde
Evenais Mr. van Genechteri
heeft ook Mussert, alvorens hij
den dood inging, een brief ge
schreven, die bestemd was
voor het Nederlandsche volk.
Hij schreef hem in de periode,
dat het gratieverzoek op een
antwoord wachtte en richtte
hem tot minister-president
Schermerhorn.
Deze brief werd vermenig
vuldigd en begon al gauw on
der Mussert's medegevange
nen in de Scheveningsche ge
vangenis te circuleeren en wel
even hartstochtelijk als goede
vaderlanders -in den bezettings
tijd brieven met radio-toespra
ken van H. M. de Koningin on
der elkaar lieten rondgaan,
teneinde er de noodige kracht
uit te putten.
Dit nu achten wij in dit ge
val funest, schrijft de.„Rotter
dammer".
En blijkbaar dacht men er
in de gevangenis net zoo over,
want er werden al „klopjach
ten" op afschriften van het
epistel gehouden.
Het aureool der geheimzin
nigheid om dezen brief weg
te nemen was dan ook het mo
tief waarom de „Rotterdam
mer" besloot tot publicatie
over te gaan.
Hier volgt de brief:
Open brief aan Zijne
Excellentie den Minis
ter-President.
Het moge mij vergund zijn,
Excellentie, mij te richten tot
U als hoogsten vertegenwoor
diger van het staatkundig le
ven van Nederland, voor dit
afscheidswoord aan ons volk.
Land en volk zijn mij uier-
baar geweest, hee. mijn le
ven, en blijven mij dierbaar
tot den dood. Dankbaar ben
ik als Nederlander geboren te
zijn. Als eerlijk man geef ik
de verzekering, dat het mij
steeds ernst is geweest om ons
volk met Inzet van al mgn
krachten te diénen.
De eerste 23 jaar van mijn
leven heb ik alles van ons volk
ontvangen; de daarop volgende
28 jaren heb ik getracht als
ingenieur, als strijder tegen 't
zoo schadelijk Belgisch ver
drag, daarna als Leider van
een politieke partij, mij nuttig
te maken voor de Nederland
sche" gemeenschap.
De storm die reeds lang in
de internationale verhoudingen
woedde, heeft Nederland met
ongekende hevigheid aange
grepen in Mei 1940. Zonder
den minsten schijn van recht
werd ons Vaderland overval
len. Er is tijdens 'de oorlogs
dagen landverraad gepleegd,
naar men zegt ook door lieden
die zich N S. B.-ers noemden,
maar die dan toch van den
geèst der N, S. B. en haar
idealen volkomen verstoken
waren. Zoo heeft dan vanhet
begin van dien verschrikkelij-
ken bezettingstijd af een voor
oordeel tegen de geheele N. S
geheerscht. Daarmede is
een splitsing ontstaan, waar
mede ons volk niet is gediend
geweest. In het aangezicht
van den dood kom ik verkla
ren, dat zij, die werkelijk de
doelstellingen van de N. S. B.
begrepen en nastreefden, zich
evenzeer hebben willen verzet
ten en gestreden hebben tegen
de Duitsche tyrannie, als wie
ook van de legaal en illegaal
strijdende vaderlanders.
De Wijze, waarop wij ons
vaderland meenden te moeten
dienen, week echter af van die
velkc de g'-oote meerderheid
'an ons volk wenschte. "Wij
voorzagen de mogelijkheid van
een Duitsche overwinning en
vilden Volksche en Staatkun
dige zelfstandigheid van Ne
derland redden tegen het Duit
sche streven, vertegenwoor
digd in Himmler, Nederland te
annexeeren en het Nederland
sche volk te doen opgaan in
het Duitsche.
Ik had de vaste overtuiging,
dat Hitier mg in dezen strgd
steunde en na zgn overwin
ning zijn wil zou doorzetten
tegen de Duitsche imperialis
ten. Zoo 'heeft de N. S. B. zich
willen inzetten als bescherm
ster van de hoogste rechten
van het Nederlandsche volk,
onbegrepen door de meerder
heid van ons volk, beladen met
de verdenking voor den vijand,
tegen eigen volk te werken.
De toenemende geweldpleging
en ontrechting was ook ons
een gruwel, de handlanger-
diensten daarbij bewezen door
de N. S B.-ers, die tegen onze
idealen handelden, stuitten
juist ons het meest tegen de
borst. Wij geloofden echter,
dat eenmaal ons uur zou ko
men ten bate van ons volk.
Nu is ons uur gekomen:
zonder bitterheid"' zeg ik dit.
Reeds eerder heeft zich in Ne
derland een staatkundig con
flict toegespitst, tot den dood.
In 1619 was he Johan van
Oldenbarneveldt, die als dra
ger van een politieke overtui
ging den dood vond op het
schavot. Ruim 50 jaar later
werd Johan de Witt, als voor
vechter van een politiek staat
kundig streven door t schuim
der Natie vermoord.
Zonder mij op staatkundig
gebied met deze mannen te
willen meten, zie ik hier een
zelfde tragiek zich afspelen
tegen de N. S. B. doodvonnis
sen door Bjjz. Rechtbanken en
tienduizenden goedwillenden,
opgesloten in gevangenissen
en concentratiekampen. Velen
van hun bezittingen beroofd.
En erger dan toen: schrijnend
en schreeuwend onrecht nu
reeds bijna een jaar voortge
zet tegen vrouwen en kinde
ren. Dit alles onder den dek
mantel van een politioneel ap
paraat, dat hét allereerst zui
vering behoefde
Zoo zal ik dan straks voor
het vuurpeloton staan, onge
schokt in de overtuiging,
naar eer en geweten gestreden
te hebben voor het Vaderland.
Aan God heb ik mij overgege
ven in oprechtheid en oot
moed, vertrouwende op Zijn,
genade. Hem dankend, dat Hij
AMERIKA
de graanschuur der wereld
Het door Amerika gestelde
doel voor het exporteeren van
6.000.000 ton graan gedurende de
eerste helft van dit jaar is niét
onbereikbaar en de verschepin
gen zullen althans weinig bene
den de toewijzingen blijven", al
dus werd door dén minister
vanl andbouw, Anderson, in den
Senaat medegedeeld. Hij zeide.
dat behoudens onvoorziene be
lemmeringen gedurende de
maand Juni 1.500.000 'ton tarwe
naar overzeesche gebieden zou
worden verscheept.
Veertig procent van de we
reld graanverschepingerv ge
schiedt door Amerika.
Nederlandsche evacue's
verlaten Australië
500 Evacué's uit Sumatra en
Java, die to't herstel van gezond
heid in Australië vertoeven,
zullen deze week met het
stoomschip Tasman naar Neder
landscb-Indi vertrekken. De
Tasman, die reeds 250 evadué's
uit Brisbane en Sydney aan
boord heeft genomen, wordt op
6 Juni te Melbourne verwacht,
alwaar zij nog 250 evacué's zal
opnemen. Door de geringe groot
te van het'" schip is de aceomo-
datie niet góed en is er „over
bevolking". Een aantal evacué's
zal od het dek moeten slapen.
mij in deze tien maanden van
gevangenschap, het mogelijk
hééft gemaakt om in drie ver
antwoordingen uiteen te zet
ten datgene, waarover ik voor
Mei 1945 moest zwijgen.
Het is mijn laatste wensch,
dat deze Verantwoordingen
geschreven, mede voor het
tegen mij gevoerde proces, in
druk moge verschijnen, opdat
wie eerlijk wil kennis nemen
van hetgeen is geschied van
onzen strijd achter de scher
men daardoor geholpen worde
Ik verzoek het batig saldo
van deze publicatie ten goede
te doen komen aan het Ned.
Roode Kruis.
Moge door deze verantwoor
dingen de valsche schijn wor
den verdreven, het vooroordeel
weggenomen en de mogelijk
heid geboden worden tot sa
menwerking van allen, die
van goeden wille zijn, tot op
bouw van het vaderland. De
geschiedenis leere ons, hoe dit
mogelijk is. In 1813 werd niet
gvraagd, of men van 1795 tot
1813 patriot of prinsgezind ge
weest was, zelfs niet of men
met Napoleon, of Legen Napo
leon geweest was, maar alleen
of men bereid was mede te
werken aan den wederopbouw
van ons Vaderland.
En zoo, als ik een ieder uit-
noodig, om door de lezing van
de verantwoordingen te komen
tot een helder inzicht in de
bedoelingen en daden, van mij
en mijn werkelijke volgelin
gen, zoo vraag ik aan al de
genen, die met mij trouw de
idealen der N. S. B. hebben
nagestreefd, om geleden on
recht te vergeven en één van
hart en één van ziel mede te
helpen aan den opbouw van
een beter Nederland. Moge het
offer van mijn leven, dat Ik
met blijmoedigheid breng,
daartoe bijdragen.
God behoede en zegene
ons Volk en Vaderland.
A. A. MUSSERT
Scheveningen, Strafgevange
nis, 23 Maart 1946.
Het proces te Neurenberg
TOEN verdediger professor Exner gistermorgen het
hoofdstuk der oorlogsmisdaden ter sprake bracht, richt
te Jodl soherpe verwijten aan het adres van de oorlog
voering, toegepast door geallieerde commandotroepen. HQ
beweerde foto's te hebben ontvangen van geboeide arbeiders
der organisatie Todt, die zoodanig waren, dat hij ze niet aan
Hitler had willen voorleggen, teneinde tegenmaatregelen te
voorkomen.
Buitgemaakte Ca-
nadeesche bevelen voor een ge
vecht van man tegen man hadden
volgens Jodl Hitiers laatste be
denkingen weggenomen. Hij be
weerde voorts dat de commando
troepen waren uitgerust met de
beroemde okselpistolen, die af
gingen, zoodra zij de handen op
hieven. Jodl beweerde, dat liij
ondanks dit geweigerd heeft ge
volg te geven aan Hitiers bevel
eer order te onderwerpen voor
den moord op commandotroepen.
Toen Hitiers ^adjudant na tien da
gen om een 'order kwam vragdh,
had Jodl geantwoord: „Doe hem
de groeten en zeg, dat ik zulk
een bevel niet maak". Jodl zeide,
dat hij hoopte gaarne te worden
ontslagen. Doch dit gebeurde niet
en Hitier maakte de order zelf.
Volgens Jodl kon hij daarna niets
anders meer doen dan Hitiers or
der aan de troepen geven. Ove
rigens zeide Jodl er van over
tuigd te zijn, dat in kringen van
rechtsgeleerden zeer verdeelde
meening zou heerschen over de
vraag of het bevel tegen het vol
kenrecht was.
Onwaarschijnlijk
„Ik weet, hoe onwaarschijnlijk het
klinkt, maar vaak is het onwaar
schijnlijke waar", zoo begon Todl,
toen hij het tribunaal wilde dui
delijk maken, dat hij van Joden-
vernietiging en toestanden in con
centratlekampen niet gehoord had
voor het einde van den oorlog. Hij
kende slechts de namen van ia-
chau, Oranienburg en over de toe
standen daar badden de officieren
hem met enthousiasme en bewon
dering gesproken. Later hacj Todl
ook den naam Buchenwald opge
vangen, doch hij was van mee
ning, dat dit geen concentratie
kamp, maar een militair oefenter
rein was-
„is hij mi hoelemaal gek
geworden"
De beschuldigingen inzake de toe
passing van lynchjustitie op pilo-
Alle vlootstations in de V.S. zijn
afgezwaaid marinepersoneel aan
het werven, teneinde de dreigen
de staking van duizenden Ameri
kaansche zeelieden te breken, die
op 15 Juni hun schepen rullen
verlaten, indien hun eischen tot
loonsverhooging en een veertig-
urige werkweek niet door de Fee
ders worden ingewilligd. De oor
logsverklaring van Forres tal, de
Amerikaansche minister van ma
rine, aan 5 vakvereenigingen van
zeelieden, kan een terugslag van
internationalen omvang teweeg
brengen.
Curran en Bridges, de leiders
van twee van de grootste mari
tieme vakvereenigingen, hebben
een beroep gedaan op de leden
van de scheepvaartafdeeling van
het "Wereldverbond van Vakver
eenigingen om alle schepen, be
mand met Amerikaansch marine
personeel, als „onderkruipers"
te beschouwen.
Spaansche furie
De Spaansche ambassade te
Washington heeft heden in een
verklaring over het rapport van
de Subcommissie van den Vei
ligheidsraad voor Spanje mee
gedeeld, dat het rapport „een
duidelijke interventie betee-
ken't in de binnenlandsche aan
gelegenheden van een land"
Het rapport „schendt de begin
selen, belichaamd in het At
lantisch handvest, de overeen
komst van Dunbai'ton Oaks en
het handvest van de vereenigde
naties zelf. Het is geen rapport
maar een vonnis", aldus de ver
klaring van de ambassade. Of
schoon de Subcommissie heeft
moeten toegeven dat er tot dus
ver geen verbreking van den
vrede heeft plaatsgevonden, is
men toch overgegaan tot een
politieke veroordeeling van
Snanie.
Forrestal heeft een oproep gericht
tot alle marinepersoneel buiten
dienst om „de dreigende critieke
situatie, waarvoor het land zich
geplaatst ziet, het hoofd te bie
den." De vakvereenigingsleiders
hopen, dat de havenarbeiders in
Gr. Brittannië, Frankrijk en de
Sovjet-Unie zuilen weigeren, sche
pen door deze vrijwillgerS bemand
te lossen of te laden.
Intusschen is het bij de staking
van zeelleden van de Canadeesche
meeren tot gewelddadige actie
gekomen. De staking dreigt zich
tot de Oost- en Westkust uit te
breiden, indien, aan den eisch tot
een achturigen werkdag, niet te
gemoet «ekomen wordt.
De atoomproef in den
Pacific
Op 14 Juni a.s. zal te New
York bijeenkomen de eerste
zitting van de commissie, welke
ingesteld is door de Vereenigde
Naties, en die tot taak heeft de
bestudeering van de vraag
stukken, waarvoor de wereld
zich geplaatst ziet ten aanzien
van de atoom-energie. De Ne
derlandsche vertegenwoor i ger
in deze commissie, mr. I
van Kleffens, zal aldaar wor
den bijgestaan door prof. H. A
Kramers, hoogleeraar in de the
oretische natuurkunde aan de
Rijksuniversiteit te Leiden, als
wetenschappelijk adviseur.
Bij de proeven, die vanwege
de Amerikaansche regeering in
Juli en Augustus in den Paci
fic worden gehouden inzake de
uitwerking van de atoombom,
zullen op uitnoodiging van de
Amerikaansche regeering 'twee
door de Nederlandsche regee
ring aangewezen waarnemers
aanwezig zijn: n.l. de kapitein
ter zee G. B. Salm, hoofd van
den Marinevoorlichtingsdienst
en ~1e res. majoor der artillerie
ir. H. Bruining.
ten wees Jodl verontwaardigd al
en hij noemde zichzelf den man,
die deze plannen van Goebbels en
Hitier getorpedeerd had. De ge
tuigenverklaring van vlieger ge
neraal Koller, die zich in Jodls
documentenboeken bevindt, geeft
een schildering van hetgeen zich
rond deze kwestie in Hitlers kel
der heeft afgespeeld en stelt Jodl,
Keitel, Kaltenbrurmer en Goering
voör als mannen die zich met
kracht tegen uitvoering van Hit-
Iers plan verzet hebben. Goering
had zelfs gereageerd met een:
„is hij nu heelemaal gek gewor
den".
Bloemencorso
Jodl heeft vervolgens den blik ge
wend tot verschillende oorlogtoo-
neelen. Oostenrijk was voor hem
niet meer geweest dan een korte
„familietwist", die eindigde m
een „bloemencorso". Dat nood
zaakte tot een bevel aan de chauf
feurs van binnenrukkende troe
pen" om brillen op te zetten ten
einde geen toegeworpen bloemen
ln de oogen te krijgen". De inlij
ving Sudetenland had voor hem
ook geen moreele bedenkingen cp
geleverd. Verder had hfj aan geen
enkele bespreking over Tsjecho-
slowakije deelgenomen en Hitier*
verdere plannen met Tsjech oslo-
waklje waren hém volkomen on
bekend. Hij had zich bezig gehou
den met de voorbereiding van een
plezierreisje naar den Levant en
niet met het aanvalsplan. Overi
gens beweerde Jodl dat een con
flict met Frankrijk en Engeland
in die dagen tot Duitschlands on-
middelïijken ondergang axi heb
ben geleid.
E.V.C. contra Min. Drees
De E.V.C. heeft den. minister
van sociale zaken W. Drees en
de Slaat der Nederlanden in
kort geding gedagvaard, aange
zien men in de maatregelen die
ten opzichte van de stakende
havenarbeiders genomen zijn
een schending tan artikel 6 der
Arbeidsbemiddelingswet ziet.
Artikel 6 der Arbeidsbemid
delingswet verbiedt de openba
re organen van arbeidesbemid-
deling bij werkstakingen be
middeling 'fce verleenen bij het
plaatsen van werkzoekenden in
een bedrijf waar staking of uit-
sduiting heerscht. De minister
van sociale zaken, minister
Drees heeft echter aanwijzin
gen ggeven da't de gewestelijke
arbeidsbureaus als ook de ge
meentelijke bureaux voor soci
ale zaken aDe bij hun inge
schreven havenarbeiders moe
ten doorgeven aan de bij de
staking betrokken bedrijven.
Arebeiders. die weigeren aan
een oproep van dit bedrijf ge
volg te geven, worden van de
steunregeling en overbruggings-
uitkeering uitgesloten.
te Scheveningen
Achter de ziekenzaal van de
cellenbarakken te Schevenin
gen heeft men Maandagmiddag
een ontstellende vondst gedaan.
Men trof daar n.l. een graf aan,
waarin tijdens de bezetting een
aantal personen is begraven.
Deze menschen zijn waarschijn
lijk in de gevangenis een ge
welddadige dood gestorven.
Daar het graf nog niet is ge
opend, kan het juiste aantal
personen nog niet worden op
gegeven. Het hoofd van den
bergings- en indentificatie-
dienst. majoor De Huyter van
Steveninck. heeft het graf, dat
binnen enkele dagen geopend
zal worden, aan een nader on
derzoek onderworpen. De lijk
schouwing zal geschieden door
den heer Van Ledden Hulsebos
uit Leiden.