Distributie en Constitutie
Gehaakte hoed en tasch
Mensch ol Aap
Medische brief
Wat zij, die dik worden
van „water en lucht'
kunnen doen om, met
vele kilo's lichaamsge
wicht, tevens het hon
gergevoel en de moe
heid kwijt te raken!
Wat de distributie doet ls
welgedaan, maarJa, over
het algemeen is het wel goed,
•de distributie van voedsel is
zoo doelmatig mogelijk. Er is
rekening gehouden met leef
tijd, zwangerschap en lactatie-
periode, alsmede met het ver
richten van zwaar werk.
Kleine verschillen worden
wel in het gezin gecorrigeerd,
de één eet eens meer van dit,
de ander van dat. De meeste
menschen zien er weer goed
uit en voelen zich ook goed.
Er ls echter één groep, die
blijft klagen: „We krijgen wel
veel te eten, maar er zit niets
in". En dan bedoelt men, dat
er geen vet genoeg in zit. De
klagers zijn meestal dik. Velen
waren zelfs verleden jaar nau
welijks vermagerd, hoewel ze
wel verslapt waren.
Die menschen meestal
vrouwen doen blijkbaar iets
anders met hun voedsel, dan
anderen. Ze vallen moeilijker
af, komen sneller aan en ve
len zijn altijd hongerig. Ze
worden dik van ..water en
lucht", beweren ze zelf steeds
en ondanks alle spottende op
merkingen van familie en
vrienden, er is iets van waar.
Dik worden beteekent vet
ophoopen; in de eerste plaats
in het onderhuidsche bind
weefsel, verder rondom tal van
inwendige organen, bijv. de
nieren, darmen, het hart voor
al. Hiervoor wordt vet uit het
voedsel gebruikt, maar ook
koolhydraten zetmeelstof-
fén kunnen in het lichaam
tot vet worden omgezet.
Hierin ligt nu het verschil
tuschen de dikke en de ma
gere menschenkinderen. De
mageren gebruiken de koolhy
draten op en laten ze als wa
ter en koolzuur weer uit het
lichaam verdwijnen langs nie
ren en longen. De dikkerds
echter zetten elk korrertje
koolhydraat om in vet, zoodat
zij zelfs met een vetloos dieet
nog dik blijven.
Constitutietypen
Men heeft hier te maken met
twee verschillende constitutie
typen en de distributie, die
wel rekening houdt met het
verrichten van zwaar werk,
maar geen rekening heeft kun
nen houden met al die consti
tuties. Het zou ook wat te ver
voeren van eiken Inwoner het
stofwisselingstempo te bepa
len en daarnaar de distributie
te regelen. Men. mag ook ver
wachten, dat de menschen zelf
wat correctie op de voeding
uitoefenen, nu dat weer mo
gelijk is.
Het is bepaald niet noodig,
zelfs ongewenscht, dat de dik
kerds hun heele broodrantsoen
opeten, nog minder hun sui
ker en him „snoepbon". Boo-
nen, erwten, havermout en
vermicelli zijn vrij, het zijn
alle koolhydraten, waar de
dikkerds dik van worden. En
ze blijven hongerig, want er
zit toch niets in het eten.
Het vetransoen is werkelijk
niet te hoog, dat zal niemand
hinderen. En eiwit is er nog
steeds te weinig, vooral gezien
het absoluut tekort aan dit
hoogs belangrijke voedingsbe
standdeel dat er vorig jaar be
stond.
Eiwit toch is de bouwer van
de celkernen, het allerbelang
rijkste deel van onze weefsels.
Eiwit doet echter nog iets
meer, het helpt het tempo van
de stofwisseling te regelen Veel
eiwit versnelt dit tempo name
lijk, het maakt dus slank, om
dat het de verbranding van de
koolhydraten bevordert. Het
verdrijft bovendien het hon
gergevoel beter dan de kool
hydraten.
Er is nu geen kunst aan het
eiwitrantsoen uit te breiden
door het eten van visch, veel
visch, gekookt desnoods. Neen
niet gebakken in olie of vet.
Verder natuurlijk versche blad
groenten, sla en radijs, weinig
brood en dan liefst bruin en
de dikke dames zullen met
vele kilo's gewicht tevens him
moeheid èn hun hongergevoel
kwijt raken.
S. JOLES, Arts.
De Man en de Vrouw
Wat eenig'e jaren geleden nog
voor scherts werd gehouden, is
thans een feit geworden: de so
ciale gelijkstelling van man en
vrouw heeft zich in Amerika
gansch en al voltrokken. In Chi
cago werd onlangs aan een 25-tal
willekeurige uit vele duizenden
gekozen jonge dames de vraag
voorgelegd: wat is uw ideaal van
een modernen echtgenoot? Zestien
van de ondervraagden antwoord
den: De man, die mij het beste
eten kan geven. De mecningen
van de overige negen waren ver
deeld. Het heeft de aandacht ge
trokken, dat niet een van haar
een danser tot uitverkorene ver
klaarde. Alle 25 wisten wel den
dans op prijs te stellen, maar pre
fereerden toch goed eten boven
der. charleston. Bij allen viel een
groote tegenzin ten opzichte van
huishoudelijk werk te bespeuren.
Eer. der dames zou bij voorkeur
een kok willen trouwen. Deze zou
haar dan eiken dag, als zij van
hel teaën terug kwam, een heer
lijk maal kunnen voorzetten.
Conclusie: de mannen, die na ons
komen, krijgen vermoedelijk een
schort voor.
Zoodra d© zonnige dagen me-
nigvuldiger worden, gaan we
meer aandacht aan de details
besteden, die onze voorjaars-
costuums op de meest geschikte
wijze zullen completeeren. N..
we gebonden zijn ten opzichte
van de aanschaffing van tex
tielproducten, zullen we onzen
toevlucht tot allerlei kleinig
heden moeten nemen, die aan
onze keeding zoo'n persoonlijk
cachet kunnen verleenen. Bij
voorbeeld een gehaakte hoed,
met aan de achterzijde een grof
net. eveneens gehaakt, links
pompon of toef bloemen als
versiering.
De tasch completeert het ge
heel.
D hoed. Met vrij grove
wol en een naald 3lh wordt een
leengte lossen gehaakt van 55
c.M. of zoowel i^ieer of min
der dan de omtrek van he;
hoofd dit noodig maakt. Slui-'
ten met een halve vaste. Dc
vasten, die gehaakt worden
voor de hoed. werkt men over
een dun koord, waardoor het
geheel aanmerkelijk steviger
wordt. (Zie werkproef I) Op da
lossen 1 toer vasten haken. 2
en 3e toer zonder meerderen.
4e Toer: op iedere 4e vaste 2 st.
haken en op dit aantal 10 toeren
werken. 15e Toer: op iedere 4e
vaste 1 steek meerderen. 16c
Toer: zonder meerderen; 17e
als 15e Toer; 18e en 19e zonder
meerderen. Sluiten met een
halve vaste.
Voor de bol 1 toer vasten op
de lossen haken, waarmee de
rand van het hoedje is begon
nen. wederom over een dun
koord of touw. Tweede en derde
toer zonder meerderen, daarna
op iederen 4en steek 2 vasten
haken en veWolgens 10 toeren
op dit aantal vasten. 15e Toer:
iedere 4e vasté minderen door
Werkproef I.
1 vaste van voorgaanden toer
over te slaan. 16e Toer: zonder
minderen haken. 17e Toer: iede
re vierde vaste minderen. 18e
en 19en Toer zonder minderen
haken, doch het koord stevig
aantrekken. Bol sluiten.
Net. 28 Steken opzetten on
boogjes haken: 3 lossen, 1 vas
te. Herhalen Volgende toeren
den vasten steek in middelsten j
steek boogjes (zie werkproef 2).
Alleen het bovenste lusje opne
men; niet om het boogje wer
ken.
Haken totdat men een hoogte
heeft van 25 c.M., daarna aan
beide kanten een boogje min
deren, totdat men 35 c.M. heeft.
Het geminderde deel wordt fean
den binnenkant van den Hoed
genaaid, terwijl men door de
boogjes van het afhangende net
een dun elastiek haalt.
De tasch. Met een haak-
naald 3Vï wordt lossen gehaakt
tot een lengte van 25 c.M..
Daarop werkt men weer over
een koordje vasten in heen
en weergaande toeren.
9 Toeren vasten haken en wel
zeó, dat men in de vier hoeken
van den te vormen rechthoek
meerdert door 4 vasten in één
hoeksteek te haken.
10e Toer: 3 vasten iA hoek
steek.
11e Toer: 5 vasten in één
steek. 10e en 11e toer herha
len t.m. 17en toer. In den 18en
toer beginnen met het afronden
van den overslag. Beide Hoeken
van dit deel zonder meerderen
haken. 19e Toer: 3 meerderin
gen in de hoeken. 20e Toer niet
meerderen. 21e: 3 st. jn de hoe
ken meerderen, terwijl het in
gehaakte koord goed wordt aan
gehaald, teneinde de ronde
hoeken te krijgen.
In het midden van den 2ïen
toer aan de zijde van den over
slag een lus haken bestaande
uit zes lossen, waarin over
De Fransche vrouw wil
geea krullen meer
Als protest tegen de hooge
kappersprijzen na de devaluatie
van den trance heeft de Fran
sche vrouw besloten haar kap
sel te vereenvoudigen, geen
krullen meer, geen dure ondu
latie. Zij kamt het haar aan alle
kanten strak naar boven en
bindt er dan een elastiekje of
koordje omheen. Vervolgens
vormt zij van den pluim boven
op het hoofd een artistieken
knoedel. Maakt zij groot toilet
dan worden langs den onder
kant van den knoedel wel flu-
weelen of zijden strikjes ge
legd of er wordt een breeden
fluweelen of zijden band om
heen gebonden.
Nuttige wenken
Wie af en toe eens wat brillan
tine op het haar wil doen om het
betei in model te houden en het
toch graag niet al te vet wil ma
ken, moet liet er op doen over
een netje heen. De brillantine
komt dan alleen maar oan de op
pervlakte van het haar.
Schoenborstels kan men retnl-
gei door zé over een lossen turf
te wrijven.
Melkflesscben worden goed
schoon, wanneer men ze omspoelt
met kookwater van aardappelen.
Wanneer u er last van hebt, dat
flensjes aan de pan blijven han
gen, moet u door de bloem wat
custard# of maizena roeren.
Men krijgt uitstekende lijm* door
een blaadje witte gelatine op te
lossen In l'/s lepel azijn. Verwarm
deze azijn tot het een lijmige
massa ls geworden en bestrijk net
te lijmen voorwerp ermee. Glas,
steen, houtwerk, zelfs In warm
water laat het, na op deze ma
nier gelijmd te zijn, niet los.
Als men een velours hoed oo-
ven den stoom van water met
azijn houdt, irischt de kleur meer
op, dan wanneer men hem boven
gewone stoom "houdt.
Werkproef II.
het koordje zes vasten wor
den gehaakt
Voor het zijstukje haakt men
33 lossen, waarop men 7 toeren
halve stokjes werkt, waarvoor
men bij iedere toer beide lus
sen van het halve st. van den
voorgaanden toer opneemt. Het
stukje voor den anderen zij
kant wordt' op dezelfde wijze
gehaakt.
Alle gehaakte deelen onder
een vochtige doek opstrijken,
daarna de zijstukken met de
tasch verbinden. Tegenover den
lus een rierknoop opnaaien.
De voering wordt aan alle
kanten 1 c.M. grooter geknipt
dan de tasch terwijl men er
aan de eene zijde een grooten
zak opstikt, voor verschillende
bescheiden, die met een druk
knoop wordt gesloten. Aan den
anderen kant komt een klein
zakje voor het spiegeltje. Ook
in de voering worden zijstukken
ingestikjfc, daarna wordt zij met
onzichtbare steekjes in de
tasch genaaid
Feuilleton
ALDER MATIN-MAGOG
Vrij naar het Engelsch door D.A.O.
19
De kamer was eigenlijk
slechts een cel; de muren wa-
waren geheel naakt en het ver
trek werd verlicht door een
klein venster bij het dak. tvoor
zien van ijzeren tralies. De deur
was zorgvuldig op slot gedaan,
een bewijs voor de waarde van
het. dier en de vrees, dat de
eigenaar het zou verliezen. Het
verlies van de vrijheid is dik
wijls den prijs, die men -be
taalt om roem te verwerven. Al
was het geen kooi, het verblijf
van de gorilla was feitelijk een
gevangenis. Toch, hoewel
schaarsch gemeubeld, verhief
deze op 'n cel gelijkende kamer
het dier tot de waardigheid van
de mensch. Er was een echt bed
met al wat er bijhoorde; op
een kleine tafel stond een
waschstel; er was ook een
stoel en zelfs een'tafel, waarop
wat fruit stond, een waterka
raf en een glas.
De gorilla waf alleen in zftn
vertrek. En nu komen we aan
hetgeen een toeschouwer niet
weinig zou hebben verbaasd.
Het is logisch te verwachten
dat het dier, onder dwang ge
traind de menschelijke beve
len op te volgen, In de een
zaamheid onmiddellijk zou
terug keeren tot zijn primitie
ve gewoonten zich in één
woord zou gedragen als een
aap. Niets er van. De gorilla
zat op de stoel, het hoofd on
dersteund door een der lange,
griezelig behaarde armen. Hij
scheen in gepeins verzonken.
Het geweldige lichaam, be
dekt met ruw, zwart haar,
scheen zich blijkbaar gemak
kelijk te bewegen in het col-
bertcostuum dat hij zoowel in
zijn vrijen tijd als op het too-
neel droeg. Het hoofd was
langwerpig ovaal, het voor
hoofd brjna kegelvormig, de
jukbeenderen staken sterk
vooruit. De hals was omgeven
door een slap boord. De hou
ding van het geheele lichaam
geleek opvallend op die van
eei* mensch, maar buitenge
woner was nog de uitdruk
king der oogen; ze waren niet
alleen helder en verstandig, ze
waren in hooge mate neer
slachtig. In hun diepten las
men wanhoop en smart.
Hg keek verstrooid om zich
heen, zooals een mensch kijkt
wanneer hij In gepeins is.
Maar nu en dan werd zijn
blik vast en richtte zich op
zrjn lompen, harigen poot, die
op de tafel lag. Dan ging hem
een rilling door de leden van
het hoofd tot' de voeten; een
uitdrukking van afgrijzen
kwam in zijn oogen en met 'n
krampachtige beweging druk
te hij het hoofd tuschen de han
den, kreunde luid en lang en
op deerniswekkende wijze,
daarmee zijn diepe ellende te
kennen gevende.
Na zulke uitingen van wan
hoop stond hjj dan plotseling
'P en maakte wilde gebaren,
terwijl zijn oogen rolden tn de
oogkassen. Zelfs dan gedroeg
'lij zich als een mensch.
Inplaats van op handen en
voeten te loopen of 't lichaam
naar voren te doen overhellen
zoals apen doen, strekte hij
zich In zijn volle lengte uit.
Na eiken aanval, hetzij dat hij
uitgeput of gekalmeerd was,
zonk hij weer op zijn stoel
neer en hervatte zijn gepeins.
Het geluid van een sleutel,
lie omgedraaid werd in het
:lot, wekte hem daaruit. Hij
vestigde zijn oogen op de open
gaande deur. Een man ver
scheen op den drempel, die be
minnelijk lachte.
„Hallo, meneer Charlie! Hoe
gaat het een goeie zin
ja?"
Het was de baas van de go
rilla, Joe Gregory. Hij was
goochelaar geweest, ruw en
lomp van aard en in weerwil
van zijn prachtige, nieuwe be
trekking kon hij niet breken
met twee van zrjn geliefkoos
de gewoonten uit zijn armoe-
digen tijd nog altijd pruim
de hij tabak en na elke voor
stelling bedronk hij zich.
Voor de gorilla, de oorzaak
van zijn fortuin, voelde hfl
niet slechts een begin van ge
negenheid, die een dresseur
koestert voor het dier, dat hij
getraind heeft en zijn lot deelt,
maar, geïnspireerd door de rijk
dommen, die in zijn beurs
vloeiden, gevoelde hij er ach
ting en eerbied voor.
Over het geheel genomen
was hij niet slecht van aard.
Als hij nuchter was, z^u hij
geen vlieg kwaad doen en hij
schikte zich gewillig naar wat
hij noemde de „luimen" van
zijn pupil.
Ze begrepen elkaar volko
men. Hun vriend&hap grond
de zich op de onderdanige ge
dweeheid van den een en de
bewilliging van den ander.
(wordt vervolgd).