Van de Oostgrens.
Binnenland.
voor dat enkele mudden ajuin, alsmede
ajuinzaad gestolen zijn. Door de landbouwers
onderling is reeds een premie gesteld voor
dengene die de(n) dader(s) op heeterdaad
betrapt, of voldoende aanwyziug kan geven.
Alhier is weer verkrijgbaar, r(jst, ha
vermout en gort.
STAD AAN 'T HARINGVLIET. Zij, die dezen
winter wenschen deel te nemen aan het
berhalingsonderwijs, moeten zich daartoe
vóór of op 27 October a.s. aanmelden bij
het hoofd der school.
Voor deze gemeente is tot controleur
van de centrale groenteveiling benoemd
J. A. Peekstok.
De suikerbieten-campagne heeft hier
een aanvang genomen. Maandag jl. werden
de eerste bieten aan de kaai gebracht door
den landbouwer J. L. Jacobs. De peeen val
len niet tegen.
Voor de vacante betrekking van onder
wijzer aan de openb. lag. school alhier, heb
ben zich thans 16 sollicitanten aangemeld;
er is dus nog geen gebrek aan onderwijzers.
De Burgemeester dezer gemeente maakt
bekend, dat het kohier der personeele be
lasting no. S aan den ontvanger ter invor
dering is ter hand gesteld.
Op Zaterdag 13 October a.s. zal des
namiddags te twee ure ten huize van den
plaatselijken ge'toeesbeer alhier, gelegenheid
worden gegeven tot kostelooze vaccinatie
en re vaccinatie.
Op het telefoonkantoor alhier zijn de
vorige maand behandeld 117 telegrammen,
846 gesprekken en 17 oproepberichten.
De plotselinge verhooging van de steen
koolprijzen door de Duitsche regeering heeft
een leeljjke streep gehaald door de rekening
van verschillende groote instellingen hier
langs de oostgrens. Tot dusverre toch had
den verscheiden kloosters, welke hier voor
een groot gedeelte bewoond worden door
Duitsche religieusen, kans gezien om met
goedvinden van onze rijkskolendistributie
rechtstreeks steenkolen te betrekken uit
Duitschland. Natuurlijk moest men, om zulk
een koop in het Duitsche kolenbekken te
kunnen sluiten, beschikken over de noodige
protectie oftewel voorspraak. De steenkool
werd dan per spoorwegwagon aangevoerd
tot het meest nabij he grens gelegen Duitsche
spoorstation en vandaar moest de in Holland
wonende kooper met karen paard de brand
stof gaan halen. Al naar gelang van den
afstand werden de onkosten daardoor natuur
lijk, hooger, maar dit woog op tegen de
onzekerheid, welke men bier te lande had
omtrent een geregelden aanvoer via de
distributiebureau's. Op een goede vierhon
derd gulden buiten de nadere transportkosten
kwam eeD vyftien-tons wagon allicht te
staan. Maar daar opeens bepaalde men van
Duitsche zijde, dat deze prijs in bet vervolg
ruim dertien honderd gulden zou zijn. Dit
was eenvoudig fancy-prijs en zulk een bedrag
vertikten zelfs de kloosters, die nu niet op
een bankje meer of minder behoeven tó
zien, te betalen. Wagens, die reed3 gearri
veerd waren, weigerde men in ontvangst
te nemen tegen een prijs waarbij een mil-
lionnair zich tenslotte arm zou stoken.
Voor menig klooster is het intusschen
een buitenkasje geweest, dat het langs dezen
ongewonen weg een Hinken voorraad brand
stof heeft kunnen opdoen. Voortvarend als
het bestuur van zulk een instelling meesten
tijds is, heeft men maar niet geduldig ge
wacht op de afwikkeling van zaken naar
Hollandschen trant, maar zelve de koe by
de hoorens gepakt. Met het gevolg, dat men
nog net bijtijds binnen is. Wie geduldig is
blijven wachten, kan dezen wintermeteen
blauwen neus in een koude, donkere kamer
zitten.
Want ook op de petroleumdistributie heb
ben verschillende van deze instellingen het
niet laten aankomen. Ik ken er althans
een, die, de ellende voorziend van een karige
toebedeeling van het verlichtingsmateriaal,
er maar vlug werk van maakte om wat
machinerieën op den kop te tikken voor
hetzelve opwekken van electrischen stroom.
Nu draaien de machines al en straalt bet
licht uit tientallen vensters, terwijl wij,
geduldige burgers, die alles verwachten van
de distributie, nog steeds tevergeefs uitkij
ken naar een petroleumbonnetje.
Dit voortvarende, waardoor zich de be
sturen van deze kloosters bemerken, hebben
de bewoners zeker medegebracht van de
overzijde van de grens. Want ook daar
houdt men nog steeds niet van stil zitten
en van het maken van onderstellingen, dat
de oorlog nu toch met een paar maanden
wel afgeloopen zal zijn. Neen, zooals van
ouds blijft men er aanpakken. Met de ver
lichting tobde men er in de eerste oorlogs
winters, omdat de aanvoer van petroleum
stokte. Wat nood! Geen petroleum, dan
maar electrisch licht. En niet wachten drie
of vier maanden, omdat je niet kunt weten
of niet soms de oorlog gauw «al beëindigd
zijn, maar direct de zaak op pooten gezet.
Met het resultaat, dat er nu in dezen aan
staanden winter in Duitschland al heel
weinig gemeenten meer over zullen zijn,
waar men niet beschikt over electrische
verlichting.
Dat is nu weer eens 't Duitsche régime.
Je herkent het van alle andere methoden.
De Duitsche electrische draadversperring
langs de Belgische grens dwingt eerbied af
om de deugdelijke soliede afwerking. Bekijk
daarentegen eens een Holiandsche prikkel
draadversperring, zooals die daar slordig en
als door kinderen aangebracht nu al meer
dan drie jaren als een voorbeeld van Hol
iandsche achteloosheid in onze Holiandsche
grensstadjes te zien zijn. Je zoudt er by
gaan staan huilen, dat je jongens in deze
drie jaar tijds nog zoo weinig profijt hebben
getrokken van de lessen, die in 't Zuiden
en Oosten zoo gul worden uitgedeeld.
Een klein beetje Duitsch aanpakkings-
vermogen moest ons deelachtig worden.
Niet te veel. Want als het te veel wordt,
dan lijdt een ander kostelijk goed er onder,
dat wfj nu eenmaal zoo gaarne met zacht
heid behandeld zien: de vrijheid. Want met
stevig aanpakken kom je tot iets van dezen
aardAls een Duitsche landbouwer, die er
goed bij zit, zijn koe moet afstaan ten be
hoeve van de distributie van vleesch, dan
wordt hem de geschatte waarde uitbetaald
niet in geld maar in een spaarboekje, waarop
het bedrag staat ingeschreven of in een
bewijs van inschrijving op de spaarbank.
En dan kan zoo'n landbouwer hoog springen
of laag springen en de deur van het ge
meentehuis plat loopen, men stoort er zich
volstrekt niet aan. Men lacht hem eens uit
en laat hem kalm naar huis wandelen met
zijn Sparkassenschein,
Dat is ook Duitsch régime. Maar dan ligt
de vrijheid aan de ketting! K.
Onze neutraliteit.
Prof. de Louter heeft in Internationaal
Christendom een artikel geschreven over
Nederland's neutraliteit. Wij veroorlooven
ons het slot van het opstel hier over te
nemen
„Geven verleden en heden grond tot te
vredenheid en dankbaarheid, een blik op
de toekomst wekt bekommering en maant
tot behoedzaamheid. Zal de Nederlandsche
regeering er duurzaam inslagen hare onder
danen te overtuigen van de noodzakelijkheid
van de aanhoudende inspanning, welke de
mobilisatie aan hare ingezetenen oplegt, van
den zwaren druk en de sociale gevaren,
welke de reglementeering van het econo
misch leven door de overheid medesleept!Zal
de naderende winter dezen druk niet ver
veelvoudigen en tot rustverstoring aanlei
ding geven, waarvan de gevolgen niet zy'n
te berekenen Gesteld echter dat deze vragen
schouderophalend worden op zy de geschoven
en het vertrouwen in de gezonde geestes-
en gemoedsgesteldheid der natie op onwrik-
baren grondslag blijkt gevestigd te zijn, zal
dan toch niet de loop der wereldgebeurte
nissen, de stijgende verbittering der oorlog
voerenden, ten slotte ook Nederland tegen
wil en dank in den maalstroom medesleuren
of misschien bij den naderenden vrede tot
slachtoffer kiezen om een oplossing te
vinden voor wederzijds onvereenigbare
eischen Zoolang de partijen tegen elkander
opwegen en geen van beiden op eene beslis
sende overwinning kan bogen, is Nederland
betrekkelijk veilig. Zoodra daarentegen de
weegschaal duurzaam overslaat, vertoont
zich een aantal problemen, waarbij het lot
van het vaderland ten nauwste is betrokken.
Het allernaast raakt ons het toekomstg lot
van Belgis. Is eene inlijving bij Duitschland
hoe onwaarschijnlijk ook, voor ons een
dreigend gevaar, niet minder is dit een
volledig herstel onder de uitsluitende leiding
der Westersche mogendheden. Dan zal
namelijk de vraag rijzen, of herstel binnen
de oude grenzen wel voldoende is om nieuwe
aanslagen te voorkomen en de geleden
schade te vergoeden. Dan zal onder den
invloed van Belgische en Brische imperia
listen want die zy'n er evengoed als in
Duitschland een begeerig oog worden
geslagen op Nederlandsche landstreken en
waterwegen en het grootste beleid en de
krachtigste wil noodig zijn om Nederland's
rechten te handhaven en tegen miskenning
ondank en afgunst, te verdedigen. Daarom
vooral is de toekomstige vrede voorzeker
een vurig begeerde gebeurtenis, maar ook
een zware beproeving, die ieder rechtgeaard
Nederlander, die niet leeft bij den dag, met
bijzondere spanning tegemoet ziet.
„Daarom mijn vaderland, waak en werk
zoolang het nog dag is, Waan niet, dat de
hemel helder is, omdat de zon des vredes
dit dierbaar plekje drie jaren lang met
wisselenden glans bescheen. Hoe geweldiger
de ontbonden krachten om zich grijpen, des
te grooter gevaren ons omringen. Bezwijkt
straks een der oorlogspartijen of maakt
aller uitputting aan de weergalooze worste
ling een einde dan eerst slaat voor u
de beslissende ure. Dan moge aan een helder
hoofd en edelen zin de krachtige hand niet
ontbreken, die alleen in staat is daaraan
invloed te verschaffen en vrijheid en onaf
hankelijkheid te waarborgen."
&raan en alcohol.
Het bureau voor mededeelingen inzake
de voedselvoorziening meldt:
Herhaaldelijk wordt in vergaderingen en
in de pers drang geoefend, dat geen brood
graan zal verstrekt worden aan bierbrou
werijen, branderijen en alcoholfabrieken.
Daarbij wordt vaak de voorstelling gewekt,
als zoude in dit opzicht de toestand dezelfde
zijn als voorheen, d. w. z. dat de bedoelde
industrieën vrijelijk graan kunneo bekomen.
Niets is echter minder waar. De bierbrou
werijen ontvangen sinds 1916 in het geheel
geen graan meer, dat voor broodbereiding
zou kunnen dienen. Ten aanzien van de
branderijen en de Gist-en Spiritusfabriek is
het probleem eenigszins moeilijker. De naam
der zooeven genoemde fabriek wijst reeds
uit, waarin de moeilijkheid schuilt, nl. in
de gist, die als belangrijk bijproduct wordt
verkregen bij het stoken van graanspiritus,
terwijl de branderijen bovendien groote
hoeveelheden spoeling opleveren, die uitne
mende diensten bewijst als veevoeder.
Is de spoeling wellicht niet volstrekt
noodig, met de gist is dit wel het geval. De
bakkerij kan die niet missen. Bij het ver
strekken van graan aan de branderijen en
de Gist en Spiritusfabriek nu wordt als basis
aangenomen de behoefte aan dit product.
Vandaar dat de graanverstrekking sinds
langen tijd geschiedde op de basis van 60
pet. van de normale productie der industrie,
omdat aldus voldoende gist werd verkregen
voor de binnenlandscbe behoefte. Met de
vermindering van de broodconsumptie door
verlenging van den duur der broodkaart tot
11 dagen is dan ook gepaard gegaan een
verlaging van die basis, zoodat thans slechts
graan wordt verstrekt voor niet meer dan
41 pet. der normale productie.
De branderijen en de Gist- en Spiritus
fabriek ontvangen derhalve graan, nietten
behoeve van de alcoholproductie, maaralleen
om de voldoende hoeveelheid gist te ver
krijgen.
Een meevaller.
Te Huizum overleed in een klein scheepje
de oude eigenares, een arm vrouwtje dat
altijd sobertjes leefde. In een verborgen
hoekje van het vooronder vonden de erf
genamen 7000 gld.
Ambtenaren, die hun plicht doen.
Wij ontvingen dezer dagen bericht, dat
aan het grensstation te Eysden de auto van
de Belgische Reliefcommissie eenigen tijd
geleden werd aangehouden door een rijks
ambtenaar aldaar, die de auto wenschte te
visiteeren. Bij onderzoek bleek de auto een
koffer te bevatten vol zeep en chocolade en
waarin ook eenige paren schoenen geborgen
waren. Terwijl de ambtenaar met het onder
zoek van den koffer bezig was, zag de chauf
feur kans over de grens te komen met de
auto.
Bij informatie naar de juistheid van dit
bericht, die ons volkomen bevestigd werd,
vernamen we echter nog merkwaardige bij
zonderheden.
De ambtenaar n.l. die zoo uitstekend zijn
plicht deed werd beloond metschorsing.
Gewoonlijk worden de auto's van de Relief
commissie „gevisiteerd" door den commies-
oatvanger, die niet de moeite neemt ze te
onderzoeken. Men mompelt, dat er een ge
heime order bestaat om de auto's van de
Relief-commissie slechts „globaal" te onder
zoeken, maar hoe dit ook zy, een feit is, dat
zfj altijd ongehinderd passeeren. En sterker
nog. Het voorschrift luidt, dat auto's aan de
douane moeten stoppen, en dat de leden der
Reliefcommissie moeten uitstappen en te
voet de grens overgaan. Altyd echter ging
de auto tot vlak bij de Duitschers en bleef
daar geruimen tjjd staan. Wanneer er niet
opgelet werd gingen er groote hoeveelheden
smokkelwaar de grens over. Men heeft reden
om aan te nemen, dat er gewerkt wordt
met douceurtjes. Vanwaar anders die zonder
linge plichtsopvatting van vele rijksambte
naren waar het de auto's van de Relief
commissie geldt?
Het feit intusschen, dat de ambtenaar, die
zijn plicht deed, geschorst wordt, doet de
vraag rijzen, welke geheime invloeden hier
in bet spel zijn. De kommies-ontvanger liet
de auto's ongehinderd passeeren. By zijn
afwezigheid staat nu de geschorschte rijks
ambtenaar op post, hij doet zijn plicht en
houdt een flinke hoeveelheid smokkelwaar
aan.
Men zou denken, dat hy voor die plichts
betrachting een extra belooning zou krijgen.
De inspecteur vindt echter, dat hy „zenuw
ziek" is, dat hy met den kommies niet meer
kan samenwerken enzoovoort.
Het is den nu geschorsten ambtenaar
meermalen gebeurd, dat men hem geld aan
bood, wanneer hy „een oogje dicht wilde
doen." Zijn rechtschapen karakter verzet
zich daartegen. Hij staat aan de grens om
tegen het smokkelen te waken en by meent,
dat dit maar op een wijze kan geschieden:
onderzoek en eventueel aanhouden. Een
andere opvatting van zijn taak kent hy niet.
Met het gevolg, dat hü geschorst wordt
en waarschijnlijk naar een oord verplaatst
waar hy niet meer lastig kan zyn als „dwars
kijker", terwijl de andere heeren Ja, welk
een opvatting van hun plicht hebben die?
Een en ander heeft ook alweer in groote
kringen daar wrevel gewekt. Welke soort
publieke moraliteit worden er in zekere
kringen van ons land toch op na gehouden
dat zulke schandelijke dingen mogelijk zfjn
Tel.
Aardappelen niet schillen.
Het Bureau voor Mededeelingen inzake
de Voedselvoorziening schrijft:
De directeur van een groote sociteit deelde
mede, dat in een door hem beheerde in
richting, waar dagelijks 140 k 160 leden en
ongeveer 20 man personeei eten, de aard
appelen ongeschild worden gekookt, hetgeen
een groote besparing opleverd. De aardap
pelen zijn veel smakelijker en de verbrui
kers kunnen zelf het dunne schilletje er ge
makkeiyk afhalen.
In dezen tijd, nu de grootste zuinigheid
met alle levensmiddelen plicht is, mag dit
advies zeker ter overweging worden aan
geboden.
Inderdaad levert deze wyze van bereiden
slechts geringe moeilijkheden op, terwy'l
er veel voedingswaarde, die bij het koken
van geschilde aardappelen verloren gaat,
behouden blijft.
Navolging van het hier gegeven voorbeeld
zij daarom ten zeerste aanbevolen.
Bommen op Sluis.
Maandagavond 9,50 werd Sluis door twee
bommen getroffen. Twee woonhuizen, dat
van P. Versluijs aan de Kapellestraat en dat
van J. Hermans aan de Nieuwstraat, zijn
vernield. Geen menschenlevens zijn te be
treuren. De nationaliteit van vliegtuig of
vliegtuigen is niet bekend.
De bakkerij van P. Versluis is voor pen
groot deel verwoest; van de woning van
den schoenmaker Hermans werd het geheele
dak weggeslagen. De overige woningen in de
Kapellestraat en omgeving beliepen eveneens
schade; het aantal ruiten, dat gebroken is,
is groot. Twee kinderen, welke onder het
puin lagen, werden door de militairen be
vrijd. Gelukkig zijn geen verdere persoonlijke
ongelukken gebeurd. Stukken puin liggen in
de omgevende andere straten geslingeid;
alles werd direct door de militairen afgezet.
Met ontsteltenis zullen onze lezers ver
nemen, dat nu weer Sluis het slachtoffer is
geworden van een slecht georiënteerden
vlieger. Menschenlevens zijn ditmaal geluk
kig niet te betreuren; doch dit is puur toe
val.
Van welke nationaliteit de dader is, schijnt
vooralsnog niet te kunnen worden gezegd;
het zal, vreezen wij, tenzij er bomscherven
worden teruggevonden, die een vermoeden
van schuld oproepen, wel in eeuwige duis
ternis blijven. De oorlogvoerenden melden
zich niet uit eigen beweging als schuldigen
aan.
Het behoeft geen kwade trouw te zijn,
dat zy dit nalaten. Opzet is er bij zulk een
voorval als die op Sluis natuurlijk niet ge
weest, Dergelijke gebeurtenissen moeten
worden gerubriceerd onder de „betreurens
waardige vergissingen", die, gelijk het eens
officieel uitgedrukt werd, in een oorlog on
vermijdelijk zyn. Er zou dus geen wezenlijk
bezwaar zyn, zoo de schuldigen zich aan
meldden uit eigen beweging, maar zy doen
dit niet, omdat zy het niet kunnen. Zy
weten het doodeenvoudig niet.
Dit is het verschrikkelijke van dien oorlog
uit de lucht. In de officieels communiqués
vertoont hij heel wat. Elk der partijen maakt
er haar volk mee gelukkig, dat er militaire
successen van den eersten rang bereikt
worden by wyze van goedpraten van het
gebruik van dit middel, dat, hoezeer ook de
oorlog de geesten verhard heeft, nog ieder
weldenkend mensch tegen de borst stuiten
blijft. "Wanneer wij, neutralen, er echter eens
iets van nabij van ontdekken, is het een
volkomen fiasco. De vliegers daarboven in
de lucht weten herhaaldelijk op geen mijlen
na waar zy zijn, ze gooien maar op goed
geluk hun bommen uit. Eu wanneer er dan
bommen vallen op Zierikzee of Sluis of waar
ook, dan zijn er weken ja maanden van
het meest nauwkeurige onderzoek, allerlei
berekeningen van winddruk, motorkracht,
vermoedelijke vaart enz. noodig, eer eindelijk
een der oorlogvoerenden zich gerechtigd
acht, te erkennen; ja, dat moet dan toch
wel een der onzen hebben gedaan.
Men kan zich dan begrijpen, wat er met
die tallooze aanvallen op Londen, op Stutt
gart, aan beide zijden achter het front, wordt
bereikt. By toeval misschien ook wel eens
een enkele keer iets van militair belang.
Duitsche deserteurs en de Ned. grenswacht.
Van drie soldaten onzer grenswacht, die
het gezin van een Duitschen deserteur te
Wyler behulpzaam waren by het brengen
van het huisraad over onze grens en die
zich met geladen geweer een flink eind op
Duitsch gebied begeven hadden, werden er
twee door Duitsche militairen ontwapend
en in den Zwanentoren te Kleef opgesloten.
Zfj hadden voor hunne arrestatie een Duit
schen gendarme bedreigd. De derde wist
den dans te ontspringen. Een der geva-ngea
genomen soldaten oefent in vredestyd te
Groesbeek het beroep van schilder uit en
is vader van een groot gezin.
In zake de begenadiging van den heeg
Keunen, burgemeester van Hamont, die zoo
als men weet, aanvankelijk door de Duitsche
overheid in België ter dood veroordeeld
was, maar wiens vonnis in levenslange
tuchthuisstraf is veranderd, heeft de Meie-
rysche Crt. een correspondentie onder de
oogen gehad, waaruit blijkt, dat de heer
Keunen zyn leven, zooal niet enkel en
alleen, dan toch hoofdzakelijk heeft te dan-