Buitenland.
haven te Dordt gebracht en ligt daar onder
bewaking. De goederen behoorden aan drie
Duitsche firma's, te Bocholt en te Hamburg.
Berooving.
GRONINGEN. Een veekoopman van hier
was op de veemarkt met een onbekende
man en vrouw. Hü mist den volgenden
morgen een portefeuille met ongeveer f 1300.
De recherche deed nasporingen en hield te
Leeuwarden den man aan, die in gezelschap
van den reekoopman was geweest. Hij
wordt verdacht dezen diefstal te hebben
gepleegd, werd ter beschikking gesteld van
de justitie, maar was niet meer in het bezit
van het geld.
Schip geborgen.
Aan de Vischmarkt te Rotterdam ont
moetten wij schipper Duivenbode van den
zeillogger „Katwyk 110", en schipper O.
Schaap, van den zeillogger „Katwijk 19",
die een groot aandeel hebben genomen in
het bergen van het getorpedeerde Noorsche
stoomschip „Kongsli".
Zaterdagmorgen te half zes was men
visschende voor Zandvoort op ongeveer 16
myl uit de kust, toen men aan boord van
de „Katwyk 19" de „Kongsli" hulpeloos
zag ronddrijven met zware slagzij aan
stuurboord. De netten werden ingehaald en
onmiddellijk zette men koers naar het vaar
tuig, dat het Noorsche Reliefschip „Kongsli"
bleek te zyn.
Schipper G. Schaap begaf zich het eerst
aan boord, en ontdekte, dat het vaartuig
geheel verlaten was. Het maakte veel water
en zeer langzaam voelde men het vaartuig
zinken.
De schipper seinde daarop naar de „Kat
wijk 110", waarop ook schipper Duivenbode
aan boord van de „Kongsli" kwam. Men
wachtte tot de sleepboot „Oostzee" het ge
torpedeerde vaartuig kwam afhalen, en
bleef ook tijdens het opstoomen naar den
Hoek van Holland aan boord.
Door deze moedige daad hebben de schip
pers voor hunne reederijen een derde van
het bergloon verdiend, en dit loon zal aanzien
lijk zijn, daar „Kongsli" een splinternieuw
stoomschip is, dat zijn eerste reis maakte
geladen met graan voor de Belgische be
volking. Brokken van een torpedo hebben
de schippers nog op dek gevonden. (Tel.)
- Ben duur kievitsei.
Te Barneveld arriveerde een Amsterdam-
sche familie, die zich met twee rijtuigen,
elk met twee paarden bespannen, naar haar
landgoederen, gelegen in deze gemeente, liet
brengen, met het doel kievitseieren te zoe
ken. Inderdaad hadden de Amsterdammers
het geluk een nestje met één ei te vinden,
dat bij onderzoek scheen te zjjn een kunstei,
hetwelk men in de nesten legt om de vogels
te doen bijleggen.
De terugreis van hier werd op dezelfde
wijze als de heenreis afgelegd en na een
copieus diner, vertrok de familie weer naar
Amsterdam.
Bjj de kostenberekening bleek toen het
eitje juist op f 100 te komen, een wel wat
hoogen prijs, zelfs voor een kunstkievitsei
Unie-liberale Kamerclub.
Tot voorzitter van de Tweede Kamerclub
der Liberale Unie, in de plaats van mr. Tb.
H. de Meester, is benoemd mr. E.E. van
Raai te.
Groenten.
Door het Rijks-Centraal Administratie
kantoor voor de distributie van levensmid
delen, is den gemeentebesturen medegedeeld
dat de voorraad kool, die, dank zij het
koelere weder, dit voorjaar gedurende ruim
Z69 weken langer bewaard kon blijven dan
verleden jaar, thans is uitgeput, en dat de
distributie van kool met ingang van 18 April
is gestaakt.
Van uien, peen en knolrapen zijn nog
kleine voorraden aanwezig. Deze producten,
welke reeds van vorst hebben geleden, zijn
wegens het vergevorderd seizoen niet goed
te vervoeren, zoodat de zendingen niet in
die uitstekende condities zullen aankomen
als steeds het geval was. Onder deze ongun
stige omstandigheden kon de distributie nog
slechts tot 25 April plaats vinden en alleen
onder voorwaarde, dat de gemeenten het
risico voor goede aankomst op zich nemen,
Voorts is de aandacht der gemeentebe
sturen er op gevestigd, dat er nog een be
langrijke hoeveelheid vatgroenten is, waar
van echter de zuurkool binnen een maand
aan bederf onderhevig zal zijn, doch de
Vereeniging „Groenten Centrale" heeft nog
circa een kwart millioen 3-liter blikken zeer
goede spinazie in voorraad, welke aan bo
vengenoemd Distributiebureau kunnen wor
den aangevraagd.
Deze blikken worden geleverd tegen 60
cents per stuk, franco gemeente. De winke
liers kunnen deze uiwegen tegen 30 cents
per kilogram.
Te wenschelijker is de aftrek van deze
uitstekende groente, daar de jonge, versche
spinazie uit den aard der zaak geen massa
product is en wegens de verhoogde kosten
aan arbeidsloon, mest enz. thans nog meer
dan anders moet kosten.
Bovendien is wegens het koude weder de
spinazie van den kouden grond een maand
later dan anders.
Tenslotte herinnert het Rijks Distrib'utie-
bureau er aan, dat sedert eenigen tijd
door de Vereeniging: „Groenten Centrale"
geleverd wordt Juliene (gedroogde soep
groente), die door den winkelier tegen 15
cents per onspakje moet worden vei kocht.
Julienne is met name in het voorjaar,
als versche groenten schaarsch zyn, een
welkome aanvulling en afwisseling van ons
volksvoedsel. Julienne moet niet verward
worden met de groenten, gewoonlijk als
soepgroente gebezigd. Julienne bevat zeer
voldoende bestanddeelen en wordt met rijst
en erwten als Julienne-soep meer en meer
gewaardeerd. Mocht in sommige gemeenten
nog niet Julienne verkrijgbaar zijn gesteld,
dan kunnen die gemeenten zich wenden
tot de Vereeniging „Groenten Centrale".
De winkeliers kunnen zich tot de bij de
Rijks-Commissie van Toezicht op de Ver.
eeniging „Groenten Centrale" ingeschreven
grossiers wenden en bij hen de benoodigde
bestellingen op dit artikel doen.
Hindenburg over de staking te Berlijn.
Hindenburg heeft den volgenden brief ge
schreven aan luitenant generaal von Gröner,
leider van het oorlogsbureau:
In de laatste dagen heb ik van stakingen
in een groot deel der Berlijnsche fabrieken
voor oorlogstuig gehoord. Uit uw mededee
lingen bemerk ik weliswaar, dat men met
enkele uitzonderingen weer aan 't werk is.
Het feit evenwel, dat, van alle bijomstandig
heden afgezien, de arbeid in de oorlogsnij
verheid op groote scbaal wegens de voedsel-
kwestie kan worden neergelegd, noopt mij
tot de volgende uiteenzettingen.
Geheel het volk heeft te lijden onder de
noodzakelijk geworden inkrimping van 't
broodrantsoen. Ik twijfel echter niet, of de
tegelijkertijd ingetreden verhooging van het
vleeschrantsoen en de van nu af aan weer
regelmatige levering van aardappelen kun
nen ter vervanging van de verminderde
hoeveelheid brood dienen. Ook ben ik over
tuigd, dat alle kringen der bevolking en over
heidspersonen, die bij de verschaffing en
verdeeling van deze levensmiddelen betrok
ken zijn, zich den ernst van den toestand
bewust zijn en dat het op deze wijze zal
lukken om de gedane beloften intelosseD.
Des te minder kan mijnserachtensdekwestie
van den leeftocht binnenlands reden tot
staking zijn. Ik acht het mijn plicht, er u
op te wijzen, dat bij den slag, die op het
oogenblik op het westelijk front moet wor
den uitgevochten een onbesnoeide aanmaak
van oorlogstuig van elke soort een taak is,
waarbij al het andere achterstaat, dat elke
staking, hoe onbeduidend ook in schijn, ge
lijk staat met een onverantwoordelijke ver
zwakking van onze verdedigingsmacht en
ik die als een ondelgbare schuld tegenover
den man in de loopgraaf, die daarvoor zijn
bloed zou moeten storten, beschouw.
Ik verzoek u daarom er met alle middelen
voor te zorgen, dat de vervaardiging van
wapens en munitie met de meeste klem
wordt bevorderd, en dat vooral zy allen, die
daarvoor in de termen vallen, de arbeiders
in de bewapeningsny verheid naarbehooren
inlichten, hetgeen my de eerste voorwaarde
tot het bereiken van ons groote doel voor
komt.
Generaal Gröner heeft aan de Duitsche
bonden van vakvereenigingen den inhoud
van Hindenburg's brief woordelijk meege
deeld, op de leden een beroep gedaan om
den betrokken arbeiders bij te brengen, wat
hun plichten zijnen verder den wensch van
den maarschalk nog eens onderstreept.
Rusland wil geen afzondelijke vrede.
De pogingen van Duitschland om vredes
onderhandelingen te doen openen tusschen
de uiterste linkerzijde der Russische socia
listen en de Keizerlijke Duitsche en Oosten-
ryksche socialisten, die in speciale missie
door den kanselier en de Ballplatz gezonden
zijn, zullen zonder eenig practisch resultaat
blijven.
De Russische democratie, vertegenwoor
digd door de revolutionaire socialisten en
de overweldigende meerderheid der sociaal
democraten, deelt de overtuiging van de
geheele Russische gemeensehap, dat de
idealen van het bevrijde Rusland onver-
eenigbaar zijn met de aspiraties van Duitsch
land.
De aankomst te Petrograd van den leider
der Zweedsche socialisten. Granting en van
een Engelsch-Fransche delegatie heeft gun
stige resultaten opgeleverd. Zij heeft ont
nuchterend gewerkt op verscheidene oprech
te aanhangers van het Russische pacifisme
die geloofden aan de mogelijkheid van een
revolutie in Duitschland en de hoop koes
terden, buiten den keizer en den kanselier
om, overeenstemming tusschen de Duitsche
en Russische democratie tot stand te
brengen.
Het Russische leger is verontwaardigd
over het denkbeeld van een voorbarigen
vrede. Her eischt, dat het doel van den
oorlog, de vrijheid, ten volle bereikt zal
worden. Het gelijkluidend oordeel van
regeering, leger en bevolking omtrent de
noodzakelijkheid, den oorlog tot de eind
overwinning van het recht voort te zetten,
is de beste waarborg, dat de pacifistische
manouvres van Duitschland volkomen zullen
mislukken.
De resoluties, welke onlangs op verschil
lende vergaderingen van politieke partijen
aangenomen zyn, geven blijk van de overal
in Rusland heerschende meening, dat men
alle krachten moet verzamelen voor de ver
dediging van de veroverde vrijheid tegen
den buitenlandschen vijand.
De mogelijkheid van een afzonderlijken
of zelfs voorbarigen vrede met Rusland is
uitgesloten «n de intrigues van Duitschland
kunnen allen, die ze steunen, niet anders
dan compromtteeren.
Het nieuwe Spaansche kabinet.
Een te Bazel ontvangen Havas-bericht
uit Madrid meldt, dat de minister van on
derwijs na beëindiging van den ministerraad
aan eenige journalisten verklaarde, dat de
nieuwe regeering zich door dezelfde inter
nationale beginselen zal laten leiden als de
kabinetten van Dato Romanones, en dat
ook zy de neutraliteit van Spanje zal hand
haven. Hij voegde hieraan toe, dat de regee
ring steeds bereid zou zyn de belangen en
de eer van Spanje te verdedigen. De minis
terraad heeft voorts besloteu, de constitutio
neele waarborgen te herstellen.
De „Temps" schrijft naar aanleiding van
de kabinetswisseling: „Duitschlands vrien
den zullen zich zeker over den val van
graaf Romanones verheugen, ofschoon het
zeker niet Garcia Prieto is, dies zy zich als
opvolger gewenscht hadden. Zy zullen daar
in een reden vinden, hun propagande met
verdubbelden ijver voort te zetten. Maar
onder de huidige omstandigheden zijn de
gebeurtenissen sterker dan de menschen
en het verzet der wereld tegon de Duitsche
barbaarschheid voltrekt zich met zoodanige
kracht, dat het alle weifelaars en tegenstre-
venden medesleurt"
De „Pester Lloyd" verneemt van welinge
lichte zy'de te Weenen nog het volgende
omtrent het nieuwe Spaansche kabinet:
De huidige premier, Garcia Prieto trad
destyds uit het kabinet-Canalejas, wijl hy
nevens een economische uitbreiding der
betrekkingen met Frankrijk ook in politiek
opzicht naar een nauwere aaneensluiting
met dit land streefde, een denkbeeld, waar
tegen Canalejas zich krachtig verzette. Naar
uit een onderhoud met een correspondent
van de „Petit Parisien" blijkt, beeft Prieto
ook gedurende den oorlog zyn vroegere
inzichten dienaangaande in hun vollen om
vang gehandhaafd.
Belgie en de alkohol.
In Vrij Belgie begint dr. van de Perre een
reeks artikelen over de alkoholplaag in
België, waarboven hy deze uitspraak plaatst
De alkoholplaag is een grooter kwaal dan
de oorlog. Dr. van de Perre schrijft in dit
eerste artikel o.m,:
Het kwaad van den oorlog moge nog zoo
groot zijn, maar zijn er dan geen andere
kwalen, die onze overweging en onze werk
zaamheid opeischen, kwalen waarvoor we
zelf kunnen ter verantwoording worden ge
roepen; kwalen, die, indien we van nu af
niet waken, onze meesters zullen zyn. En
de eerste onder haar is wel het alkoholisme.
Het alkoholismp is voorzeker een gröoter
kwaal dan de oorlog. Daarmee wil ik niet
een paradoxe vooruitzetten of de kwaal over
drijven om de aandacht te vestigen. Uit het
volgende moge blijken, dat ik steun op on
weerlegbare bewijzen. Ware het niet, dat al
de Westersche staten onder de kwaal lijden,
sommigen meer, anderen minder, maar allen
in ernstige mate, ik zou verlegen zijn het
kwaad, dat ons volk teistert, in zyn volheid
in een blad, dat in Holland zooveel lezers
vindt, te doen uitkomen.
Na over de slachtoffers van den alkohol
gesproken te hebben, spreekt dr. Van de
Perre over de stoffelijke verliezen. Hij
schrijft:
Het alkoholisme verwekt meer stoffblyke
verliezen dan de oorlog.
Ik ken noch de schade door den oorlog
verwekt, noch het getal door den alkohol
geruïneerde families. Maar laten wy eens
nagaan, wat er in België jaarlijks verdronken
wordt. Nemen wij b.v, 1913.
De Belgen gaven uit aan:
Francs.
1. Ingevoerde bieren 13,179,373
Tolrechten1,853,096
2. Belgisch bier gebrouwd:
16,726,943 ton aan 16 fr.
gemiddeld de ton 276,631,288
3. Ingevoerde sterke dran
ken voor inlandsch ver
bruik 3,331,159
Tolrechten8,744,296
4. Sterke dranken in België
voortgebracht en ver
bruikt: 422,401 heet. aan
50 G. L. geschat aan 175
fr. den hektoliter 73,920,175
5. Wijnen40,444,646
Accijnsrechten 9.341.798
413.423,831
De Belgen verdronken in 1913 voor
418,423,831 fr. Maar dat is de prijs der dran
ken in 't groot. Dit moet op zyn minst ver
dubbeld worden voor den uitverkoop.
Deze berekening is ver onder de waarheid,
wat wyn, (interest, winsten van uitverkoop
enz.) en sterke dranken betreft. Maar laat
ons slechts verdubbelen De Belgen verdron
ken in 1913 voor ten minste 800 millioen
fr. Dat zal wel minder zyn dan de kosten
van den oorlog, vooral wanneer men de
vernietiging van goederen berekent. Maar
nog eens, de oorlog kwam na 80jaar vrede
en duurde, duurt? toch maar enkele jaren.
Aau welke zijde is dan het grootste verlies?
Alleen de staatskas houdt het aan den
alkohol. In 1913 bracht bet alkoholverbruik
(bier en sterken dranken en wyn samen)
op: 113 millioen.
Uit Bulgarije.
Het Buig. Agentschap is gemachtigd tot
de volgende mededeelmg in autwoord op
de verklaring der voorloopige Russische
regeering op 10 April:
Het Bulgaarsche volk en zyn regeering
hebben met levendige vreugde kennis geno
men van de tyding, dat zy (de voorloopige
regeering) de verworven vryheid wenscht
te wyden aan den arbeid tot heil van zijn
vrije volken.
Bulgarije heeft dan ook met sympathie
kennis genomen van de verklaring van den
lOden April, die de voorloopige regeering
heeft laten publiceeren door het St. Peters-
burgsche l'elegraafagentschap. Het heeft die
op prijs gesteld als een bewijs voor de nieuwe
oriëntatie der Russische oorlogspolitiek, die
thans de verovering van vreemd gebied
verwerpt evenals de onderdrukking van
andere volken.
In antwoord op de verklaring van de
Russische voorloopige regeering, hebben
Oostenrijk Hongarije en Duitschland reeds
te verstaan gegeven, dat de centralen noch
den wensch noch het belang hebben, dat
Rusland uit dezen oorlog vernederd of in
zyn levensvoorwaarden geschokt te voor
schijn komt.
De centrale mogendheden streven niet
naar wat strijdt met de eer of de vrije
ontwikkeling van het Russische volk. In
tegendeel, zy wenschen met Rusland in
vrede en vriendschap als naburen televen.
Zy denken er niet aan zich te mengen in
de binnenlandsche aangelegenheden van
Rusland.
Wat Bulgarije betreft, weten de huidige
machthebbers in Rusland opperbest, datzy
van dien kant niets te vreezen hebben.
Bulgarye heeft niet aan het Russische
volk den oorlog verklaard, maar het heeft
dien ondergaan, omdat het gewaagd heeft
tegenover den wil van de oppermachtigen
van het oude regime in Rusland zyn poli
tieke ea nationale rechten te verkondigen
en te verdedigen, welke rechten voorheen
door de beste vertegenwoordigers van bet
liberale Rusland waren erkend, en welke
door hen met het bloed _van hun eigen
(Russische) zonen was verdedigd.
Het is een van de eeretitels voor Bulgarije
en ook een verdienste van zijn regeerders,
altyd de hartelijkste gastvrijheid te hebben
verleend aan de verbannen kampioenen voor
de Russische vrijheid.
Daarom is Bulgarije bereid om alle stappen
te steunen, die den vrede kunnen verzekeren.
Maar het is niet minder Vast besloten, om
in overeenstemming met zyn bondgenooten
den strijd voort te zetten tot een eind, dat
het de volledige vereeniging van het eigen
volk verzekert.
Japans, hulp aan de geallieerden
De hulp door Japan aan de geallieerden
verleend, bestaat vooral in den steun fijner
nijverheid.
De Japansche metaalindustrie dateert
slechts van eenige jaren voor den oorlog.
In 1913 was zy nog niet zeer goed van
werktuigen voorzien en haar eigenlijke
vlucht dateert eigenlijk van den oorlog, waar
door aanzienlijke afzetgebieden werden ge
schapen, en wel door de bestellingen der
geallieerde regeeringen, vooral van de Rus
sische.
De militaire en m iritieme staatstuighuizen
hebben thans hun machinerie aanzienlijk
verbeterd. De particuliere munitieindustrie
■is van meet af aan gesticht. EeDige cijfers
zullen een denkbeeld geven van deze ont
wikkeling.
In 1913 had, volgens het „Japan Jear Book"
de staatssmelterij van Wabaatsu 7500 ar
beiders in dienst. In Juni 1916 echter had
zij er reeds ruim 28.000 aan hei werk.
Het personeel van het vlootarsenaal van
Matzuru, dat 1400 man telde, is in datzelfde
tydvak verviervoudigd.
De Japansche bladenschatten,dat Rusland
van Japan voor ongeveer l'/i milliard francs
aan wapenen van allerlei aard heeft ont
vangen. De voornaamste artikelen door Japan
aan de geallieerden geleverd, zyn kanonnen,
drijvende mijnen, schokbuizen voor granaten,
granaten, spoorwegmateriaal, laken, schoe
nen en zelfs gevlochten stroo, om er de
aardzakken van te maken, die op het
Fransch-Engelsche front dienst doen.
Dank zij de geweldige kapitalen, door zijn
uitvoer opgebracht, heelt Japan zelfs geldt-
lyken steun aan de geallieerden kunnen
geveD, voornamelijk aan RuslaDd en Enge
land. Twee Russische leeningen, een van
BO millioen yen, de andere van 70 millioen
yen, in Russische schatkistbons, zyn in Ja
pan ondergebracht, en op den dag zelf van
hunne uitgifte verscheidene malen voltee-'
kend.
Er is sprake van een, derde Russische
leening van 800 millioen yen. Japan heeft
nog in December 1916 voor 100 millioen yen
Engelsche schatkistbons genomen. Deze fei
ten bewijzen voldoende, dat Japan ijverig
aan de gemeenscbappelyke zaak medewerkt.