Officieel Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede
EERSTE BLAD
I5a« Jaargang.
Woensdag 6 October 1915.
No. 47
„VOORUIT!"
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofdredacteur W. DE JONG,
Lid van de Tweede Kamer Staten-Generaal,
's-GBAVEIYII IGE.
Uitgave der
Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiën van 1 6 regels f 0,60
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing -wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- én Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Mr. C. Th. van Deventer.
Het treurige nieuws van het overlijden
van den afgevaardigde voor Assen is
thapê'tot allen gekomen; de slag, waar-
-r£n zoovelen nog gehoopt hadden, dat
die zou worden afgewend, is gevallen.
In weinige dagen heeft een hevige ziekte
een einde gemaakt aan het welbestede
leven van een man van beteekenismet
mr. C. Th. van Deventer is een van de
warmste strijders heengegaan voor de
ontwikkeling van onze koloniën, die hij
terecht meende dat het best te verkrij
gen was door eene opvoeding van de
ïnlandsche bevolking tot economische en
politieke zelfstandigheid. Met zyn artikel
„Een Eeresehuld", nam hij direct plaats
in de eerste golederen van hen, die zich
wijdden aan de belangen van den inlan
der, en hij deed dat uit liefde voor het
land, waarin hy eene glansvolle carriëre
had gemaakt, en waarvan de bevolking
hem lief was geworden.
Heel zijn optreden werd door die liefde
beheerscht; vandaar dat hij nimmer
optrad met hevige philippica's over het
verzuim der opeenvolgende regeeringen
trouwens, heftig optreden lag niet in
zijn aard, hoe idealislisch hij ook was
aangelegd, maar dat hij, wij zouden
haast zeggen systematisch en met veel
nadruk aantoonde, wat er in Indië moest
gedaan worden, om het doel dat hij
voor oogen had te bereiken. Hij ging
blijkbaar van het denkbeeld uit, dat als
men maar precies wist, waaraan het in
Indië schortte, verbetering van het be
staande niet kon uitblijven.
En zoo werd hij, al was dan ook geen
buitengewoon redenaar, een man van
gezag in de Tweede Kamer, naar wien
\eder luisterde, en die door allen hoog
geacht werd.
Toen hij in 1909 voor Amsterdam IX
niet gekozen was dat district met
zijn buitengewoon feilen partijstrijd was
voor een man als Van Deventer, die
veel te teer van gemoed was voor de
politieke arena, zeker niet het meest ge
schikte bleei hij twee jaar buiten de
eigenlijke politiek, totdat in 1911 de Sta
ten van Friesland hem naar de Eerste
Kamer afvaardigden als opvolger van
jhi-. Beyma. En zijne redevoeringen
aldaar, waarin hij de pogingen van hen,
die het opperbestuur in Indië in secta*
riscbe richting wilden sturen, tegenging,
trokken de grootst mogelijke aandacht
als de uitspraak van een geheel der zake
kundig, zeer bezadigd en uit volle over
tuiging sprekend man,
Hij gaf echter in 1913 aan de roepstem
van zijne politieke vrienden gehoor om
zich weder voor eene plaats in de Tweede
Kamer beschikbaar te stellen, en velen,
ook onder zijne politieke tegenstanders
waren, zageo den hooggeachten, bemin-
nelijken man daar wederom verschijnen,
en hij heeft zich daar opnieuw aan wat
hij de hoofdzaak zijns levens achtte, ge
wijd.
Hij laat eene plaats open, die moeilijk
te vervullen zal zyn, en de Vrijzinnig-
Democratische Kamerclub treft een ge
voelig verlies.
Wij brengen eerbiedige hulde aan de
nagedachtenis van dezen hoogst bekwa
men, en wat zeker niet minder zegt.
hoogst rechtschapen man.
Doorzien!
In de Troonrede werden twee zeer be
langrijke vraagstukken aan de orde ge
steld nl. de Grondwetsherziening en de
herziening van ons belastingstelsel. Men
weet, dat minister Treub l21 belasting-
ontwerpen bij den Raad van State heeft
aanhangig gemaakt, uit welke, naar het
gerucht luidt, tot versterking der Rijks
inkomsten 05 millioen zullen moeten
komen. Het is wel zeer opmerkelijk, dat
<\e antirevolutionaire pers, op aansporen
van de nobele Standaard, onmiddellijk
een campagne is begonnen om de be-
lastingontwerpen te doen voorafgaan aan
de Grondwetsherziening. „Kinderen in de
hoosheid", als de volgelingen van den
heer Kuyper immers zijn, hebben zij er
geen ougenblik aangedacht, dat de be
handeling van belastingontwerpen in de
beide takken der Volksverlegenwoordi-
FEUILLETON.
DE WIJDE, WIJDE WERELD
POOK
ELIZABETH WETHERELL.
10)
De wjjzers stonden l>jjna op tien. Kapitein
Montgomery was uit; deze wist den dag des
Hoeren trouwens ook niet anders door te bren
gen, dan met óf naar buiten, óf naar bed te gaan.
Moeder en dochter hadden den rustdag voor
zich zelf gehad en hem zeer kalm en geuoogljjk
gesleten. Zjj hadden samen gelezen, gebeden en
ook veel met elkander gepraat; en den avond
hadden zq doorgebracht met gezangen te zingen.
Hierbij echter schoten de krachten van Mevrouw
Montgomery veel te kort, zoodat Ellen meestal
alleen zingen moest. En zij werd niet spoedig
vermoeid. Het eene gezang volgde op het andere
met steeds vernieuwd en afwisselend genot; en
hare mama werd niet moede, er naar te luisteren.
De liefelijke woorden en melodieën, die voor
haar oude kennissen waren en haar menige, op
hare tegenwoordige omstandigheden toepasse
lijke les van wijsheid en vertroosting gaven,
zouden hare ziel in verrukking gebracht hebben,
ook al waren zjj niet gezongen door die zuivere
ging maanden en maanden tijds zal vor
deren. Krijgen Kuyper's getrouwen hun
zin dan is er in 191b geeu sprake van
gedeeltelijke afdoening der Grondswets-
herziening, komen dan de Statenverkie
zingen van 1916, dan roept elk antire
volutionair propagandist het triomfante
lijk uit, dat hij wel voorspeld heelt, dat
„links" zijn beloften van 1913 niet zou
houden en er van Grondwetsherziening
niets komt. Immers dit „kind in de boos
heid" zal de bezoekers der volksverga
dering nauwkeurig voorrekenen, dat 1916
geheel zal weggaan met de behandeling
aer belastingontwerpen, dat 1917 als ver
kiezingsjaar niet geschikt is om een
Grondwetsherziening in de kamer te be
handelen en zoo zal de conclusie lui
den de snoode vrijzinnigen hunne
beloften van 1913 dus niet gehouden
hebben 1
Met het onschuldigste gezicht ter we
reld zal de antirevolutionaire propa
gandist bet dan verre van zich werpen
dat de stelselmatige oppositie van den
heer Kuyper er op gericht is geweest
het kabinet Gort van der Linden het
voortbestaan onmogelijk te maken. Hij
zal zelfs de brutaliteit zoover drijven,
dat hij den zoogenaamden Godsvrede
tot een pluim fabriceeert op den Kuy
periaanschen hoed.
Voor de „kinderen in de boosheid'
is dat natuurlijk een heel gemakkelijke
goocheltoer.
Doch, wij arme verdorven paganisten.
gelooven nu eenmaal niet aan de goede
bedoelingen van den aangebeden leider
uit de Kanaalstraat. Wij zien in het heele
drijven om de belastingontwerpen aan
dc Grondwetsherziening te doen vooraf
gaan, niet anders dan een complot om
de kiezers in 1916 en 1917 te misleiden.
Als de heer Kuyper cn de zijnen een
leiddraad aangeven voor den arbeid der
regeering, denken wij aan de vos, die
de passie preekt.
Wij, die de vruchten der overwinning
van 1913 willen en kunnen plukken
meenen, dat de geheele linkerzijde on
voorwaardelijk van de regeering moet
vragen, dat ten spoedigste de ontwerpen
tot Grondwetsherziening moeten wor
den ingediend, opdat nog in 1916 de
kinderstem, die voor hel gehoor van Mevrouw
Montgomery boven alles liefeljjk was. Eindeljjk
echler herrinnerde zjj Ellen er aan, dat het uur
van naar bed gaan reeds verstreken was, cn zond
haar naar hare kamer.
Gedurende eenigen tijd bleef Mevrouw Mont
gomery liggen, zooals Ellen haar verlaten hnd,
terwijl hare gedachten zich inel velerlei dingen
uit hel lang verleden, het treurig heden en de
onzekere toekomst bezighielden. ZQ had er geen
erg in, hoe dc ljjd voorbjjsneldc, en bemerkte
niet, hoe het allengs stiller werd, uaarinate het
later werd, totdat zij bjjna geene voetslnppen
meer op straal hoorde en hel tikken vau de
pendule met die droevige duidelijkheid klonk,
alsof hel scheen te zeggen: „De tijd snelt voor-
bjj, de tjjd snelt voorbij, en gjj zult even
eens voorbijgaan, doe wat ge wilt, ge kunt
dat niet veranderen."
Hel was op slag van fieneD, en Mevrouw
Montgomery was nog steeds in diepe gepeinzen
verzonken, toen zij door een luiden voetstap,
die haastig naderde, gestoord werd. Zjj wist
zeer goed wiens voetstap het was.cn dat hij bjj
de deur zou stilhouden, nog voordat zjj haar
man driftig do trap hoorde oploopen en zjjne
voelen op de vloermat afvegen. En nochtans
zag zjj met eene gewaarwording van schrik, die
zijne komst haar nu onwillekeurig veroorzaakte,
hem de deur opendoen- Altijd vloog haar de
gedachte door het hoofd: Misschien komt hij
met het bericht, dat Ellen vertrekken moet.
Iets in zyn gelaat of zjjn voorkomen, zjj kon
onmogelijk zeggen, wat het was, -- bevestigde
ditmaal hare vrees. Haar hart was beklemd,
en zjj wachtte in stilte om te hooren, wal hij
zeggen zou. Hij scheen echter zeer opgeruimd,
ging bjj hel vuur zitten wreef zich in de han
den, gedeeltelijk uit blijdschap, en zijne eerste
woorden waren;
Eindelijk hebben wij dan loch een goede
gelegenheid voor haar gevonden-
Hoe weinig was hjj in slaat, den angst te be
grijpen, die dit bericht aan zijne arme vrouw
veroorzaakteI Maar zij sloot slechts hareoogcu
en hield zich volkomen bedaard, zoodal hjj niets
vau hare gemoedsbeweging bemerkte.
Hjj trok zjjn overjas uit, nam den pook op
en begon, terwjjl hij sprak, het vuur op te stoken
Ik ben er wanrljjk heel bljj om, zeidc hjj
hel is een pak van mijn hart. Nu kunnen wjj
ook terstond vertrekkenwant het wordt daar
voor hoog tijd. Ik zal morgen allereerst onze
plaatsen op do „Engeland" bespreken. Dit is de
allerbeste gelegenheid voor Ellen; wij zouden
die niet beier kunnen verlangen. Ik begon er
mij al ongerust over te maken, het werd zoo
laat in den tjjd; maar nu ben ik weer volko
men gerustgesteld.
Met wien gaat zjj mee? vroeg Mevrouw
Montgomery, terwijl zij zich geweld aandeed om
te spreken.
Met Mevrouw Dunscoiuhe, zei de kapitein,
terwijl lip met zjjn pook gesticuleerde, gekant
haar immers wel, niet waar? De vrouw van
kapitein Dunscombe, zjj gaat regelrecht naar
eerste lezing kan plaats hebben.
In geen geval raag de linkerzijde van
de vervulling van dezen wensch afzien.
Grondwetsherziening om tot algemeen
kiesrecht voor mannen en tot wegneming
vau de beletselen tegen het Vrouwen
kiesrecht te komen, is in 1913 zoozeer
de inzet der verkiezingen geweest, dat
het eene eerezaak voor de geheele lin
kerzijde is al haar krachten in te span
nen om voor 1917 de herziening haar
beslag te doen krijgen.
Gemengd Nieuws.
Engelsche vlieger geland.
Uit Breskens seint men onsDe Engel
sche vlieger luitenant ter zee Boyd, opge
stegen te Duinkerken, moest op een hoogte
van ruim 4000 meter dalen, doordat door
het zware shrapDell- en geweervuur der
Duitschersde ontsteking weigerde. Hij kwam
Deer in een bietenveld by Nieuwvliet. Het
vliegtuig was door vier geweerkogels ge
troffen. De vlieger was ongedeerd en werd
geïnterneerd.
Een aanslag op generaal Smuts.
Volgens een bericht van den Engelschen
minister van Koloniën, opgenomen in een
Londensch blad, is er op een vergadering
van de Zuid-Afrikaansche party, geleid door
generaal Smuts,geweld gepleegd. Een troep
van 1500 2000 mannen, gewapend met
stokken, houweelen enz. bestormde ten
slotte de verhooging. Politie en soldaten
beschermden Smuts. Er werden schoten
gelost, maar niemand werd getioffen. Had
het geleide van Smuts zich niet krachtig
geweerd, dan zou de menigte zyn geslaagd
in haar pogingen om een minister van de
kroon te vermoorden.
Berichten uit Rome, door de Frankfurter
Zeitung langs een omweg ontvangen, be
vestigen dat een landing van entente-troe
pen te Saloniki op til is, laten echter in het
midden of daaraan behalve Engelsche en
Fransche ook Italiaansche troepen zullen
deelnemen. Oorspronkelijk lag een landing
te Saloniki tot steun van den aanval op de
Dardanellen in de bedoeling, en toen was er
alleen van een Engelsch-Fransch expeditie
korps sprake. Daar Italië echter overvloed
aan troepen heeft, wordt het waarschjfnlyk
geacht dat thans ook de Italianen van de
party zullen zyn. Beraadslagingen van het
Thirlwall en wil zich tot zoo ver met de zorg
voor Ellen belasten, en mijne zuster zal haar
vandaar met een rjjluig afhalen en haar terstond
mee naar huis nemen. Het kon niet beier. Ik
zal Fortuna schrijven, wanneer zjj haar verwach
ten kan. Mevrouw Dunscombe is eene dame van
eene deftige familie, in den hoogsteu graad ach
tenswaardig; zjj gaal naar Fort Jameson met
hare dochter en eene meid, haar echtgenoot zal
haar binnen weinigen dagen volgen.
Wanneer zal zjj vertrekken
Dal is het eenige, wal u, vrees ik, niet be
vallen zal; maar or is niets aan te doen; en,
alles wel beschouwd, is bet veel beter zóó, dan
dat ge nog lang van te voren lijd hadt om u
met treuren en klagen te kwellen. Kortom, het
is zóó nog beter cn ook gemakkeljjker.
Maar wanneer dan? herbaalde Mevrouw
Montgomery op een toon van augstige ontroe
ring.
Ik zie er ecnigszins tegen op u te verschrik
ken. de vrouw van Dunscombe gaat morgen
ochtend vertrekken, zeide hjj tegen mjjen wjj
zijn overeengekomen, dat zjj morgen vroeg om
zes uur met het rjjtuig hier langs zal komen,
om Ellen mee te nemen.
Mevrouw Montgomery bedekte haar gelaat
met hare handen en viel achterover op de sofa.
Ja, daar was ik wel bang voor, dat het zoo
gaan zou, zeide haar man; maar mjj dunkt, dat
het waarljjk niet de mocile waard is. Zoo is het
veel beter, veel beter, dan dal zjj het lang voor
uil geweten bad. Ge zoudt u zelve geheel uit-