Dr. "Wilders stond aan het bed van zü'n kind' dat zwaar reutelend in de kussens lag. Met scherp, onderzoekend oog en kalme hand bood hy hier hulp, bijgestaan door de oude Boortje, die reeds zoo lang bij hem diende; terwijl zijne vrouw aan het voeteneinde van het bed zat, angstig ^Langzamerhand werd de ademhaling van het kind rustiger, de korte bevelen van den dokter hadden opgehouden en ook het ge laat der vrouw ontspande zich. Dokter Wilders hield de kleine hand van den knaap in de zijne en telde de pols- - Het gevaar is geweken, zei hy einde lijk. Ga nu naar bed, Doortje, ik zal by hem waken. Ook gij, Dize, wende hij zich tot z'n vróuw, die, bleek en vermoeid voor hem stond, je moet wat slapen, want je hebt rust noodig. Ik zal toch niet kunnen slapen, ant woordde zij. Ga dan tenminste op de canapée lig gen, zei hij op kalmen, doch gebiedenden toon. Je zult je krachten in den eersten tijd zeer noodig hebben, en als ik hier ben, is dat even goed, als dat je zelf waakt. Zij scheen dat ook in te zien en na nog «en blik op het kind geworpen te hebben, ging zij geheel gekleed op de canapée liggeD. Het leek den dokter spoedig toe, of zij sliep. Hij zat alleen aan het bed van hun kind en zonderlinge gedachten door kruisten zijn brein. Sedert een half jaar leefden z'y nu ge scheiden. Hoe dat gekomen was, kon hü zich zelf niet recht verklaren. Zy waren uit liefde getrouwd. Toen werd het kind geboren on Lize leefde alleen voor den knaap. De dokter meende, dat zij hem ver waarloosde. En hij werd, wat nerveus door z'n drukke practyk, soms boos en barstte uil als er geen acht op hem werd gesla gen. Na zulke tooneeleu was zy gewoon hoewel by haar steeds de hand der ver zoening bood, om dagen lang geen woord met hem te spreken. En toen was op zekeren dag het. woord scheiding gevallen. Beiden waren zij te trotsch, het terug te nemen en eenigen tijd later had Lize haar kind genomen en was Hij bad haar alleen nog schriftelijk ver zocht, hem elke week één dag het kind door de oude dienstmaagd bij hem te la ten brengen, en dat deed zij dan ook ge trouw. Nu was hij plotseling weer in haarhuis, in haar nabyheid en hü kreeg 't gevoel, alsof hij hier hóórde. De pendule sloeg drie uur. Hij stond zacht op en liep naar de canapée. Z(j sliep; de doorgestane angst, de geruststelling van zijne tegenwoordigheid hadden haar ver moeid en gekalmeerd tegelijk Zü was bleeker geworden, haar gezicht smaller, vond by, maar het droeg nog al tijd de bekoorlykheld, die hem eens zoo betooverd bad. Een van haar lange, zwarte vlechten was losgegaan en hing naar beneden.Zachtkens streek hy erover; daarna sloop hy weer naar het bed met het het gevoel alsof hij iets verkeerds had gedaan. Eindelijk, toen 't morgenlicht in het Oos ten reeds merkbaar werd, stond by op. Zy werd wakker en ging overeind zitten. - Je komt terug? vroeg zij angstig. - Ja, vanavond, zei by, als hier intus- 8chen niets bijzonders gebeurt. in welk geval je me dadelijk moet roepon. - Ik dank je, zei ze op eonvoudigon toon, en gaf bem de band. Het gevaar der ziekte was voorbij. Het kind herstelde vlug en mocht weldra eeni- ge uren daags het bed verlaten. Dr. Wil ders kwam intusschen zoo vaak als hü tyd bad, een uurtje met zyn kind spelen. Vaak was Lize daarby tegenwoordig, soms ook was ze uitgegaan. Op eon namiddag was hü alleen; hot knaapje speelde op het tapyt met een bouw doos, die hy voor hem had meegebracht. Hy keek de kamer rond en bemerkte op do tafel een photografie-albura. Zyn por tretten waren er uit genomen. - Natuurlijk, dacht, hy bitter, zy heeft ze vernietigd. Do kleine jongen was naast hem gaan staan en keek in het boek. - Uw portretten, pa, heeft mama alle maal in een afzonderlijke lade. - Weet jy, dat zeker? vroeg hy verrast. - Ja, antwoordde het ventje en knikte met het hoofd, ik heb vanmorgen nog gezien, hoe mama ze bekeek. Hy aam het kind op zyn schoot en drukte het tegen zich aan. Waarom blijft u niet bij ons, zooals vroeger, papa? vroeg de jongen. - Omdat mama het niet wil, antwoordde de vader. Het kind zag hem ongeloovig aan. Er werd gescheld en 't volgend oogen- blik trad Lize de kamer binnen. - Mama riep dadelijk het kind, niet waar, U wilt toch ook papa by U hebben? Hü zegt dat U niet wilt. Eenlge oogenblikken was ze blijkbaar ver legen. - Spreek niet over zulke dingen met het kind, zei ze daarna. Ik zie dat ik niet kan weggaan als Jij hier bent, en ik meende toch, dat het voor ons beiden beter was, als wy elkaar zooveel mogelyk uit den weg gingen. - Dan kan ik immers gaan, riep hy uit •n sprong op, mijn taak is hier afgeloopen. Hy kuste zyn jongen en verliet, zonder haar aan te zieD, de kamer. - Altü'd dezelfde, zei hy in zich zelf toen hy naar zyn eigen huis ging. ZÜ heeft geen hart of liever alleen hart voor haar kind. En toch meende ik, dat zü veel van my hield. Eenige dagen waren verloopen en hy ging niet meer naar moeder en kind. Op zeke ren morgen evenwel verscheen de oude Doortje en verzocht hem dadelük te ko men, daar d9 kleine zoo naar hem verlangde, en snikkend schreiend om zyn vader riep. Hy was nog te zwak om over de straat te brengen. Ook mevrouw liet hem verzoeken te komen. Zoo liet hy zich overhalen en ging nog denzelfden dag heen. Lize deed zelf open, toen by aanschelde. - Vergeef mü myn gedrag van laatst, zeide zy, toen ze elkaar begroet hadden. Het was leelük an ondankbaar van my. Hy kuste de hand, die zü hem reikte, maar zeide geen woord. Doch in zün binnenste was het plotse ling zoo helder en bly, alsof hy het geluk had ontmoet. Het kind was heel gelukkig toen by kwam. Plotseling sloeg Rudolf zün armen om den hals van den vaderen kuste hem.Toen echter alsof hy zyn moeder dezelfde lief kozing verschuldigd was, boog hy zich naar haar toe en kuste ook haar. Geef mü nog een kus, zei de vader en de lippen van het kind nog warm van de kussen der moeder, drukten zich vast op de zijne. Da krachtige gestalte van den man trilde. Vlug zette hy den knaap op den grond. Vaarwel, Lize, zei hü zacht en reikte haar de hand. Je gaat- been vroeg zü met toonlooze stem. Voor altyd? Voor altyd, dat is zeker, antwoordde by. Zy liet zyn hand los. Vaarwel, zei ze zacht. Er kwam een uitdrukking van groote smart op zyn gelaat, toen hy naar de deur ging. Hennyl Verlangen, liefde lag er in den toon van haar stem, zooals by nog nooit van haar gehoord had. Hy keerde zich om. Daar stond zü met uitgestrekte armen, en 't volgend oogenblik drukte hy haar te gen zyn bonzend hart, om haar nooit, nooit meer te laten gaan. Dat was voor hem het begin van een nieuw leven! Gemengd Nieuws. De .Lokal Anzeiger" bevat een bericht, waarvan men de waarheid in twyfel zou kunnen trekken, indien hetnietteduidelyk het kenmerk van onwaarheid droeg. Het blad publiceert een brief, welke door een inwoner van Berlyn uit Hoboken ontvangen zou zyn, vanwaar dit schrüven van den Hden Juli verzonden werd dooreen passa gier van den „Rotterdam" van de Holland- Amerika lyn. In dezen brief komt het vol gende voor „Het schip werd in den tweedon nacht door Engel8cho torpedobooten opgebracht eD ondanks een protest van den kapitein naar Dover gebracht. Dat onvrywillig oponthoud duurde 14 da gen. In dien tyd moest het s.s. meermalen des nachts met gedoofde lichten tusschen Calais en Dover been en weervaren. Men was aan boord volkomen bewust van de bedoeling hiervan. Hot schip moest voor een troepentransportschip doorgaan. Te Ca lais was dit Hollandsch s.s. herbaaldelük blootgesteld aan bezoeken van Duitsche luchtschepen en vliegtuigen, die gelukkig steeds tfjdig de nationaliteit konden her kennen door do reusachtige beschildering van het schip. Na 14 dagen mocht het schip met gedoofde lichten verder reizen." De Lokal ADzeiger" voegt hieraan toe „Had een Duitsche duikboot den stoomer op zün reizen Dover Calais getorpedeerd, dan hadden de Duilschers natuuriyk de Hollandsche neutraliteit geschonden en de door de Engelschen vurig gewenschten on- vriendelyken daad tegen Amerika gepleegd waarvan de gevolgen onafzienbaar waren. Doch de Duitsche voorzichtigheid en attentie hebben ook ditmaal de Engelsche planne verüdeld. Wat zal nu geschieden Wat z? Holland on wat zal Wilson zeggen De pers in Frankrijk. s Men meldt ons uit den Haag: Naaraaij leiding van vragen door het lid der Tweed- Kamer van Hamel gesteld omtrent de hoi; ding van onze buitcnlandsche gezant tj Parys tegenover artikelen in de Fransch' pers verschenen betreffende de Nederlanc' sche neutraliteit heeft de Minister van Bu, tenlandsche Zaken geantwoord in de eerst plaats dat de bedoelde uitlatingen der Fran- sche pers waaruit wantrouwen sprak tegen de wyze waarop het Nederlandsche volk en in sommige opzichten de Nederlandsche regeering de aan onze neutraliteit verbonden verplichtingen zou opvatten en naleven den minister reeds voordat de Nederlandsche pers daarop de aandacht vestigde volledig bekend waren. Uit telegrafische en schrif- telyke mededeelingen van den Nederland- schen gezant te Parüs. Voorts vindt de Mi nister een welkome gelegenheid om de ver zekering te geven dat de Nederlandsche gezant te Parüs zün roeping in deze met voorbeeldelooze nauwgezetheid nakomt. In herinnering brengt de minister hetgeen hy reeds in de memorie van antwoord van de begrooting voor Buitenlandsche zaken 1915 heeft vermeld. Verder zegt de minister zonder in een opgaven van feiten te treden kan gezegd worden dat ook sedert dien langs verschillende wegen het noodige is en wordt gedaan om ten aanzien van het dooi de gezaghebbende pers in schier alle landen van Europa als correct en loyal erkende standpunt van Nederland in oorlog ook in de Fransche pers een meer zaakkundige opvatting ingang te doen vinden. Afscheid in het vluchtelingenkamp te Nunspeet. Men schrijft ons: Er was feest in het kamp, maar een feest met bedroefd hart De regeringscommissaris, Dr. Hendrik Mul ler, die een jaar lang met vaBten hand en liefdevol hart, het kamp had bestuurd, had met 1 Augustus zün ontslag als zoodanig genomen. Hoeveel drang er van alle kanten op hem was uitgeoefend, om hem van zü'n besluit af te brengen, het mocht niet baten, hy bleef by' zyn voornemen om naar zyn studiën terug te keeren, die hy op verzoek van de regeering een jaar geleden plotseling in den steek had gelaten. Men had zich dus te onderwerpen aan zyn wil, hoewel met een bezwaard hart. Het feest, dat alom met groote toewyding was voorbereid, diende men den geliefden meester biy'k te geven van de oprechte ge negenheid die men hem toedroeg, en ieder die hiervan getuige was kon niet zonder een traan in het oog en een brok in den keel, onbewogen toeschouwer blyven. Ook den afgetreden commissaris viel het scheiden zwaar. Het begon reeds Zaterdag 30 Juli. Al de 1300 kinderen hadden zich op de speelplaats van het kamp verzameld, waar zü onberispelyk onder leiding van hun leer meesters keurige gymnastische oefeningen uitvoerden. Toen de commissaris mededeelde dat zü door hem zouden worden onthaald op chocolade en krentekoekjes ging een luid gejuich op. Op den voorlaatsteu avond werd hem een serenade gebracht door bet mu ziekgezelschap uit het kamp, en werd hem als blyvend aandenken door de kantwerk sters een eigengemaakt kussen aangeboden, welke onder een roerende toespraak werd aangeboden en ontvangen. Woensdag was eindely'k het oogenblik van scheiden aan gebroken. Nogmaals handdrukken, goede wenschen, tranen vloeiden, zakdoeken {wuif den, bloemen worden gestrooid en aange boden en ondereen afscheidslied, door allen medegezongen, reed langzaam de auto met den beminden meester weg, van de Belgen, voor wien hü een jaar lang een hulp eu steun was geweest. GENÉVE, Act. T. A. meldt uit Tokio Do Japansche ver. voor den vrede onder voorzitterschap van baron Okura heeft zich met het oog op den vredesacties, met de Amerikaansche ver. voor den vrede in ver binding gesteld. Het verwerken van Regeeringsgraan in de Rotterdamsche haven. Teneinde broeiing te voorkomen moet het regeeringsgraan, dat in de Waalhaven in enkele honderden schepen is opgeslagen voortdurend worden omgewerkt. Door de factors wien dit werk was opgedragen, wer den daarvoor evenwel geen bootwerkers aangenomen, maar de schippers en schip persknechts van de te bewerken schepen terwyl door een factor zelfs f0,50 minder dagloon werd betaald als voor dat werk was vastgesteld. Door het bestuur van den Centralen bond van transport- en havenarbeiders word deze misstand ter kennis gebracht van den heer Yaelstein, den secretaris van bet Kon. Nat. Steuncomité en in een daarop gevolgde conferentie, nader mondeling toegelicht. Een dezer dagen ontving het bestuur van bovenstaande organisatie een acbryvenvan den heer v. Yselstein waarin werd mede gedeeld dat voor de factors voor het om zetten van Tegeeringsgraao geen schippers of schippersknechts maar bootwerkers zul len worden in dienst genomen en het dag loon niet minder zal zün dan f3. het voor dergelük werk vastgesteld loon. Aan do commissie voor onderzoek voor het Ha- .'o Innfno nnf/iHronpn to hare lippen. Mevrouw Montgomery was verheugd, toen zij deze verandering bespeurde; zy gevoel de, dat er reeds meer tijd aan het treuren bc, steed was dan zy konden missen, en zy had nier" goed geweten, hoe hierin tc handelen. Het be*" tere uitzicht en de opgeruimdheid van Eller® verstrekten haar tot grooten troost. Waarover zit ge te denken. Ellen? zeidi zy op zekeren ochtend. Ellen zat te naaien, en terwyl zy aan ha; werk was, had hare moeder een paar malen ei Pauwen glimlach op haar gelaat opgemerkt. El len keek op, terwyl zy nog glimlachte, en anfe woord d« u .o Eturbide, den k.v..uz.oi>u oen bevry- der. Intusschen is in geheel Mexico de toe stand nog uiterst verward, en berichten zyn ingekomen, volgens welke de minister van Financiën en Buitenlandsche Zaken, die trachtten het land te ontvluchten, op bevel van Villa zyn gevangen genomen. Eerstge noemde, de beer Vargas is reeds ter dood gebracht. Kanongebulder. OOSTBURG. Sedert Maandagnacht 12 uur, dondert onopboudelük het kanongebulder uit de richting Yperenen de Yser. Het vuur neemt nog gestadig in hevigheid toe. Het kanongebulder werd zelden zoo duidelyk gehoord. Men schryft ons uit KOEWACHT: De maatregelen aan de grens alhier worden zoowel van Duitsche als Nederlandsche zyde met den dag strenger. De Duitschera willen zooveel mogelyk beletten dat de Belgen met de Nederlanders in aanraking komen. De Hollanders trachten het smokkelen van aller lei waren tegen te gaan, want nu het gebrek in Belgis meer en meer toeneemt wordt de vraag naar allerlei levensmiddelen en petro leum steeds grooter. En als or wat te ver dienen valt, ontzien sommige menscben geen gevaar. Maandag zyn nog een zestal perso nen, die door de afsluiting wilden sluipen, door de Duitsche soldaten gevangen geno men en weggevoerd, terwyl Zondag, zooals wy' reeds meldden, te Keikant onder Sint Jansteen een jongeling doodgeschoten werd door een Nederlandsche sergeant, die het geweer van een soldaat genomen had om de wegvluchtende mannen te schieten. In een gedeelte van de gemeente Clinge is door den territorialen bevelhebber van Zeeland bepaald, dat niemand zich zonder schrifte- lüke vergunning na 8 uur 's avonds tot 4 uur 's morgens zich buitenshuis mag op houden, terwyl alle herbergen gesloten moeten zyn vanaf 1 uur voor zonsopgang tot 2 uur na zonsondergang. No. 8804. Henny Layard, de chef van de bekeDde automobielenfabriek, werd eenigszins onrus tig, toen hy zyn gewone Maandagmorgen- inspectie door de gerage deed en de lichte No. 8804, waarmede hy by uitzondering den vorigen dag zyn meesterknecht Holman had toe gestaan een tochtje te maken, niet op zyn plaats vond. Hy liet vlug een blik gly'den langs de menigte elegante automo bielen, die, gereed voor afleveriDg, wachten op hunne nieuwe eigenaars, en overtuigde zich dadelük, dat het bedoelde voertuig er niet onder was. Daar zag hü ook reeds Holman zelf op hem toe komen en het bleeke gelaat van den meesterknecht voor spelde hem niet veel goeds. Hy vermoedde een ongeluk, maar voordat hü nog de mond kon openen om een vraag te doen, zei de andere haastig Ik moed U onder vier oogen spreken, mynheer Layard! De chef ging, zonder een woord te zeg gen, zyn ondergeschikte voor door de lange met matglas gedekte gang die zyn bureau van de garage scheidde en zoodra de deur zich achter hem gesloten bad, begon Holman terwijl zyn pet tusschen de vingers heen en weer draaide Meneer Layard, ik moet U wat ver tellen. Sedert 4 jaren ben ik meesterknecht bÜ Uu bent byna altyd over me tevreden geweest, en als u al eens wat aan te merken had, dan heb ik altyd m\Jn best gedaan, dat te verbeteren. Ik zeg dat alleen, om er U aan te herinneren, dat ik Uw vertrouwen niet onwaardig ben geweest. Ik ben een net mensch en niet bang voor wat werk, ondanks myn vyfenveertig jaren. U herin nert zich misschien dat ik in Mei van 't vorig jaar, nu juist elf maanden gele den, getrouwd ben. U was toen nog zoo goed, ons een mooie lamp cadeau te doen, die ziet er nog als nieuw uit, zoo mooi en zindelyk houden we haar. Adèle, zoo heet m'n vrouw, was eerst negentien jaar, toen we trouwden. Men zou misschien kunnen zeggen, dat ze wat jong voor me was, maar ik zag er niet zoo oud uit als vanmorgen, mynheer Layard. De kleine was een ernstig vrouwtje, vlij tig, spaarzaamze zat liever thuis, dan dat zy uitging om pleizier te maken. We hadden elkaar al eenige jaren gekend, tot we op zekeren dag naar den ambtenaar van den Burgelyke Stand gingen. Ik kan U zeggen, dat we in den eersten tyd overgelukkig warenwy moesten ons wel een beetje inkrimpen, omdat de huwe- lyksvolktrekking een mooi stuk geld had gekost, maar myn vrouw wist te huis-hou den, liet zich door niemand afzetten en ik deed overwerk zooveel ik kon. Toen, in Januari, toen we verscheidene nieuwe werklieden aannamen, kwam ik 's morgens, bü een hevige kou, op weg naar de werkplaats, een jongen man tegen die me aansprak met: mynheer Holman?" Jawel, zoo heet ik. Meneer Holmen, zei hü, ik ben voor drie maanden uit den militairen dienst vrügekomen en heb sedert geen werk ge vonden, ik ken het handwerk nog niet. maar ik zou wel grooten lust hebben, het bü U te leeren. Kunt U me gebruiken? Hy zag er schrander en opgewekt uiten hy beviel me dadelijk. Ik was er van over tuigd, dat het een jonge man was, die we konden gebruiken, en als ik u zeg, dat het Karei was, die nog gisteren eerste werkman was in de monteurwerkplaats, moet u zeg gen, dat ik mü daarin niet bedrogen had. Hy kreeg zoodoende een plaats by ons, en zyne dankbaarheid voor my, - ik had daardoor een eind gemaakt aan zü'ne ellende, werd de eerste grond voor onze vriendschap. Menigmaal ging hy 's avonds met my en myn vrouw uit en langzamer hand kwam het zoovel, dat hy by oob at. Voor hem was het beter en goedkooper als het eten in de restaurants en ons bracht het een kleinigheid in het huishouden En zooals 't gaat, we hadden eeD kamer leeg, en we kwamen overeen, dat hü geheel bij ons zou Inwonen. Dat was een verkeerd ldté,

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1915 | | pagina 7