Officieel Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
13de Jaargang.
Woensdag 8 October 1913.
No. 47
Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
Prijs der Advertentiënvan 1—6 regels 0,60.
Berichten van correspendenten en Advertentiën te adresseeren aan de Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middeiharnis.
Herziening der Leerplichtwet.
ANTONETTA CZERNA
Preventieve hechtenis.
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofdredacteur W. DE JONG,
Ltd van de Tweede Kamer Staten-Generaal,
'a-GBAVENHAGE.
Uitgave der
te Middeiharnis.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Voor enkele dagen verschenen over de
werking der leerplichtwet twee rappor
ten, die beide de groote belangstelling
verdienen van allen, die het wel meenen
met de volksontwikkeling. In de dagen
van 1901 smeedde de clericale coalitie
uit de toen juist aangenomen wet een
wapen tegen de vrijzinnigen. Propagan
disten der Kuyperpartij hitsten in tal
van vergaderingen de kleine luiden tegen
de wet op. De heer Kuyper dacht er na
zijn triomf echter geen oogenblik aan, de
wet, die heette in te druischen tegen de
Ordinantiën Gods in te trekken of ingrij
pend te wijzigen. Het kabinet Heemskerk
tornde er al evenmin aan.
Het is niet onverklaarbaar. Noch Ka
tholieken noch Ghristelijk-Historischen
hebben in de wet een aanranding van
het Christelijk beginsel kunnen zien. Wij
spreken niet te boud, als we beweren,
dat alle partijen de wet hebben aanvaard
en van principiëele oppositie geen sprake
meer kan zijn. Bij het volk beeft het
denkbeeld van leerplicht ingang gevon
den, de massa heeft er zich mee verzoend,
het besef is levendiger geworden, dat
bet belang van het schoolgaande kind
wettelijk ingrijpen noodzakelijk maakte.
De wet heeft thans 12 jaar gewerkt en
haar twaalfjarige practijk heeft aange
toond, dat herziening der wet noodzake
lijk en gewenscht is. De procedure is te
omslachtig gebleken, de herziening lijdt
aan het euvel van onze geheele recht
spraak het duurt veel te lang, eer een
vonnis is gewezen. De boeten, door den
kantonrechter opgelegd, staan zoo weinig
in verhouding tot het geldelijk gewin,
dat uit arbeid van leerplichtige kinderen
wordt getrokken, dat er tallooze gevallen
zijn, dat de ouders de boete er graag
voor over hebben, om de wet te overtre
den. Dit laatste treft men veelvuldig te
Scheveningen aan en het eene rapport,
dat wij op het oog hebben, is zelfs geheel
aan het ongeoorloofd schoolverzuim der
zoogenaamde zeejongens gewijd. De
FEUILLETON
Geanthoriseerdo overdruk tan het gelijknamig boek, ver-
schenen bij de Firma D. BOLLE te Botterdam.
30)
,0, twijfel Diet," riep Antonetta. Ik ben An-
tonia, en ook Czerna, die u jaren lang vervolgde
en u en allen die schuld aan mjjn verderf hadden,
den vreeselijksten dood gezworen heeft. Ha,
valschaard, tot wellust, tot speelbal uwer luimen
was ik goed genoeg voor u, maar toen de storm
losbrak, was Antouia, de vroeger vergoodde aan
zich zelve overgelaten en vergetenzij mocht
onder de puinhoopen van haar vorig geluk be
graven worden, zoo ge slechts het nwe reddet.
Zulk een spel te herhalen zal u niet weder
gelukken. Het einde is er. Ik dank de hel, die
mq'n wensch vervuld heeft; de hemel deed het
niet."
.Arthur, Arthur!" riep Dalma zijn vriend toe,
„mjjn voergevoel! wat zeide ik nog eenige uren
geleden? 'tls toch Czerna!"
.Ja, ik ben het," nam Antonetta weder het
woord, .ik ben uw spoor gevolgd tot den dag
toen ik u in den hollen weg der Karpathen
wederzag; ik volgde u hierheen, want in mijn
handen moest gij vallengeen ander mocht mij
voor zjjn, onder mijn dolk moet ge het leven
Jaten"
Haagsche Schoolcommissie heeft naar dit
verzuim een onderzoek ingesteld. Haar
bevindingen zijn wel diep treurig. De
visschersbevolking daar lapt deleerplicht-
wet eenvoudig aan haar laars. Nauwelijks
is de Knaap 9 oi 10 jaar oud oi hij gaat
met den logger naar zee en verzuimt den
ganschen zomer de school.
Herhaaldelijk komt het voor, dat de
jongens reeds in Maart uit de school
verdwijnen en eerst in November of
December weer op de schoolbanken
plaats nemen, Dit kwaad heeft onrust
barende afmetingen aangenomen. Van
1,5 in 1901 steeg het ongeoorloofd
verzuim tot 30°/0 in 1912. De ouders,
die dit verzuim vrij wel ongestraft zagen
blijven, gingen in hun overtreding nog
verder. In genoemde jaren steeg het
onwettig verzuim van meisjes van 1 tot
bijna 11 °/0. Het behoeft wel geen betoog,
dat een dergelijke massa-overtreding der
wet noodlottig moet werken op den eer
bied voor de wetgeving in het algemeen.
Doch het grootste nadeel heeft dit school
verzuim voor de kinderen zelve. De
„zeejongens" van Scheveningen keeren
na de reis in de school als onhandel
bare onbeschofte individuën terug. Het
rapport vermeldt daarover schrikbarende
feiten. Voor de schoolbevolking zijn deze
zeejongens een ware ramp, voor den
onderwijzer een dagelijksche marteling.
Zijn deze zeejongens eenmaal volwassen,
dan laat hun intellectueele ontwikkeling
alles te wenschen over.
Laat voor Scheveningen de uitvoering
der wet alles te wenschen over, dezelfde
klachten rijzen over andere deelen des
lands, met name de Groningsche en
Drentsche veenkoloniën. De landbouw-
verloven worden regelmatig tot het dub
bele gerekt en het wordt December, eer
op sommige scholen alle aardappelrooiers
weer op de schoolbanken verschijnen.
Het is alweer de winst, die met dezen
kinderarbeid wordt behaald, die de ou
ders tot overtreding brengt. Wij erkennen
direct, dat bet gezin vaak zeer moeilijk
buiten de verdienste van het kind kan.
Doch gelijke monniken, gelijke kappen.
Waar de wet streng optreedt in andeie
takken van bestaan, men denke aan de
industrie, gaat het niet aan, dat men maar 1
Dalma zweeg en Arthur wierp een smartelij-
ken blik op Rosa, die in de nabijheid stond.
„Ook gij, Rosa, in de gemeenschap met deze
duivels!" zuchtte hij. „Ach God!"
Rosa kon niet antwoorden en bedekte zwij
gend haar gezicht.
„Antonia," zei nu Dalma, „kendet ge al de
omstandigheden, die mjj dreven en voerden tot
dien stap, ge zoudt zoo hard niet oordeelen."
„O ik ken die volkomen," viel de amazone
hem in de rede. Zwijg en spaar uw woorden
voor uw laatste gebed. Wie heeft mjj ellen
dig gemaakt? Gij. Ernst. Wie vernietigde
het geluk van ons huis? Gij. Wie heeft
de schuld aan den dood van mijn ouders, van
mijn broeder?— Wederom gij."
Zij zweeg eenige oogenblikken en zag met
gloeiende blikken om zich heen. Plotseling voer
zjj wild op.
„Zie ginder," schreeuwde Antonetta, „zie, hun
geesten zweven voor mij en eischen wraak;zie,
hoe de ljjkkleeden fladderen, hoe de bleeke ge
stalten u met de handen dreigen en mjj ver
manen mijn werk niet te staken. Zie, zie, zjj
komen nader."
Ontsteld wendde Dalma zjjn oogen naar de
plaats, op welke Antonia wees. Daar trokken
lichte nevelwolken over het vochtige weiland
en Antonetta's verhitte verbeelding kon er wel
geestgestalten in zien.
„O," riep z(j met uitgestoken hand, „gjj zult
rnjj niet tevergeefs tot wraak aansporen. Het
uur heeft geslagen, het bloedige offer valle."
voortdurend uitzonderingstoestanden be
stendigt en nog wel voor een in bloei
toenemend bedrijf als de landbouw. Het
toestaan der verloven, het ongestraft
laten van overtreding werken het in de
hand, dat de overtreders en vrijgestelden
den prikkel tot verbetering hunner econo
mische positie minder sterk gevoelen.
De herziening van de leerplichtwet zal
haast korter berechting en strenger straf
in de eerste plaats strafbaarstelling van
den werkgever moeten brengen. De ver
loven zullen uit de wet moeten verdwij
nen.
Het tweede rapport, waarop wij doel
den, is samengesteld door een commissie
uit de vereeniging van Arrondissements
schoolopzieners. Deze autoriteiten komen
met de leerplichtwet het meest in aan
raking. De arrondissementsschoolopzie
ners hebben wel het meest ervaren,hoe
veel er aan de uitvoering der wet ont
breekt, hoe straffeloos er in honderden
gevallen worden overtreden.
Dat in de Vereeniging groote een
stemmigheid bestaat omtrent de nood
zakelijke wijzigingen, blijkt uit de ant
woorden op de vragen, die aan alle arron
dissementsschoolopzieners werden toege
zonden.
Wij citeerden daaruit de meest be
langrijke
Vragen. Antwoorden'
Ja. Neen-
Acht gij uitbreiding van den
leerplicht gewenscht 9
a. met een jaar37
b. met twee jaar 5
Wenscht gij de landbouwver-
loven uit de wet te schrappen 43 12
Wenscht gij dat de strafbe
palingen worden verscherpt? 34 13
Acht gij het gewenscht, dat
ook zij, die leerplichtige kinde
ren in dienst nemen, strafbaar
zijn 51 2
Ook bij den land-, tuin-, en
boschbouw, die thans niet vallen
onder de Arbeidswet? 37 2
Dat een zoo'groote meerderheid onder
de schoolopzieners zich uitspreekt in de
ook voor ons gewenschte richting, be
wijst wel, hoe 'urgent herziening d. w. z.
verscherping der wet is.
„Antonia," bad Dalma, „bij onze vorige liefde..."
„Zwjjg, en herinner mij ten minste er niet
aan," viel Antonetta hem heftig in de rede. „Uw
vonnis is een vreeselijke dood, in een uur wordt
het voltrokken. Tot zoolang hebt ge den tijd
om te bidden. Ge kunt elkander wederzijds
biechten."
„Moet ook Arthur onder uw handen bloeden
vroeg Dalma smartelijk. „Wat heeft hij misdaan
„Ook hij," gaf Antonetta koel ten antwoord.
„Het is de zoon van uw oom, die zoo werkzaam
aan mijn verderf deel nam, wijl ik voor hem
te gering was. De zonden der vaders worden
op de kinderen gewroken."
„Satan," donderde Dalma, „neem mijn bloed
droppelwjjs, maar spaar mijn vriend."
„Voor geen prijs," antwoordde de amazone.
„Antonia," riep Dalma. zjjn knie voorde vreese
lijke buigende, „ik bezweer u."
„Stil, Ernst," nam Arthur het woord, „verne
der u niet met deze duivelin te smeeken; ik
weet te sterven. O Rosa!"
Dalma richtte zich fier op en stond nu oog
in oog voor Czerna.
„Om m(jn leven wil ik niet bidden," zeide hij
beraden, „want dat zou onwaardig zijn, eeniglijk
om Arthurs wil boog ik mij voor u. Doe wat
ge wilt, maar hoor mjj eerst. Met Aurelia was ik,
nog een kind zijnde, verloofd door de dwaasheid
der ouders, die er niet aan dachten dat z(j ver
schillende elementen aan elkander konden
smeden; ik had geen hart voor haar en heb
haar nooit een liefdewoord gezegd, Toen ik
Het kabinet Gort van der Linden is
opgetreden met een beperkte taak: uit
breiding van art. 369 der wet-Talma en
grondwetsherziening voor algemeen kies
recht. We zouden het zeer toejuichen,
als het daarnevens tijd kon vinden om
de herziening der Leerplichtwet tot
stand te brengen.
Die herziening zal voorgestaan worden
door ieder, die doordrongen is van de
waarheid dezer uitspraak
„Een volk, dat aan zijn kinderen
geen volledig onderwijs geeft, raakt
onvermijdelijk achter in den econonii-
schen strijd".
Ons wetboek van strafrecht bevat een
artikel, dat de justitie veroorloofd een
verdachte in hechtenis te stellen, als
gevaar voor herhaling van het misdrijf
of vrees voor ontvluchting van den ple
ger van het misdrijf bestaat. Er is mis
schien geen artikel van ons wetboek,
waaraan door sommige officieren van
Justitie een zoo ongeoorloofde uitbrei
ding wordt gegeven als aan deze bepaling
Men staat bijwijlen verbaasd over de
idiote opvatting, die sommige rechter
lijke ambtenaren en colleges hieromtrent
aan den dag leggen.
In Amsterdam werden bij de verkie
zing voor het rondbrengen der stem-
kaarten een aantal tijdelijke werkkrach
ten in dienst gesteld. Eén dezer hulp
bestellers vernietigd een aantal der hem
toevertrouwde kaarten. Hij verdient een
flinke straf, daarover is ieder het eens.
Hij wordt ontslagen. Hij wordt gesteld
in preventieve hechtenis. Gevaar voor
herhaling van het misdrijf was er niet.
Eerstens was de man ontslagen en twee-
dens waren de verkiezingen voorbij en
was ook daarom herhaling van het mis
drijf uitgesloten.
Doch wat gebeurt verder?
De verdediger van den overtreder
vraagt ontslag uit de preventieve hechte
nis. De rechtbank weigert dit.WekenlaDg
wordt deze man in preventieve hechtenis
gehouden. Het lijkt ons volkomen onge
oorloofd, dat zoodanige uitbreiding van
het desbetreffend wetsartikel wordt gege-
vluchlte, was het een offer dat ik u bracht,
want zoo ik mijn betrekking met u voortzette,
zoudt gij allen ellendig en arm zjjn geworden, en ik
er bijbleef ik, dan moest ik met Aurelia huwen,
want machtig waren de vijanden en zij bezaten
vreeseljjke wapens. Door mijn vlucht meende
ik groote rampen van u allen te wenden."
„Verloren woorden," antwoordde de amazone,
„zij houden uw vonnis niet tegen
„Ik herhaal het, ik ben er verre van om mjjn
leven te bidden," zij Dalma. „Doe wat ge wilt,
wij zjjn in uw macht. Maar nu ik uw karakter
ken, dank ik God dat de omstandigheden dwon
gen van u af te zien. Ge hebt destjjds uw
ware gedaante onder een valschen, huichel-
achtigen schjjn verborgen, en 't is beter dat ik
nu sterf dan dat ge mij het leven tot een hel
had gemaakt."
„Ha, ellendige," schreeuwde Antonetta woe
dend, vergeet niet dat ik juist door U ben gewor
den wat ik ben I"
„Niet door mjj zjjt ge het geworden," zei
Dalma vast. De kiem, des verderfs lag in u,en
uw wraak tegen mjj bracht ze lot rjjpheid. Zjj
werd rjjp en en gjj waart tot alle slechtheid in
staat gefjjk nu. Het zaad des onheils ligt in de
borst van den mensch, een stoot laat het met
vreeseljjke snelheid ontkiemen, en slechts een
zuivere edele en vaste geest kan het woekerende
onkruid uitroeien. Ge ontbeerdet alle edele
en zuivere gevoelens, hoezeer ge ze wildet
huichelen, gaaft met wilden lust aan uw slecht
hart den teugel, en de beide bloedige wegen