BOEKHANDEL
A DE MOOIJ, Sommelsdijk.
Vleeschkouwerij
Buitenland.
Advertentiën,
SCHOOLBOEKEN. TIJDSCHRIFTEN.
MODE-, DAG- en WEEKBLADEN.
J. LEÜW, voorheen M. DE HAAS,
Zoolang daarentegen het verleenen
van dien steun èn op schade voor
het geestelijk karakter van onze
partij èn op achteruitstelling van de
geestelijke belangen van ons volk
uitloopt, zal onze partij zich van dit
puur materieele vraagstuk heb
ben los te maken, tot tijd en wijle
er een kentering komt in de pu
blieke opinie."
Wij hebben naar aanleiding van dit
artikel er het verslag van de befaamde
redevoering, die de heer Kuyper op 30
Mei in het Amsterdamsche Concertge
bouw hield, nog eens op nagelezen. Het
doet toch iet wat vreemd aan, in dit
verslag als uitspraak des heeren Kuyper
te lezen:
„Vrijhandel is kostelijk voor een groot
land met rijke hulpbronnen en mild
kapitaal, maar kan niet aanvaard door
staten met 'armer bodem, weinig grond
stoffen en technische geringe vaardig
heid. Bij ongelijkheid van het nationale
leven schept juist de tol aan de grenzen
verevening van belangen. Wat de dwe
pers met den vrijhandel als dogma be
oogen, is 't zelfde wat bij den torenbouw
van Babel is bedoeld. Niet dan de mensch-
heid als geheel houdt dan de geesten
bezig, en de rijke ordening Gods in de
heilige orde van het leven gaat teloor."
Voor de stembus ging dus „de rijke
ordening Gods in de heilige orde van
bet nationale leven te loor", als men
vasthield aan den vrijhandel.
Na de stembus heft de groote man
uit de Kanaalstraat het rechtsomkeert aan
en dient overwogen of „hoogere roeping"
aan de Kuyperbroeders nog langer ver
oorlooft tanefverhooging op het program
te zetten
Na de stembus is het voor de anti
revolutionaire partij niet langer aan
twijfel onderhevig, dat het ongeoorloofd
is de hoogere geestelijke belangen langer
prijs te geven!"
Het valt zeker niet te ontkennen, dat
de heer Kuyper zijn „saltemortale" met
een onnavolgbare sierlijkheid weet te
volbrengen, maar het blijft niettemin een
saltemortale, die de kleine luijden ietwat
„paganistiek" zal toeschijnen. Er stond
eenmaal in het antirevolutionaire pro
gram, dat graanrechten alleroorzakelijkst
waren. Ze werden geschrapt na een on
fortuinlijke stembuscampagne, toen ge
bleken was, dat graanrechten de anti
revolutionaire candidaten buiten de Ka
mer hielden.
Thans gaat de tariefverhooging uit het
Kuyper-program vanwege de „hoogere
geestelijke belangen." Het moge ietwat
wonderbaar lijkeD, dat de schrapping
juist geschiedt na een stembuscampagne
die 9 van de 20 Kuypercandidaten deed
duikelen, doch zulke „stoffelijke," „ma
terialistische" overwegingen zijn natuur
lijk dr. Kuyper vreemd.
Lacht daar soms iemand?
De echtscheiding van Lodewijk van Beieren.
Het feit. dat de grijze hertog van Beieren
na met zyn schoone echtgenoote gedurende
een-en-twintig jaar lief en leed gedeeld te
hebben, een eisch tot echtscheiding heeft
ingediend, heeft begrijpelijkerwijze in Mün-
chen groot opzien gebaart, vooral nu de
aanleiding tot deze echtscheiding bekend is
geworden. Voor eenige maanden vertrok
barones Bartolf naar Zwitserland, waar zij
een knaapje ter wereld bracht. De hertog,
die zich zoo plotseling tot vader gepromo
veerd zag, wilde van deze eer echier niets
weten. Onmiddellijk deed hij dan ook de
Graaf Tautmann niemand anders dan de
wraakzuchtige Antonetta in mansklceding ver
momd reikte zijn begeleidster, in wie wjj nu
Rosa herkennen, den arm en voerde ze weder
de zaal binnen, waar haar oogen Dalma en
Arthur zochten.
Deze stonden bijeen en spraken te zamen
behendig wisten de twee vreemden in hun na
bijheid te komen, waar zij zich op een divan
nederlieten en een oogenblik rustten Aller blik
ken richtten zich weder op de liefelijke gestalte
en fluisterend ging de vraag van oor tot oor,
of niemand ze kende.
Ook Arthur aanschouwde met belangstelling
de vreemde dame.
Wacht mij hier, zuster," zei Antonetta tame
lijk luid, nadruk op het woord „zuster," leggende,
„een zaak roept mij voor een oogenblik van
hier; ik kom spoedig terug."
Antonetta verdween in het gedrang. Rosa hleef
alleen, schijnbaar onverschillig op haar plaats,
doch in haar boezem klopte het heftig. Zij zag
van alle zijden de blikken op haar gericht en
gevoelde zich hierdoor beklemd, hoewel zij voor
geen ontdekking vreesde.
Zij gluurde heimelijk naar Maria om te zien
of deze haar misschien herkende, doch de jonge
gravin onderhield zich bedaard met Ernst en
sloeg slechts somwijlen een "overschilligen blik
op de bewonderde vreemde dame. Hoe had zjj
trouwens in deze stralende gestalte een amazone
uit de Karpathen moeten zoeken.
De muziek riep nu tot den dans op, en de paren
noodige stappen, om zich van zijn vrouw te
laten scheiden.
Mevrouw Bartolf houdt echter vol, dat de
hertog en niemand anders de vader van
haar kind is.
Moge er te München een Salomo gevonden
worden, die in dezen een rechtvaardig vonnis
vellen kan.
De geheimzinnige ziekte.
Uit Osnabrück wordt gemeld, dat door
de autoriteiten van den geneeskundigen
dienst thans bij drie manschappen van het
eerste bataljon paralyphusbaccillen gecon
stateerd zijn. De soldaten zijn onder dezelfde
verschijnselen ongesteld geworden als de
andere manschappen van het bataljon.
Een streng vonnis.
Een buitengewoon streng vonnis werd
Vrijdag door het militair gerechtshof te
Erfurt geveld.
Een zevental reservisten, die den 16en
April jl. inspectie moesten maken, hadden
na afloop daarvan in een herberg te veel
aan Bacchus geofferd. Zij geraakten in een
opgewonden stemming en pleegden verschil
lende baldadigheden, totdat een wachtmees
ter der gendarmerie tusschenbeide kwam
en hen tot kalmte aanmaande. Dit was
echer olie op het vuur. Een woordenwisse
ling ontstond, die in een vechtpartij ont
aarde, totdat ten slotte de rumoerige reser
visten achter slot en grendel gezet werden.
Daar zij op den dag der inspectie in mili
tairen dienst waren, moesten zij voor het
militair gerechtshof terechtstaan, beschul
digd van muiterij, beleedigingeD mishande
ling van een gendarme van een veldwach
ter.
Als verontschuldiging voerden zfj aan,
dat zij in staat van dronkenschap verkeerd
hadden, hetgeen echter volgens het militair
wetboek van straftecht als een verzwarende
omstandigheid beschouwd moest worden.
Zes der aangeklaagden werden dan ook
elk tot 5 jaar tuchthuisstraf en de zevende
tot 7 maanden gevangenisstraf veroordeeld.
Alle veroordeelden zijn sociaal-democra
ten.
Zaterdag werd tijdens de debatten over
het legerontwerp het Erfurter vonnis door
den sociaal-democratischen afgevaardigde
Scheidemann in den Rijksdag ter sprake
gebracht. Aanvankelijk wilde de minister
van Oorlog, von Heeringen, op de interpel
latie van Schulz niet ingaan, en zeide, dat,
indien het vonnis te hard was, wat hij nog
niet beoordeelen kan, de keizer nog altijd
gratie kon verleenen. De minister veranderde
echter van standpunt, toen ook de vrijzinnige
afgevaardigde van Meiningen, dr. Muller, de
sociaaldemocratische interpellatie kwam
steunen. Muller verklaarde, dat niets meer
urgent was dan een herziening der militaire
rechtspleging. Hij zeide, dat het parlement
reeds herhaaldelijk hierop had aangedrongen
en dat het geval van Erfurt geenszins op
zich zelf stond.
Nadat de minister van Oorlog verklaard
had onmiddellijk te zullen onderzoeken, in
hoeverre tot een herziening van het militaire
strafrecht kan worden overgegaan, besloot
de Rijksdag Maandag opnieuw deze aange
legenheid ter sprake te brengen.
De echtscheiding van den hertog van Orleans.
Zaterdagochtend had in de eerste Kamer
van het civiele gerechtshof te Brussel een
incident plaats, naar aanleiding van het
binnenkort aldaar te voeren proces betref
fende den eisch van de hertogin van Orleans,
om een jaargeld van haar echtgenoot te
ontvangen.
De advocaat van de'eischeres, mr. Wiemer,
verzocht de rechtbank spoedig een datum
vast te stellen voor de behandeling en mo
tiveerde dit verzoek op het feit, dat het
secretariaat van den hertog van Orleans
aan de pers inlichtingen verschaft, die in
het nadeel zijn van de hertogin. Mr.Leclerck,
de advocaat van deu gedaagde antwoordde
dat dif mogelijk was. maar dat die indis
creties onvermijdelijk waren. Mr. Wiener
eischte hierop, dat het secretariaat van den
hertog ter wille van de onpartijdigheid niet
meer over de zaak zou spreken vóór de
pleidooien gehouden werden.
rangschikten zich. Arthur wierp een blik om
zich heen, vervolgens naderde hij haastig de
schoone vreemde dame en noodigde ze ten dans.
Rosa wilde weigeren, maar reeds had de graaf
haar hand genomen, en vloog met haar door
de zaal.
Toen de dans ten einde was, voerde Arthur
zijne danseres op haar plaats terug, zette zich
nevens haar en was spoedig met haar in een
levendig gesprek gewikkeld, waaraan Rosa zich
met geheel haar ziel scheen over te geven, want
graaf Arthur was een fijn, beschaafd, hoogst
aangenaam man, die het verstond zjjn schitte
rende zijde in het volle licht te vertoonen, te
lokken en te boeien. Ook hij vond elk oogenblik
meer behagen in de schitterende gestalte der
vreemde dame.
„En mag ik niet weten hoe ik degodjnmoet
noemen, die mij zulke aangename oogenblikken
schenkt?" vroeg eindelijk Arthur in het vuur
van het gesprek.
„Ik ben de gravin Tautmann," antwoordde
Rosa aarzelend.
„En de heer met het zwart krullend haar, met
wien ge hier verschenen zijt vroeg Arthur ver
der, niet zonder een zweem van ijverzucht.
„Mijn broeder," antwoordde de dame.
„Voorwaar," riep Arthur, „het is een zonder
ling kontrast, en alsof de vroolijke, bloeiende
morgen nevens den ernst:gen nacht wandelt."
Rosa zuchtte onwillekeurig, was echter spoe
dig weder in een levendig gesprek gewikkeld.
Antonetta kwam terug. Ernstig en somber, als
De president der rechtbank verklaarde
hierna, dat de behandeling van de zaak in
de eerste dagen van November zal plaats
hebben.
Een handelaar in blanke slavinnen
gearresteerd.
Eenigen tfjd geleden werd te Antwerpen
een individu gearresteerd, beschuldigd van
handel in blanke slavinnen. Zijn medeplich
tige wist naar Londen te ontkomendoch
thans is ook hy in de val geloopen, dank
zij de waakzaamheid van een der beambten
van de recherche. Bedoelde beambte, de
heer De Roeck, bemerkte op een der Har-
wichbooten een meisje, dat hy kende en dat
hem mededeelde, dat zij naar Londen ver
trok, waar haar door een aldaar vertoevend
landgenoot een „prachtige" betrekking be
zorgd was. De Roeck vertrouwde het zaakje
echter niet en waarschuwde de te Antwer
pen bestaande instelling tot bestrijding van
den handel in blanke slavinnen. Het meisje
werd van boord gehaald en deLondensche
politie van het gebeurde in kennis gesteld.
Deze is er thans in geslaagd, den „landge
noot" van het meisje, die niemand anders
dan de lang gezochte handelaar in blanke
slavinnen is, te arresteeren. Zijn uitlevering
zal door de Belgische justitie gevraagd
worden.
Een begrafenis met hindernissen.
In het begin van Mei stierf de president
der negerrepubliek, Haïti. Bij de begrafenis
plechtigheid vielen erstige ongeregeldheden
voor, waarover de „Lokal Anzeiger" o.m.
het volgende weet mede te deelen.
By den dood van den president, die
naar in goed ingelichte kringen verluidt,
waarschijnlijk op aanstoken van politieke
tegenstanders vergiftigd werd, was de
binnenlandsche toestand van de republiek
niet zeer rooskleurig. De nay ver tusschen
Mulatten en negers was grooter dan ooit
en verschillende personen, o.w. ook de
minister van Oorlog, Beaufosse Laroche,
trachten zich van het presidentschap
meester te maken.
Den 4en Mei zou de plechtige bijzetting
van het stoffelijk overschot van den presi
dent plaats hebben, maar nauwelijks waren
de plechtigheden in tegenwoordigheid van
het corps diplomatique, den aartsbisschop
en andere autoriteiten in de Kathedraal
begonnen, toen de voor den lijkstoet opge
stelde troepen, naar ooggetuigen vei zekeren,
op bevel van den minister van Oorlog op
de aanwezigen begonnen te schieten. In
de kerk brak een paniek uit, en de aan
wezige diplomaten zochten een toevlucht
op het altaar. Het doel van dit optreden
was, het volk schrik aan te jagen en
de troepen over te halen Laroche als
president uit te roepen. Daar echter ver
scheidene generaals weigerden met den
minister gemeene zaak te maken, moest
deze zfjn plan opgeven en hield zich alsof
het schieten alleen gediend had, om eenige
booswichten uit de nabijheid der kerk te
verdrijven. En aan de spits zyner troepen
geleidde hij het lijk naar het kerkhof. De
aartsbisschop en verdere geestelijkheid wei
gerden echter hunne medewerking te ver
leenen.
Des middags hadden opnieuw ongeregeld
heden plaats waarbij verschillende personen
gedood en gekwest werden. Generaal Defly
liet zich namelijk door zyn troepen tot
voorloopig president uitroepen en trachtte
de Nationale Vergadering te verhinderen
een nieuw staatshoofd te kiezen. Gedurende
den strijd, die daardoor ontstond, koos het
parlement den zeer ontwikkelden en alge
meen geachten Mulat, Michet Orasta, waarna
de rust hersteld werd' De generaals Defly
en Laroche vluchtten in de ambassade
gebouwen. De laatste ontving spoedig een
schriftelijke verzekering, dat hem niets zou
geschieden en enkele dagen daarna belastte
hy zich opnieuw met. de portefeulle van
Oorlog. Alle schuld wordt thans op generaal
Defly geschoven.
Vleeschvergif'liging te Antwerpen.
De vorige week werden, naar de „Nieuwe
Gazet" meldt, aan boord van het Rijnschip
„Ristelheuber IV", gemeerd in betBonapar-
zooeven, ging zij door de schitterende groepen,
en een straal van vreugd schoot eerst over haar
gezicht toen zij Rosa met Arthur in een druk
gesprek gewikkeld zag. Maar in deze vroolijke
aandoening lag ook iets onheilspellends en dui
velachtigs. Graaf Arthur verwijderde zich in
hetzelfde oogenblik van Rosa, en haastig naderde
Antonetta deze en boog zich tot haar oor.
„Uw begin is goed," fluisterde de gewaande
broeder, ,,'t Is spoedig twee uur. Jella verwacht
u met het rjjtuig."
Rosa ontroerde en verbleekte, want het ont
vangen bevel, viel nu met vreeselijk gewicht op
haar ziel. Zjj knikte toestemmend, en Antonetta
verwjjderde zich om Ernst von Dalma te spre
ken.
Arthur nam zijn plaats nevens Rosa weder in
en beproefde het vorige gesprek weer aan te
knoopen, maar Rosa was ontroerd, want Anto-
netta's woorden hadden haar tot geheel de ruwe
werkelijkheid teruggevoerd. Zij wist, niet op
welke wijze de onverzoenlijke Antonetta Dalma
in haar macht wilde brengen en toch wilde zjj
het zooveel mogelijk verhinderen. Maar hoe?
Met stijgende onrust zag Rosa de eene na de
andere minuut vervliegen, en steeds dichter
naderde het gevreesde oogenblik; nu richtte zjj
zich plotseling op, en onder het voorwendsel van
versche lucht te scheppen, wandelde zij aan
Arthur's arm door de zaal. Zij ontwaarde Maria,
die zich in een vensternis had afgezonderd en
in den nacht naar buiten staarde.
Haastig zich van Artnur los makende, trad
tedok te Antwerpen, vier zieke schippers
knechts aangetroffen, die teekenen van ver
giftiging gaven. De tehulp geroepen genees
heer stelde vast, dat de vier mannen door
het eten van bedorven vleesch vergiftigd
waren. De vier jongelieden hadden, alvorens
aan boord van hun schip te gaan, bjj een
vleesehhouwer aan de dokken gehaktvleesch
gekocht en hadden er van gegeten, 's Nachts
werden zjj door krampen en brakelingen
overvallen.
Terwijl de vier slachtoffers, die tusschen
de 18 en 20 jaar oud zyn, naar het Stuiven-
gasthuis werden overgebracht, stelde de
politie een onderzoek in. Een groote hoe
veelheid bedorven vleesch werd bjj bedoel
den slager in beslag genomen en naar het
slachthuis gebracht.
De toestand der slachtoffers is bevredigend.
Ook personen in de buurt van St. Aldegon-
diskaai hebben bij denzelfden vleesehhouwer
van het bedorven vleesch gekocht. Men
meldt, dat er reeds zeven ziektegevallen in
den omtrek zjjn vastgesteld. Geen enkele
dezer personen verkeert in levensgevaar.
Een moordenaar van 12 jaar
Een twaalfjarige knaap vervoegde zich
Vrijdagavond in de St. Romain-sous-Gourdon
bij een bejaarde weduwe, zekere mevrouw
Tnrpin. Hij verklaarde Dubois te heeten en
kwam informeerenof de dochter der weduwe
thuis was. Op de verklaring van mevrouw
Turpin, dat zij zich geheel alleen in het
huis bevond, haalde de jeugdige booswicht
plotseling een knuppel van onder zijn jas
te voorschijn en bracht met dit wapen de
bejaarde vrouw eenige geweldige slagen op
het hoofd toe. De oude dame stortte op den
grond en riep wanhopig om hulp. Uit vrees,
dat de buren op de angstkreten van me
vrouw Turpin zouden komen toesnellen,
vluchtte de knaap het open veld in. Men
is er nog niet in geslaagd hem te arres
teeren. Vermoed wordt, dat hy van de ge
legenheid, dar mevrouw Turpin alleen thuis
was, gebruik heeft willen maken om haar
te bestelen. De toestand van het slachtoffer
is zeer zorgwekkend.
VAN
Vlugge levering van
Plaatsing van Advertentiën worden aan
genomen voor alle Couranten en tijdschriften,
zonder verhooging van prijs.
Vraagt de Catalogus van Buitenlandsche
Tijdschriften.
Verder ruim voorzien van
SCHRIJF- EN KANTOORBOEKEN,
KERKBOEKEN EN BIJBELS,
SWAN VULPENHOUDERS, enz. enz.
NAAMBORDEN EN STEMPELS.
Steeds ter inzage het Maandregister van
nieuwe pas verschenen boeken.
VAN
St. JorisDoelstraat, Sommelsdyk g
INTERCOMMUNAAL TELEFOON No. 8.
lederen dag prima kwaliteit versch 2
a rundvleesch verkrijgbaar. Neemt proef h
u van onovertrefbaar Saucisse de Bou-
o) logne en spiertjes rookvleesch.
P.9. Verzendingen geschieden
p luchtvrije verpakking.
p Beleefd, aantoevolen.
lederen Donderdag versch Kalfsvleesch.
N
a
2
I
Rosa op Maria toe en nam zacht de hand der
peinzende.
„Gravin Ernaniy," fluisterde zij schielijk en
voorzichtig, „bij alle heiligen bezweer ik u te
verhinderen dat mynheer von Dalma voor het
aanbreken van den dag en zonder begeleiding
van zekere vrienden de zaal verlaat."
„Wat, hoe?" stamelde Maria verschrikt.
„Stil, wees voorzichtig," waarschuwde Rosa.
„Neem mijn woorden in acht."
Een zachte handdruk, en Rosa verdween in
de groepen. Zij was naar haar plaats terugge
sneld, waar de door allen benijde Arthur zich
weder aan haar zjjde nederzette. De gewaande
graaf was ondertusschen Dalma genaderd <in
had hem in een vensternis getrokken, eindelijk
verklarende, dat hij een boodschap voor Dalma
had.
„Van waar?" vroeg Dalma verwonderd.
„Ge hebt een neef te Kronstadt, Eugène van
Dalma?" vroeg Antonetta.
..Inderdaad." bevestigde Ernst.
„Deze neef heeft met gelden en vele gewich
tige papieren, dringende familieaangelegenheden
betreffende, de reis hierheen ondernomen, maar
niet ver van hier werd bjj door kroatische
stroopers aaagevallen
„Niet mogelijk, kroaten in de nabijheid! riep
Dalma. „Hiervan moet dadelijk kennis worden
gegeven."
Wordt vervolgd.)