Officieel Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
J 3d® J aar g. mg.
Woensdag 16 April 1913.
JSo. 22
ANTONETTA CZERNA
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50,
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofdredacteur W. DE! JONG,
Lid van de Tweede Kamer Staten-Generaal,
's-GRAVENHAGE.
Uitgave der
Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels 0,60.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
De coalitie en de Tariefwet.
In het „vaste accoord" der clericale
partijen, dat, zooals wij onlangs uiteen
zetten, niets anders is dan een accoord
van het grifste mammonisme wordt met
geen woord melding gemaakt van de
Tariefwet. Och, heeft de Standaard (in
een hoofdartikel van mr. de Wilde) ge
antwoord op de opmerkingen daarover,
dat was niet noodig. Ieder weet, dat de
clericale partijen de tariefherziening op
hun program hebben geschreven. De
kiezers hebben zich al meermalen ten
gunste van een protectionistische tarief
herziening uitgesproken. Tegen die on
juiste voorstelling komt dominee Schok
king, de vroegere christelijk-historische
afgevaardigde voor Harlingen op.
Hij schrijft
„Zoolang een rechtsche meerderheid
zich niet in haar geheel voor een
dusdanige herziening van het tarief
heeft uitgesproken, gaat het niet aan,
te beweren, dat een rechtsche meer
derheid de beteekenis heeft van een
meerderheid ook voor het Tarief.
Voor de zuiverheid der politieke
verhoudingen en een goed verstaan
van elkander is het noodig, dat hier
omtrent geen twijfel besta- Wanneer
de coalitie der rechtsche partijen op
24 April a.s. weer tot stand komt en
daarvan een rechtsche meerderheid in
de komende periode opnieuw het ge
volg mocht zijn, zullen de Christelijk-
Historischen althans ten opzichte van
het Tarief dezelfde vrijheid hebben,
die zij thans bezitten en bezeten zou
den hebben, indien het Tarief nog in
dit jaar behandeld ware. Zulks te consta-
teeren is voor het oogenblik genoeg."
Met andere woorden, dominee Schok
king ontkent, dat alle partijen der cleri
cale coalitie zich bij een vorigen stem
busstrijd op „vast accoord" in zake het
tarief hebbeD verbonden. In 1909 heb
ben de kerkelijken dan ook de tarief
wet op den voorgrond gebracht en de
kiezers opgezweept met de leugenachtige
FEUILLETON.
Geauthoriseerde overdruk van het gelijknamig hoek, ver
schenen bij de Firma D. BOLLE te Botterdam.
7)
Arthur richtte zich op, en op zijn bevel werd
het lichaam onder een beschermend dak ge
bracht. Bedaarder wendde hij zich vervolgens tot
de omstanders.
.Maar waar is .Maria?" vroeg hij.
„De gravin Maria zullen wij, hoop ik, weder-
vinden," troostte Andreas. „Een gelukkig aan
bet bloedbad ontkomen dienstmaagd zegt, dat
z\) door de rooverbende is weggevoerd. Waar
schijnlijk is 't op een losgeld gemunt."
„Toch hoop," riep Arthur ruimer ademende,
en Dalma zuchtte.
„Wee mij, waar ik ga volgt mjj het verderf
en grijpt 't geen ik lief heb."
„Laat deze gedachte varen," vermaande Ar
thur, „en stem ons en u zeiven niet treuriger
dan wij zijn. Laat u verbinden, en raadplegen
wij vervolgens over hetgeen te doen is
Hij wendde zich tot den commandant der
ruiterbende om te vernemen, welk gelukkig
toeval zijn tijdige verschijning had veroorzaakt.
De officier, toevallig met een klein detachement
m een naburige plaats gestationneerd, was te
Rechnitz dikwerf als gast geweest, en als een
antitheseleuze, hebben zich allerminst
in meerderheid voor een protectionis
tische tariefherziening, als minister Kolk
man wil, uitgesproken.
De voorstelling, door mr. de Wilde
in de Standaard gegeven, is volkomen
onjuist, al past ze juist daardoor in het
systeem, dat de Standaard sinds jaar en
dag volgt.
Ook bij de Junistembus zal men het
weer over denzelfden boeg trachten te
gooien als in 1909. Men zal er van cleri-
calen kant alles op zetten om voor de
millioenen aan de secteschool en de ver
nietiging der openbare school de kiezers
in het geweer te brengen. De zoo belang
rijke vraag der Tariefherziening zal men
naar achteren schuiven en de kleine
luyden zien wijs te maken, dat het gaat
om „christelijke" beginselen. Blijkbaar
vreest men, dat de drie groepen der
clericale coalitie het over bet tariefont-
werp-Kolkman niet eens zullen worden.
Wat dominee Schokking schrijft levert
het bewijs, dat de christelijk-historischen
zich hun vrijheid ten volle voorbehouden.
Het zou ons zelfs verbazen, als sommige
Kuyperianen (Elhorst) en eenige Katho
lieken (Aalberse) zich voor het tarief-
ontwerp verklaarden. Onzerzijds dienen
we er overal den nadruk op te leggen,
dat bij de clericale coalitie de toeleg
voorzit, over ons land de ramp van het
protectionisme te brengen als ze in Juni
wint.
Eén ding zijn we met dominee Schok
king eens. Voor de zuiverheid der poli
tieke verhoudingen is het noodig, dat
het clericale „vaste accoord" op 24 April
vergezeld zal gaan van eene besliste uit
spraak omtrent de bedoelingen der coali
tie in zake het tariet.
Of zouden de broeders daarvoor soms
terug deinzen?
Het beroep op Belgie. (1)
II.
Beeft in Belgie het protectionistisch
tarief nu tot resultaat gehad, dat de
nijverheid er door tot grooteren bloei
werd gebracht?
goed bekende had hij ook de uitnoodiging ont
vangen om zich bij den tocht tegen de bende
van Czerna aan te sluitenom tijdig genoeg aan
te komen en geen opzien door zijn marsch te
baren, had de officier zijn manschappen tegen
middernacht laten opzitten en ze naar Rechnitz
gevoerd, waar hij dus te rechtertjjd was aange
komen.
De zon ging op en bescheen de uitgebrande,
rookende puinhoopen van het den vorigen avond
nog zoo prachtige slot Rechnitz en de bonte
groepen, die er om lagen. Naburige edellieden
waren reeds aangekomen, hadden zich om den
graaf geschaard, troostten hem zooveel in hnn
vermogen was, en verzekerden hem van hun
krachtdadigen bijstand bij het aan te vangen
werk der wraak. Gewapenden begonnen reeds
bjjeen te komen.
Door de vervolgers der bende was een gewa
pende vrouw gevangengenomen, en deze werd
nu in den kring gevoerd om ondervraagd te
wordenwant het was voor allen van het groot
ste belang nopens de sluiphoeken der bende
nauwkeurig onderricht te zijn Met op den rug
gebonden armen, maar met fieren blik, stond de
vrouwelijke roover in den kring der mannen en
weigerde halsstarrig iets te bekennen De oogen
van den graaf begonnen onheilspellend tegloeien.
„Zoo ge het niet goedwillig zegt, zullen we
middelen vinden," donderde hij. „Bindt haar aan
den paal en geeselt ze tot zjj bekent of als een
hond sterft. Geen ontferming met deze duivels."
Zijn bevel werd ijlings uitgevoerdin weinige
De industrie! bepaalt zich in Belgie
tot enkele gewesten van het Waalsche
land en tot de zich daarbij aansluitende
industriestreek van Oost Vlaanderen en
Brabant. Van de bevolking der andere
Vlaamsche gewesten, evenals van Luxem
burg, is nog meer dan 50 ten honderd
bij den landbouw betrokken. Antwerpen,
West-Vlaanderen, Luxemburg en Lim
burg zijn evenmin industrie provincies
als ten onzent Zeeland, Gelderland, Fries
land of Drente.
De hoofdzetel van Belgie's nijverheid
is om en bij de mijndistricteD. De hoog
ovens, gieterijen en staalfabrieken zijn
bijna alle in het steenkoiengebied van
Henegouwen en Luik gebouwd. Zoo nauw
is die band, dat de houtrijke provincie
JNamen, welke eertijds de grootste ijzer
productie had, deze heeft verloren, sedert
hout als brandstof door steenkool werd
vervangen. Datzelfde mijngebied is ook
de aangewezen vestigingsplaats geworden
van de zeer omvangrijke glasindustrie,
alsmede van de gietijzerwaren en machi
nefabrieken.
Deze industrietakken welke het aller
meest de Belgische nijverheid kenmerken
en het allermeest in den uitvoer bij
dragen, zijn met den mijnbouw de voor
naamste bronnen van economische be
drijvigheid. Het aantal personen, dat in
de ijzerindustrie arbeid vindt, is op min
sten 140000 te schatten.
De aanwezigheid van talrijke indus-
triëele ondernemingen langs den zoom
van het mijngebied sluit zich daarbij
aan. De vestigingsplaats dezer onderne
mingen wijst op de poging om het voor
deel van het steenkoolterrein zooveel
doenlijk te verbinden aan het in lager
loonstandaard gelegen voordeel van
landbouwstreken. Het een zoowel als het
ander bevestigt, dat het natuurlijke steun
punt der Belgische nijverheid gelegen
is in den natuurlijken rijkdom van het
land. In één van het stelsel der handels
politiek geheel onafhankelijke omstandig
heid dus.
De Belgische textielnijverheid kan
evenmin beschouwd worden als het ge
lukkig gevolg van de protectionistische
handelspolitiek. Wanneer men de cijfers
oogenblikken stond de vrouw met de handen
aan een paal gebonden en met bloot bovenlijf;
de verbitterde knechts van den graaf sloegen
haar met dikke zweepen. Spoedig overdekten
diepe striemen den rug der vrouw, vervolgens
vloeide het bloed neder, en zjj wrong zich heen
en weêr. maar wilde nog niet spreken; doch de
knechts waren onvermoeid met hun werk, en
toen de rug der amazone verscheurd was, kon
zij de pijn niet langer verdragen; zij verried het
verblijf harer gezellinnen, een schier geheel
onbekende, verborgene ruïne, en ook dat de
ontvoerde gravin Maria daarheen gebracht werd.
De executie was ten einde en uren verstreken,
toen Andreas berichtte dat bij het tuinhek een
gewapende vrouw stond, die verlangde den graaf
Ernaniy te spreken, maar niet de voorplaats
wilde betreden, en ook haar aangelegenheid aan
niemand wilde openbaren dan aan den graaf
zei ven.
„Wie weet welke boodschap zij brengt," zei
de graaf en ging met Arthur, die Dalma aan
den arm voerde, met den officier en verscheidene
vrienden naar de aangeduide plek.
Hier stond een goedgewapende vrouw in zon
derlinge kleeding.
„Wat wilt ge van mij?" vroeg de graaf.
„Czerna, de koningin der wildernis, laat u
groeteD, graaf." antwoordde Jella, want deze
was de afgevaardigde.
„Ha, welk onbeschaamd gespuis, zich koningin
te noemen en mfj te laten groeten," woedde de
driftige man. „Liever zou ik jou en haar door
over 1846 en 1896 vergelijkt blijkt, dat
in de Belgische katoen- en wolindustrie
slechts een geringe vermeerdering van
het werkliedenaantal is waar te nemen.
De lezer zie slechts onderstaand staatje:
1846
1896
Katoenindustrie
(spinnerij en
weverij)
Wolindustrie
(spinnerij en
weverij)
aantal aantal aantal aantal
ondern. werkl. ondern. werkl.
295 12631 115 15482
544 16543 244 17878
De vermeerdering der productie ver
oorzaakte dus maar weinig vermeerde
ring van economische bedrijvigheid in
den zin van arbeidsvermeerdering. De
industrie is saamgetrokken in een aan
zienlijk kleiner aantal ondernemingen,
de uitbreiding is over een zoo groot tijds
verloop zeer gering. Veel geringer dan bij
de Nederlandsche katoenindustrie, die
over het tijdsverloop tusschen de volks
stellingen van 1889 en 1899 het aantal
bij het bedrijf betrokken personen van
19091 tot 20741 groeien zag.
Er is dus zeker geen aanleiding om
de Belgische textielnijverheid aan .Neder
land ten voorbeeld te stellen. Veeleer zou
het omgekeerde bet geval zijn. En dus
kunnen er ook aan dezen belangrijken
industrietak geen steekhoudende argu
menten ten gunste van de protectionis
tische handelspolitiek ontleend worden.
De protectionist beweert herhaaldelijk
dat het tarietontwerp-Kolkman tengevol
ge zal hebben dat meer grondstoffen en
minder fabrikanten zullen worden inge
voerd.
Dat heet de weldadige invloed van
beschermende rechten", zooals de protec
tionistische voorstanders in de Commissie
van Voorbereiding van hetontwerp-Kolk-
man het noemen. De invoercijfers van
België zouden de gevolgen van het hoog
geroemde stelsel dus zeker moeten aan
wijzen. Men zie nu weder eens de sta
tistiek der invoerrechten in België.
mijn honden laten verscheuren dan groeten te
onivangen."
„Mogelijk," antwoordde Jella koel, „doch hoor
mij, Uw dochter Maria is in onze macht, en
Antonetta Czerna biedt u haar vrijheid aan
onder zekere voorwaarden."
„Noem den prijs en de voorwaarden," riep de
graaf nieuwsgierig. „Voor mijn dochter is mij
niels te hoog. Hoeveel goud
„Neen," antwoordde de amazone fier, „geen
geid verlangt de vorstin. Niet om metaal is het
haar te doen, maar om een anderen prijs."
„En die is?"
„Er is een man hier, Ernst von Dalma. Lever
hem in onze handen, en ge ontvangt uw dochter
ongedeerd terug."
Als door een adder gestoken, voer de graaf
op en zijn gezicht gloeide en werd bloedrood;
de oogen van al de aanwezenden richtten zich
dreigend op de amazone en vragend op Dalma,
die half bewusteloos aan Arthur's arm hiDg.
Toornige kreten gingen op.
„Wat," schreeuwde de graaf toen hij de spraak
herkreeg, „wat, zoo iets durft ge mjj te zeggen
Deze onbeschaamdheid gaat alle denkbeeld te
boven 1"
„Lever hem uit." herhaalde Jella bedaard, „of
ge ziet uw dochter slecbls als eer lijk terug,
Antonetta Czerna schertst niet
„Nu noch ooit," nam Arthur het woord. „Eisch
goud, zooveel ge wilt, al moesten wjj er arm
door worden."