Kolkman en Speenhof. Buitenland. Binnenland. ring dat de Christelijke beginselen hieromtrent geen licht geven; elke op vatting ten deze vrijlaten en dat deze wetsontwerpen dus geheel staan buiten de Christelijke rechtsbeginselen, den grondslag van het Regeeringsbeleid. Het blijkt dus, dat datgene wat ten slotte is het hoofdpunt van de werk zaamheid van deze Regeering geheel omgaat buiten de beginselen, die aan het beleid ten grondslag liggen. Trouwens, de wijziging in denkbeelden omtrent hetgeen de Christelijke beginse len toelaten, medebrengen of vorderen, waarop ik zooeven wees, is ook op ander gebied allermerkwaardigst. Loterijen werden vroeger streng afgekeurd, althans door de anti-revolutionnairen, en thans ziet men zelfs het begrip loterij toepas sen op een gebied, waar het tot dusverre volstrekt ongebruikelijk was, nl. bij schuldbrieven van hypotheekbanken, en die nieuwigheid, waarvan ik hier het authentieke stuk voor mij heb, wordt ingevoerd onder patronaat van goed klinkende namen van mannen van rechts, waaronder men niemand minder aantreft dan den heer J. Krap, bekend anti-revolutionnair, ons vroeger geacht medelid, thans lid van de Algemeene Rekenkamer te 's Gravenhage." Prof. Druckei toonde daarna aan, hoe bij verschillende ontwerpen van het cle- rieale kabinet juist mannen uit de krin gen der coalitie het verwijt laten hooren, dat de „christelijke" rechtsbeginselen worden aangetast door de regeering zelve. Daarover de volgende maal. (Wordt vervolgd.) Men meldt ons uit Den Helder: Die eer wa3 nog aan geen Nederlandsch dramatisch auteur te beurt gevallen, dat een zijner geesteskinderen in ons parlement werd aangekondigd. Dezer dagen is het ge schied, toen een der voormannen immers niemand minder dan Prof, Nolens de Kamer kond deed, dat Speenhoff, met zy'n zeer talentvolle krachten, het land ging afreizen met een politieke klucht Nederland pas op je zakken of de schelling van Kolk man.' Toen de geachte afgevaardigde uit Venlo daarbfj het vermoeden uitsprak, dat de verdedigers van het Tariefwet Ontwerp waarschijnlijk niet op de medewerking van deze zijde zouden mogen rekenen, leek een dergelijke veronderstelling al dadelijk niet heel gewaagd. Thans zijn wij er echter absoluut zeker van, dat Speenhoff niet aan den kant der regeering staat, nu wij gisteravond, hier in Den Helder, de première van de politieke klucht hebben bijgewoond. Speenhoff is heelemaal niet te spreken over de voorgestelde Tariefwet, en niet erg over het daarmee verknochte verzekerings ontwerp. Toch schijnt de dichter-zanger nog wel eenig vertrouwen in de toekomst der aan hangige wetsvoorstellen te hebben, althans het stuk speelt nadat deze zijn aangenomen en de beide wetten zijn ingevoerd. De plaats der handeling is een douane kantoor aan de grens. Wat de toeschouwer daar beleeft, wat er wordt gezegd en vooral gezongen, dit zullen wij maar niet verklap pen. Alleen willen wij nu nog wel even vertellen, dat in een tijd, welke staat in het teeken van de blauwe pet en dat in alle bedrijven wordt geklaagd, de eenige wier zaakje goed gaat is, eenmannequin. Deze jonge dame heeft er dagwerk van modeartikelen als heelfabrikaten met 12 Pet belast geheel vrij over de grens te brengen, terwijl het wachtwoord voor ieder ander is: betalen Betalengeheel overeenkomstig het refrein dat in dubbele beteekenis? weldra algemeen bekend zal zijn: Heb je paling, peren scharren. Heb je garen, spelden, band? Heb je eksteroogenpleisters Of een dakpan in je mand? Voor Mevrouw Speenhoffbiedtderol van de mannequin de gelegenheid om keur van voyante toiletten met gratie te dragen. Wat het beteekent door Speenhoff en de zijnen er tusschen genomen te worden, vraag dat aan „Zijn Edelachtbare''Ditmaal is het een „Zijne Excellentie", dus noghooger, en het is of de leden van „Het Vrije Tooneel" en met hen het publiek er nu nog meer pleizier in hebben. Een goudtransportwaggon voor Zuid-Afrika. Een waggon voor het overbrengen van goud, zooals er tot dusverre wel geen tweede ter wereld zal bestaan, is sedert eenigen tijd in dienst gesteld op de spoorwegen der Transvaal-districten in de Zuid-Afrikaansche Unie. Dit voertuig dient tot het vervoer van de reusachtige hoeveelheden ongemunt goud uit de mijnstreken rondom Johan nesburg worden namelijk iedere maand gemiddeld 18.000 kilo goud ter waarde van meer dan 30 millioen gulden nstar de kust vervoerd en is in de spoorwegfabriek te Pretoria gebouwd. Aanleiding tot het vervaardigen van dezen specialen wagen gaven detalrijkeovervallen, waaraan de goudtrein gedurende de reis bloot stond. De wagen, die 12.1 meter lang is. bevat een geheel vrijstaande, ingebouwde brand kast, die door stalen pooten een goed eind van den bodem is verwijderd. De tusschen- ruimte tusschen brandkast en wagenvloer wordt doorloopend electrisch verlicht, daar het vroeger al eens is voorgekomen, dat stoutmoedige desporados zich van onderen aan den waggon vastklampten, den bodem tijdens de reis open staken en zoo het geld stalen. Met de geldkast die tot 22.600 kilo goud, dat is voor een waarde van ongeveer 37 millioen gulden, kan bevatten wordt te Johannesburg een gewapende waker in den wagen opgesloten, die tot Kaapstad om zoo te zeggen tevens de gevangene van het goud is, want vóór het bereiken van dit eindstation kan de waggon niet geopend worden, een omstandigheid, die bij een toe vallige of door treinroovers veroorzaakte ontsporing den man duur genoeg kan te staan komen. Voor de rest is er door een gemakkelijke inrichting met gepolsterde banken, tafel en electrische inrichting voor het koken en warmen van spijzen zoo goed' mogelijk voor den transport-beambte ge zorgd. (Tel.l Een drama in de Parijsche sportwereld. Donderdagochtend heeft zich te Parijs een opzienbarend drama afgespeeld, waarvan de helden behooren totd6 elegante sportwereld. Het slachtoffer is Walter de Mumm, de 27-jarige broeder van den bekenden renstal- bezitter. Ongeveer een jaar geleden maakte hij kennis met een schoone en jonge Ame- rikaansche, een gescheiden vrouw met een onafhankelijk inkomen. Het paar genoot van het vette der aarde en verdeelde zijn tijd tusschen het bijwonen van wedrennen, tooneelvoorstellingen en feesten. Ook brach ten zij geruimen tijd te Reims door, waar de Mumm een villa heeft. Den laatsten tijd echter was een donkere wolk aan den hemel der minnenden gerezen, daar de Mumm zijn vriendin, mevrouw Barnes geheeten, voor stelde elk zyn vrijheid te hernemen. Maar de schoone Amerikaansche, die gehoopt had haar verhouding binnenkort geregeld te zien, verklaarde, dat zy niet in een scheiding zou toestemmen. Aanvankelijk schikte de Mumm zich hierin, doch toen hij Donderdag zijn voorstel herhaalde, greep zjjn minnares een revolver en loste a bout portant twee schoten op haar minnaar. Een schot trof hem in de linkerarm, terwijl de tweede kogel in d6 maagstreek drong. De Mumm overwon met inspanning van ai zy'ne krach ten, zyn pijn en begaf zich per automobiel naar een hospitaal waar hij zich onmiddellijk onder behandeling stelde. De broeder van den gekwetste, wiens toestand tamelijk ern stig is, stelde een aanklacht in, ofschoon de gewonde zich daartegen verzette. Mevrouw Barnes heeft zich echter onmiddellijk na haar daad naar Londen begeven, waar zy op het oogeublik veilig is. De beide broeders hebben van verdere maatregelen afgezien, omdat zij begrijpen, dat de schoone, maar gevaarlijke Amerikaansche zich uit vrees zal laten weerhouden om het kanaal weer over te steken, en dus te Londen moet blijven, hetgeen zij als een voldoende straf beschou wen. (Tel.) Zelfmoord van twee moordenaars. Donderdag hebben in de gevangenis van Maidstone twee moordenaars, die ter dood veroordeeld, doch later tot levenslange ge vangenisstraf begenadigd waren, zelfmoord gepleegd. Op twee stukken lei was door ieder een afscheidsbrief geschreven een er van op rym waarin zij te kennen gaven de voorkeur te geven aan den dood boven een leven in gevangenschap. De ver oordeelden waren Sidney Bunyan, 25 jaar oud en Harry Southcliffe, 31 jaar oud. Toen de cipier Donderdagavond den ge vangenen voedsel kwam brengen, vond hij de deur van Southcliffe's cel gebarricadeerd. Na zich toegang te hebben verschaft, ont dekte hij het lijk van Bunyan op het bed, terwijl Southcliffe stervende op den grond lag. Beide gevangenen hadden zich den hals afgesneden met 'n ruw mes, gemaakt van 'n stuk ijzer, waarvan zij zich in de smederij hadden meester gemaakt. Southcliffe werd naar het hospitaal vervoerd, waar hij twee uur later overleed. De gouverneur van de gevangenis verklaarde, dat beide gevan genen altijd goede vrienden met elkaar wa ren geweest en dikwijls in recreatietijd samen waren. De lijkschouwer vroeg, of de gevangenen, voor zij naar hunne cellen terugkeerden, gefouilleerd werden, waarop ontkennend werd geantwoord. De wonde van Bunyan was van een aard, dat men er aan twijfelde, dat by deze zich zelf kon hebben toegebracht. In zijn protocol verklaarde de lijkschou wer, dat een dergelijk geval nog nooit in een der gevangenissen van Engeland wasvoor- gekomen. (Tel.) De hemden van Wilhelm I. In 't te Berlijn uitgegeven tijdschrift „Deutsche Kunst- und Antikitatenbörse" leest men onderstaande advertentie „Voor musea en verzamelaars zyn te koop hemden in goeden staat, van Wilhelm I. dagteekenend uit zijne kinderjaren (1802,) voorzien van naamletters. Echtheid gewaar borgd." Hierop volgden de pry's eD de plaats waar die voorwerpen te verkrijgen zyn. Huwelijk tusschen blanken en negers in de Vereenigde Staten. Uit New-York wordt gemeldt, dat de verontwaardiging, opgewekt door het huwe lijk van den neger-bokser Jack Johnson met een blanke vrouw, aanleiding is geweest tot het plan in het Congres om een wijziging in de grondwet voor te stellen, waarin voor altijd het huwen tusschen blanken en negers verboden wordt. Een der afgevaardigden van Georgia, Roddenberg, verwierf veel bijval toen hy het voorstel deed dat aan negers of kleurlingen en aan alle personen van Afrikaansche origine verboden zou worden met blanken in het huwelijk te treden. Dergelijke ver bintenissen hebben volgens spreker nooit plaats in de zuidelijke staten. Zy vormen een ernstig nationaal probleem en indien de negers in de noordelijke staten politiek krachtig genoeg zijn dit verbod bij de wet te weerstreven, dan zouden de zuidelijke en westelijke staten hun hulp verleenen om een wijziging in de grondwet te doen aannemen, dat dergelijke huwelijken onder de Amerikaansche vlag onmogelijk, maakt. Adrianopel. De oorlogscorrespondent van de „Daily Telegraph" zendt uit Sofia aan zyn blad een uitvoerig bericht, gedateerd van Zaterdag, waarvan hij zegt, dat men in Bulgaarsche leidende politieke kringen niet gelooft aan een spoedig einde van den oorlog. De Bul gaarsche gedelegeerden hebben de besliste instructie te eischen, dat Adrianopel den Bulgaren wordt afgestaan en dat Servië een toegang tot de Adriatische Zee verkrijgt. Van de zijde van Bulgarije wordt verklaard, dat het hun niet moeilijk zal vallen, Adria nopel thans te veroveren, daar men de beide laatste forten dier vesting, welke nog niet in het bezit der Bulgaren zijn, gemak kelijk zou kunnen laten springen. Over het algemeen is de positie van Adrianopel thans zeer moeilijk en dit zal by de vredesonder handelingen wel blijken. Daarbij komt, dat de strijdmachten van Bulgarije en Servië die der Turken verre overtreffen. De beide verbondenen beschikken op het oogenblik over 100.000 man meer dan by het begin van den oorlog. Hoe groot ook het aantal reservisten moge zijn, dat de Turken nog op de been kunnen brengen, zij zouden toch niet in staat zijn meer dan 300.000 man in het veld te zenden. Een hadji. Jaren lang had hy al op de fabriek ge diend al3 „gewoon" inlander. Hy had een verantwoordelijke betrekking en voelde zich dus meer dan zyn landgenooien, die hy om zich heen zag. Dat gevoel van eigenwaarde uitte zich bij den man hoofdzakelijk in de kleeren. Hy wilde er altijd voornamer uitzien dan de anderen, vertelt de „Pr. Bode". Een heele tyd was dat goed gegaan tot op zekeren dag een der jongste kantoor jongens binnen kwam met een Panamahoed en bruine schoenen. Wat nu te doen. Daarvoor had hy geen geld, want zyn vrouw leefde ook al ver boven haar stand. Hij vond wat. Op zekeren dag kwam hij, tot groote verbazing van meneer, binnen met een roode fez op het hoofd. Hadji. „Naar Mekka geweest?" vroeg meneer hem verbaasd. „Tidah toean, Pasar Baroe." Hél De reis naar Mekka was hem te duur, voor negentig centen had hy een keurige fez en hjj was hadji. Men zou hem als zoo danig behandelen. En hij had het gewonnen van den jeugdigen inlander, met de panama hoed en de bruine schoenen. Geslaagd onderzoek. Het onderzoek van de politie inzake een diefstal van f 2000, in den nacht van 18 op 19 September gepleegd ten nadeele van den Chineeschen hulppachter Tan Tjong Soen te Japara, die toen bij zyn vader alhier logeerde, is goed geslaagd vertelt de „Loc.'" De politie vond toen geen enkel spoor, zelfs verdacht men den bestolene den diefstal te hebben gefingeerd. Wy vernemen omtrent dit onderzoek thans het volgende. Reeds geruimen tijd was bij de politie verdenking gerezen tegen den inlander Bibit, die dan ook door de politie steeds werd nagegaan. Eergisteren nu kocht Bibil een fiets en dit was voor de politie aanleiding om nadere inlichtingen te verzoeken betreffende het geld, dat voor dien aankoop noodig was. Bibit had natuurlijk lang gespaard, zuinig geleefd en thans de vruchten willen plukken. Doch de politie had redenen te over om Bibit's eerlijke verklaring in twijfel te trek ken en Bibit werd in arrest gesteld. Een huiszoeking, onder leiding van den commissaris 2e klasse Schrijver had geen resultaat, waarop gisteren naar aanleiding van nieuwe gegevens, door dien commissaris opnieuw een huiszoeking werd ingesteld. Toen werd in den tuin van den verdachte een verzegeld en met stopverf afgesloten,zorg vuldig begraven fleschje gevonden, dat f725 aan bankpapier inhield. Bibit blijft echter nog halsstarrig ontkennen en weet nóch van fleschje, nóch van geld, Het onderzoek wordt voortgezet. Een brutale krokodil. De bewoners van de Doto Kamat-buurt, te Penang, werden 's avonds Iaat opgeschrikt door luid hulpgeroep, dat van den kant der door dio buurt stroomende kali kwam. Een aantal menschen schoot met brandende fakkels en lichten op het geschreeuw af en vond een Kling, die zich met alle kracht aan de graszoden en struiken aan den oever vasthield. Zjjn eene been zat vast in den muil van een zeer grooten krokodil, die met zijn staart het water tot schuim sloeg en met geweld zjjn slachtoffer trachtte in de diepte te sleuren, meldt de „N.Coer. Ct." De toeschouwers stelden oogenblikkelyk alles in het werk om den man van het monster te bevrijden, en alleen toen een der fakkeldragers op het idee kwam, het dier zyn brandenden toorts in de oogen te duwen liet de krokodil zyn slachtoffer los en ver dween in de diepte. Men droeg den Kling aan landzyn been was vreeselfik verminkt en zal waarschijnlijk geamputeerd moeten worden. De man vertelde, dat hij naar den kali kant was gegaan om zich te wasschen, toen het ongure beest plotseling voor hem uit de diepte opdook en hem een slag toebracht met zijn staart. Door in de hoogte te springen ontkwam by dezen slag, doch toen hij weer op den grond terecht kwam, pakte het dier hem by het been. Een brutale inbraak. Onder buitengewoon zonderlinge omstan digheden is Vrijdagavond een inbraak ge pleegd in den goudsmidswinkel van den heer W. Esman, Damrak 86. te Amsterdam. Het was den heer Esman reeds geruimen tyd zeer verdacht voorgekomen, dat in den omtrek van zjjn winkel geregeld een viertal bekende kwartjesvinders rondslopen. Hy had zich reeds vroeger in de attentie van het inbrekersgilde mogen verheugen. Toen had men getracht, dat is nu eenige maanden geleden, de andere deur van zijn huis aan het Damrak te forceeren, wat echter niet lukte. Nu had de zoon van den heer Esman Vrijdagavond omstreeks kwartier over negenen den winkel verlaten en de buiten deur gesloten op het veiligheidsslot, waarmee echter niet gelijktijdig de winkeldeur van binnen werd gesloten. Te half elf keerde hy van den winkel van zyn vader, die op den Nieuwendyk 88 eveneens een goud-en zilvermagazijn heeft, terug en bemerkte, tot zyn groote verwon dering, dat de deur niet openging. Hij ging naar zyn vader terug, die onmiddellijk kwaad vermoeden kreeg. Gezamenlijk naar het Damrak gaande, bemerkte ook de heer Esman Sr., dat de deur van binnen was gegrendeld. Er werd daarop een ladder geplaatst, waarop de jonge Esman klom, die langs dien weg van de eerste verdieping in den winkel kwam. Ook de vader volgde. Het licht werd opgestoken en onmiddelijk bleek den heer Esman, dat uit de etalagekast een aantal voorwerpen van groote waarde waren ontvreemd: kostbare in goud gezette juweeleD een doosje met gouden tientjes, waardevolle armbanden en een aantal andere stukken, terwijl het goed van minder waarde onaangeroerd was gelaten. Met een beitel was het deurtje der etalage kast geforceerd. De omstandigheid, dat juist de voorwerpen van de allergrootste waarde waren gestolen, deed het vermoeden rijzen, dat iemand, die dergelijke diefstallen meer had gepleegd, aan het werk was ge weest. Toen de heer Esman den ladder voor zijn winkel plaatste, kwam de surveilleerende politie-agent er op af. De bestolene liet hem zien wat er gebeurd was. De politie dienaar begaf zich onmiddellijk naar het bureau St. Pietershal, met het gevolg, dat weldra rechercheurs en politie-agenten verschenen om een onderzoek in te stellen. De heer Esman had onderwijl de waarde van het gestolene geschat en kwam tot de conclusie, dat ruim f 15.000 aan siervoor werpen gestolen was. De politie-agenten, een vijftal,begonnen onmiddellijk een onderzoek op de daken. Na geruimen tyd te hebben gezocht, werd een rol koperdraad gevonden op het dak van het aanpalende perceel, gelegenen hoek Damrak en Zoutsteeg. De toegang tot dat perceel is in de Zout steeg en in het benedenhuis is een café gevestigd. Daar moet zich gistermiddag een werk man hebben aangemeld, die een pet droeg van de gemeentetelefoon met demededeeling, dat hy op het dak iets moest nazien. Hy had een city-bag met gereedschap bij zich. Onder dit voorgeven werd hem toegang tot het bovenhuis verleend. De onbekende telefoonman heeft zich daarop van het dak van het perceel Damrak 84 begeven naar dat van het huis van den heer Esman. Hij heeft daar een aantal dakpannen verwijderd en de houten latten, waarop de pannen rust ten, doorgezaagd. Door de daardoor ontstane opening heeft hij zich heengewerkt, om zoo, den gewonen weg langs den frappen ne mend, in den winkel te komen. Voor alle zekerheid heeft hy toen den knip voor de deur geschoven, het deurtje van de étalage- kast geforceerd en den voor den beer Esman zoo schadelijken greep gedaan. In den winkel is alleen de beitel gevonden. Een andere omstandigheid is in het in den afgeloopen nacht voorloopig ingestelde onderzoek gebleken. Driehoog van het perceel Zoutsteeg hoek Damrak ging de bewoner, die zyn nachtrust

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1912 | | pagina 2