ZIJN.
"TEN
ND
19
Offlciëel
Nieuws- en Advertentieblad
ïrhandel
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
Het beursje.
I2de Jaargang.
Woensdag 31 Juli 1912.
No. 37
men
isel
lelsdijk.
tale
tank
}k °/o. P!us
fin ƒ2500,
en ƒ100,—.
der Bank en
ZOON
ik.
E-BUREAU
ELHARNIS
djbels,
toeken,
ibehoeften.
itiekaarten
IS.
in.
Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels 0,60.
Berichten van correspendenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Staatspensioneering.
Het relletje.
zün, geen hout-
oken van azijn,,
bij 't gebruik
iescla.
ornbos,
K.
ine Limonade,
ijzing, Wijnen.
[•en bewezen
niet veer-
•2 L.
55 et. p. stuk,
?n.
librieven uit
overslag.
en VOOR-
plk gebied.
CRSPELEN
(1SICHT-,
.ALBUMS.
[TLIJSTEN
10UDERS.
ÉULEN-,
flTANTIE-
ÏR.
3T.
1RTEN.
1SEN.
enz.
HAND-
[LS.
ïES,
3LATEN,
7EURS-,
z. enz.
op alle
ie-, Dag-,
n in alle
laden.
en spoedig
SCHENK.
Verzek.
it,te Huis.
■OOI L
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofdredacteur W. DE JONG,
Lid van de Tweede Kamer Staten-Oent-raai,
MRAVENHME.
Uitgave der
te Middelharnis.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
II.
Voor de oplossing van de kwestie der
ouderdomsvoorziening staan ons vier
oplossingen ten dienste le het stelsel
der Duitsche dwangverzekering2e de
vrijwillige verzekering, zooals die in
België werd ingevoerd 3e het Deensche
stelsel en 4 het Engelsche stelsel. De bei
de laatste stelsels zijn de vormen van
Staatspensioen zonder premiebetaling.
Het rapport der HH. Jansen en Van
Krevelen toont o. i. overtuigend aan, hoe
verre het Deensche of Engelsche stelsel
de voorkeur verdient boven het Duitsche.
Het Belgische kan geheel uitgeschakeld
worden, omdat de vrijwillige verzekering
daar een totale mislukking is gebleken.
Maken we thans aan de hand van het
rapport eens een vergelijking tusschen
de resultaten der vier stelsels.
In 1910 waren in Duitschland 1.034.244
gepensioneerden, waarvan 555903 boven
de 60 jaar. Dit zijn in hoofdzaak man
nen en wel mannelijke loontrekkenden
van één klasse.
Zetten we nu de cijfers eens naast
elkaar.
Duitscb- Denemar- Enge- België
land. ken land.
Aantal gepen
sioneerden
1034.244 76.933 699352 61397.
Gepensioneer
den van 60 j. 55Q903 57.425
en onder.
Aantal gepen
sioneerden per 16 27 9.
1000 der bevolking.
Aantal gepen
sioneerden van 60 j. 9 20 15 8.
en ouder per 1000.
mlddefd pensiofmf 95'U- f 129,64. f 150,51. f 19,96,
Uit deze cijfers blijkt:
Het aantal gepensioneerde menschen
was per 1000 in Duitschland slechts 16/a0
van het aantal in Denemarken. Het aan
tal gepensioneerde menschen van 60 jaar
en ouder was in Duitschland slechts 9/20
van het aantal in Denemarken.
Het gemiddeld pensioenbedrag was in
Duitschland slechts 74°/0 van dat in
Denemarken, niettegenstaande het geld
FEUILLETON.
TOONEELSPEL IN EEN BEDRIJF
NAAR
A, DB MUSSET, door B.
J.)
Chavigny.
Neen, neen, laat ze binnen. Waarom ze niet te
ontvangen
Mathilde.
Maar, zeg eens, mag ik de naam weten van de
maakster dier beurs
III.
Mathilde, Chavigny, mevrouw de Léry (in bal toilet)
Chavigny.
Kom binnen, mevrouw, kom binnen, met genoegen
u kon niet meer van ^as komen. Mathilde haalt me
daar Juist een dwaasheid uit, die waarlijk goud waard
is. Verbeeldt u, dat ik haar deze beurs toon
Mevrouw de Léry.
Hédie ia wel mooi. Laat eens zien.
Chavigny.
Ik laat baar die beurs zien, ze bekjjkt ze, betast
i, geeft ze me terug en wat denk u dat ze onder
het teruggeven zegt: Ze vraagt me welke kleur heeft
te|
in Duitschland heel wat minder waarde
heeft dan in Denemarken. Met behoefte
wordt geen rekening gehouden.
In Duitschland worden de kosten der
verzekering voor het grootste deel op
werkgevers en werknemers gelegd. Toch
wordt steeds een deel der oude mannen
en vrouwen onttrokken aan armoede,
maar velen niet eens aan bedeeling.
In Denemarken worden alle waardige
oude mannen en vrouwen van 60 jaar
en ouder, onttrokken aan armoede en
vernedering. De last wordt hier ver
deeld over het geheele volk.
Hetzelfde geldt voor Engeland. Ook hier
wordt de last der pensioneering op het
geheele volk gelegd en door een door
tastend minister naar draagkracht die
last verdeeld door een stelsel van directe
belastingen. Met ingaDg van Januari 1911
wordt aan alle 70 jarigen een pensioen
gegeven, als zij het noodig hebben.
Dat de kosten volgens een stelsel van
Staatspensioneering zonder premiebeta
ling niet zoo veel verschillen van de
dwangverzekering, blijkt uit deze cijfers.
Kosten per hoofd der bevolking ge
rekend.
Duitschland Engeland Denemarken
f 2 25 f 2.33 f 2.57
(ongerekend den roof
door de protectie)
Als men daarbij in het oog houdt, dat
de gemiddelde pensioenen in Denemar
ken en Engeland respectievelijk 36 °/0
en 58 °/0 hooger zijn dan Duitschland,
blijken de kosten geenszins hooger tezijn.
Dat de kosten van het dwangstelsel
hooger moeten zijn dan die der staats
pensioneering ligt voor de hand.
In Duitschland waren op 31 December
1910 bij de uitvoering der verzekerings
wetten werkzaam
323 bestuursleden der 41 risicodra
gende instellingen.
53 bedienden bij de besturen
3175 kassiers, bureau- en kanselarijbe
ambten
343 ondergeschikte beambten
435 contrólebeambten
1729 personen, werkzaam in de sana
toriums
6057 totaal.
Hierbij komen nog 25524 menschen,
die alleen vergoeding van gemaakte
Mevrouw de Léry.
Wel! ze is blauw.
Chavigny.
Wel ja! ze ia blauw dat is heel zeker .en
dat is juist het grappige van de zaak verbeeld
u dat zij het vraagt!
Mevrouw de Léry.
Die is héél goed. Bonsoir, lieve Mathilde; kom je
van avond op het gezantschap?
Mathilde.
Neen, ik dacht thuis te blijven.
Chavigny.
Maar lacht u niet om wat ik n vertel?
Mevrouw de Léry.
Wel zeker. En wie heeft die beurs gemaakt. O
Ik herken ze, 'tis mevrouwde Blainville. Wel, wel
en blijft u er zoo dood stil bij?
Chavigny (driftig)
Waaraan ziet u dat, als 'tu blieft?
Mevrouw de Léry.
Daaraan dat ze blauw is, precies. Ik heb ze al
tijden zien slingerenzeven jaar is er over gewerkt
en u kunt u voorstellen hoe ze in al dien tyd van
bestemming is veranderd. Ze heeft in gedachte aan
drie personen van mijn kennis behoord, 't Is een
schat, die u daar heeft, meneer de Chavigny 't is
een waar erfstuk', dat u gekregen heeft.
Chavigny.
Men zon zeggen dat er maar een beurs op de
heele wereld is.
Mevrouw de Léry..
Neen, maar er is slechts één blauwa benrs. Voor
eerst, ik heb een afschuw van blauw net zegt niets,
het is een nare kleur.
Ik kan by iets dergelijks me niet vergissen: het is
me genoeg ze eens gezien te hebben, Zooveel meer
onkosten krijgen. Rekent men ook de
arbeid door de postambtenaren voor de
dwangwetten verricht, gratis, dan komen
in Duitschland de kosten op 11 '/2 °/0 van de
uitgekeerde rentebedragen, in Denemar
ken op nog geen 4%. Ten onzent richt
een minister, die „christelijke,, politiek
heet te voeren, het oog niet naar Dene
marken of Engeland, met zijn uitnemen
de resultaten, doch komt wel met een
slaafsche navolging van het verouderde
Duitsche model, met nog schraler uitkee-
ringen en nog hooger premiën.
(Wordt vervolgd.)
De afdeeling Zwijndrecht van het
Nederlandsch werkliedenverbond „Pa
trimonium" verklaart
,,a) met groote blijschap te hebben
„gezien dat de groote meerderheid der
„christelijke afgevaardigden in deTweede
„Kamer vóór de Bakkerswet heeft ge-
„stemd
„b. met leedwezen te hebben verno-
mendat de afgevaardigd e van dit district
„de heer De Kanter, zich met heel
„de vrijzinnigheid tegen de wet heeft
„verklaard, waardoor zij bevestigd is in
„haar overtuiging, dat van het Libera
lisme voor den arbeider niets is te
„wachten."
Zooals men van zeker reptiel zegt, dat
het gift in den staart zit, kan van deze
zalvende motie worden getuigd, dat in
haar slotalinea de leugenachtigheid der
antithesepolitiek kernachtig is samen
gevat.
Deze motie is blijkbaar afkomstig van
een leerling uit de Kuiperiaansche school,
welke discipel naar de methode van zijn
meester geen middel slecht genoeg acht
om de vrijzinnigen verdacht te maken.
Geen ministerie heeft vast zooveel
sociale hervormingen gebracht als het
liberale kabinet- Borgesius, wel ks woning
en Gezondheidswetten, Leerplicht en
Ongevallenwet als monumenten in het
staatsblad prijken. Toen in 1901 dit
kakinet ten val werd gebracht, kregen
we het „kostelijke" Kuyperkabinet, dat
voor den arbeider totaal niets tot stand
bracht.
Na de welgeslaagde clericale overrom-
hondt ik van lila, als Ik blauw haat.
Mathilde.
Het Is de kleur der trouw.
Mevrouw de Léry.
Bah Het is de kleur der pruikemakers. Ik kom
even in 't voorbijgaan, zooals u ziet, ben ik in groot
toiletteje moet vroeg daar op het terrein zijn 't is
er een drukte om je hals te Dreken. Waarom toch
gaat u er niet heen Ik zou er voor geen geld willen
wegblijven.
Mathilde.
Ik heb er niet aan gedacht, en nu is het te
laat.
Mevrouw de Léry.
Toch niet, u heeft nog al den tijd. Wil ik even
bellen Laat een japon brengen. Wejagen de Chavigny
met dat punt de deur uit. Ik zal je wel een paar
takjes bloemen in 't haar steken, ik neem Je mee
in mijn rijtuig. Laat het zoo afgesproken zijn.
Mathilde.
Van avond niet, ik blijf stellig thuis.
Mevrouw de Léry.
Stellig! is 't een onherroepelijk besluit? Meneer
de Chavigny, haal Matilde toch over.
Chavigny, (droogjes)
Ik bemoei me met niemands zaken.
Mevrouw de Léry.
Ol OU houdt van blauw, naar het schijnt. Welnu,
luister, weet je wat ik doen zal Schenk me thee,
ik blijf hier.
Mathilde.
Wat ben ie vriendelijk, lieve Ernestine! Neen, ik
wil dat bal niet zijn koningin ontrooven. Ga een
walsje meemaken, en kom om elf uur terug, als je
er nog aan denkt; dan zullen we samen wat gezellig
praten, omdat de Chavigny ons laat zitten.
peling van het liberale kabinet-de Mees
ter, dat spijt de zeer geringe meerderheid
waarover het beschikte, nog het Arbeids
contract en de Tiendenwet tot stand wist
te brengen, kwam het „kostelijk" kabinet
met „onzen" Talma, dat tot nu toe niets
voor den arbeider in't staatsblad bracht.
Voor de Patrimoniumbroeders wordt
blijkbaar de parlementaire geschiedenis
niet geschreven.
De afdeeling Zwijndrecht der broede
ren is bevestigd in haar overtuiging
(waarschijnlijk opgebouwd uit „Stan-
daard"-driestarren) dat van het Liberalis
me niets te wachten isDeze heele,
lawaaierige motie zou niet waard zijn,
dat er een druppel inkt aan werd ver
knoeid, ware het niet, dat we, blijkens
hetgeen op verschillende plaatsen in
clericale kringen blijkt te gebeuren, te
doen hebben met een politiek relletje,
dat deze eerlijke menschen, voorgelicht
door even brave opstellers van motie's,
tegen de liberalen op touw zetten naar
aanleiding van de stemming over de Bak
kerswet.
Wij hebben te goed vertrouwen in het
gezonde verstand der kiezers, dan dat
wij de leiders der Patrimoniumatdeelin-
gen succes met hun misleiding durven
voorspellen. Voor onze partijgenooten zal
het zaak zijn, waar in de wintercampagne
het relletje wellicht wordt voortgezet,
zich rekenschap te geven van de beweeg
redenen, die de vrijzinnigen tot tegen
stemmen bewogen. Dat de slechte toe
standen in het bakkersbedrijf noodwen
dig verbetering behoeven, daarvan is
ieder overtuigd. Een minister, die nalaten
zou in te grijpen, waar ernstige misstan
den heerschen, zou zijn plicht verwaar-
loozen. Maar even verkeerd handelt een
minister, die bij zijn pogen tot wegne
ming van zulke misstanden, een geheel
verkeerden weg inslaat. Er is een soort
sociale hervorming, die wel verre van
nader tot het doel te brengen, daarvan
verder wegvoert. Zoo'n hervorming was
het ontwerp-bakkerswet van minister
Talma. Niet de nachtarbeid op zichzelf
is in het bakkersbedrijf als zoo menig
ander het groote kwaad. Dat geelt zelfs
een Marxist als de heer Wibaut toe.
Doch de misstanden, die door den onbe-
teugelden nachtarbeid in de kleinere be-
Chavigny.
Ik wil volstrekt nietik weet niet of ik uit zal
gaan.
Mevrouw de Léry.
Welnu 1 dat is afgesproken, ik. A propos, u weet
van myn ongelukik ben bestolen, net als door
roovers.
Mathilde.
Bestolenwat meen je J
Mevrouw de
Vier Japponnen, lieve, vier schatten van japonnen
nit Londen, zijn bij de douane verloren gegaan. Als
'e ze gezien bad. 't is om te huilende een was al
mooier dan de andere
Mathilde.
Ik beklaag je van heeler harte. Ze zijn dus aange-
houden.
Mevrouw de Léry.
Volstrekt niet. Als het dat alleen was, zou ik net
zoo lang opspelen tot zij ze me teruggaven, want
dat is ongehoord. Ik ben beelemaal zonder voor
dezen zomer. Verbeeld je dat ze mijn japonnen hebben
doorpriemd ze hebben hun priem, ik weet niet waar
door myn koffer gestoken, ze hebben er gaten inge
maakt om er een vinger door te steken. Dat nieuws
kreeg ik gisteren by mijn ontbyt.
Chavigny.
Was er bij toeval niets blauws bij
Wordt vervolgd.)