ff Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede. EEESTE BLAD. Het laatste geluk. Jaargang. Woensdag 22 Mei 1912. No. 27 Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG. Pry's per kwartaal, franco per post f 0,50. Afzonderlijke nummers0,05. Hoofdredacteur W. DE JONG, Lid van de Tweede Kamer Staten-Generaal, 's-G RA VEN II AGE. Uitgave der Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis. Prijs der Advertentiënvan 1—6 regels f 0,60. Iedere regel meer0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend. Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux nemen Advertentiën aan. Berichten van cerrespendenten en Advertentiën te adresseeren aan de Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis. De Landbouw onderlinge en de Ziekteverzekering. I Het ziektenontwerp van minister Talma stelt voor, dat alle ongevallen welke korter duren dan drie maanden, voortaan niet meer te doen behandelen voor de ongevallenwet, doch onder te brengen bij ziekteverzekering. Geen wonder, dat dit voornemen ernstige tegenkanting ontmoet bij vele kamerleden. Krijgt toch de minister zijn zin, dan wordt met één handgreep door den wetgever, in casu den heer Talma, de Landbouw-onderlinge den nek omgedraaid. En dat geschiedt dan door een minister, woordvoerder eener partij, die altijd schermt „Auto nomie in eigen kring,"die hoog opgeeft van haar bewondering voor organisatie, welke is opgekomen uit het particulier initiatief. In het verslag van de Commissie van Voorbereiding, welke commissie is inge steld om de behandeling van het ontwerp- ziektewet beter van stapel te doen loopen, lezen we over de Landbouw-Onderlinge het volgende naar aanleiding van het amendement Patijn om de bedrijfs ongevallen buiten de ziekteverzekering te laten, (zie bladz. 100 van het verslag): „Verder zal het brengen van de be drijfsongevallen onder de ziektever zekering het voortbestaan der vrijwil lige landbouwongevallenverzekering onmogelijk maken. De regeling der vrijwillige landbouwverzekering is ge heel ingericht naar de bijzondere toe standen op landbouwgebied en daar mede zijn nu reeds merkwaardige resultaten verkregen. De werkgevers werden tot de ontwikkeling van dit initiatief zeker niet enkel geleid door de zorg voor de belangen der arbeiders, wat hen bewoog, was vooral de vrees voor uitbreiding van de verplichte verzekering tot de landbouwongeval- Jen. Zij zagen op tegen de ambtelijke bemoeiing met hunne bedrijven, welke van die invoering het gevolg zou zijn, FEXJIL.L.ETOKT. NAAR FELIX HOLLAENDER. 32) Wanneer komt fmevrouw? komt de portiere vrouw me in mijn mijmeren stooren? Ik vlieg verschrikt op, zonder de vraag goed ver staan te hebben. .„r.ïk b«doei alleen om het middageten, veront- uldigt ze zich kalm. Opdat alles gereed zij voegt ze er aarzelend b(j. beeft wel gelijk geef ik langzaam toe. Om een "jV, ktfnen we hier zijn en de borden moeten ,wfrm wezen, en voor de bonillon moet n niet bij-^umg met vleeech zijn, voeg ik nog met gezag -De vrouw lacht goedig. —Ja, ja je kant [op me rekenen I Als ik [iets op me neem, kant ge op me rekenen. It ^on*' gescheld, men E open, om van het gesprek af te ko- Bniten staat de kolendrager, die naar de kelderslen- ^vraagt om te lossen. Ik kom, wacht even. en vooral vreesden zij, dat deze zou leiden tot het heffen van veel te hooge premies. De ervaring, thans bij de vrijwillige verzekering opgedaan, bewees, dat hiervoor alle reden be stond. Immers uit opgemaakte statis tieken is gebleken dat de landbouwers naar de cijfers, voorkomende op bladz. 3. der Memorie van Toelichting van het nog aanhangige ontwerp eener Land- bouwongevalllenwet vier millioen zou den hebben moeten betalen voor het verstrekken van uitkeering en die bun slechts een millioen hebben gekost. De lasten der vrijwillige verzekering worden geheel gedragen door de werk gevers, die niet enkel geldelijke uitkee- ringen verstrekken, 70 procent van het loon bedragende, mag ook voor genees kundige hulp zorgen. De uitkeeringen worden dadelijk verstrekt. De werkge vers hebben geen bezwaar die, zoo noodig, voor te schieten, aangezien zij zeker zijn de uitgekeerde gelden van de vereeniging, waarbij zij zijn aangeslo ten, te zullen terug ontvangen. Indien den arbeider niet tevreden is met de beslissing omtrent de toekenning of bet bedrag van een uitkeering kan zij beroep instellen bij een onpartijdige uitspraak gevend college. Bij de on derlinge maatschappijen en boerenbon den, die voor vrijwillige verzekering zorgen, zijn thans reeds ongeveer, 50,000, dat is 30 procent van het totale aantal landarbeiders, verzekerd en het verzekerd bedrag beloopt niet minder dan 20 millioen gulden aan loon. De arbeiders zijn met de regeling der vrijwillige verzekering zeer tevreden. Bij de verschillende vereenigingen zijn ongeveer 2600 personen werkzaam, die zonder bezoldiging contróle houden op de uitvoering der verzekering, in de landbouwbedrijven is het voorkomen van simulatie en aggravatie bijzonder lastig maar door de medewerking van groote het aantal personen, die hiervan werk maken en die er belang bij heb ben scherp toe te zien, omdat zij in de lasten der verzekering mede be talen, worden die misbruiken op krach tige manier bestreden. Deze uitne mende resultaten zijn niet zonder moeite verkregen. Het is niet gemak- Mijn oog merkt een opschrift opHartelijk wel- kom. —Dat opschrift kunt u straks wel wegnemen, zeg ik halfluid, tot de vrouw die den sleutel brengt. Dat „hartelijk welkom" is me te gemeen, te uit dagend. Ik sta bij den wagen enfdenk er over of ze me niet zullen beetnemenik krijg voor den winter mijn verwarming nu'binnen, myn kinderen zullen ten minsten een warme kamer hebben. Wie weet, wanneer ik weer geld zal hebben. Ik ben dertig jaar oud I Heb me; tamelijk bezigge houden en leef in eewigen angst voor bet dagelijksch brood. Waarom ben ik geen schoenmaker geworden en werk ik niet met Jels en priemen Als mijn zoon schrijver mocht willen worden, dan sla ik hem dood hij moet niet dat hongerleven leiden, boeken voor het gespuis te moeten schrijven waarover men schimpt, na ze uit de huurbibliotheek gehaald te hebben. Foei, ik pruttel, terwijl juist die ziel van een uit gever me zoo vorstelijk betaald heeft, dat ik de eerst, volgende zware maanden met vrouw en kinderen Ie- ven en mijn kleermaker betalen kan. Een dorre bitterheid komt over me de voorsmaak van het maal, dat me wacht. Ik weet dat ik mijn geest bedwelmen wil om over het leed van twee vrouwen heen te komen. Wat doen zij beiden in dit uur? Het volk is klaar ik gooi mijn mantel om. het is hoog tijd. Binnen een uur vieren we het weerzien, oog in oog. Het perron van het station is tamelijk leeg. Ik ga langzaam op en neer. Ik wil als het eerste oogenblik maar gepas- kelijk geweest de boeren, die meestal zuinig zijn, te bewegen, den geheelen last der verzekering op zich te nemen. De vrijwillige verzekering zal echter niet kunnen blijven bestaan, indien het ontwerp ziektewet onveranderd wordt aangenomen, en de voormannen van verschillende vereenigingen welke dan ook reeds besloten de vrijwillige verzekering in dat geval niet voort te zetten, althans hun geheele organisatie op te heffen. Wordt het wetsontwerp onveranderd aangenomen, dan zal er voor de vereenigingen geen werk meer zijn. De vrijwillige verzekering te hand haven ten behoeve van ongevallen, die den dood of een ziekte langer dan drie maanden durende, veroorzaken, zou niet gaan, want zulke ongevallen komen bij den landbouw hoogstzelden voor. De landbouwers zullen evenmin bereid worden bevonden de vrijwillige organisatie te behouden voor het ver- leenen van geneeskundige hulp. De uitgaven zouden te hoog worden te genover hetgeen daarmede verkregen wordt. Het te niet gaan der vrijwillige verzekering zal een groot nadeel zijn voor de landarbeiders, die dan zeiven voor geneeskundige behandeling zul len hebben te zorgen, als hun een ongeval overkomt en geen geldelijke uitkeering zullen ontvangen, wanneer de ziekte na drie maanden blijft voort duren of het ongeval den dood ten gevolge heeft, en al zijn de gevallen, waarin zulks voorkomt, weinig talrijk, het zal toch voor hen, die dit treft, een groot nadeel zijn Door andere leden der Commissie werden de hier boven genoemde argu menten bestreden, voornamelijk op deze gronden le) de Landb. Onderl. komt ten goede aan 30 pCt. der landarbeiders, de ziektewet ten bate van allen, 2e) de L. O. geeft voor den arbeider geen recht, doch de verzekering is een gunst van den werkgever 3e) bij de L. O. hebben de arbeiders geen medezeggingsschap. De meerderheid der commissie ging met de amendementen Patijn en Treub, die beiden hetzelfde beoogdenniet mede Zij wenscht de bedrijfsongevallen in den landbouw ook onder de Ziektewet te seerd ware. Nu geen gevoelsopwelling. Geen scène A la Sarah Bernbard het tou smakeloos zijn, neen, daarvan ben ik zeker. Heel zeker. De trein is er bijna. Ik staar, vanwaar bij komen moet De kinderen. En Marianne bidt bidt voor mij. Een rookwolk kondigt de trein aan. Nog een paar stooten bij is binnen. Ik treed vooruit mijn gezicht wordt bard. En met opgeheven hoofd loop ik de wagens af. Ah daar daar zie ik onze kleine engelsche, die anstig uit het venster ligt te kijken. Ik open het portier de kinderen jubelen Vadertje papa papa En zij is bleek, verkleumd en lacht benauwend. In haar oogen staan een paar tranen. Wij reiken elkaar zwijgend de banden. Hoe was de reis vraag ik, om toch iets te zeggen. Het was een mooie reis, antwoordt zij langzaam Ik neem haar vrachtbewijs af en zorg voor een rytuig, dat ons naar het localstation brengen zal. Vadertje, ik kom naast u zitten, lief vadertje. En myn dochtertje vlyt zich, dit zeggende tegen mij aan en myn jongen steekt de armen naar mij uit en wil tot eiken prijs op myn knie zitten. Hij roept in een adem voort: papa papa, alsof dit begrip voor de eerste maal tot zijn bewustzijn door drong. Papa papa het maakt zoo trotscb. Mijn vrouw zit stil in haar hoekje en zegt niets. En ik baal myn kinderen aan en kus ze ze zyn mooier dan de lente. Lotte, weet je wat doen vallen, 't Is te hopen, dat de Kamer er anders over denkt. De Landbouw onderlinge krijgt onder de landbouwers meer en meer vasten voet. Uit haar jaarverslagen blijkt toe nemende bloei. Natuurlijk maken de kleinere ongevallen, welke binnen de drie maanden zijn afgeloogen, de groote meerderheid van het totaal ongevallen uit, worden deze onder deiziektewet ge bracht, dan heeft de Landbouw Onder linge absoluut geen reden van bestaan meer. De minister brengt de kleinere ongevallen naar de Ziektewet over om de Rijksverzekeringbank die overstelpt schijnt met werk te ontlasten. Het is nog de vraag, of de ziekteraden daardoor op hun beurt niet met werk oveladen zul len worden. Bovendien zijn wij van meening, dat ziekte en ongevallen van elkaar gescheiden moeten worden. Zoo vatte indertijd dr. Kuyper en ook wijlen mr. Veegens het op. In de kamer zal deze belangrijke kwestie ongetwijfeld breedvoerig in het belang der landbou wers besproken dienen te worden. Geen middel te slecht De clerikale bestrijders der openbare school hebben meermalen blijk gegeven, dat geen middel hun te slecht is om de openbare school bij de ouders ver dacht te maken. Eén der meest alle- daagsche strijdmiddelen der broeders is de bewering, dat op de openbare school paganisten, socialisten enz. worden ge kweekt. Wordt aan dergelijke beschuldi gers het bewijs voor hun beweren ge vraagd, dan blijven ze het antwoord schuldig. Tegenover hun aantijging staan de woorden van een ernstig man als de heer Gunning, de Amsterdamsche school opziener: „Ik heb nog nimmer en gij weet, ik spreek veel menschen nog nimmer zeg ik u, iemand ontmoet, die verklaar de, dat hij door de openbare school so ciaal - democraat was geworden, maar daarentegen meer dan één die positief verklaarde, dat hij door de christelijke school en de wijze, waarop daar het geloof werd ingestampt, geheel van het geloot en den godsdienst zijner vaderen was vervreemd". Wat dan, vadertje? Je bent wit als sneeuw en rood als bloed Moetje moetje ze klapt vroolyk in de handen. Ben ik ook sneeuw. Ja, mijn Jongen! Weet je wat, vadertje? Wat dan, Lotte Ze haalt een kleingedrocht van een pop van onder haar mantel te voorschijn, dat ze angstig voor de koude, beschut had, zonder armen en met half gebroken schedel. Dat is Kareltje zegt ze met trots, mijn Kareltje, vadertje. Zoo zoo En waar ztfn de armen van Kareltje Ze wordt vuurrood en denkt klaarblijkelijk rustig na. Vadertje hij is eens weggeloopen. Zoo'n onhebbelijke Karei, dat is verschrikkelijk, en wat gebeurde er dan! Wat er ze is in de grootste verlegenheid maar terstond kykt ze me beslist aan en met zekere driestheid gaat ze voort er kwamen alleen vreemde poppen, vadertje, o, zooveel poppen naar mijn Kareltje toe en rukten hem de armtjes nit, voltooide ik, om haar phantasie te hulp te komen. Ja, geeft ze met een zucht toe. En dan vraag ik weer. En dan herhaalt ze en ziet me verlegen aan. Ze peinst weer een oogenblik, en met een ondeu gend, prettig lachen gaat ze voort haar leugentjes verder uit te spinnen. Daar kwam er een jager een groote jager, en sloeg al de vreemde poppen dood. Wvrdl vervolgd)

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1912 | | pagina 1