MEUBELEN, E. VAN ZETTER Zn Flakkeesche Boek- en Papierhandel T. SCHILPEROORD, HET ZOO DROESPOEDER Voor de Schoonmaak ASTRANDEN ASTPAPIER VLIEGENVANGERS LIEGENPAPIER. Advertentiën, Westdijk B 26L - Middelharnis. GLASPAPIER enz. enz. GOUD-,ZILVER-ENKOPERBRONS welke voor het grootbedrijf de bezwaren voor een groot deel zouden hebben weg geruimd, kwam weer eens uit, hoe on waar de voorstelling is, alsof een christe- lijk beginsel den partijen ter rechterzijde zou binden. De oppositie tegen minister Talma's plannen kwam in de eerste plaats uit de rechterzijde. Tegen het patroons verbod kantte dr. de Visser(Chr. Hist), zich het felst Een groot deel der rechter zijde viel bij de stemming den minister at. Hij werd gered door de sociaaldemo craten en de vrij zinnig democraten. Bij de stemming over het amendement Snoeck-Henkemans lieten wederom een aantal clericalen den minister in den steek. Hij werd gered door sociaaldemocraten en drie liberalen. Het christelijk beginsel derrechtsche heeren bleek weer volkomen zoek. De groote man van de coalitie had zich door een ijverige vlucht aan de stemming onttrokken 1 In de tweede Kamer zal de wet nu wel aangenomen worden. Ot de eerste er even zoo overdenken zal, is aan gegronden twijfel onderhevig. Vrijzinnige samenwerking. Het hokt nog steeds. Verschillende politieke organen schrijven lange beloo gen over de samenwerking der vrijzinni gen, doch tot een rusultaat is men nog niet gekomen. Het lijkt ons toe, dat door enkele voorstanders te veel wordt ge streefd naar samengaan, zonder dat een vast accoord wordt getroffen. Wij hebben bij herhaling uiteengezet, dat wij dit hier onraadzaam zouden achten. Het levend bewijs der politieke onmacht door een te-hoop-loopen zonder behoorlijken grondslag der samenwerking levert dagelijks de clerieale coalitie. O, zeker, het is haar reeds jaren gelukt door haar valsche leuze de overwinning te behalen. Doch bij elke belangrijke kwestie, uitge zonderd de subsidieroof, blijkt, hoe de broeders het in niets met elkaar eens zijn. Men denke als een sprekend staaltje van recenten datum slechts aan het volkomen uiteen-vallen der coalitie bij de Bakkerswet. Bij het Ziekteontwerp zal dit schouwspel ongetwijfel weer aan schouwd worden. Dat juist voor het gansch verschillend inzicht bij de clerieale coalitiemannen de sociale schuren van 1901 af leeg gebleven zijn, weet ieder. In dezelfde fout zouden de vrijzinnigen vervallen, als men een samenwerking ging voorbereiden zonder vooraf getroffen accoord. Er is o. i. slechts één grondslag mogelijk de strijd voor het onverzwakte algemeen kiesrecht. Om dat programpunt kunnen andere worden geplaatstkrach tige strijd voor de openbare school,een, felle kamp tegen de Tariefwet, krachtig pleidooi voor de Staatspensioneering. Doch al deze eischen kunnen nader worden besproken, mits men onvoorwaar delijk vasthoude aan de fundamenteele voorwaarde, die tot basis moet dienen. Stooten we daardoor een deel der vrij liberalen at, het zij zoo. Dat zij dan onderdak zoeken, waar zij het meenen te kunnen vinden. Tegenover het verlies van dat zeer kleine smaldeel zal de winst staan van een breede schaar, die een krachtige vooruitstrevende politiek voor staat. Op de beslissing der hoofdbesturen willen wij niet vooruitloopen. Doch wel mogen wij een waarschuwend woord laten hooren tegen concentratie pogingen, die wellicht een numerieke meerderheid kunnen geven als de clerieale coalitie thans bezit doch waardoor een krachtige regeering niet verkregen zal worden. Men schrijft ons „De ontworpen Tariefwet bedoelt „bevordering van den nationalen arbeid", en eenmaal in werking getreden, zal zij, naar van protectionistische zijde steeds weer wordt vernomen, verdrijven, al thans doen verminderen, de aan den vrij handel geweten werkloosheid. En daarbij komt men dan, om te bewijzen, hoe na- deelig het vrijhandelstelsel werkt, altijd maar weer aandragen met het groote aantal der verklaringen van Nederlander schap, afgegeven aan hen, die willen gaan werken in Duitschland, het land der pro tectie, omdat binnen onze grenzen voor hen geen werk en brood zou te vinden zijn. Als wij nu ook maar eerst bescher mende rechten hebben zoo luidt dan de conclusie dan zullen de Nederland- sche arbeiders in eigen land werk kun nen vinden in overvloed, en behoeven zij niet meer te emigreeren. Laat ons nu beginnen met op te mer ken, dat de werkloosheid evenzeer voor komt in protectionistische staten als in landen, waar het vrijhandelstelsel heerscht. De werkloosheid toch hangt niet af van de heffing van invoerbelas- tingen, doch van een complex van gansch andere factoren. Met en zonder bescher mende rechten zullen schommelingnn vanvraag en aanbod op de arbeidersmarkt bestaan.Invoerrechten kunnen de hoeveel heid werk niet doen toenemen, omdat beperking van den invoer medebrengt vermindering van den uitvoer. Wij staan hier aan de zijde van den minister van Binnenlandsche zaken Lnmers in de zitting der Tweede Kamer van 15 October 1908, waarin de inter- pellatie-Troelstra naar aanleiding der toen heerschende werkloosheid aan de orde was, verklaarde de heer Heemskerk onomwonden, dat hij nooit zou bewereu dat protectie in staat is het gevaar voor werkloosheid weg te nemen." Dit toch zoo sprak de minister verder zou in strijd zijn met de on dervinding En hoe zit het nu met het schrikbeeld der emigratie? Wie zijn de emigranten en waarom trekken zij naar elders Welnu een zeer groot deel dezer „land verhuizers" bestaat uit grensbewoners voornamelijk in Overijsel. Het zijn ten eerste menschen, die zich des morgens uit het aan de grens ontstane dorp Glanerbrug en andere grensplaatsen naar hun werk op Duitsch grondgebied bege ven, om na het eindigen van hun dagtaak naar hun woning terug te keeren: en ten tweede seizoen-arbeiders, die op het land werken en in de wintermaanden naar de Duitsche mijnstreken gaan. Deze doen dus precies hetzelfde als vele arbeiders uit Oost- en Zuid-Duitschland. Dat de emigratie in het algemeen, ook voor zoover betreft degenen, die zich voor goed in Duitschland vestigen, niet op rekening van den Vrijhandel kan wor den gesteld, blijkt wel het best hier uit, dat de trek uit protectionistische landen als Oostenrijk en Italië veel grooter is dan uit Nederland, en dat de toeneming der emigratie uit landen, waar het beschermend stelsel heerscht ook relatief veel sterker is. Voorts behoeft uit het feit, dat zooveel Nederlanders over de grenzen gaan wer ken—het zijn voor een groot deel textielarbeiders nog niet te worden afgeleid, dal zij hier te lande geen werk zouden kunnen vinden. Voor zoover zij dagelijks heen en weer trekken, of hun huisgezin hier laten, profiteeren zij een voudig van de Duitsche protectie. In Duitschland toch zijn als gevolg der hooge invoerrechten de loonen hoo- ger dan hier, doch het voordeel gaat voor den Duitschen, of den in Duitsch land gevestigden, arbeider geheel verlo ren, omdat zijn levensonderhoud in ver houding nog duurder is. Wordt een arbeider nu echter volgens den Duitschen Ioonstandaard betaald en leeft hij in Nederland, dan komt het verschil in de prijzen der levensmiddelen hem ten goede. Uit een in 1908 opgemaakte prijslijst' der dagelijksche levensbehoeften te En schedé en in het naburige Gronau blijkt dat het verschil der rechten vrijwel over eenkomt (het is nog iets minder) met het prijsverschil. Ter illustratie kan dienen, dat de maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen, haar personeel in Duitsch land geplaatst, een toeslag van 10 op zijn loon geeft ter bestrijding van het nadeel, veroorzaakt door den hoogeren levensstandaard. Den spoorwegbeambten staat het natuurlijk niet vrij aan deze zijde van de grens hun woning te hebben Van de loonsverhooging profiteeren zij dus evenmin als de Duitsche arbeiders en voor hen bestaat derhalve niet het voordeel, dat de werkelijke oorzaak is van de „emigratie" en van de afgifte van een groot deel der verklaringen van Nederlanderschap, welke door de protec- tionisten zoo gaarne worden gebracht op rekening van hen Vrijhandel. Onze personeele belasting. In het Nieuws van den Dag heeft de heer C. U. W. Raedt, de bekende schrij ver over belastingzaken, een reek3 arti kelen geschreven, die thans in brochure vorm zijn uitgeven. Onze Belastingont- werpen is de titel van het lezenswaardig werkje. Over de Rijksinkomsten en personeele belasting schrijft de kundige auteur: Als rijksheffing predomineert nog steeds de personeele belasting, welke voor de hoogere inkomens als uiterst matige verteringsbelasting werkt, doch welke op kleine beurzen zulke aanslagen pleegt, dat die heffiing met opcenten een opbrengst van 20.7 millioen geeft. En naast die wilde, nietsontziende hef fing op de „vertering", staat een rijks- inkomstenbelasting, welke, hoewel „be lasting naar draagkracht", de vleugels zoo tam en schroomvallig uitslaat, dat de opbrengst, zonder die der naamlooze vennootschappen, over het geheeleland met de 10 opcenten slechts 17,5 millioen bedraagt. Bedenkt men hierbij, dat de groote categorie draagkrachtige belastingplich tigen ik bedoel de ongehuwden, te Amsterdam pl.m. 25000 in aantal van de personeele belasting zoo goed als vrij loopen, en dus voor het rijk alleen bijdragen in de zeer matige rijksinkom stenbelasting, dan behoef ik niet te zeggen, hoeveel belastingterrein voor het rij k nóg braak licht. Bovendien hoe vele ge meenten centra van luxe zijn er niet, waar nauwelijks plaatselijke belasting wordt geheven. Welk een ruim veld ter bearbeiding is vooral in die toevluchts oorden van rijkdom, waardus bijna niets anders dan de zoomatige rijksheffingen bestaan, voor de rijksfiscus te vinden 1 Toen in 1891 en 1892 mr. Pierson den grooten stap deed en een rijksinkomsten belasting in wetsontwerp belichaamde, stelde hij van de onderstaande bedrijfs- inkomens de daarbij vermelde heffings bedragen voor f 650.— 2,400.- 10,000.— 20,000.— f 1.- 32 205.60 525.60 zijnde 0.15 1.82 o/# 2.05 2.62 Tengevolge van den matigen opzet van het tarief is de^ opbrengst, zooals wij zeiden 17.5 millioen, zeer gering gewor den, hoewel van het inkomen uit groote vermogens pl.m. 5 pCt. wordt gevraagd. Stellen wij daarnaast de personeele belasting, die als heffing op de „vertering" van de groote inkomens slechts een matig bedrag eischt niet zelden slechs 1 pCt. en zelfs minder welke de breede schare „inwonende" personen ongemoeid laat, doch die de rest zoo gevoelig aan pakt dat de opbrengst, in hoofdsom plus de hooge opcenten tot welker heffing de gemeenten feitelijk worden gedwon gen stijgt, zooals reeds gezegd, tot 20.7 millioen. De opbrengst, welke, met opcenten, dus nog met 18 pet, die der rijksinkom stenbelasting overtreft, dankt de perso neele belasting aan de wijze waarop zij haar scepter zwaaitaan de duizenden aanslagingen van f 50, f 100 en f 150, in de gevallen, dat de bedrijfsbelasting met de bijdrage van een paar gulden zich tevreden stelt. De voorbeelden zijn voor het grijpen, op welke vreemdsoor tige wijze de personeele belasting huis houdt. In een straat mijner omgeving woon den naast elkaar drie winkeliers, die in den loop der jaren door slechten gang, alle drie hun zaak moesten opgeven. De bedrijtsbelasting bedroeg in hoofdsom en opcenten resp. f 12.50, f 9.50 en f 14, doch de personeele belasting beliep van f 92 tot f 105. Een rijtuigverhuurder om een tref fend geval te noemen kon het niet langer bolwerken. Hij moest liquideeren. Zijn personeele belasting bedroeg f 310, met welk bedrag hij reeds sinds jaren zijn financieel bestaan had moeten bezwaren. Een ambtenaarsweduwe, zonder pen sioen komende van buiten, opent met hare kinderen te Amsterdam een pension na voor verhuizing en inrichting zich in de schuld te hebben'gestoken. Haar aanslag in de personeele belasting wordt, tengevolge der 141 gemeenteopcen- ten f 214. Zoo zou ik kunnen voortgaan. Winkeliersvereenigingen, hotel- en tappersbonden doen wel is waar alle moeite om het onhoudbare van den toe stand aan te toonen en de wetgeving veranderd te krijgen, doch van de klaag tonen wordt geen nota genomen. De adressanten worden telkens door de re geering ontvangen met de schrale troost woorden „De schatkist kan die hooge offers niet missen 1" Met die korte en bondige boodschap worden de heeren afgescheept. Mr. Heemskerk voegde in het ontwerp tot herziening der Gemeen tewet daaraan bittere ironie de me- dedeeling nog toe, ten laste van adres santen daarenboven, „gemeentelijkede- bietrechten" wenschelijk te achten." De kundige schrijver wijst in deze beschouwingen zeer terecht op de groote onbillijkheid, die de personeele belasting aankleeft. Zij treft den middenstand bui tengewoon zwaar en is uiterst lankmoe dig tegenover hen, die het vette der aarde genieten. Van het kabinet-Heemskerk is echter bitter weinig tot verbetering te wachten. Als het daartoe ooit zal komen, zullen de kiezers voor een sterke, vooruitstre vende meerderheid in de Kamers moe ten zorgen. KOMT en ZIET d« ruime keuze in het Meubelmagazijn van Prima Mahonie- en Moten- Duitsche Stijl- kosten met plintlade en modern beslag. Kurkdroogs Eiken Kabinetten vanaf f48, dito gesohilderde Kabinetten, Kasten en Tafels, in verschillende grootten en prijzen, Fransche, Duitsche en Weener Biet- en Stroomatstoelen, Salon- en Schuiftafels, Knssenstoelen met leerdoek en tryp naar keuze. Fauteuils en Vouwstoelen, Toltaires van f 7,50. Prins Hendrikstoel, zeldzaam gemakkelijk. Groote voorraad Spiegels, Schilderijen en Huiszegens. Verder alles wat tot een complete Meubelzaak behoord. Te#veel om op te noemen. UitriBf franco i contant. Taatc prijzen. geroemde onschadelijk en van ouds bekende JACHTWATBR van J. A. Basie te Alkmaar is o. m. ver krijgbaar te Dirksland bij A. van Oosten- brugge en te Middelharnis bij de Wed. P. Rooij h 50 cent per fleschje, voor school gaande kinderen onmisbaar. voor PaardeD in pakken van 2t/2,1 en 1/2 Kilo Goede uitwerking verzekerd. Dijkema Doornbos, IODIHEL8DIJH. TUINLIEDEN, MIDDELHARNIS BIEDEN AAN: VELE SOORTEN VAN HERFST- APPELEN en PEEREN. Hooge en lage LEIBOOMEN, PYRAMIDEN in vele soorten. FRAMBOZEN: HORNET EN SUPERLATIEF ROODE EN ZWARTE BESSEN. HAAGPLANTSOEN HEESTER GEWAS, STRUIK-, STAM- EN KLIMROZEN. Vele VASTE PLAN TEN VOOR DEN BLOEMENTUIN, BOLGEWASSEN enz. VERDER DEK-, DEN-, en SIER HEESTERS en wat meer tot het vak behoort. 1 HOUDEN ZICH AANBEVOLEN ror den AANLEG en ONDERHOUD van TUINEN OVERAL TE ONTBIEDEN BINDERIJ EN ADVERTENTIE-BUREAU WESTDIJK B 280 - MIDDELHARNIS Heeft wederom ontvangen een enorme KEUZE K Vraagt Stalenboeb. Lage pryzen. Benevens onovertroffen kwaliteit RUIME SORTEERING. Voor het verdelgen van VLIEGEN ontvangen een Zending Aanbevelend, W. VAN DER SCHENK. Agent der N.V. Onderl.Nederl.Verzek. Bank 3 °/0 Ideaal Polis, Witte Huis.

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1912 | | pagina 2