ff
Officieel
Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
Het laatste geluk.
|2de Jaargang.
Woensdag 6 Maart 1912.
No. 16
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Flakkeesche Boet en Handelsdrukkerij
FELIX HQLLAENDEE.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50,
Afzonderlijke nummers 0,05.
TXltgre/ve der
te MIddelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels j 0,60.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle soli3e Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Samenwerking van Links.
Nood leert bidden. Dit aloude spreek
woord, op ile politiek toepassende, zou
den wij willen zeggennood leert een
dracht. Nu de vrijzinnigen hunne dier
baarste belangen, hunne hoofdbeginse
len, iederen dag meer bedreigd zien,
komen er stemmen en nog wel zeer ge
zaghebbende stemmen, die aandringen
op samenwerking tusschen de drie vrij
zinnige fracties bij de stembusdie het
openlijk uitspreken, dat, waar de drie
kerkelijke partijen, trots alle beginsel
verzaking, die daardoor voor hen eisch
wordt,steeds nauw verbonden optrekken
de eerste eisch is voor de drie vrijzin
nigen fracties op samenwerking aan te
sturen, te meer, waar deze zonder opof
fering kan verkregen worden. Zoo sprak
de vrijzinnig-democratische voorman Dr.
Bos zich dezer dagen uit in de Win-
schoter Courant", en in dezelfden geest
sprak te Dordrecht de nestor der Libe
rale Unie, de eeuwig jeugdige, onver
moeide strijder, Mr. J, A, H. Levy. En
wij weten, dat zij daarbij naar het hart
hebben gesproken van duizenden en nog
eens duizenden vrijzinnigen in Neder
land, die absoluut niets voelen voor de
geschillen, waarover de leiders zich soms
zoo druk maken.
Hoe staat eigenlijk de zaak, en wat
is op dit oogenblik de beteekenis van
de regeerende kerkelijke coalitie voor
ons volksleven? Om deze vraag juist te
beantwoorden, dienen wij even een blik
achterwaarts te slaan, en ons voor den
geest te halen, waardoor het aan Dr.
Kuyper en Dr. Schaepman ten slotte
gelukt is, trots alle bezwaren, want die
waren vele, de coalitie tot stand te bren
gen. Waarom het hun gelukte die Room-
schen, die niets van het: Calvinisme
hebben moesten, niet alleen met de fel
ste Calvinisten in één verbond op te
Bemen, maar daarin ook plaats te geven
aan de Cristelijk-Historischen, die Rome
altijd als den oervijand beschouwd heb
ben, en die daarenboven als ultra-con
servatieven nog weinig lust hadden om
fexjil.Z,ETON.
NAAR
22)
't "Wil er bij mij niet in, dat hare lieve gestalte
uit mijn kamer weg zal zijn. Alles heeft ze, om zoo
e zeggenmet zonlicht overtogen.
j het grootste geluk in mijn leven is dat,
haar ontmoette.
28
yre/'ieMe Wenschen leeren spoedig liegen.
j nane heeffc dieven ujj. ffannover naar huis
hst n26.* het antwoord aan mijn vrouw heeft
het poststempel München gedragen,
ond! "eett duor haar plotselinge thuiskomst haar
mp W;°7,e/romPeld, en 't was wel kluchtig, toen ze
hii kÓ Wat een verblufte gezichten men opzette,
Tpra-i0rlrer^ac^tte binnenkomen,
nerven ananne me dit vertelt geraken we in
een m1!eL°P£ewektbeid< maar voelen gelijktijdig
Wü - „veemde verlegenheid,
dat wH7'»ln '"H6"8 mün ziekte zoo eigen geworden,
schen pib ana voor e^aar vreezen. Wij trekken tus-
t'gheid. aar een 8C^eidsmuur vormelijkheid en def-
samen te gaan met de antirevolutionai
ren, die in de 90er jaren zeer positieve,
sinds dien opgegeven, democratische
neigingen hadden. Dat, niettegenstaande
al deze bezwaren, het verbond toch tot
stand kwam, dankten deze beide staats
lieden in hoofdzaak hieraan, dat er bij
alle verschil één gemeenschappelijk be
lang was dat door alle drie de kerkelijke
partijen even zeer gevoeld werd, en dat
was de subsidieering van het bijzonder
onderwijs.
En hierin stonden deze drie partijen
sterk, omdat ze het gelijk aan haar kant
hadden, ze kwamen op tegen geleden
onrecht. Het woord van Kappeyne, dat
de minderheden maar onderdrukt moes
ten worden, zijne wet van 1878, die ge
tuigenis aflegde van absolute onmacht
of onwil om te zien, dat een belangrijk
deel der natie geen vrede kon hebben
met de openbare school, is het zaad ge
weest, waaruit het bijzonder onderwijs
welig is opgeschoten. Als de kerkelijken
dan ook goéd over de zaak nadenken,
zullen ze naast hunne Groen van Prins-
terrer- en Savornin Lohman-scholenzeer
zeker ook eens eene Kappeyne-school
doen verrijzenzij hebben aan dezen
minister bijzonder veel te danken.
Wij weten, dat er nog altijd vrijzinni
gen zijn, die het niet aangenaam vinden
deze waarheid te hooren, al worden zij
iederen dag schaarscher. In 1878 zou het
voor een vrijzinnige zeker buitengemeen
gevaarlijk geweest zijn zich aldus uit te
laten. In dit verband herinneren wij aan
de uiting van den heer De Beaufort, die,
toen de afgevaardigde voor Brielle bij de
laatste algemeene beschouwingen over de
Staatsbtgrooting als zijne meening te
kennen gaf, dat de onderwijswet-Kap-
peyne eene wet was, waardoor de rechten
van eene groote minderheid zeer sterk
werden verkort, opmerkte, dat, indien
deze afgevaardigde dat in 1878 in de
Tweede Kamer gezegd had, hij niet alleen
door de liberalen zou zijn uitgeworpen,
maar zelf vogelvrij verklaard. Zoo is het.
Wij zullen Kappeyne en dezen liberalen
niet harder vallen dan noodig is. Het is
nu eenmaal een vaststaand feit, dat we
telkens in de geschiedenis zien herhalen,
dat eene overheerschende partij langza
merhand hare wenschen en belangen met
En ieder van ons is bevreesd, dat er een oogenblik
zou kunnen komen, waarin de scheidsmuur zou kun
nen bezwijken en al onze voorzorgen om niet zouden
genomen zijn.
We spreken dus over onverschillige dingen en ver
mijden eikaars oogen.
Maar opeens is het ons voorgekomen, dat we elkaar
diep en ernstig in de oogen zien.
Wij gevoelen dat er tnsschen ons een band is en
schrikken nog voor de onvermijdeijke oplossing terug.
29
Marianne voelt zich in haar werkkring ellendig.
Zij kan de blikken van haar patroon niet verdragen,
omdat hij ingewijd is.
Hij sprak eerst geen woordhij vervolgde baar
slechts met zijn blikken, die als een zwaren last op
haar drukten. Zij mijdt iedere ontmoeting met hem.
Hij wordt steeds dringender en duidelijker.
Onlangs bleef hij voor haar staan en zij haar Voor
een fatsoenlijk meisje is er maar een ding: Een huwe
lijk waarin ge gelukkig wordt. Een meisje, dat zich in
liefdesavonturen begeeft en vermetele wenschen voedt
wordt voor haar leven gestraft.
Marianne keek hem met een kalm lachje aan, dat
hem voor het oogenblik overblufte.
En hoe denkt u daarover, ging hij voort, na zich
weder hersteld te hebben.
Zij antwoordde daarop scherp en koelU heeft
volkomen "gelijk, als u daarbij aan uw toekomstige
vrouw denkt.
Ik dacht daarbij aan u, was zijn antwoord.
Marianne maakte daarop een verlegen beweging
met de hand, die de pbotograaf verkeerd begreep. Hij
wilde haar tot zich trekken en haar zoo den weg
naar het geluk wijzen.
die van de natie vereenzelvigt; en zeker
past het niet aan Calvinisten en Room-
schen hierover groot misbaar te maken,
die, waar en wanneer zij de baas waren,
de rechten der minderheden steeds totaal
hebben genegeerd. Maar gesteld eens
dat in 1878 op Kappeyne's plaats een man
had gezeten, als Dr. Bos bijvoorbeeld,
dan ware ons volk een dertigjarige onder-
wijs-oorlog gespaard, dien wij in de eerste
plaats daarom zoo betreuren, omdat ons
onderwijs daardoor zoo heeft geleden,
omdat als gevolg daarvan, we op ieder
gebied van onderwijs zoo schromelijk
ten achter zijn. En dan zouden we thans
niet opgescheept zitten met eene wet-
Kuyper, waarvan wij het subsidiestelsel
niet afkeuren, maar die naast het gemis
aan deugdelij ke waarborgen voor goed on
derwijs, tot eene verbrokkeling van krach
ten leidt, waartegen de coalitie zelve reeds
door niemand minder dan Prof. Woltjer
is gewaarschuwd.
Het gemeenschappelijk onderwijsbe-
lang was dus het cement, dat de drie
partijen aaneen bond. Met de oplossing
van het onderwijs-vraagstuk door Dr.
Kuyper, zij het dan ook geene finale
oplossing wat was ooit finaal in deze
zondige wereld? is alle reden van
bijeen blijven voor de coalitie wegge
vallen. Als ze bijeen bleef was bet
slechts, omdat ze van 1901 tot 1905
had leeren kennen, hoe zoet de macht
is, en hoe heerlijk het is over de be
noemingen te beschikken te hebben.
Speciaal die twee soorten benoemingen,
waarvoor geen enkele waarborg van
bekwaamheid wordt geëischt, het bur
gemeesterschap en het schoolopziener-
schap. Dr. Kuyper heeft door de grootst
mogelijke vrijmoedigheid, waarmee hij
deze beide ambten als hemelseh manna
over zijn volgelingen uitstrooide, de
zucht tot behoud der coalitie niet weinig
versterkt. En al was Mi. Heemskerk in
deze, vooral in den beginne, wat voor
zichtiger, nu hij geheel onder Kuype-
riaanschen invloed is gekomen, gaat het
vrijwel denzelfden weg uit, adres aan
de beruchte schoolopzienerbenoeming
in den Helder en de pas afgekomen
burgemeestersbenoeming te Sassenbeim.
Om kort te gaan, de coalitie, die eens
In dit oogenblik ging de denr open en was Marianne
van het lastige antwoord af.
Toen ze my dit verteld had|zweeg ikjeen oogenblik,
en zei daarna met een bitter lacbje:
Zoo ben je dus op een weg naar een huwelijk.
Dit antwoord kwetste haar en zij antwoordde we
der: Je hebt het geraden en reikte my het volgende
briefje over:
Waarde Vriend.
Als ik van af heden niet meer in uw atelier, komen
kan, zult u dit wel begrijpen en niet boos op mij
zijn. Wil mij in goed aandenken behouden. Met
hartelijken dankbaarheid.
Uwe Marianne Delias.
Ik ben daarover recht verheugd en 't is of mijn
hond in mijn vreugde deelt.
Kom, mijn beest, kom, roep ik hem toe ze zal
niet de vrouw van den photograaf worden, ze blyft
juffrouw Marianne.
Mijn dochter begrijpt alles en springt van vreugde
rond.
Zij deelt ten laatste ook in onze vroolijkheid en
zegt op eens:
Jelui doet allebei als of je iets nieuws vernomen
hebt.
Wat zal er echter nu gebeuren,? voegt zij er ernstig
bij.
Ze kijkt me zwijgend aan als wachtte ze mijn ant
woord af.
Wil je, vraag ik aarzelend, tot je iets beters
gevonden hebt, terwyl je je vrijheid behoudt, het bij
mij probeeren? Ik heb iemand noodig, die ik dictee-
ren kanj. Voor my zou zulk arbeiden een feest zyn.
Ik wil zegt ze kalm. Ik wil graag. En aan mijn
persoonlijke vrijheid is heel niets
als on der wijscoalitie reden van bestaan
had, is uitgeleefd en als enkel machts
coalitie overgeblevendat ze, over zoo
groote meerderheid in beide takken van
onze Staten-Generaal beschikkende, na
4 jaren regeerens aan geen enkel der
groote vraagstukken van den dag ge
zonde oplossing vermocht te geven of
zal vermogen te geven, teekent hare
onmacht om te regeeren zóó duidelijk,
dat we daaraan verder geen woord zul
len verspillen.
Maai naast, en zeker ook door die
regeeringsonmacht, is de coalitie een
voortdurend gevaar. In de eerste plaats
op het gebied van het onderwijs. Meer
en meer blijkt het toch, dat het haar
den Kuyperianen vooraan niet
te doen was om met hulp van den Staat
in de gelegenheid gesteld te worden
eigen scholen op te richten, waarin het
onderwijs aan hunne bepaalde gods
dienstige behoeften voldeed; neen, het
einddoel is: De algeheele ondergang van
de openbare school. Meerderdeid ge
worden, herinnert ze zich niets van al
hare schoone tirades over de rechten
der minderheid, en wordt den alouden
oervijand den dood gezworen.
Reden te meer voor ons, vrijzinnigen,
om voor de openbare school pal te staan,
die wij reeds uit tweeërlei oogpunt on
ontbeerlijk achten: lo. omdat ze, voor
allen zonder onderscheid van geloofsbe
lijdenis, toegankelijk zijnde, een waarborg
is voor de godsdienstvrijheid tot van den
allerarmste 2o. omdat ze onmisbaar is,
om alle onderwijs in Nederland op het
gewenschte peil te houden. Verder be
dreigt de coalitie ons met eene Tarief-
wet, wier inwerkingtreding, ongerekend,
dat ze de lasten, die door de rijken moes
ten worden gedragen, op de armen legt,
een onherstelbaren slag zal toebrengen
aan onze welvaart. En last not least brengt
de antithese-leugen, die de deur opent
tot de posten en de vertegenwoordigende
lichamen, een benauwde atmosfeer van
onwaarachtigheid over dezen lande,
waarin de vele pasbekeerde Christelijk-
Historischen ons met verklaarbaren angst
vervullen.
En tegen dat alles zouden wij ons
niet mogen, niet moeten verdedigen
We zouden voort moeten gaan met op
30
't Is October en al koud, H schijnt dat bet een
koude winter zal worden.
Ik heb al vuur aan en loop op en neer om Mari
anne te dicteeren.
Jarenlang heeft mijn werk stil gelegen, en de bron,
die in den eersten tyd zoo rijk gevloeid heeft, scheen
uitgedroogd. Thans is ze tot een nieuw leven ontwaakt.
Scheppingsdrang, zooals ik die nooit gekend heb,
vervuld mijn wegen. Nauwelijks kan ik op het oogen
blik wachten, dat zij binnenkomt, my om den hals
valt, haar mantel aflegt, en aan het werk gaat.
Haar tegenwoordigheid geeft me ernst, stemming
en opgewektheid. En tusschendoor kan ik baar kassen
en mijn innigste gedachten met baar uitwisselen.
In haar heb ik de persoon gevonden, die mij eerst
tot het bewustzijn van mijn krachtten en tot de
ontwikkeling mijner persoonlijkheid brengt. Ze is
hoog zedelijk en dringt met haar rijke natuur in het
wezen der dingen door en geeft me alles kwi6tig
terug, wat ze aan mij ontleend.
Zonder dat ik het weet, buig ik voor haar. Zij de
van natuur betere xnenscb, en baaTj invloed is bet,
die kleinachtige en bittere stemmingen die my
bevangen bielden, langzaam doet wyken. Haarliefde
schept mij om.
Een geleerde vriend zei mij eens: In 't leven
van een onderzoeker komt het daarop neer, dat hij
zijn geestelyke voorouders ontdekke. Ik zeg: In
het leven van een gewoon menech komt het er op aan,
dat hij het wezen vinde, dat^hem begrijpt, verstaat
en geheel vervult.
Wordt vervolgd.)