KERN,
rs
t weg
IN
en
lerdam.
Officieel Nieuws- en Advertentieblad
Boter.
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
lelsdijk.
Zenith
Het laatste geluk.
12de Jaargang.
Woensdag 21 Februari J 912.
No. 14
Kaiserstnnde
IN UURWERKEN.
LEENBANK
3r pondspak.
er pondspak.
we buiten-
len als gij
ijwielhan-
Fiakkeesche Boet en Handelsdrukkerij
ïistr&tie kantoor.
WMK.
lie Binnen- en Buiten-
reemde Banknoten.
iderijen en Gebouwen,
tigde Hypotheekbanken.
Maatschappij „de Sala-
»en en Roerende Goe-
ige Papieren en Bank
ieren.
EN GOUDSMID.
ALLER SOORTEN
iiitsersche Horloges
I Zilverwerken,
tiles en Barometers
RIJSNOTEERING.
[SSOMMELSDIJK.
len aan leden tegen 41/2°/ft
len op tegen 3,36 o/0's jaars.
1'oorschotten kunnen dage
rden bij een der leden van
ibrengen en terugbetaling
ïdagavond enVrijdagavond
ize van den kassier
te Sonunelsdjjk.
Q is de beste ver-
pakte margarine
[tuurboter vervangt.
NG.
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
"CTlt^ave cLer
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels t 0,60.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van cerrespendenten en Advertentiën te adresseeren aan de Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Samenwerking links.
Er is niets zoozeer wat door de cleri-
calen gevreesd wordt als samenwerking
der vrijzinnigen. Bij de clericale stem
busoverwinningen is wel een hoofdfactor
der zege geweest, dat de vrijzinnigen
voortdurend verdeeld waren. Zoodra in
het linksche kamp zich teekenen voor
doen, dat het tot samenwerking zal
komen, schetteren de clericale bladen
oogenblikkelijk over het roode spook en
meer van dat fraais. Zij bereiken daar
mede tweeërlei doel. Zij wenden de aan
dacht af van het Roomsch-Dordtsche
monsterverbond en lokken de bladen der
linkerzijde, met name de vrijzinnig-
democratische tot verzet tegen de samen
werking uit. Nu zijn we besliste voor
standers van een democratische regee
ring. Maar wij zijn er even stellig van
overtuigd, dat van een democratisch
kabinet niets zal komen zoolang het
clericaal-conservatieve blok niet over
wonnen is. Dat is de grootste sta-in-den
weg voor krachtige hervormingen, waar
van de lasten niet op de schromelijk
onbillijke manier als het kabinet Heems
kerk het wil, worden betaald uit een
rooftocht door de protectie. Men kan heel
mooi schrijven over samenwerking tus-
schen rechtsche en linksche democraten,
doch wie rondkijkt op het politiek ge
bied, ziet zeer goed, dat daarop in de
eerste tijden geen kans is. De pogingen
tot vrijzinnige samenwerking zijn tot nu
toe afgestuit op de tegenwerking van
onverzoenlijken in de kringen der vrij
zinnig-democraten en de vrijliberalen.
Wat de laatste betreft, voor zoover zij
halsstarrig weigeren samen te werken
op den grondslag van algemeen kies
recht, is het eenige, wat er op zit, hen
aan zichzelve over te laten. Doch voor
allen, die meenen, dat een vooruitstre
vend staatsbestuur noodig is, in 's lands
belang, is het artikel, dat dr. Bos, (zooals
men weet één der voornaamste leiders
der vrijzinnig-democraten) in de Jf«-
schoter Courant schrijft; de overweging
ten volle waard.
feuilleton.
NAAR
FELIX HOLLAEND ER.
21)
Ik vroeg haar toen een poos alleen te willen blij
ven, gaf haar de brieven mijner vrouw en ging heen.
Toen ik een poos later, weer in de kamer kwam
was Marianne weg.
Op een stuk papier stonden deze woorden ik kan
je niet loslaten, Marianne.
En op het papier waren sporen van tranen te zien,
tranen, die mij in het hart brandden.
Ik keek naar buiten naar den heerlijken sterren
hemel en voelde des te dieper hoe hier binnen
menschen in vertwijfeling tegen de duisternis had
den geworsteld.
23.
De dokter staat bij mijn beden kijkt nogal ernstig.
Van opstaan, vriend, kan geen sprake zijn.
Ik wil hem tegen spreken, maar hij ontneemt
öhj het woord.
U moet u geducht in acht nemen. U heeft
roodvonk en we moeten iederen complicatie vermij
den.
Dat moeter nu nog bijkomen, denk ik en antwoord:
Dr.Bos schrijft nl. het volgende:
„Zou men mogen oordeelen naar het
geen er dezer dagen in de Haagsche
kiesvereenigingen is voorgevallen, dan
zou het er al slecht uitzien met de ook
door mij aangeprezen samenwerking.
De vrijzinnig-democraten hebben zich
gehaast eenige onaangenaamheden aan
het adres van de vrije liberalen te
richten en eenige kemphanen van die
zijde hebben niet minder vinnig daarop
teruggesnauwd. Maar Den Haag is het
land niet. En de vrijzinnig-democrati
sche Wereld,*) die er ook niets van
wil weten, geeft dunkt mij, ook nog
niet de meening van de geheele vrijzin
nig-democratische wereld in ons land
terug.
Integendeel te oordeelen naar tal van
uitingen, welke mij naar aanleiding van
mijn artikel over de noodzakelijke samen
werking ter oore kwamen, ziet het er
heel anders uit in tal van kringen, dan
men op grond van deze feiten zoo opper
vlakkig zou meenen.
Aan scherpe uitlatingen moge men niet
te veel waarde hechten. Ten slotte moet
ieder het met zijn eigen verantwoorde
lijkheid overeenbrengen, wat bij doet.
Dat geldt voor personen en voor partijen.
Het is aan te nemen, dat het velen gaat
als mij, n.l. dat zij hunne verantwoor
delijkheid niet gedekt achten, indien zij
instemden met den geest van verwijdering
en afzondering, die aan de Linkerzijde
heerscht.
Men moge spreken van beginselver
zwakking, het zich bevinden op een
hellend vlak en dergelijke schoone ter
men meer, het mag niet beletten op te
wekken tot een onderzoek van het ter
rein, waarop samenwerking Links mo
gelijk is.
En dat wel, omdat de gebeurtenissen
allerduidelijkst in het licht hebben ge
steld, dat volharden bij de tegenwoordige
scheidingen noodzakelijk leidt tot een
zoodanige overheersching van onvrijzin
nige elementen, dat wij groot gevaar
loopen jaren lang daarvan den invloed
terdege te ondervinden. Ik doel hier
mede vooreerst op de aanstaande grond
wetsherziening', en in de tweede plaats
op onze belasting- eri handelspolitiek.
Ware het mogelijk gebleken een coa-
Roodvonk is besmettelijk, dokter
Men zegt het, antwoordt hij lakoniek, en bij
het weggaan nog:
Tot weerziens. Ik zal u een verpleegster sturen
en kom in den namiddag zelf terug.
Mijn hoofd is warm, mijn pols klopt: Och,
dokter, nog een oogenblik, geef u me van de schrijf
tafel als 't u blief, pen en inkt aan.
Met een beweging van ergenis voldoet hij aan mijn
verzoek en gaat dan heen. Ik schrijf:
Liefste.
De dokter constateert zoo juist ronkvonk bij me.
Rondvonk is besmettelijk, zej,t hij. Daarom mag je
niet eerder komen dan wanneer ik schrijf. Veel erger
dan mijn ziekte zal mijn verlangen naar je zijn. Je
moet je niet bezorgd maken; want de ziekte op zich
zelf is bij volwassenen niet gevaarlijk. Vaarwel, ik
druk de kleinste handen, die er in de wereld zijn.
De brief gaat naar het atelier, opdat ze niet. te
vergeefs den weg hierheen aflegge.
Mijn vrouw heb ik. Gode zij dank een dag te voren
geschreven. De brief draagt door de medewerking
van een vriend het poststempel „München". Zij mag
niet weten, dat ik in Berlijn ben.
Er staat in den brief niets anders als, dat ik haar
dringend vraag, my als haar trouwsten en besten
vriend aan te merken. Wat ik aan goedheid en
medelijden te geven heb bied ik haar om, wat ik
haar aandoen moest, te verzachten.
Deze woorden komen uit eerlijke gezinheid voort.
Ik heb mijn vrijheid noodig, evenals de luchtdieik
inadem, maar ik voel me haar schuldenaar,ik voel
geheel haar verdriet en ook wat ik mijn kinderen
aandoe. Ik heb het ouderlijke huis doen instorten.
Ze zullen vaderloos zijn en hun eerste jeugd-indruken
litie te vormen tusschen democratische
groepen van Rechts en Links, krachtig
in democratischen zin de hervorming
van ons staatsbestuur ter hand nemen
de en de sociale hervorming niet met
detailwerk, maar met enkele groote wet
ten, doorzettende, ja dan.
Jaren lang is die wensch geuit van
Links. Is ze ooit beantwoord van Rechts
Integendeel, het meest pertinente
blauwtje, dat ooit een schoone een vol
hardenden vrijer liet loopen, viel de
democratische Linkerzijde ten deel.
Welke stem is er ooit uit de kringen
der democratische groepen Rechts op
gegaan, sedert in 1901 de groote kamp
om de democratie in de partijen der
Linkerzijde werd gestreden, ten einde
aan te dringen op samenwerking?
Zonder twijfel is er op het gebied
der sociale politiek tusschen vele vrij
zinnig-democraten en een groot deel der
democratische katholieken en antirevo
lutionairen meer overeenstemming dan
tusschen de eersten en de oud-liberalen.
Hierbij moge evenwel niet worden voor
bij gezien, dat zich in alle partijen zon
der uitzonderingen levendige stroomin
gen doen kennen, waarbij het veel min
der om het doel gaat dan om de mid
delen en van een onthoudingsleer zelfs
bij vrije liberalen geen sprake meer is.
Maar zijn de regelingen van arbei
ders-verzekering en arbeiders-bescher
ming de eenige belangrijke van dezen
tijd?
Hoe staat het met het onderwijs wel
een van de meest belangrijke sociale
hulpmiddelen tot verheffing van het volk
in zijn verschillende lagen
Kan men het daar Rechts en Links
eens worden? Tot dusver is aan beide
zijden van de scheidingslijn slechts bij
enkelen de mogelijkheid gebleken, ten
aanzien van een der hoofdvragen, de
redelijkheid van staatssteun voor bijzon
der onderwijs. Hoe staat het verder met
de meeningen over den leerplicht en den
omvang daarvan?
Tot heden is van groote warmte voor
uitbreiding van den leerplicht en strenge
toepassing daarvan, ook in democratische
kringen Rechts niet veel gebleken.
Hoe staat het met de belastingpolitiek
en de afwering van een beschermend
zullen met de tranen hunner moeder vermengd zijn.
Ik moet hard tegen hen zijn om mijzelfs wille.
Ik voel, hoe de koorts strijgt. Ik ben moede en sluit
de oogen. Maar altijd en overal zie ik de oogen mijner
kinderen voor me.
Ik wil me oprichten en zink in mijn kussens terug.
Ik zie nog, hoe een groote figuur met een zwarte muts
de kamer betreedt en danval ik in diepen slaap.
Als ik na eenige uren de oogen weer opsla, lig ik
te schreien. Heeft de koorst me al overmand?
Heb ik visioenen? Is het werkelijk Marianne
die by mijn bed zit, doodsbleek, anstig en bedroefd
Ze is het en ziet me smekend aan.
Geen woord spreken, zegt ze, geen woord. Ik ben
en blijf bij je.
Ik ben niet in staat mij alles te verklaren.
Je moet je niet opwinden, je moet je rustig
houden, smeekt ze me angstig.
Daarop kijk ik haar met een uitdrukking aan, die
haar zegt, dat ik spreken moet.
Marianne; hoe kan je zoo iets doen, weet je dan
niet
Ja, ik weet geliefde. En jij dacht werkelijk, gaat
ze voort, dat ik je alleen kon laten
Gedachten bestormen mij. Mijn hoofd klopt, als
mijn polsen, en mijn hart doet pijn.
En weet je dan aan welk gevaar je je hier
blootstelt?
Neen .neen, Marianne, je moet weg van hier.
Ze wordt erg bleek.
Wil je me ellendig maken, jaag me dan weg, zegt
ze. Ik ben niet bang voor ziekte. Het kan me alleen
slecht gaan, als ik niet bij je ben.
Ik richt me met alle inspanning op, neem haar
kopje en trek het zoo dicht naar me toe, dat haar
gezicht mijn blooten hals aanraakt.
stelsel, dat eenmaal aanvaard, door
vreet in het maatschappelijk lichaam, de
grooten helpt en de kleinen verdrukt,
maatschappelijke klassen tegen elkaar
opzet en den zwaarsten druk legt waar
de kracht het geringst is?
Hoe staat het met de kracht om zich
te verzetten tegen elke poging, aange
wend om de vrijheid van beweging van
vakvereenigingen te knotten, of den
rechtstreekschen invloed van het volk
op de wetgeving van het land te vermin
deren? Heeft men daarvan bij de Recht
sche democraten veel bespeurd?
Zonder twijfel is bij vele oud-liberalen
ook een meegaandheid in het voteeren
van groote oorlogsuitgaven, die bezorgd
heid wekt. Hoe staat het daarmee even
wel bij de democratische mannen van
Rechts?
Wanneer samenwerking tusschen die
groepen Rechts en Links niet herhaal
delijk en met kracht van Rechts was
afgewezen, zou de totstandkoming daar
van toch slechts mogelijk zijn met vele
opofferingen over en weer, welke de
omstandigheden waarschijnlijk hadden
kunnen maken wanneer een brutale aan
slag op de volksrechten werd gepleegd,
maar waarvan men thans de mogelijk
heid niet kan aantoonen.
Mr. Troelstra moge zich dienaangaande
illusies maken, bij hem is de wensch
de vader der gedachte. De omstandig
heden moeten radicaal zich wijzigen vóór
daarop kans bestaat.
Voor deze feiten blind te blijven, kan
een hartstochtelijk beginselruiter gege
ven zijn, of iemand, die jaren geleden
onder gansch andere omstandigheden
een politiek heelt voorgestaan, welke
thans onmogelijk blijkt "te zijn en die
toch de oude gedachte niet wil opgeven
nog eens, wie zijn verantwoordelijkheid
gevoelt voor den tegenwoordigen gang
van zaken, minder door doen dan door
nalaten, vraagt zich atis er geen terrein
van samenwerking Links te vinden
Vóór dit onderzocht is, hebbe men
geen oordeel.
Wel kan van te voren vastgesteld
worden, welke grenzen nooit kunnen
worden overschreden, ook door hem die
samenwerking vurig wenscht.
Mijns inziens staat vast, dat geen sa-
En dat heb je gedaan, Marianne, dat heb je
gedaan fc
Een diep rood overdekt haar gezicht en zij gaat
voort.
Ik ben in mijn zielsangst naar mijn chef gegaan
en heb hem gezegd, dat ik voor eenigen tijd weg
moest, wilde ik niet geheel ondergaan en dat ik
zonder zijn hulp ellendig zijn zou.
Terwijl haar stem daalt zegt ze verder:
Hij mag me welhij zat er wel wat, mee in
met mijn verzoek, en heeft het toch ingewilligd. Hij
schreef aan mijn ouders, dat ik terstond naar Han
nover moest om aldaar iemand op zijn atelier te
vervangen.
Ze streelt mijn handen en kijkt me met tranen in
de oogen ondeugend aan. Vader en moeder heb ik
een lang. verhaal gedaan, dat zij geloofden.
En nu de reis
Ze lacht ondeugend.
Neen, daarover wil ik niets zeggen.
Ik open de oogen wijd en ze dringen, als't ware,
in deze meisjesziel binnen en delven baar laatste
geheim op.
Ik weet wat het hare kuischlieid gekost heeft, ik
weet bet en in mijn zwakheid en ziek zyn gaat dit
bewustzijn als een heete stroom door mijn lichaam.
Marianne, lieve Marianne.
Ze ziet me zoo gelukkig, zoo vroolijk aan, dat ik
me als in een roes voel, neemt mijn hoofd tusschen
haar handen en drukt^het met zacht geweld in de
kussens.
Duizend dingen zou ik haar willen vragen, ik waan
me sterker dan ik ben en wil uit den vollen beker
drinken.
Wordt vervolgd.)