Buitenland. gemet, terwijl het suikerpercentage over het geheel hoog is. Bewesten deze gemeente, nabij de ton van de zandband Ooster is aangetroffen een mast met rondhout, vermoedelijk verbonden aan een wrak van een verongeluktschip. Vermoedelijk met het oog op de toe name der werkzaamheden, oa. tengevolge van de verplaatsing van het grootste gedeelte van het persoueel van 's Rijks Kustverlich- ting van hier naar Ouddorp wegens stichting van een nieuwen vuurtoren aan het Wes- terstrand, zal aldaar uitbreiding van het brievenbestellerspersoneel plaats hebben. Ongeveer vijf mijlen bewesten het Vuurschip Maas is door schipper A. Groe nendijk, bevarende de blazerschuit GO 29, een ongemerkte zwemgordel gevischt. De herkomst is tot heden onbekend. Tengevolge van het uitglijden van den schippersboom had de zoon van schipper De Boom uit 's-Gravendeel, het ongeluk in de haven alhier te vallen. Gelukkig wist hij zich spoedig op het droge te helpen. OlIltDOKP. De collecte ten bate van de Stormramp te Bruinisse heeft 1.1, Zondag in deNed. Herv. Kerk opgebracht 027,3572. 01J1IE ToNGE- Zondag is alhier gestrand een hoogaarts gemerkt Bruinisse No. 127. Vanaf 21 October tot en met 22 Novem ber a. s. ligt ten kantore van den Secre taris een ontwerp besluit tot wijziging van het bijzonder reglement voor de polders loozende door den Suijspolder Gemeente Oude Tonge ter inzage. Gedurende dien tijd kunnen bezwaren tegen het ontwerp aan Heeren Gedeputeerde Stateu dezer provincie schriftelijk worden kenbaar gemaakt. Met algemeene stemmen werd inden Raad dezer gemeente besloten tot het oprich ten eener gasfabriek. De rekening dezer gemeente over het dienstjaar 1910 is van Heeren Ged. Staten goedgekeurd terug ontvangen. Vrijdag werd alhier aan de markt aangevoerd 20 stuks hoornvee, handel vlug. In de Voorstraat alhier is een Northon- pornp geslagen door den heer J. Vrij van Nieuw-Helvoet. Deze pomp voldoet aan de vereischten, evenals die in de Nieuwstraat. DEN B01H1EL- De metselaar J. Kardux, wiens ongeluk wjj de vorige week mede deelden, is aan de gevolgen overleden,zonder dat het bewustzijn is teruggekeerd. Als afgevaardigde naar de Algemeene vergadering der Zuid-Hoil. vereeniging „Het Groene kruis" is benoemd de heer Dr. van der Meer, en tot diens plaatsver vanger de beer A. Jongeling. STAD AAN 'T HARINGVLIET- De uitslag der stemming voor een lid van den gemeen teraad alhier op 18 October jl. is als volgt Uitgebracht werden 181 stemmen, waar van 2 van onwaarde. Hiervan verkreeg A. Koppenaal 103 stemmen en J. G. Koppenaal 7(5 stemmen zoodat eerstgenoemde verko zen is. Maandagmorgen zijn met het hooge water twee cementen drinkbakken, welke op het gors bij de Northonpomp staan, weggedreven. De een vond men een heel eind verder nog op het gors; de ander zit vooraan inde haven en zal niet zoo heel ge makkelijk weerop zijnplaatstebrengenzijn. De schippers, die suikerbieten varen, profiteeren ook van de goede vrachten, welke te Rotterdam naar Duitschland en België betaald worden de vrachten zijn hier p. m. een gulden hooger dan verleden jaar om dezen tijd. Het is te voorzien, dat de zelve nog meer zullen oploopen. De Londensche dierentuin heeft twee nieuwe bewoners gekregen, twee kleine, ge drongen wezens, met een langen, harigen staart, wier naam reeds hun geweldigen eetlust aanduidt. Het. zijn nl. vertegenwoor digers van het geslacht van den veelvraat of gulo. Zij zijn voorloopig in een kooi van Thibetkatten geherbergd en niets verraadt hun aard en naam alleen een bordje hangt daar met lakonische opschriftDoor ruil. Achter deze twee woorden verbergt zich een kleine geschiedenis, die de wachter aan een journalist verteld heeft. De Londensche dierentuin bezat tot voor kort onder zijn rijke verzameling geen Amerikaanschen veelvraat, en het bestuur was zeer verheugd, toen zich de gelegenheid voordeed, uit den dierentuin te Kopenhagen een paar dier veelvraten te verkrijgen. Daar had men verscheidene exemplaren van deze steeds hongerige dieren en hun gewel dige eetlust was op onaangename wijze te merken aan de hooge voederrekeningen. Het was den Kopenhagers dus waarschijn lijk niet onaangenaam om twee van de dure gasten aan Londen over te doen. De Londenaars stelden toen voor, twee „Tas- maansche duivels" (Sarcophilus satanicus) in ruil te geven, twee buidelberen, die met hun korten kop en kleine katteo'oren hun zwarte vacht en dikken staart werkelijk iets satanisch hebben en die in den Kopen- liaagscheu dierentuin nog ontbraken. De ruil werd aanvaard, en de Kopenha gers geloofden goede zaken gedaan te heb ben de Londenaars evenwel lachten in hun vuistje. De „Tasmaansche duivel" is namelijk nog veel onverzadelijker en gulziger dan de veelvraat, een dier met een niet te stil len hongef, dat alles vreet en aanvreet, wat zyu tanden niet trotseert. Met hem verge leken, is de veelvraat een fijnproever, die een zeer verzorgden smaak heeft en wel veel, doch lang niet alles vreet, die bv. in vrijheid de gedoode dieren niet onmiddellijk verslindt, doch het vleesch eerst goed laat besterven, totdat het d6n goeden „haut gout" heeft gekregen. Tasmaansche duivel echter kent slechts één driftalles, wat hem in den weg komt, te verslinden. De Kopenhagers zullen dus van nu af aan nog hoogere voederrekeningen moeten betalen. Pest. Bij de opening en bet microscopisch onderzoek op de Hjken van drie Russische arbeidërs, die nabij het station Scharasung van den Transbaïkal spoorweg in Siberië eenige dagen geleden gestorven zijn, heeft men kenteekenen van builepest vastgesteld. Daarna moesten 15 personen geïsoleerd worden. Gasverstikking. Twee werklieden, die in een wijnkelder te Bingen aan het werk waren, werden door het gistingsgas, dat zich uit den wijn had ontwikkeld, bedwelmd. Toen dit ontdekt werd, durfde niemand zich in den met gas gevulden kelder te wagen tot dat de buizenmeester der gemeentelijke waterleiding, door een helm beschermd tot de verongelukten doordrong en hen naar buiten droeg. Bij een hunner slaagde men er nog in, de levensgeesten weer op te wekken, maar de andere was reeds dood. Elf mijnwerkers verdronken. In een verla ten schacht van een ertsmijn te Hibernia in den Amerikaanschen staat New-Jersey, was een groote watermassa samengevloeid. De druk, die het water uitoefende op den dunnen cementmuur, die de oude schacht van het nog in werking zijnde gedeelte der mijn scheidde, was te zwaar, zoodat de muur bezweek en het water de mijn overstroomde. Van de daar werkzame arbeiders zyn 11 Polen verdronken. Niet verzoend. Mevrouw Tosselli is met kracht van woorden opgekomen tegen de beweringen in de Italiaansche bladen, als zou zij zich met den zwartlokkigen maestro, haar echtgenoot verzoend hebben. Aan haar vriendin, mrs. Foulkes, zoowel als aan den Londenschen uitgever harer memories heeft de ex-prinses van Saksen een telegram ge zonden, houdende verzoek om den volke te verkondigen, dat zij werkelijk en voor goed van Enrico Toselli gescheiden is, en Donderdag, dat was jl, alleen met 'tbefaamde „Bubi" uit Florense zou vertrekken. Kruitontpioffng. Nabij Tokio is een rijks- kruitmagazijn in de lucht gevlogen, waarby 12 menschen gedood zijn. Twee huizen werden mede verwoest. De Deensche matroos John Thomson, een der geredden van de „City of Benares", heeft aan het Deensche blad Sorö Amts tidende een verhaal van de schipbreuk ge leverd, waaraan het volgende is ontleend „De „City of Benares", eeri voor 29 jaren in Zweden gebouwd schip, met een uit Finnen, Russen, Zweden en Duitschers be staande bemanning, vertrok van Queens- town naar Sundsvall onder bevel van kapt. Victor Johansen. In de Noordzee door storm overvallen woei tot driemaal toe een stel zeilen weg en de kapitein verzamelde ons allen in de kajuit om ons er op te wijzen, dat ons leven in gevaar verkeerde. Wij dreven snel op de Hollandsche kust toe en om 1 uur 's nachts strandde het schip, waarbij het in alle voegen kraakte en schud de. Huizenhooge golven sloegen over het dek en sloegen het dak van de kajuit en de kom buis weg. Wy allen, van zwemvesten voorzien, klemden ons aan de masten vast. Twee uren lang zaten wij zoo, door stortzee na stort zee overstroomd. Even na de stranding was een matroos overboord gesprongen en, wonder genoeg, slaagde hij er in, ofschoon eenigszins ge kwetst, de kust to bereiken. Geen der strand bewoners was buiten en hij moest ze eerst in hun huizen gaan wekken om voor ons hulp te halen. Maar slechts weinigen waagden zich tot onder bij de branding, de meeste stonden boven aan het strand en wachten de ver dere gebeurtenissen af. Een man beproefde drie vuurpylen naar ons af te schieten, maar ze kwamen niet ver genoeg, ofschoon de „City of Benares" dicht by het strand lag. Tegen 3 uur 's morgens werd het schip door een geweldige zee middendoor gebro ken. Wij allen, 19 man, werden in zee ge slingerd en nu begon voor ons een uren lange strijd met den dood. Negen man verloren het leven. Van eeni- gen hunner was de schedel door wrakhout ingeslagen. Ikzelf was geheel verkleumd en de golven speelden met mij als met een bal. Maar Ik verzamelde al myn krachten en bereikte, door het zwemvest goed gedra gen, al zwemmende de kust. De geweldige zuiging der afloopende branding sleurde mij echter weer terug in zee. Ten tweeden male bereikte ik het land en klemde my krampachtig aan daar liggende steenen vast, die echter met my door de branding in zee geslingerd werden. Zoo ging het zevenmaal. Eindelijk toen myn krachten mij begaven, kwam ik nogmaals gelukkig aan de kust en werd, voor ik weer afdreef, door eenige mannen gegrepen en op't dro ge getrokken, waar ik het bewvstzyn ver loor. Ik werd naar een hotel gebracht waar ik na eenige uren weer bijkwam. De bewoners van West-Kapelle waren niet bijzonder goed voor ons. Van den kapitein werden 9 pond sterling (f 108) gestolen, die onder ons verdeeld zou den worden en ons ontnam men al onze aan land gedreven zaken. Wy stonden daar ontbloot van alles en moesten naar huis schrijven om ondersteu ning, daar wy ook van de reedery niets kregen. Ikzelf kreeg het noodige, voor ongeveer 200 kronen". Van de ergelyke beschuldiging, vervat in het laatste gedeelte van het verhaal, zal wel geen woord waar zyn. Zelfs de Hamburger Börsenhalle, die het verhaal van den matroos overneemt, laat dit deel voor rekening van het Deensche blad en den schrijver. Persoonlijk, zegt de Börsenhalle, houden wij deze verklaring niet voor zeer waar schijnlijk, daar een zoodanige behandeling van schipbreukelingen niet overeenkomt met bet karakter van de Hollanders, die bekend staan wegens hun moed en opoffe ringsgezindheid waar het geldt de redding van in gevaar verkeerende zeelieden en hun latere verpleging. Een familie gestikt. Een Fransche boer, Denis genaamd, was dezer dagen te Saint Julien sur Bibost, by Lyon, met zijn zoon en dochter bezig een groot wijnvat uit te zwavelen. De vader, die in het vat zat, werd door de zwaveldampen bevangen en geraak te het bewustzijn kwijt. Zyn zoon, die hem uit zijn benarde positie wilde redden, kreeg het ook te kwaad met de dampen en viel in hot vat. Toen de dochter hen te hulp wilde snellen, onderging zij hetzelfde lot. Zij werden later alle drie dood uit het vat gehaald. Schandelijke onvoorzichtigheid. De vorige week wilden de Katholieken van Vyve-St. Eloy, in de provincie West-Vlaanderen, bun overwinning in de verkiezing vieren door het lossen van vreugdeschoten. Eenige werklieden moesten daarom 's middags een pak kruit op een kruiwagen vervoeren. Terwyl zy in een herberg waren, kwamen eenige jongelingen rond den kruiwagen staan. Een hunner, Jules Verleeuwen, 17 jaar oud, had het ongelukkige denkbeeld zijn brandende sigaar tegen het kruit te houden, dat op den kruiwagen gevallen was. Een vlam raakte het pak aan en het ontplofte. Twaalf jongelingen, die rond den wagen stonden, werden omgeslingerd. Zij werden verbrand in het gelaat en aan de handen en hun kleederen vatten vuur. Eenige per sonen kwamen toegeloopen en doofden de vlammen uit. De toestand van een der slachtoffers, zekeren Jules Verleeuwen is zeer erg. Het parket van Kortryk heeft een onder zoek te Vyve St.-Eloy ingesteld. De toestand der 12 slachtoffers was toen veel vermin derd. Hun aangezicht was zeer gezwollen en uit hun verschroeide huid vloeide voort durend bloed. Mijnramp. Uit de myn Bardot te Saint- Etienne, waar de reeds gemelde ontploffing plaats had, zijn 27 lijken opgehaald, waar onder ook dat van den ingeneur die met de reddingsploeg was afgedaald. Der lijken zyn, zoodra zy boven kwamen gekist en over gebracht naar de gasthuiszaal dermyn-maat- schappii, die tot rouwkapel was ingericht. Op het voorplein van het gasthuis staan weenende weduwen, weezen en bloedver wanten. Buiten staan rijen politieagenten, die alle moeite hebben om de saamgeschool de meenjgte in bedwang le houden. De heer Weisz, directeur van het mijn wezen op het departement van Openbare Werken, die op inspectie was in 14 kolen bekken van Bretagne is Vrijdag te Parijs teruggekeerd en Zaterdag naar St.-Etienne vertrokken, door minister Augagneur belast me.t een nauwgezet onderzoek over de oor zaken van de mijnramp. Vermoord. De Grieksche bisschop Emilia- nos uit Serfidsclie die, zooals wy reeds ge meld hebben, nabij Gradovis in Turkye door een rooverbende werd gevangen genomen en het bosch ingevoerd, is naar een telegram uit Salonika meldt met zyn vicaris en 2 bedienden vermoord. Tramongeluk. Vrijdagmorgen is een tram wagen op Stamford Road by Manchesier den heuvel afrijdend, ontspoord. De wagen reed tegen een dikken steenen muur, die den weg aan de zijde afsluit verbrijzelde dezen en stortte in een diepte van twintig voet, op het onder gelegen spoorwegstation. Vyf personen werden gedood en negen gruwelijk verminkt. Brand. Door het springen van een granaat ontstond brand in het paviljoen van de kruitfabriek te Val di Fornola in Italië. De muren en het dak stortte in, twee personen werden gedood en een gelijk aantal gekwetst. Den brand was men spoedig meester. Zijn vrouw willen vermoorden. Te Hamburg is een koopman van 22 jaar in hechtenis genomen, onder verdenking, dat hy zyn vrouw, wier leven voor 300.000 mk. verze kerd was, heeft willen ombrengen. De correspondent van de Kölnische Zei- tung deelt over de romantisch klinkende geschiedenis het volgende mede: De man was pas in Augustus met zijn vrouw, een gewezen zangeres, getrouwd en had haar by drie verschillende maatschap pijen voor 100.000 mk. verzekerd. By de po litie is nu een klacht ingediend, die op de volgende beschuldigingen berust. Hy zou zijn chauffeur, die de zaak echter aangaf, in het uitzicht op een belooning van 10.000 mk., overreed hebben, hem en zijn vrouw. Donderdagmiddag van hun huis af te halen en beiden naar een landingssteiger te Ban- kenese te brengen. Daar zou het gezelschap zich in een barkas, die de man gekocht had, inschepen. Men zou met zyn drieën de Elbe opvaren en als het donker werd de niets kwaad vermoedende vrouw in het water duwen en zoo lang onder houden, tot zij verdronken was. Daarna zou de barkas het lijk opvisschen, terugvaren en melden dat er een ongeluk gebeurd was. Toen de chaffeur op den afgesproken tijd niet kwam, begaf de koopman zich met zijn vrouw alleen naar Blankenese. Op den stei ger, waarby de barkas gereed lag, werd hij in hechtenis genomen. Hy loochent zeer stellig, dat hy van plan was een moord te begaan. Bij hem vond men een geladen revolver en een dolk. Kennissen van hem houden bem voor niet wel by het hoofd. Het verdere onderzoek zal leeren, wat hiervan waar is. Typhus. In 6 groote gemeente aan de Roer Duisburg, Hamborn, Mülheim, Oberhousen, Borbeck en Bottrop heerscht een typhus- epidemie. Tot heden zyn 631 gevallen ge constateerd. De Parijsehe gezondheidscommissie heeft de bovolking doen waarschuwen slechts gekookt drinkwater te gebruiken, omdat er typhus-gevallen zijn voorgekomen na ge bruik van water uit de Parijsehe leiding. Bij het spelen doodgeschoten. Te Konigs- winter speelden eenige jongens voor India nen, waarby een 9-jarige knaap stil een buks van huis had meegenomen, zonder te weten, dat wapen geladen was. Het schot viel en de kogel drong een speelmakker in de hersens zoodat hij terstond dood was. Wat vijf zeelieden overkwan. De sloep „Notre-Dame-des-Flots", van Vannes, uit Southampton, Zondagmorgen om 4 uur ver trokken met een lading hout, voer langs de geul van Four, toen een groote golfde vyf leden der bemaDningin zee wierp. Kapitein Pruneau bleef alleen aan boord. Een minuut later werden de vijf mannen op het dek van 't schip geworpen door een andere golf. Zij waren ongedeerd. Een Amerikaansch geestelijke verdacht van moord. Verdacht zyn vroegere verloofde met cyankali vergiftigd te hebben, is een Amerikaansch geestelijke, reverend Riche- son, rector van de Amerikaansche Emanuel- Baptist Kerk te Cambridge, gearresteerd. Richeson had zelf aan het engagement een eind gemaakt en zijn verlooving aangekon digd met juffrouw Edamands, de dochter van een rlik koopman te Boston, die een half millioen dollars als bruidschat mee ten huwelijk bracht. Ziin vroegere verloofde, juffrouw Lannell studeerde op het conservatorium te Boston en bezocht verleden week haar ouders te Cambridge. Daar nam zij een bad, doch kwam niet meer te voorschijn. Men vond haar dood. Een geneeskundig onderzoek bracht aan het licht, dat zy vergiftigd was. Zelfmoord schijnt buitengesloten. Een apo theker verklaarde, dat ziin vriend Richeson den lOen October een hoeveelheid cyankaii by hem had gekocht, naar hy zeide, om zyn hond te vergiftigen. Brand te Constantinopel. In de nabijheid van de wyk Tachtakale, waar 23 Juli 1.1. een vreeselyke brand gewoed heeft, woed de Zaterdagavond weer bet vuur. Omstreeks 7 uur werd te Constantinopel bekend, dat in de wijk Bayasid brand was uitgebroken en om 9 uur waren reeds 150, meest groote huizen, door de vlammen aangetast. Tot zoolang was het windstil, maar te gen 10 uur kwam er een weinig wind,die de vlammen westwaarts dreef, waar zii een nieuw huizencomplex bedreigden.Gebrek aan water bemoeilijkte de blussching, maar om 2 uur 's nachts was men den brand meester. Het verwoeste stadsdeel werd uit sluitend door meest, welvarende Turken bewoond. Behalve circa 400 woonhuizen het juiste aantal is nog niet bekend zijn ook een Perzische school en een moskee in de ascli gelegd. Menschenlevens gingen niet verloren. Ge durende den brand werden meer dan 50 dieven betrapt, die in de verwarring hun slag wilden slaan. Mijnramp op Sardinië. In de zwavelmyn Trabonella, naby Caltamisetta, had een ontploffing plaats, terwyl 44 arbeiders in de myn waren. De ingenieurs riepen, zoodra de ontploffing bekend werd, alle beschik-

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1911 | | pagina 6