Officiéél Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede. EERSTE BLAD. I Lde Jaargang. Woensdag 22 Februari 1911. No. 14 Flakkeesche Boet en Handelsdrukkerij Zonder vrede. Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG. Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50. Afzonderlijke nummers0,05. "CTltgfa/ve der te Middelharnis. Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels f 0,60. Iedere regel meer0,10 G-roote letters naar plaatsruimte. Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend. Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux nemen Advertenties aan. Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis. De dokters en de Ziekteverzekering. Xaast de arbeiders en de werkgevers zijn de doktoren zeker wel de meest belangheb benden bij de Ziekteverzekering. Een be langrijk deel toch hunner inkomsten vloeit voort uit de fondspractijk en vooral in de steden zijn tal van busdokters, die het grootste belang hebben bij de wijze, waarop de wetgever de Ziekteverzekering regelt. Temeer is een deugdelijke, wettelijke re geling noodzakelijk, omdat de belangen van het fonds en van den geneesheer, al loopen ze in vele opzichten samen, niet dezelfde zijn. De geneesheer wenscht, wat natuurlijk is, een behoorlijk honorarium voor zijn arbeid, het fonds heeft belang bij niet te hooge bezoldiging. De toestand van vele fondsen is trouwens van dien aard, dat voor doktershulp maar een gering bedrag kan worden uitgetrokken. In Duitschland zijn doktersstakingen door dergelijke conflicten reeds meermalen voorgekomen en ook in Amsterdam zijn botsingen niet uitgebleven. Een wettelijke regeling van de verhouding tusschen geneesheer en fondsbestuur kan dus bij de Ziektewet niet uitblijven. De geneesheer diende de zekerheid te krijgen, dat hij niet aan willekeurige handelingen der fondsbesturen blootstond, de fondsen moesten erlangen, dat zij tegen billijke bezoldiging van geneeskundige hulp waren verzekerd. Minister Talma stond hier voor een moeilijke taak. Immers een regeling, die aller belangen in het oog hield, was zeer moeilijk. De minister heeft er zich afge maakt met een Jantje-van-Leiden. De ge neeskundige hulp wij wezen er reeds vroeger op blijft in zijn ontwerp nage noeg ongeregeld. Wat er nog wordt be paald, wordt in de geneeskundige kringen nagenoeg eenstemmig afgekeurd. Het eenige, wat het ontwerp-Talma doet, is bepraten, dat een arbeider die ziek wordt, eerst dan uitkeering van de ziekenbus krijgt, als hij zich onder geneeskundige behandeling heeft gesteld. Dat is zoowat alles. Hoezeer de belangen van den genees heer betrokken zijn bij dat wetsontwerp, bewijzen de besprekingen in de Maat- FEUIZJL.JETON. DOOR A, TEINIUS. „God zijt gij rechtvaardig kwam eens over haar lippen. „Üw straf zal ook eens hem treffen, die over ons jammer en ellendeheeft gebracht!" Een paar opvallend warme dagen waren op de laatste ongewoon koude gevolgd. Op den avond van den derden dag stond alles in de natuur angsl wek kend stil als moest er iets vreeselijks en geweldigs gebeuren. En het bleef niet uit. Als wilde de herfst haar recht terug vorderen, brak het na het invallen der duisternis los. Te midden der anstig drukkende stilte kwam er een orkaan met wervelwind opzetten. Kreunende bogen de eiken: door hunne toppen, takken en kruinen, raasde de wind alsof ze met reuzen vuisten bezig was te vernielen. Het gierde tusschen de bergen en bracht verwoestingen en verderf mede. Het dreunde en huilde door de lucht en watermassa's stroomden vernielend nêêr alsof de hemelsluizen waren opengezet, Therese had de geit goed verzorgd, de vensterluiken goed gesloten en stond bij de tafel bij het onrustig schappij van Geneeskunde en hetgeen dr. Koek en anderen over de zaak hebben ge schreven. Wij ontleenen daaraan de vol gende bezwaren. De ziekenfondsen moeten ieder toelaten, die verzekerd is bij een ziekeiD/«. De Raden, die zullen ingesteld worden, moeten voor die verzekerden den zoogenaamden weistandsgrens (tusschen f 2, 3 en 5 per dag) bepalen „De toelating tot de zieken fondsen is dus van hen afhankelijk. Den geneesheer wordt alle medezeggingsschap ontzegd, welke personen zij voor vermin derd tarief zullen behandelen. In art. 97 van de Ziektewet wordt bepaald, dat de bijdragen van alle verzekerden gelijk moe ten zijn. Een evenredige heffing, waardoor een werkman met f 30 inkomen meer be taald dan één met een minimumloon, wordt verboden en de bijdrage zal zich dus, om de minimuminkomsten niet al te zeer te drukken, moeten richten naar de draag kracht dier minstvermogenden. Voor een zeer kleine premie worden dus in de fondsen personen opgenomen, die tot nu toe als particuliere patiënten werden behandeld en wier opname op vele plaatsen den finanti- ëelen toestand der geneesheeren zeer zal schaden. Ten plattelande wordt het op richten van erkende ziekenfondsen bijna een onmogelijkheid, de groote onkosten, verbonden aan de behandeling van veraf- wonende patiënten, maakt een gelijke pre miebetaling ondoeniijk. Het gevolg van deze bepalingen zal dus zijn, dat de in komsten van de ziekenfondsen zoo klein mogelijk worden gehouden, en de salaris sen der geneesheeren dienovereenkomstig zeer gering zullen worden, terwijl zij boven dien gevaar loopen, dat een deel van hun particuliere praktijk door de ziekteraden verplaatst wordt naar de fondsen. En op de bepaling hunner bezoldiging hebben de geneesheeren weinig of geen invloed. Wel zegt art. 95, dat de genees heer een vast jaarlijksch bedrag ontvangt voor ieder persoon of ieder gezin, en dat dit bedrag niet mag dalen beneden een bij de statuten te bepalen som, maar -de statuten worden gemaakt en gewijzigd door de Algemeene Vergadering van het fonds, welke is samengesteld uit te leden, de ge neesheeren en apothekers, ten getale van minstens 25. In die algemeene vergadering zijn de fondsleden dus verre in de meerder- flikkerende licht met de open bijbel voor zich. Nu en dan hief ze de onrustige oogen omhoog en zag op naar het beeld van den gekruisigden Christus aan den wand. Dan luisterde ze weer, als de al te hevige slagen de aarde deed sidderen en de echo van den donder zich van berg tot berg deed hooren. „Behoede God hen, die nu buiten zijn prevelde ze voor zich. Zij liep een paar keer heen en weer. Zette zich weder op een stoel en las in de heilige, schrift. Zoo gingen eenige uren voorbij. Het onweder schijnbaar afdrijvende, kwam weder van nieuws aan opzetten. Er volgden weder een paar hevige donder slagen, en gekraak en gesteun in het bosch. De lip pen der eenzame bewogen zich bevend. Op eens scheen ze iets te hooren. Klonk daar niet midden door de donderslagen uit den hemel een klagende menschenstem Ze luisterde weder, maar de nieuw opkomende storm maakte ieder ander ge luid onhoorbaar. Toch kon het geen bedrog zijn. Ze sprong op en opende de luiken, die aan de zijde van het bosch voor het venster waren. „Is er iemand verdwaald dan moet hij nu het licht zien 1" zei ze voor zich zelf. Ze deed een stap terug in het kamertje, en met ingehouden adem overviel haar thans voor 't eerst een gevoel van angst. Enkele oogenblikken bleef ze als vastgenageld in het midden van het vertrek staan. Toen hoorde ze duidelijk voetstappen, en terstond daarop werd er op de deur geklopt, ze hield de handen tegen de borst gevouwen en wierp een blik op het Kruisbeeld Doe open om der barmhartigheid wille!" deed een stem buiten hooren. Op den klank dezer woordeVi ging er een rilling door de leden der eenzame. „Wie daar?" riep ze ten laatste. heid en zij kunnen bovendien de bijdragen der verzekerden bepalen. De fondsleden regelen dus de inkomsten van het fonds van geneesheeren en apothe kers. Toch zullen de dokters zich aan het fonds moeten onderwerpen, want weigeren zijn hun diensten, en trachten zij de ar beiders te brengen in een fonds, dat den geneesheer gunstiger voorwaarden stelt, dan is het twijfelachtig of dit fonds wel zal worden erkend, want de ziekteraden oefenen op die erkenning grooten invloed uit." De geneesheeren meenen, dat door de bepalingen van het ontwerp-Talma geenszins waarborgen worden gegeven voor het evenwicht tusschen de belangen van patiënten en geneesheeren, dat integendeel de weg gebaand wordt voor een voortdu- renden loonstrijd in de ziekenfondsen, wat zeker een ernstige ramp voor de zieken verzorging is. Men kan ook niet zeggen, dat minister Talmade moeilijkheden heeft weten op te lossen, hij is er eenvoudig voor uit den weg gegaan. In de ontwerpen der minister Kuyper en Veeg ens werd de geneeskun dige hulp wel degelijk geregeld. Minister Talma betwijfelt ot voor de wettelijke rege ling van den geneeskundigen bijstand wel een rechtsgrond is aan te wijzen en meent voorts, dat de Staat geen geneeskun dige behandeling kan waarborgen, omdat hij afhankelijk is van de medewerking van de geneeskundigenDe kracht van het argument zoo schrijft dr. Koch ont gaat mijmen kan moeilijk inzien, dat er wél een rechtsgrond bestaat tot verplichte verzekering voor uitkeering bij ziekte, en niet tot verzekering voor geneeskundige hulp. Het tweede argument vervalt, wan neer de Staat, den arbeiders deze verplich ting opleggend, ook zijn eigen plicht be grijpt en de geneeskundige behandeling zoo inricht, dat de geneeskundigen hun medewerking niet weigeren zuilen. Dr. K. had er nog bij kunnen voegen, dat deze heele bewering van minister Talma niet anders is dan een ministerieel uitvluchtje. Immers bij de Ongevallenwet is de medewerking der geneeskundigen wel degelijk geregeld en verkregen, zonder dat ooit van moeilijkheden sprake is geweest. Antirevolutionaire rechtsgronden hebben dit eigenaardige, dat ze juist altijd opdui ken, als ze noodig zijn om een Stokpaardje „Een verdwaalde heb medelijden, bij alle hei ligen was het antwoordt. Hij is hetDat nooitEn als hij van de rotsen afstortte Haar blik staarde hulp vragend in de ruimte. Ten laatste viel die weder op liet Kruisbeeld, en bleef daaop gevestigd. „Als het zonde ware, zoo hem te laten!" „Maak open de krachten ontzinken mij klonk het onduidelijk. „In naam van den Heer, die de zonde der wereld op zich neemt." Zij ging naar de deur en schoof den grendel weg De doek, die ze tot nu toe over de schouders had gehad, .'doeg ze voor het gezicht. Uit het aangren zend vertrekje viel een flauw schemerlicht op den grond. Een hooge magere mannengestalte trad bin nen met de handen een steunpunt zoekende. „Al uren dwaal ik in het bosch rond de nacht en het onweder hebben me overvallen de geze gende maagd zij gedankt die me hierheen geleid heeft." Hij bleef een oogenblik staan als wachtte hij een paar welkomstwoorden. Therese echter wees hem zwijgend het verlichte kamertje en sloot de deur weder, terwijl de vreemde het kamertje inging Zij volgde hem en trok de luiken weer dicht. „En wien heb ik te danken dat ik onderdak ben vroeg de man nu. Zij deed een paar schreden terug en wees op het kruisbeeld. „Hem," zei ze somber, „aan hem voor wien wij allen zondaren zijn." De gast maakte een kruis en keek weer naar het meisje te vergeefs haar gelaatstrekken trachtende te onderkennen. van een ander antirevolutionair leider te verdedigen. Zoo is het ook met den rechts grond van minister Talma. In een volgend artikel zullen we nagaan, welke bezwaren de werkgevers tegen het ontwerp hebben. Sprekende cijfers. Minister Kolkman heeft aan de Kamer medegedeeld dat spoedig welvaartswet ten" aan het oordeel der Kamer zullen worden ontworpen. Dat is nu nog eens je ware. Welvaartswetten, wie zou ze niet wenschen. Vast en zeker beteekenen die woorden van minister Kolkman, dat Staats- pensioneering in aantocht is en de 461/2 miilioen aan het militairisme niet zal wor den verspild. Of bedoelde de minister mis schien, dat minister Talma zijn onchriste lijk voornemen om de rechten der arbei ders, bij de Ongevallenwet verkregen, ver korten, heeft opgegeven. Helaas, lezer, niets van dat alles. Wel vaartswetten is de mooie naam voor de ramp der protectie, die dit „christelijk" kabinet over ons land wil brengen. Wat die welvaartswetten van minister Kolkman voor den arbeider beteekenen, toont de heer Ter Kuile aan. De heer Ter Kuile is een groot fabrikant te En schede. Hij heeft eens den invloed van zulke Kolkmanniaansche „welvaartswet ten" in Duitschland nagegaan. Zijn cijfers verzamelde hij in de Nederlandsche stad Enschedé en de Duitschc stad Gronau. Zij leeren het volgende. De arbeider betaalt gemiddeld te Enschedé te Gronau voor huishuur per week fl,95 f 2,10 voor drinkwater per M3 0,15 0,09l/a aan directe belasting bij een inkomen van ruim f 12 per week 3,75 14,86 aardappelen per kilo 0,03 0,03 tarwemeel per pond 0,09 0,11 tarwebrood per pond 0,09 0,10 roggebrood per pond 0,05 0,08 melk per liter 0,08 0,09 margarine per pond 0,46 0,42 (te Gronau iets minder van kwaliteit) rundvleesch per pond 0,42 0,45 spek 0,40 0,54 vet 0,42 0,60 „Waar ben lk V' vroeg hij eindelijk. Weder wees zij op het kruisbeeld. „In de hand des Heeren Maak het u gemakkelijk. Ik zal voor wat spijs en drank zorgen, in geval u wat opknapping noodig hebt. Van nacht kunt u hier in dit vertrek doorbrengen. iNiemand zal u storen." Ze ging weg en kwam spoedig met wat eten terug. De vreemde had een overkleed uitgetrokken en zat nu aan de tafel met de oogen als vragende naar het achter den doek verscholen gelaat der gast vrouw te staren. Maar zijn pogingen waren te ver geefs. Met een zwijgende groet verliet Therese het vertrek. „Ze schijnt alleen in huis te zijn," dacht de gast. Hij begon na te denken. „Deze gestalte deze stem 't Is of ik ze meer heb gezien, gehoordHet moet lang geleden zijn, dat ik deze eigenaardige stem heb gehoord Hij schoof het eten opzijde, nam slechts een teug drinken. „Ik wil probeeren, voor het verdere van den nacht wat te slapen, de laatste uren waren vreeselijk Hij sloeg een kruis en zijn lippen prevelden een gebed. Daarop strekte hij zich uit en sloot de oogen. De morgen Jwas aangebroken. De storm had uit gewoed, maar nog stroomde de regen neer. Therese had den nacht in de keuken zittende doorgebracht. Geen slaap had haar oogen geloken. Als ze aan den man dacht, die nu onder haar dak een onderkomen had, balden zich hare vuisten, steeg haar het bloed naar het hoofd en keek ze somher voor zich uit. Zij verlangde naar den komenden dag. Het begon in het oosten te schemeren. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1911 | | pagina 1