Officieel Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede.
EEBSTE BLAD.
Woensdag 15 Februari 191 I.
iVo. 13
Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
Zonder vrede.
I lde Jaaryimy.
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
TXItgra/ve der
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels f 0,60.
Iedere regel meer0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Ziekteverzekering.
In een onzer vorige nummers bespraken
wij de voorgestelde ziekteverzekering. Op
den voorgrond stellende, dat in verschillen
de gevallen de verplichting tot verzekering,
door den Staat opgelegd, onafwijsbaar is,
wordt terecht door nagenoeg alle kringen,
zoowel arbeiders als werkgevers of dokto
ren er tegen geprotesteerd, dat het inge
diende ontwerp weinig of geen rekening
houdt met de fondsen, welke reeds door
particulieren zijn opgericht. Minister Talm a
en met hem de antirevolutionaire partij
richten op verzekeringsgebied de oogen
klaarblijkelijk naar Duitschland. Sinds de
dagen, dat dr. Kuyper in de felste bewoor
dingen het Duitsche stelsel veroordeelde,
is zijn afkeer omgezet in een hartstochte
lijke liefde. Thans is gedwongen premie
verzekering, ook voor den ouden dag,
je ware. De brave Patrimoniummannen,
die evenals de overige arbeiders, loonen
verdienen, waarvan de premie niet afkan,
laat men motie's aannemen tegen Staats-
pensioneering en roerend jammeren. Duy-
maer en de vrinden, dat die slechte neu
tralen enkel maar willen putten uit de
staatskas. Een Patrimoniumman is heel
iets anders, die wil betalen. Zoo zegt
broeder Duymaer en broeder Van Vliet
en als deze broeders het zeggen, zal het
wel waar zijn 1 Dat ook „christelijke"
kleine luijden niet bijster zijn ingenomen
met Talma's ontwerp, blijkt wel uit de
motie's, die hier en daar zijn aangenomen
tegen het plan des ministers. Dat wel
degelijk de mogelijkheid bestaat rekening
te houden met de vrijwillig gestichte
ziekenfondsen, leeren ons Denemarken,
Zwitserland, Frankrijk België, Engeland,
Zweden enz.
Vooral in de eerste twee landen heeft
de Staat eene regeling getroffen, die tot
een krachtigen bloei van het vrijwillig
verzekeringswezen heeft geleid.
De Deensche wet is zeer eenvoudig. Alle
ziekenfondsen kunnen, mits aan zekere
voorwaarden voldoende, door den Staat
worden erkend en worden alsdan door den
Staat gesubsidieerd. Op die erkende fond-
PBÜILLErOff.
DOOR
A. TRINIUS.
5).
De raenschen echter, die haar zagen, staken dan de
hoofden bijeen en gaven medelijden en deelneming
te kennen. Therese was veranderd niet alleen inner
lijk maar ook naar gestalte en uitzicht. Innige bitter
heid verteerde haar heimelijk. Stil was het op den
Steenhof, en er kwam een tijd dal het daar nog stiller
werd. Dat was de tijd toen men de gestorven Barbel
naar het dorp bad moeten dragen, om haar op 't
kerkhof in geweide aarde te begraven.
Therese had haar tot aan den ingang van het
kerkhof gevolgd, waar de priester met de koorknapen
de lijkstoet afwachtte. Daar had ze een iaatsten be
droefden blik op de kist der oude trouwe vriendin
geworpen en was toen omgekeerd, terug naar haar
verlaten woning.
Als het kleine huishouden gedaan, de geit ver
zorgd was ging ze meestal naar de openplaats dicht
bij het huis. Het rotsblok onder den eschdoorn was
allang haar lievelingsplek geworden. Daar kon ze
hare gedachten ongestoord laten gaan, terugdenken
sen wordt van Staatswege een zeker toe
zicht uitgeoefend. De voorwaarden om door
den Staat erkend te worden, zijn weinig
bezwarend. Zij^ komen hierop neer
le het ledental mag in den regel niet
minder zijn dan 50, doch in enkele ge-
gevallen is afwijking toegestaan. 2e het
fonds moet bestemd zijn voor een bepaald
bedrijf (landbouw, nijverheid of handel)
3e als leden kunnen alleen worden toege
laten onbemiddelde arbeiders 4e de leden
mogen bij toetreding niet jonger zijn dan
15 jaar en niet ouder dan 50 jaar 5e de
contributie's moeten aldus zijn bepaald,
dat de fondsen daaruit en uit hun overige
inkomsten, waaronder het subsidie van
den Staat, geacht mogen worden te kun
nen voldoen aan hun verplichtingen 6e de
Statuten moeten aan de leden (en aan
hun kinderen beneden 15 jaar) bij ziekte
bezorgenVrije geneeskundige hulp of,
zoo dit noodig is, kosteloose verpleging
in een ziekenhuis, bovendien een uitkee-
ring van ziekengeld, waarvan het bedrag
wordt berekend naar ieders afzonderlijk
loon of naar alle gemiddeld loon de zieken-
geld-uitkeering moet in twaalf achtereen
volgende maanden gedurende ten minste
dertien weken worden verstrekt.
Voor de fondsen, welke aan deze voor
waarden voldoen, stelde de Deensche Staat
aanvankelijk een bedrag beschikbaar van
f 350000. De verdeeling van dit bedrag
geschiedt in evenredigheid van het ledental
en van de jaarlijksche bijdragen der leden,
echter op dezen voet, dat geen fonds als
subsidie meer kan krijgen dan f 1,40 per
lid, verhoogd met het 1/s deel van de
totale contributie's der leden.
Het toezicht op de van Staatswege
erkende fondsen is al zeer eenvoudig.
Minister Talma heeft daarvoor noodig 80
betaalde voorzitters, -f- 80 advocaat-secre
tarissen, die een heerlijke kluif krijgen
de 250 artikelen van Ziektenwet en Raden
wet (prachtig begrijpelijk voor arbeiders
-)- een nog niet te bepalen getal ambtenaren,
dat wel niet gering zal zijn. In Denemar
ken benoemt de Kroon één inspeteur, die
bevoegd is inzage te nemen van de boeken
der fondsbesturen, hen met raad en daad
moet bijstaan en zooveel mogelijk moet
bevorderen, dat nieuwe fondsen worden
opgericht. Dank zij die eenvoudige regeling
bedragen de administratiekosten niet,
aan de dagen van haar verloren geluk en aan hem,
die de wereld in was en met ze alles verloren had,
wat haar het leven waard te leven had gemaakt.
Op een dag evenwel hield ze een brief van hem in
de hand en ging er een lichtstraal van vreugde over
haar ingevallen gelaat.
„Hij heeft het geluk gevonden! God zij dank!"
fluisterden hare lippen.
Maar toen zij den brief open gemaakt en de korte
inhoud gelezen had, zat ze weder stil neer en rol
den de tranen haar langs de wangen. „Ik heb trouw
woord gehouden, Treeze, en tot heden toe gezwegen
schreef hij. „Tot ik het geluk zou vinden. Gezocht
heb ik het niet meer, omdat er geen voor mij meer
te vinden zou zijn. Nu echter komt het toch tot me.
Ik voel, dat mijn dagen geteld zijn en ik wist, dat
het {zoo komen moest, toen ik van je wegging Ik
kan het niet overleven en het heeft mijn hart ver
teerd. Als ik het geluk gevonden zal hebben. Kan
ik het je niet meer zeggen. Neem dan beden mijn
Iaatsten groet. Jij was mijn alles, mijn eerste en
mijn laatste. God moge je behoeden, als je nog in
lever. zijt. Ik voel het ook jij kan me niet vergeten.
Leef voor altijd wel.
Na het ontvangen van dit weemoedige schrijven
bracht Therese haar dagen in knagend verdriet
door. Meer dan ooit verlangde zij zelve naar den dood.
Het scheen baar een geluk te kunnen inslapen
zonder weder te ontwaken. Weken gingen voorbij.
De zomer liep ten einde, toen kwam er weder een
brief op den steenhof. Dit maal was het adres met
vreemde hand geschreven. Ook zonder den brief
gelezen te hebben begreep Therese, dat het liefste
op aarde haar ontnomen was. Toen zij de weinige
regelen, die haar meldden, dat Frans zacht ontslapen
was, tot het laatste haar gedenkende, gelezen had.
zooals bij onze ongevallenwet 92 cent per
gulden uitkeering, doch slechts 6 dei-
uitgaven. Het stelsel van minister Talma
zal heel wat boven die 6 °/0 komen
De Deensche wet heeft de volgende
resultaten gehad. In 1905 waren er 1482
erkende kassen, welker inkomsten 6472000
kroonen bedroegen, waaronder 4275000
kronen aan premiën van leden, 176000
aan rente van het reservekapitaal, 120000
gemeentelijke bijdragen en 1842000 aan
staatssubsidie. De uitgaven beliepen
7376000 kronen, waaronder 2084000 aan
ziekengeld, 614000 aan verpleging in
ziekenhuizen, sanatoriums enz. 235000 aan
geneeskundige hulp, 749000 aan medi
cijnen. 447000 aan administratiekosten.
De gezamenlijke reservefondsen bedragen
6445000 kronen. Uit deze cijfers blijkt
voldoende, tot welken bloei het verzeke
ringswezen in Denemarken is gekomen.
Al zou slaafsche navolging van het
Deensche stelsel voor ons land zeker niet
gewenscht zijn, toch zou het ontwerp
Talma met heel wat meer sympathie zijn
ontvangen en aan vele bezwaren zijn tege
moet gekomen, als de minister meer op
Denemarken dan op Duitschland had gelet,
al zou de schandelijke verkorting der
rechten, die de arbeiders door de Onge
vallenwet hebben verkregen, het ontwerp
nog onaannemelijk maken.
De goede resultaten van het Deensche
stelsel blijken nog beter uit de volgende
cijfers: „Onder het stelsel der vrijwillige
verzekering is in Denemarken een even
groot percentage der bevolking als in
Duitschland onder het stelsel der dwang
verzekering. Volgens de statistiek van het
Kaiserliches Statistisches Amt was de be
volking in Duitschland 63 millioen, het
aantal voor ziekteverzekerden 13,2 millioen,
het is dus bijna 21 pCt.in Denemarken
bedraagt de bevolking 2,7 millioen, terwijl
het aantal verzekerden 595000 of 22 pCt.
bedraagt." (Soc. Weekbl.) Het is door deze
gegevens verklaarbaar, dat het Duitsche
dwangstelsel in de 27 jaar, dat het werkt,
slechts navolging heeft gevonden in drie
landen nl. in Oostenrijk, Hongarije, het
kleine Noorwegen en het nog kleinere
Luxemburg. Daarentegen hebben zoowel
Zweden als Zwitserland nieuwe wetten in
gevoerd, die het stelsel der vrijwillige ver
zekering huldigen. Zal het ontwerp Talma
8tond het arme meisje lang stil bij het venster. Geen
tranen welden op in haar oogen, strak en onbeweeglijk
keek zij naar de vlakte in de verte. Een besluit
kwam in haar op en spoedig was het genomen.
Nog denzelfden namiddag bracht ze de geit, haar
eenige huisgenoot naar den herder van het dorp,
deed enkele inkoopen en ging stil den brug weer op.
Haar gelaat scheen op dezen dag als van steen. Niets
bracht er meer leven in, moede en klankeloos was
haar stem. Den volgenden morgen, terwijl de zon
nog achter de bergen verscholen was, sloot zij de
hut en ging met een klein reispakje, met hoed en
mantel den weg op. In enkele uren had ze het naaste
spoorwegstation bereikt, van waar ze met den eersten
trein vertrok en uren langtusschen tuinen en velden,
dorpjes en kleine steden spoorde tot ze laat in. de
namiddag uit den trein stapte en een rivier te voet
vojgde, tot ze tegen den avond een klein landstadje
bereikte. Zij ging de poort in, en door voor haar
vreemde stegen en straatjes tot op het marktplein.
Zij had het wel kunnen uitschreeuwen van verdriet,
een nameloos gevoel van weemoed overviel haar,
dat haar het ^hart deed ineen krimpen. Zij vroeg
naar het kerkhof. Verwonderd zag men haar na,
toen ze met versnelde schreden voort eilde. Nu was
ze op den stillen doodenakker. Zij vond er een ouden
tuinbaas, wien zij met bevende stem naar het graf
van Frans vroeg. De man zag haar vriendelijk mede
lijdend aan en ging haar langzaam voor. Hij wees
haar op een plek van een met bloemen bedekten
heuvel, die voorloopig met een genummerd stuk
hout was gemerkt.
„Daar rust de arme man," sprak de oude „De men-
schen zeggen dat hij aan een gebroken hart gestor
ven is. U is zeker een bloedverwante?"
Therese scheen de vraag niet gehoord te hebben.
ooit het Staatsblad bereiken, dan zal o.i.
den minister maar één weg openstaan. Hij
zal zijn ontwerp moeten terugnemen om
het geheel omgewerkt opnieuw aan de
Kamer aan te bieden. Welke bezwaren de
neeskundigen, die bij de ziekteverzekering
het grootste belang hebben, tegen dit
ontwerp hebben, willen wij in het volgend
nummer uiteenzetten.
De antithese.
De heer Van Asch Van Wijck, trouw
volgeling van dr. Kuyper en antirevolutio
nair Kamerlid, heeft dezer dagen een rede
voering te Zeist gehouden. De Hoogedel
gestrenge was maar bijster slecht te spre
ken over minister Kolkman. De heer Van
Asch van Wijck heeft een reuzenontdek-
king gedaan. Edison's uitvindingen zijn er
niete bij. De heer Kolkman heeft, het is
waarlijk meer dan verschrikkelijk, hij heeft
de ergste kwaal, waarmee een coalitie-
minister kan behept zijn, hij is minstens
staatsgevaarlijk voor zijn acht collega's,
hij heeftLinksche neigingen De lezer
rilt ongetwijfeld bij de ontzettende ge
dachte alleen! Nog juist bij de begrooting
heeft dr. Kuyper zoo roerend gesproken
van de heterenomie, het erfdeel van de
mannen van Rome en Dordt met baron
Lehman en de kuische Mathilda erbij in
begrepen, of daar komt de heer Van Asch
van Wijck openbaren, dat de heer Kolk
man, door dr. Kuyper als goed hetero
noom den volke gepresenteerd, linksche
neigingen heeft. De kwaal openbaart zich
in de voorstellen van den heer Kolkman
Successiebelasting en rijksinkomstenbe
lasting, die de heer Kolkman uit de poli
tieke erfenis van minister de Meester heeft
gehaald. En de heer Van Wijck heeft ge
lijk. Het conservatisme is in 1909tehoop
geloopen en heeft aan de clericale coalitie
de zorg voor de brandkasten liever toever
trouwd dan aan de liberalen, om geen an
dere reden, dan dat men van de coalitie
een belasting-heffing hoopte, die de kleine
luyden zou drukken en de rijken weinig
raakt. En in plaats van die protectie voorop
te stellen, komt de heer Kolkman eerst
met andere wetten. Dat dit den conser
vatieven jonkheer niet naar den zin is, is
begrijpelijk en zoo zullen er wel wat meer
deren in de coalitie zijn.
Bleek en zwijgend wenkte ze met de hand. De tuin
baas bleef nog een oogenblik staan en trok zich
voorzichtig terng.
Therese was intusscben bet graf genaderd. Ze
wierp haar reislasch weg knielde ;neer, en met ge
vouwen banden scheen ze te bidden. Een oogenblik
later strpkte ze de armen nit. en wierp zich bitter
schreiend en klagend op den grafheuvel.
De zon was al langzaam gedaald toen ze eindelijk
opstond en naar den uitgang van het kerkhof wan
kelde. Zij bedacht toen het famalielid van den doode
op te zoeken, vaD wien zij de treurige tijding had
gekregen. Bij de oude vrouw wilde ze een paar dagen
doorbrengen alvorens naar huis terug te keeren.
Op den mooien zomer was een koude herfst ge
volgd.
Therese was al lang weer op den steenhof terug,
waar ze met den geit leefde als vroeger. Af en toe
spraken de menschen op het dorp, misschien meer
uit nieuwsgierigheid dan uit deelneming over de
eenzame daar in de hoogte. Ook kon haar wel eens
iets overkomen zijn als ze zich in lange beneden niet
vertoont had.
Ze was nu nog ernstiger dan vroeger. Soms teeken-
de zich een donkere onverzoenlijke trek op haar eens
zoo lief gelaat af. dat toch al lang zijn frisschen glans
ingeboet had. Vaak zat ze 's avonds onder den
eschdoorn en staarde ver over het vlakke land, in
de richting, waar liet, geluk van haar jeugd begraven
lag. Als evenwel de klok weer begon te luiden sprong
ze op en keerde in haar huisje terug. Dat was het
oogenblik waarop het haar weder te machtig werd
en dat de woede haar aangreep.
Wordt vervolgd