Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede. EBESTE BLAD. Miss Annie. Woensdag 21 December 1910. Flakkeesche Boek- en Handelsdrakkerij lde J Ut a fftiiH). No. 5 Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG. Prijs per kwartaal, franco per post 0,50. Afzonderlijke nummers0,05. "CTltg'a/ve der te Mid.delliai'nls. Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels Q,60. Iedere regel meer0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend. Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux nemen Advertentiën aan. Berichten van csrrespendenten en Advertentiën te adresseeren aan de Flakkeesche Boek en Handelsdrukkerij te Middelharnis. 0e oorlogscrisis. Betrekkelijk onverwacht is het tot een crisis aan het Oorlogsdepartement gekomen. De clericale bladen zullen ditmaal zich het genot moeten ontzeggen hun lezers wijs te maken, dat de ontslagname van den minister van Oorlog het gevolg is van de oppositie der linkerzijde. De val van minis ter Cool werd veroorzaakt door den mili tairen chef der Kuyperianen, den beroem den kapitein Duymaer van Twist. Zoo oogenschijnlijk lijkt de reden, waarom minister Cool heengaat, al zeer onbedui dend. Zijn voorstel tot regeling der officiers- jaarwedden vond in de kamer tegenkanting, omdat niet tegelijkertijd de pensioenen werden geregeld. Men meende, dat oude re officieren door het grooter wordend verschil tusschen jaarwedde en pensioen zoolang mogelijk in dienst zouden blijven, wat de weerbaarheid van het leger moet schaden, Minister Cool had al reeds toe gezegd, dat hij zooveel mogelijk aan de geopperde bezwaren zou tegemoetkomen. Het heeft hem niet gebaat. De kamer nam met 36 tegen 31 stemmen de motie van dr Kuyper's militaire paladijn aan, in welke motie werd uitgesproken dat salarisregeling en pensioneering gelijktijdig geregeld moeten worden. Minister Cool had deze motie onaannemelijk verklaard. Na de aanneming restte hem niet anders dan zijn ontslag te nemen. De lezer ziet, de kwestie ga at niet om eenig diepgaand beginsel. 't Is reeds meer voorgekomen, dat een minister aanbleef hoewel de kamer hem een heel wat sprekender nederlaag bezorg de. Vanwaar dan het heengaan van dezen minister Het is gemakkelijk genoeg te verklaren. Had de heer Cool de merk waardige buigzaamheid van ruggegraat van den Marineminister bezeten, dan zou hij" nog minister «jn De Marineman, dat is nog eens een minister naar het hart van den geduchten antirevolutionairen kapi tein, den heer Duyaiaer var. Jjwist. Geeft Excellentie Wentholt een vice admiraa' niet zijn congé, omdat hij de inmenging van een orthodoxen vlootdominé ongepast FEUILLETON. NAAR HET DUIT3CH VAN A. TRINIUS. (5) vond. Weigerde Excellentie Wentholt geen subsidie aan een vrijzinnige vereeniging te Den Helder en schonk hij de drie duizend gulden uit de schatkist niet aan een ortho doxe ofticierenvereeniging, waarvan nota- bene geen enkel actief dienend zeeofficier lid is Hield Excellentie Wentholt het gezag niet hoog door de machinisten, die wei gerden naar een schouwburgklucht te gaan, een slechte aanteekening in hun gedrag boekje te geven Dat is pas een minister. Minister Cool was niet als zijn Collega Wentholt zoo geschikt voor grootpropa- gandist van de coalitie-beginselen Van de Kuyperiaansche Zondagsheiliging moest de minister niets hebben. De schijnbaar onbeduidende kwestie van de motie-Duy- maer van Twist heeft wel degelijk diepere oorzaken. Van de 18 antirevolutionairen stemden er 16 voor de motie, waaronder ook dr. Kuyper. Spijt de 5941 komt de machteloosheid der clericale coalitie duidelijk aan den dag. Toen het clericale complot minister van Rappard had laten vallen, zouden zij op treden als redders van het vaderland in de militaire kwestie. Hun eerste minister Sabron, verknoeide vier honderdduizend gulden voor nuttelooze premie-vrijwilligers. Hij desorganiseerde door zijn tweeploe- genstelsel de legerorganisatie entrad af. De tweede oorlogsman der coalitie is al niet gelukkiger. Resultaat voortdurende opdrijving der oorlogsuitgaven. Van bezui nigingen zooals Staal en Van Rappard ze voorstelden onder het kabinet de Meester geen spoor. Thans zullen we hun derden specialiteit aan het werk zien gaan Wie het zal zijn Naar parlementaire gewoonte zou thans de heer Duymaer van Twist minister van Oorlog moeten worden. Minister Heems kerk durft Jveel, heel veel zelfs (Sybrandi- Schoolopziener, Huizinga burgemeester van Axel). Maar dat hij het zou aandur ven den kapitein Duymaer van Twist minister te maken, Jgelooft wel niemand, behalve 4 rnisschien de kapitein zelve. Heeft niettemin die ongelooflijke benoe ming plaats, dan zal het resultaat van het optreden van dezen guerilla-hoofdman, wel zijn, dat we in het militaire moeras blijven zitten en de Staatsburger alleen „Een scheidingspenning, liefsteHier woon ik en nu moeten we van elkaar gaan." Nu al, Annie?" „Ja, nu al? Je ziet, de huisdeur is reeds gesloten, kom, help me openmaken." Ze gingen beiden een paar treden op. 't Volgende oogenblik had Gerhard de zware deur geopend. Zij ging voor op 't portaal en hij volgde haar enkele schreden. ,,'t Is donker, Annie? Ben je niet bang?" „Ik? Neen! Ik was dit maar eens toen als kind in die nacht bij den grooten stroom. Sedertdien ben ik niet bang meer. En nu: goeden nacht, Gerhard." „Goeden nacht, AnnieHy wilde haar de hand toesteken. Maar in hetzelfde .oogenblik voelde hij zich door twee bevende armen omstrengeld en een kleine bevende mond raakte warm en bevende de zijne. Annie 1" „Goeden nacht, liefste I Blijf trouw blyfgoed!" goeden nacht 1" iek was er verloopen, dat beiden „Goeden nacht Meer dan een wee' elkaar niet gezien hadden. Op dien mooien zomer avond waren sombere regendagen gevolgd. Boven dien had Gerhard op een ochtend een korte mede- deeling van haar hand ontvangen, die hem be richtte, dat ze onwel was geworden, en tevens, dat ze hoopte, dat het spoedig over zou zijn. Dan zou ze zich in het weêrzien verheugen. Dit alles had eerst Gerhard teeneer geslagen. Maar zijn vrienden zorgden er voor dat de maalstroom van het drukke Hamburg8che leven geen ernstige schaduw deed opkomen. Als dronken liet Gerhard zich op de golven van dat leven voortslepen. Op een namiddag was na lang druilen de zon weer door de jagende wolken prachtig komen breken. Ze vergulde de toppen der lange donkere huizenreien en doopte de vensterkozijnen hier en daar in een vuurgloed. Het was bij het vallen van den avond, dat Annie met hare hospita, een vriendelijke oude weduwe, arm in arm langzaam door de straten slenterde. Toen zij bij den uitgang van een winkelgalerij, onder de schaduw der boomen langs den Alster waren aange land, klapte Annie als een kind in de handen. Ze vertraagde haar pas, tot zij aan het ijzeren hek bij den oeverrand stond en met innig genot op het bonte gewoel der door elkaar wemelende schepen staarde. Het was inmiddels half donker geworden. Reeds hadden de stoomschepen hunne roode en groene 8ignaallichten ontstoken; uit de winkels aim de Jungfernstieg schitterde hel licht; in de paleizen was ook hier en daar reeds licht te zien, totdat op eens rondom de machtige havenkam de mooie elec- trische lampen ontvonkten en het mooie schouwspel in een tooverachtig licht doopten. in nog hoogere Oorlogsbegrootingen te lezen krijgt, wat „de redding des vader lands" door de clericale coalitie beduidt De stemming. Dat bij de stemming over de motie- Duymaer van Twist de antirevolutionairen de grootste schuld hebben aan den val van hun Coalitie-minister, blijkt uit de wijze, waarop de verschillende partijen stemden. Voor stemden 16 antirevolutionairen, 4 Roomsch-Katholieken 3 Vrije Liberalen. 6 Unieliberalen en 7 Vrijzinnig-Democraten, Tegen stemden 2 Antirevolutionairen, 10 Roomsch-Katholieken, 8 Christelijk Historischen, 1 Vrije Liberaal en 10 Unie liberalen. Uit deze cijfers blijkt afdoende, dat alleen de antirevolutionaire partij van de drie rechtsche groepen bijna eenstemmig den val des ministers heeft, veroorzaakt. Wat zouden de broeders geschetterd heb ben over een „zwak" kabinet, als dat eens van linksche groepen onder een liberaal bewind was gebeurd. Zou het met den steun van dr. Kuyper dan toch anders zijn gesteld dan hij in zijn r edevoering uitsprak De Papendrechtsche strafzaak. Zooals te verwachten was heeft de Papendrechtsche strafzaak tot uitvoerige debatten in de Tweede Kamer aanleiding gegeven. Dat kon niet uitblijven. De wij ze, waarop deze zaak door de justitie is behandeld, getuigde zoodanig van partij digheid en vooringenomenheid, dat het vertrouwen in een eerlijke rechtspraak bij duizenden geschokt is geworden. De schandalige manier, waarop de getui gen nagenoeg alle door drie krankzin nigendokters abnormaal zijn verklaard, heeft ieders verontwaardiging gewekt. Het groote nut, dat de Kamer de gerucht makende zaak uitvoerig heeft besproken, is, dat een herhaling van zoodanige rechts pleging wel geacht mag worden tot de onmogelijkheden te behooren. De schuld, dat de betrekkelijk onbeduidende zaak zoo maanden en jarenlang de aandacht van het publiek kon bezighouden, is te zoeken bij den eersten rechter, die vonnis Annie scheen niet te verzadigen te zijn in het kijken. Hare oogen straalden als van innerlijke ge lukzaligheid, en weder haar arm in die barer gezellin leggende, zei zekom mee, lieve mevrouw Jansen Laten we hedenavond eens erg onsoliede zijn. Mijn bart is zoo vol, dat met den besten wil ik niet aan naar huis gaan denken kan. Kom, laat ons hier in het koffiehuis aan het water gaan zitten en van den mooien avond genieten." En ze trok de vrouw lachen de mede in den kleinen volkstuin, die in een halven cirkel om de gezellige veranda van het sierlijk res taurant aan het water lag. Aldaar vlak tegen de omheining aan vleiden ze zich neer. Annie was dezen avond opgeruimder dan ooit. Ze lachte en scherste op den vroolijksten toon, zoodat de oudere dame haar met zichtbaar genoegen toelachte. Tusschendoor bewonderden ze weder de veelkleurige belichting van den Alster, terwijl liet inmiddels geheel avond geworden was. In de veranda bij den tuin hadden aan detafeltjesmeer- dere vroolijke gezelschappen plaatsgenomen. Vooral aan de eenige boektafel ging liet lustig toe. Eenige elegant gekleede dames zaten daar met verscheidene heeren in overluidruchtige stemming. Nu en dan drong een uitdagend vrouwengelach uit de veranda naar den tuin daar aangrenzende. Toen Annie zich eens omkeerde, ontwaarde zij een mooie brunette die juist opgestaan was en haar arm om den hals van den naast haar zittenden jongen man sloeg. Uit het sterk gepoederde, pikante gezicht straalden twee zeldzaam donker stralende oogén. „Kinderen, ik geloof stellig, dat onze vrind onge lukkig lietheeft!" riep ze op half spottenden toon. „Nou, nou dreunde daartegenin een mannelijke stem. „Ongelukkig? Dat komt in jouw gezelschap niet voor, Marj- te vellen had. Had de Dordtsche rechtbank indertijd de zaak naar den eisch behan deld, dan zou voorkomen zijn, wat is ge schied nl. dat het vertrouwen in de recht spraak is geschokt, tal van fatsoenlijke menschen tot minderwaardigen zijn ver klaard .en honderden guldens aan proces kosten zijn verknoeid. Zonder twijfel zal de behandeling der zaak in de kamer, waar de minister van Justitie onomwonden het rechterlijk beleid veroordeelde, het publiek doen inzien, dat voor practijken als in de Papendrechtsche zaak werden aangewend in de toekomst geen plaats zal zijn. De sociaaldemocraten waren met dit resultaat niet tevreden. Zij eischten overlegging van een rapport, dat minister Nelissen indertijd had toegezegd. De heer Duys, wiens redevoering weder eens ver beneden peil was, diende een motie in om van den minister die overlegging te eischen. Zeer terecht verwierp de Kamer die motie. Immers alles, wat men in deze treurige zaak kon verlangen te weten, is door de Kamerdebatten verkregen. Er moest een eind aan komen. Wie het te doen is om het bel ang der zaak zelve, begrijpt dat het nu uit moest zijn. Niet alzoo de soci aaldemocraten. Zij wilden de affaire als politiek agitatiemiddel nog gaarne wat uitbuiten. De verwerping der motie is hun een welkome aanleiding te vertellen dat zij de eenig-ware arbeidersvrienden zijn, dat zij alleen tegen klasse-justitie strijden. Die vreugde zij hun gegund. Waar vrijzinnigen als Limburg, Borgesius en van Hamel in zoo waardige redevoeringen zich gesteld hebben tegen de Papendrechtsche treur- zaak is het duidelijk genoeg, dat deze mannen evenmin iets van klasse-justitie willen weten als de sociaaldemocraten. Waar dit zoo duidelijk uit hun betoogen spreekt, mag op het geschetter der sociaal democraten niet te veel gelet worden. Propaganda. De crisis aan Oorlog heeft bewezen, hoe we aan politieke verrassingen blootstaan. De onmacht der clericale coalitie is daar van goeddeels de oorzaak. Niemand kan zeggen of niet op een gegeven oogenblik pen principiecle kwestie tot kamerontbin ding zal nopen, iïebben wii. vrijzinnigen, dan gezorgd, dat we klaar zijn? We zijn Allen lachten luid. „Geeft het maar toe," ging de eerste spreekster voort, „het kost niets. Hoe? Je wilt niet? De arme jongen is moe. Ja, Hamburger studies pakken aan. Kom hierzoo, zooZe streelde hem met de eene hand, terwijl de andere plotseling een kleine porte feuille uit zijn jaszak trok. „Let op, kinderen, nu komt het geheim: Portret en minnebrief der ge liefde." „Geef me mijn portefeuille terug, Maryl" riep nu half tegenstrevend een mannenstem, op het hooren waarvan de oplettende Annie zichtbaar bleek werd. „Ik vroeg 't je nogmaals. Nu doe het nu, Mary Maar de portefeuille bleef in hare handen. „Kinderenriep de vrouwenstem weder, „nu maakt de goede jongen ons nieuwsgieriger dan ooit. Zie daar, waarachtig, geen portret tochMaar hier een briefje! Sub rosa natuurlijk. „Je trouwe Annie. Dus het geliefde wezen heet Annie?!" „Mary! Je bent Oóh, en hier een bouquetje heidekruit I Hoe lief, hoe aandoenlijkMaar, meneer Möhring, zoo hadden we ons u toch niet voorgesteld!" Op nieuw steeg er een luid gelach van de hoek- tafel op. Annie was heftig opgerezen. Haar lief gezicht was aschgrauw geworden. Slechts met moeite hield zij zich overeind. „Mevrouw Jansen als 't u blieft laat ons naar huis gaan dadelijk terstond „Wat heeft u „Ik voel me ziek." Haar arm drukte zwaar op dien van hare geleidster. Wórdt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1910 | | pagina 1