1
Officiéél Nieuws- en Advertentieblad
voor Overflakkee en Goedereede.
EERSTE BLAD.
5de Jaargang.
Woensdag l November 1905.
No. 49
Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij
EEN SCHITTERENDE GEDACHTE.
•■■I - A
J
'm
f
V J
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofd-Agent voor Nederland C. W. BETKE, Advertentie-
Bureau Mosseltrap 2, Rotterdam.
XJltg-aTre ex er
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1 6 regels 0,60.
Iedere regel meer0,10.
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te adresseeren aan de Fiakkeesche Boek- en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
Leugen en bloed.
Een voorloopig comité zendt ons cir
culaires en inteekenlijsten tot propa
ganda voor een Vredestentoonstelling,
die in ons land gehouden zal worden in
het jaar der inwijding van het Vredes
paleis. En het doel ervan'? Bevordering
van den wereldvrede, strijd tegen den
oorlog.
Wel, wie zou daarmee niet instem
men Wie zou dat doel niet krachtig
willen bevorderen?
Wij, voorzeker, als wie in 't mid
del eenig nut zagen. Hebt ge wel eens
een schoonen droom gehad, lezer? Ai,
bij 't ontwaken was alle heerlijkheid
weg. Zoo zal 't gaan met de ijveraars
voor een Vredestentoonstelling, zij droo-
men een schoonen droom, die een droom
zal blijken en blijven.
Wereldvrede, vredesconferentie's, vre-
desbonden, och 't zijn onschuldige ver
maken. Maar voorkomen zij eenen bloe-
digen oorlog'?
Vadertje Czaar zendt een uitnoodiging
voor een tweede Vredesconferentie.
Hoort, nog schoot de donder van 't
kanon uit Mansjoerije, nog snerpen de
kreten der duizenden, die werden weg
gemaaid als slachtoffers van den wil des
Czaren.
Nog schrijnen de wonden van ontel
bare weduwen en weezen, omdat
hun man, hun vader tot kanonnenvleesch
moest dienen op bevel des Czaren.
Vadertje Czaar zendtfeen uitnoodiging
rond voor een tweede Vredesconferentie.
En Moskou's straten weergalmen van
het wee der geknechten, en Ruslands
eindelooze velden zien slechts schimmen
rondwaren, schaduwen van menschelijke
wezens, overgeleverd aan honger en ge
brek. Een rot van adellijke dieven steelt
het laatste penningske vaD den armen
Rus, werpt duizenden weg aan praal
en pracht, aan bijzitten en zwelgerij,
de horden der kozakken strijken als
vampyrs neer op de radelooze menigte.
FEUILLETON.
van Grete Olden,
(16) door K. te SI.
„Den vorigen winterdie vele uren— weet u het
nog, hoe wij elkander met pausen en keizers gekweld
hebben Ach, het is zoo belachelijk, neen, het is
recht treurig I',
En op eens was het gedaan met zelfbeheersching
en gekunstelde vroolijkheidde treurige, gelukkige
Rudi voelde plotseling het arme kopje van Toni
tegen zijn borst geleund, en zijn arm, die haar steu
nend omvatte, voelde dat het geheele lichaam beefde
van krampachtig weenen.
Een kort oogenblik bleven ze zoo staan.
In Radi's ziel kwamen verrukkende gedachten op.
Moest by niet dit kopje tusschen de handen nemen,
diep in die weenende oogen zien, het arme, verlaten
kind troosten, het duidelijk maken dat de trouwelooze
geen tranen waard was, die blinde, die zulk een schat
van zich afwijzen kon? Moest hij haar niet zeggen,
dat er andere mannen waren, die het een gave des
hemels zouden achten als ze zulk een schat de hunne
konden noemen dat er bijvoorbeeld een zekere dok
tor Rudolf Schmidt was, een eenvoudige Rudolf
Schmidt, zonder adellijken titel, maar met een hart
zoo vol liefde
Daar kraakte de deur.
Vadertje Czaar zendt een uitnoodiging
rond vooreen tweede Vredesconferentie!
Geen denkend mensch in 't Russische
rijk, of hij is geknecht door de beulen
van den Czaar. Honderden der beste
burgers kwijnen weg in de sneeuwvelden
van Siberië, slachtoffers van den schel
mentroep, die de Russische bureaucra
tie heet.
En kinderlijk smeekt het volk Vader
tje Czaar om hulp
Tot antwoord ranselen, en dooden de
Kozakken, heerscht het schrikbewind
van een Trepof.
Vadertje Czaar zendt een uitnoodiging
rond voor een tweede Vredesconferentie
Vadertje Czaar als vredevorst.
Het is leugen, het is bedrog.
Leugen, die hulde den man des bloeds
gebracht door de grooten der aarde.
Bedrog, dat droombeeld van den We
reldvrede! Engeland, lid der Vredescon
ferentie, en 't knechtte het Vrije
Boerenvolk, liet duizenden sterven in
de moordenaarskampen.
Duitschland, lid der Vredesconferen
tie en het slachtte mee de arme
Chineezen in een ougelijkeD kamp.
Nederland, lid der vredesconferentie
en het praattegoed den bloedigen
tocht in de Gajoelanden.
Leugen en bedrog, die droom van de
Wereldvrede.
„Ik stel mij voor, dat op het terrein
van de tentoonstelling vergulde zuilen
zullen aanwijzen, hoeveel kapitaal in de
laatste tien jaren door de verschillende
Rijken voor oorlogstoerusting is uitge
geven".
Zoo zegt de heer Ten Bosch in zijn
circulaire.
Is daarvoor een Tentoonstelling noo-
dig.
Neen, toont onzen arbeiders, ons
gansche volk slechts de cijfers der Ne-
derlandsche begrooting. Brengt hen tot
het besef, wat het zeggen wil, dat daarop
32 millioen staat tot instandhouding van
den grootsten gruwel der volkeren. Wijze
de Duitscber zijn landgenooten op de
millioenen en nog eens millioenen, die
„das Militar" aan de welvaart onttrekt.
De bezorgde ouders hadden niet langer kunnen
wachten met den zakdoek gewapend voor de oogen
traden ze binnen, omarmden hun ongelukkig kind,
slingerden verwijtingen en krachtige verwenschingen
naar Baden-Baden, dankten Rudi voor zijn trouwe
vriendschap en het tooneel eindigde met tranen en
handdrukken.
Rudi begreep dat het nu geen lijd was om aan
een hoopvolle toekomst te denken, waar men nog
vol rouw was over het verlorene. Ook hij haalde zijn
zakdoek voor den dag, streek.er mee langs de vochtige
oogen en veegde toen voorzichtig, zooals een orde
lievend man betaamt, de vlek af, welke Toni's tra
nen naast zijn borstzak hadden achtergelaten.
Een kwartier later zat men om de theetafel en
mevrouw Koopmans sprak van koffers pakken en
vertrekken.
Van koffers pakken en vertrekken werd op het
oogenblik ook druk op Antonienhoogte gesproken.
De table d' bote, die in den drukken zomertijd
drie zeer lange tafels vereischte, was nu tot twee
korte tafels geslonken, en daar vertoonden zich nog
open vakken aan. De touristen en de één-dag-gasten
werden zeldzamer, de avonden langer en koeler
alles toonde aan dat het reisseizoen ten einde liep.
De overgebleven gasten sloten zich nauwer aan
elkaar. Klaartje en haar Oost-Pruisische vriendin
hadden het deftige u laten varen en spraken elkan
der met je en jou toe. De overste werd steeds gene
raier in het mededeelen zijner heldendaden. De
jonge Amerikaansche apostel had toevallig in de
ziel van den Berlijner bankierszoon een goed te be
arbeiden veld gevonden, men zag die twee dan ook
voortdurend in een vertrouwelijk gesprek.
Maar ook deze getrouwen zouden weldra moeten
Zie, als het besef dier goddelooze ver
spillingen doordringt tot eiken eenling
des volks, als de massa zich daarvan
krachtig raakt bewust, dan pas gaan wij
gelooven aan een Wereldvrede.
Maar noch Uw vredestentoonstelling
noch het vredespaleis, noch een vredes
conferentie zullen daartoe veel bijdragen-
Neen, er is slechts één weg om den
oorlog te voorkomen.
Geef dien ouders, welke hun zonen
zien wegsleepen Sals kanonnen vleesch, de
beslissing over den krijg.
Ontneem den heerschers der wereld,
een czaar, een keizer en den drom van
grootkapitalisten die door moorden bloed
hun goudhonger stillen, de macht oor
log te verwekken. Democratie, uw taak
is het den wereldvrede te brengen.
Eerst als gij de balans houdt van oor
log of vrede, als gij de heerschzucht der
vorsten hebt gebreideld en het groot
kapitaal geknot, als gij de volkeren be
hoedt voor verblinding, zal de wereld
vrede bereikbaar zijn.
Welaan, aan ons is het door voort
durende propaganda de democratie in
te dragen in het Nederlandsche volk. De
„wereldvrede" zal er meer mee gebaat
zijn dan met den leugen eener Vredes
conferentie, voorgezeten door den man,
die schuldig staat aan den dood, het
lijden, het hongeren van honderdduizen
den.
De commissie tot Grondwetsher
ziening.
Met bek wa men spoed inderdaad heeft de
regeering de aangekondigde commissie
voor de Grondwetsherziening ingesteld.
Zij zal te onderzoeken hebben, welke
wijzigingen, behalve de veranderingen,
welke voor uitbreiding van 't kiesrecht
noodig zijn, behooren te worden aange
bracht.
Omtrent artikel 80 en de daarmee sa
menhangende (dus alle, welke op 't kies
recht betrekking hebben) heeft de com
missie zich niet uit te spreken, omtrent
die punten zal de regeering zelf met
voorstellen komen. Dat is maar goed ook.
Ware het anders, wij zouden de commis
sie met gerust geweten de galg voor
het algemeen kiesrecht kunnen noemen.
Want zij is voor 't grootste gedeelte
samengesteld uit tegenstanders van de
kiesrechtuitbreiding Het democratische
element is er slechts als zeer kleine
minderheid in vertegenwoordigd. Moeten
wij dit beschouwen als een triomf voor
het conservatisme, als een symbool van
de richting, welke bij dit kabinet zal
voorzitten? Heeft het Volk gelijk, waar het
schrijftZes ton voor de stallen en zes
antidemocraten in de kommissie: het
dozijn is vol, en wij kennen nu dit
ministerie? Wij gelooven dit voorshands
i nog niet. Eerder lijkt het ons toe, dat
de samenstelling dezer commissie geen
politiek karakter draagt, ware dit 't geval
dan zouden er twee richtingen in ont
breken, welke, indien de politiek had
meegesproken, een plaats hadde toege
komen. Doch blijkbaar is men er op
uitgeweest een zevental bekwame mannen
te kiezen en dan kan de keuze van dit
zevental gelukkig genoemd worden,
waar het voor de overgroote meer
derheid mannen zijn van meer dan ge
wone bekwaamheid.
Met de instelling dezer commissie is
het vraagstuk der grondwetsherziening
op het J terrein der practische politiek
overgebracht en het zal daarop blijven,
tot het zijn oplossing heeft gevonden.
Om meer dan één reden juichen wij dit
toe. In de eerste plaats omdat wij daar
door hoop kunnen voeden op een zui
verder partijverhouding. Het kiesrecht-
vraagstuk toch zal den politieken strijd
meer terug brengen tot de groote wor
steling waarom het gaat: conservatisme
of democratie. Eerst als die maatstaf
wordt aangelegd, komt het beginsel tot
zijn recht, wordt de strijd, al zij 't dan
teller, tevens mooier, bewuster en prin-
cipieeler. Dan zal de democraat van
rechts en links tot de toenadering komen,
welke 't belang der kleine luyden eischt,
dan zal de noodlottige lvuyper-scheiding
der schapen en bokken zijn belemme
rende uitwerking verliezen.
Voor wie er belang in stelt, worden
de namen der commissieleden hieronder
vermeld
mr. W. IJ. de Beaufort, lid der '2de
Kamer, voorzitter (oud liberaal)
mr. E. Fokker, voorzitter van den
scheiden, de een werd naar zijn woonplaats terug
gedreven door zaken, de ander door verlangen om
familie en vrienden weder te zien; hoe debedryvige
vrouw Kloiber verzekerde] dat nu eerst de mooie
tijd aanbrak daar regenvlagen niet meer zouden
hinderen en het gebergte zich in al zijn heerlijkheid
ging vertoonen, de gasten besloten te vertrekken.
Men hnd het plan opgevat om „eind goed, al goed"
nog een gezamenlijken tocht door het gebergte te
ondernemen, daarna zou ieder zijn koffers pakken,
afscheid nemen en vertrekken.
Op een schoonen, hoewel eenigszins frisschen
herfstmorgen brak het geheele gezelschap op om de
feestelijke afscheidspartij te beginnen. Zelfs vrouw
Kloiber was dringend uitgenoodlgd er aan mee te
doen, ofschoon zij geen afscheid nam van de streek.
Slechts Rudi deed niet mede. 's Middags zouden
de Koopmans afreizen en dan moest hij hen aan
het station voor het laatst de hand drukken. Klaar
tje had daar niet veel tegen in te brengen.
Met het instinct van haar vrouwen-, maar vooral
van haar dichteresseziel had zij reeds lang gemerkt,
dat tusschen haar broeder en mijnheer Baldenius
een zekere koelheid bestond, die voor dealgemeene
gezelligheid niet zeer bevorderlijk was.
Mijnheer Baldenius was juist altijd uitgeredeneerd
als doktor Schmidt verscheen hij zweeg dan terstond
en toonde duidelijk zijn misnoegen. En Rudi, de
zachtzinnige, gemoedelijke Rudi had iets gereser
veerds in woord eu houding, zoodra hij zich tot
mijnheer Baldenius wendde.
Het was voor Klara een treurig raadsel, waarom
de twee mannen, van welke zij den eenen zoo innig
liefhad en den anderen zoo hoog vereerde, waarom
juist deze twee elkander zoo slecht konden uitstaan.
Voor de eerste maal van haar leven was Klaartje
ontrouw aan haar broeder, daar zij zich gedurende
zijn afwezigheid geheel aau zijn tegenstander over
gaf, in alle eer en deugd, wel te verstaan. Dit was
zeer natuurlijk om wel twee zeer geldige redenen
ten eerste liet Klara's karakter geen familiariteiten
toe en ten tweede was de Oost-Pruisische dame voort
durend de onafscheidelijke metgezel van juffrouw
Klara. De pas verworven vriendin bad namenlijk
een veel te hoog begrip van meisjesvriendschap om
Klara's arm ook maar een oogenblik los te laten.
De twee. sterren waren voortdurend vergezeld door
den komeetBaldenius, doch de helder lichtende Klara
was nooit te bereiken door de altijd afwerende trawant.
Ook heden wandelden die drie in de aller ach
terste achterhoede van den vrij langen trein.
Mynheer Baldenius, met zijn veeljarige en alzijdige
ervaring, behandelde een onderwerp dat juist voor
deze gelegenheid geschikt was. Hij zette de dames
uiteen waarom hij uitstapjes als deze zoo recht ge
zellig vond. Tusschen zijn betoog vlocht bij toespe
lingen door van gevaarlijke ontmoetingen, welke hij
op tochten in gezelschap van Said-Pembas5had ge
had. Juist wilde hij, natuurlijk op vriendelijk aan
dringen der dames, zulk een expeditie gaan beschrij
ven, toen zich de overste als vierde in den bond der
achteraankomers aansloot.
Deze dappere krijgsman had in den laatsten tijd
een merkwaardige verandering ondergaan, maar een
verandering in zijn voordeel. Toen hij in het begin
van den zomer hier aankwam, had hij een zware
echt militaire snor, die er evenwel al tamelijk peper
en zoutkleurig uitzag deze was nu voor de oogen
der verwonderde table d'hotegasten langzamerhand
met een glanzend zwart overtogen geworden evenzoo
was het weinigje overgeblevene baar, dat zijn hoofd
nog omkranste, van kleur veranderd. (W. v