jBuitenlandsch Overzicht. Binnenlandse!! Nieuws. 2 de lijst met groote onpartijdigheid opge maakt, mi'. Van Raalte houdt een „razzia" en nu vallen een groot aantal clericalen af. Wij zouden zoo zeggen dat die on partijdigheid rare zaak lijkt als er een heele „razzia" gehouden moet worden Zou dit Roomsehe stukje soms ook een uitvloeisel zijn van de zoo gerenom meerde „loyale" oppositie der rechter zijde Diep treurig. In ons vorig nummer schreven we een artikeltje onder het opschift: „Leest niet enkel clericale bladen". Hoe treurig het met de waarheidsliefde van de cle ricale pers gesteld is ;en tot welk een vuile verdraaiing der feiten die heeren in staat zijn, blijkt weer eens uit het volgende stukje, overgenomen uit het antirevolutionaire baadje„Ünze Courant". Dit blad schreef onlangs het volgende vieze kattebelletje Diep treurig. De heer K e t e 1 a a r, als men weet, is de grootemond van de Ne derlandsche openbare onderwijzers. Hij spreekt voor hen in den Haag op 't Binnenhofin L u i k op de ten toonstelling overal. Ze mogen hem echter weieens 'n com missie van coijtröle of zoo iets ter zijde stellen. Want hij kan me dan raar aan 't doorketelen slaan Zaterdag pleitte hij voor 't idee, om de vrouw die in zekeren toestand is, toch onderwijzeres te laten, zij 't ook met 5 maand verlof. Daar had men wel ooren na op die vergadering. Maar werd gevraagd ge bedoelt toch zeker de gehuwde vrouw die in dezen toestand is, meneer Ketelaar? Nee, nee! meent de „vooruitstrevende" afgevaardigde van Amsterdam, de „Bur gerlijke Stand" maakt niets uit. Gehuwd of ongehuwd doet er niet toe. En dus, om de dingen op z'n Bijbelsch maar bij hun naam te noemen De heer Ketelaar en z'n metgenooten zien er niets geen been in, om de opleiding tot alle „christelijke en maatschappelijke deugden" op te dragenaan een hoer. Is 't niet diep treurig?" Natuurlijk hebben de kleine luyden, wien dit clericale lekkernijtje gepre senteerd werd, met de grootste ver ontwaardiging dien Ketelaar al ge- vonnisd. Ja, ja, die openbare onderwij zers, 't is wat te zeggen. 't Spijt ons wel, kleine luyden, dat wij er alweer op moeten wijzen, hoe die giftige blaadjes als Onze Courant en consorten, (ja, zelfs de groote, de eer lijke de waarheidlievende de christelijke Standaard nam het pamfletje op), wederom eens het Woord verkrachtten„Gij zult geen valsch ge tuigenis sprekèn". want ze logen weer, driest, brutaalweg. Want de juiste toedracht der zaak is deze Toen Ketelaar de rechtspositie van de onderwijzeres-moeder besprak, werd hem gevraagd, of hij bedoelde de gehuwde 'of ook de ongehuwde vrouw. Hij ant woordde, dat daarover in het Hoofdbe stuur van den Bond van Nederlandsche onderwijzers niet was gesproken, maar dat de onderscheiden onnoodig was, om dat bij zwangerschap van ongehuwde onderwijzeressen art. 36 van de proeve der wet op den rechtstoestand was toe te passen, dat ontslag mogelijk maakt wegens onzedelijk leven. De voorzitter der vergadering, die van de gebeele zaak niet wilde weten, zeide toen lachend „We zullen dus den bur gerlijken stand er maar buiten hou den. Zoo en niet anders zijn de feiten. Maar om de openbare school en de openbare onderwijzers een duw te geven, gingen Onze Courant en consorten eens heel onchristelijk aan het liegen. De Bode brengt de redacties van die mooie ibladen terecht in herinnering Spreuken 248 „Die denkt om kwaad te doen, dien zal men eenen meester van schandelijke verdichtselen noemen". Wij voegen er onze vroegere waar schuwing aan toe „Leest niet enkel clericale bladen Onze Troonopvolging. In verschillende bladen maakt de questie der Troonsopvolging een onder werp van bespreking uit. Tot nu toe bleef het huwelijk van Hare Majesteit kinderloos. Al is de hoop niet uitgesloten, dat de toekomst nog een opvolger uit 't huis van Oranje zal brengen, het uitblij ven van den huwelijkszegen is voorzeker een gereede aanleiding om deze ernstige zaak reeds nu onder de oogen te zien. Gesteld, dat Hare Majesteit eenmaal kinderloos komt te overlijden, wat dan Dan zou krachtens de Grondwet, de kroon komen aan een Duitsche linie van ons vorstenhuis. Aan een of ander vorst, thans regeerend over een miniatuur- staatje, zooveel Duitschland er nog eenige telt. Aan een opvolger, die gansch en al vreemd zou staan tegenover den Nederlandschen volksaard, onze gewoon ten en gebruiken. Aan een opvolger, die niet de minste genegenheid ooit ge toond heeft voor ons vaderland. Aan een opvolger, die opgevoed is ineen omge ving, die lijnrecht staat tegenover den vrijheidszin en de zich steeds meer ont wikkelende democratische begrippen van ons volk. Aan een opvolger, voor wien „das Militar" als hoogste wet in den staat geldt. Aan keen opvolger, die noch door traditie noch door historische wording met ons volk meeleeft. Aan een opvolger, die al die voorrechten mist, waardoor het huis van Oranje bii ons volk is geliefd. Is het nog noodig te zeggen, dat de mogelijkheid een dergelijke opvolging in de toekomst te wachten te hebben ons al zeer weinig toelacht? En duizen den met ons zullen van deze meening zijn. Komt het tot Grondwetsherziening, dan is het zeer zeker een ernstige vraag of ook deze questie niet onder oo<*en gezien moet worden. Over de zaak zelve treffen we een merkwaardig artikel aan in de Christen Democraat. Het blad is beslist van oor deel, dat, indien Hare Majesteit onver hoopt kinderloos kwam te overlijden 't koningschap in ons land vervangen zou moeten worden door de Republiek. Wordt, zoo zegt dit blad, ons volk weer gesteld voor een nieuwe keuze, dan moet de keuze beslist uitgaan naar de Republiek. „Niet alleen, omdat in abstracto be schouwd deze regeeriDgsvorm de meeste voorkeur verdient, maar ook omdat in concrete tweeërlei overweging de keuze in die richting moet bepalen „Eerstens, wijl alléén het Oranjehuis nr u-ijn eenige plaats in onze volkshistorie en in ons volksleven geschikt kan zijn om als regeerend vorstenhuis de taak van het constitutioneele koningschap in overeenstemming met ons volk naar zijn aard en gewoonten en sympathieën te vervullen. Geen vorstenhuis vindt in de liefde de toewijding des volks zoo hechte moreele stutten. Geen ander stamhuis zou in den volksgeest grondslagen van zoo groote soliditeit vinden. „En het vorstenhuis, niet gedragen door de algemeene volkssympathie, heeft te onzent geen enkelen steun dan dien van sabel en bajonet. Wantgrootsch vertoon, dat overal elders nog indruk zou kunnen maken, heeft geen vat op den nuchteren geest onzes volk met wat men smalend zijn „ploertige kleinburgerlijkheid" noemt. J „Waarin wij roemen! „En tweedens, omdat waarlijk diepge voelde piëteit voor het Oranjehuis moest doen wenschen,om den troon dei- Oranje's door geen ander dan dezen te zien bezet. „Diezelfde diepgevoelde dankbaarheid voor Gods leiding en bemoeienis met ons volk in zijn roemvol verleden, die de keuze in 1813 bepaalde en het Oranjehuis tot drager van de souvereine waardigheid liep, diezelfde dankbaarheid moest weer de keuze bepalen, als ons volk opnieuw door God voor een moment van zoo ontzettend gewicht werd geplaatst. „En dan zou het Nederlandsche volk geen giooter hulde kunnen brengen aan de nagedachtenis van een dan weggestor ven Huis waaraan Nederland zoo onnoe melijk véél heeft te danken, dan door zijn plaats in het midden onzes volks ledte te latengeen ander Huis waardig te keuren om die ledige plaats aan te vullen. „Want een geheel eenige band zou dan door God zelf zijn ontknoopt, door geen anderen te vervangen." De conclusie, waartoe het blad komt, „dat wij tot de republiek moeten ko men, is ons veel symphatieker dan het vooruitzicht een Duitsch vorstje van den twaalfden rang tot monarch te krijgen. Voor dr. Kuyper is bij een eventiieele bespreking der questie in de Volksver tegenwoordiging volop gelegenheid van zijn oude voorliefde voor den republi- keenschen regeeringsvorm te doen blij ken. J straatrumoer. We kunnen gelukkig in 1904 eenige verbetering constateeren. Doch voldoende is de toestand nog lang niet. De voortreffelijke maatregel, dat op dien dag de herbergen gesloten moe ten zijn, zal veel kwaads voorkomen. Doch in de eerste plaats dient het besef bij de jonge mannen zelve levendig te zijn dat het beschonken-langs-de-straat- waggelen hen verlaagt beneden het rede- looze dier. Jonge mannen, bedenkt welk een dui vel de alcohol is. Onnoemelijk veel wee brengt hij in de gezinnen, onnoemelijk veel schade brengt hij uw lichaam en uw gezondheid Als de lotingsdag weldra daar is, toont dan, dat gij dien duivel weet te weer staan, geen uwer mag dien dag dronken langs de straat zwieren. In de eerste plaats niet om den overlast, dien uwe medeburgers daardoor ondervinden. In de tweede plaats niet, om de schan de, die gij u zelf aandoet. En, weet ge niet, hoe die drank op den lotingsdag telken jare wederom lotelingen ten vloek wordt? Weet gij, als de drank u den baas is, wat gij doet Eén ongelukkige slag, één ongelukkige stoot en ge stort u zelf en uwe verwanten, die in spanning uw thuiskomst atwachten in diepe droef heid en ellende. En als er daar een onder uw kame raden mocht zijn, die u sart, omdat gij niet drinkt, laat valsche schaamte u dan er niet toebrengen voor de verzoekin; te bezwijken. Bedenk dan, dat duizenden reeds den alcoholduivel uit hun woningen verban den. Jonge mannen van Flakkee, weestop dien lotingsdag flinkHelpt mee om de dronkemanstooneelen van den lotingsdag dat zwieren, joelen en tieren uit de wereld te helpen. Dat kan geen waar genot zijn, dat zich verlagen beneden het dier. Dat kan geen ware moed zijn, die u sart een borrel te drinken. Neen, gij zult op dien lotingsdag de verleiding weerstaan, begrijpend, dat het een zegen zal zijn èn voor uzelf èn voor uw verwanten. Lotingsdag. Nog enkele weken en dan zal weer het lot beslissen wie onzer jeugdige eilandbewoners het vaderland mag dienen en wie vrij uit mag kan. De lotingsdag staat van ouds als één der beruchtste dagen bekend. Drankmisbruik is dan vaak de oorzaak van vechtpartijen en De stakende arbeiders van de electriciteits- industrie te Berlijn hebben zich schitterend gedragen, ze handhaafden een waardigheid, die met den ernst van de kwestie waarover het ging, overeenstemde. Nergens werd ge vochten, de lieden die werken wilden, wer den door niemand lastig gevallen. Toen onlangs een troep kwajongens wilden be ginnen opstootjes te maken, stond de arbei ders politie de gemeentelijke politie kracht dadig bij. Het was, voor zoo ver bekend is, voor het eerst, dat een stakingspolitie optrad, althans de taak van de bekende „posten" bjj vroegere stakingen schijnt niet zoo uit gebreid geweest te zjjn. Het zedelijk zeer hoog peil, waarop deze staking zich beweegt, moet vooral de oorzaak zjjn van het feit dat de Berljjnsche stakingspolitie ook door het buiten den strijd staand publiek met eenig ontzag wordt behandeld. Opvallend was ook de kalmte, waarmee het stakend personeel de bijna ongehinderde voortzetting van de bedrijven aanzag; dat wijst opeen toestand, die deze staking van veie anderen onderscheidde: de meeste stakers zijn bij uitstek geoefende werklui, die in de bedrij ven op den duur toch niet kunnen gemist worden. Daarbij komt, dat vermoedelijk zeer sterke weerstandskassen aanwezig zjjn. Geen enkele aanleiding tot die ellendige zenuwachtigheid, die zooveel stakingen de openbare belangstelling doet verliezen, was hier dus aanwezig. En daardoor kon de strijd gebracht worden op een punt, waarbij het persoonlijk belang op den achtergrond trad, en alleen het algemeen, het sociaal belang zwaar woog. De stakers behaalden bovendien nog het voordeel dat 800 werklieden van Siemens en Halske, Siemens en Schuckert en de Allgem. Elect. Geselsch. zich bij de bewe ging aansloten. Dit zijn arbeiders van de schroeivendraaierij der genoemde fabrieken waar schroeven van een geheel bijzonder soort gemaakt worden. De mogelijkheid om deze werklieden door andere te vervangen is zooals door directie in een brief aan de bladen moest erkennen, uitgesloten. Hielden die arbeiders de staking vol dan moesten naar het oordeel der di rectie vroeger of later alle werken worden stopgezet. Deze omstandigheid kenmerkt de staking al terstond als een zeer bijzondere. Dat deze staking, die met een betrekkelijk klein aantal personen begon, zich zoo snel kon uitbreiden dat er spoedig 40000 man aan deelnamen, is volgens het oordeel der patroons enkel gelegen in de regeling van het werk; het loon der arbeiders wordt niet berekend per uur, dag of week, maar alles wordt aangenomen. Sedert lang bestond wantrouwen tegen over dat werken in het aangenomen of die „accoord arbeit" zooals de Berlyner het noemt, onder alle lagen van de bij electri- citeitsbedrjjven betrokken arbeiders. Men meende te moeten vreezen dat vroeg of laat het loon voor aangenomen werk zou worden verlaagd, waartoe de verzoeking bij de patroons zeer groot was, omdat de werklui zulke hooge verdiensten maakten. Het is een feit dat in vele fabrieken de neiging bestaat om op het akkoordloon te korten, zoodra het bljjkt dat de arbeider te veel verdient naar het oordeel van den directeur ofpatroon. Eén man behoefde dus maar in het Ber ljjnsche electriciteitsbedrjjf de vrees te uiten dat een korting op het loon voor de deur stond of zeer velen vielen hem bij en het begin der staking was daar. Ook de medewerking van andere afdee- lingen bleef niet uit, want het ging immers om aller belang. Opgemerkt dient nu verder te worden dat een goede regeling van het aangenomen werk in belang van beide partijen is. Zijn de werklui niet stellig verzekerd van de handhaving van een bestaand akkoord, dan trachten zjj zich zekerheid te verschaffen, teneinde het gevaar voor loonkorting voor zich en de kameraden af te wenden. Het gevolg is, dat het fabrikaat duurder wordt, niet alleen omdat het meer aan arbeidsloon kost dan noodig is, doch ook omdat de machines langer in gebruik blijven voor een bepaalde massa productie, want het belang van den arbeider eischt het niet in den kortst mogelijken tijd te doen, hij zou daardoor zelf loonsverlaging uitlokken. In dit laatste ligt de beteekenissparing van machinearbeid voor een standvastige productie, verhooging van de productie door een zoo voordeelig mogelijke exploitatie van de groote kapitalen in de machines vastgelegd en de hooge afschrijving die op de machines noodig is tengevolge van de groote concurrentie, dit is het punt waar de belangen van arbeiders en patroons elk ander raken. Sneller productie toch doet het loon stijgen en tegelijk de winst van den oudernemer, omdat machinearbeid wordt bespaard. Alles wat dus kan dienen om de productie snel ler te maken verkorte arbeidsdag, ver hoogde welstand, waarborgen voor het akkoordloon is in het belang van den werkman en van den patroon. Hierin ligt de beteekenis van den strijd te Berlijn opgesloten. De arbeiders strijden daar voor een waarborg, zonder welke hun maatschappelijke positie zeer zou worden verzwakt. Het is niet zeker dat de directies van de groote Berlijnsche electriciteitsbedrijven uit eigen beweging den strijd hebben aange bonden, misschien geven ze in theorie de arbeiders volkomen gelijk, doch zij hebben ook rekening te houden met de concurrentie. En wordt de strijd altijd gestreden op de manier als nu te Berlijn is geschied, dan is de eenige mogelijke oplossing dat de concurrenten een vergelijk tl effen omniet elkander ten koste van het bloed der ar beiders voortdurend op te drijven. Toen vooreenigen tjjdministerDelcasséin Frankrijk zoo plotseling aftrad, nadat er een heftige ministersvergadering was ge houden, schreven wij dat wel redenen voor die aftreding opgegeven werden, doch dat de ware reden alleen bekend waren bij lie den die achter de schermen konden kijken. Nu is uitgelekt, en dai hebben we vooreen zeer groot deel aan de Matin te danken, dat de minister zeer gevaarlijk was voor den Europeeschen vrede. De lezers zullen zich herinneren dat de verhouding tusschen Frankrijk en Duitsch land toen niet al te best was'tengevolge van de Marokkaansche kwestie. Von Bülow, handig als hjj is, had het zoover weten te brengen dat Frankrijk toestemde in een soort van scheidsgerecht. Maar dat was in het geheel niet naar den zin van Delcassé, Frankrijk moest groote mogendheid blijven en mocht zich niet als een staat van den tweeden rang de wet laten voorschrijven door Duitschland, het moest zijn eigen po litiek volgen en als Duitschland daar iets tegen in te brengen had, dan zou men het wel leeren, want Engeland was bereid met 100000 man in Sleeswijk-Holstein te vallen en wie weet wat nog meer. Rouvier evenwel was niet oorlogzuchtig gestemd, evenmin als het Fransche of Duitsche volk en Delcassé kreeg den raad (dien hij ook opvolgde) zijn gevaarlijke plannen in stilte voor zich zelf te gaan uitbroeden. Wat toen zorgvuldig geheim gehouden werd is nu bekend gemaakt. De gevolgen hiervan zyn vooreerst dat Delcassé alsregeeringsper- soon voor de toekomst onmogelijk is gewor den, dat Frankrijk en Duitschland op een beteren voet met elkander kunnen komen; dat Engeland, het moge dan nooit een der gelijke belofte officieel gedaan hebben, te beschouwen is als de grootste vijand van Duitschland, wat trouwens geen geheim was. Nu de oorlog in het Verre Oosten geëin digd is zal het oude Europa in weerwil van de bestaande drie-en tweebonden, heel wat te doen hebben om behalve het bijeen scharrelen van een tweede vredescongres ook nog de noodige nieuwe bonden te sluiten. Tram Rotterdam Hellevoetsluis! Zaterdagmorgen werd door de directie der Rotterdamsche Tramwegmaatschappij de eerste proefrit gedaan met de tram van Rotterdam naar Hellevoetsluis. By de sta tions en halten werd. evenals ne dienst was, gestopt, terwjj. teur het tijdstip van vertrek doorzjjn hoorngetoeter. Waarschijnlijk wordt de lij voor het publiek geopend: Trage en slechte betalers! Te Alkmaar hebben de den van de „Alkmaarsche ging", een incasso bureau tegen'kwade betalers te agt Dit zal in het vervolg op beuren: De quitantie wordt tweemaal geeft dit niet dan volgt maning daarna per gekleurde briefka ling dan nog uit, dan komt de(n) persoon in quaestie op De lijst wordt aan alle le den en eens in de maand bijge Te Breda is een vrachtrijder goederenloods het rangeerterrein steken en daartoe onder den doorkroop, tusschen de buffers raakt, tengevolge van den zaakt door een locomotief, c haakt. Hij moest naar het gas ■worden. De gouden bruiloft van Zw De bij vele Haarlemmers koopman Pieter Schaap, meer den naam van „Zwarte Piet", vierde Zaterdag zijn gouden Een prachtige bloemenmand termorgen op zijn vischbank as markt te Haarlem, hem aan ■eenige trouwe bezoekers van Uit Scheveningen. Weken achtereen werd do en visschers gejammerd omtr haringvangst, welke trouwen ste haringvangst-statistieken gebleken, totdat met de onst week van begin October ts groote scholen of spokken har opzetten, welke ten slotte n< woeste zee en aanhoudend visschersvloot groote maten heeft toegebracht, grooter da: jaren heeft plaats gehad. Hett repen, waaraan de haringvlete waren, konden de vracht der vangst niet houden en braken dan ook het kostbare visck vangsten naar de diepte zonl reederijen verloren gingen. De materieele schade alleen veningsche vloot daardoor vei naar schatting omstreeks f 150) waarbij nog komt hettjjdverli gere gedwongen werkeloosheic equipages, waarvan de scheper nu staken. Moordaanslag te 'sGravenh; Vrijdagavond even over tier in de' Francois Valentijnstraat hage een tooneeltje afgespee den opzet deed denken aan ei desdrama, doch naar de uitko: hoorde in een opéra bouffe. Een verstooten minnaar wa geliefde op, die dienstbode schappen deed, op de stoep Onder voorwendsel dat hij spreken wilde, sloop hij mee en loste daar vier scheten me op haar, echter zonder haar Vervolgens richtte hy het zichzelf, doch verschrikt door nietje aan de onderlip, dat he hem toebracht, bedacht hjj zi op een loopen en eindigde te gaan aangeven aan het Nieuwe Haven. Wat het geurtje der opéra 1 heele geval geeft, is intusschi het wapen, waarmee de aan; werd, een zóó klein, onschu' tje was, dat het wel leek uit bazar en dat het geladen was bertpatroontjes als liagelkorre De dader, zekere M.,iseenk de, die eenigen tijd geleden v met het slachtoffer, mej. R„ bode bij de dames V. Daar z van zyn liefde wilde weten, verkeering. Hjj vertrok daaro on Lyon, van waar hij scht ruggekeerd om den aanslag Een onopgehelderde misdaad te Velp, is de 60-,iarige wedu woning van de keldertrap geva bekomen verwondingen in t overleden. Daar er later bemerkt ws woning van de weduwe die door het personeel van haar wusteloos werd gevonden, eer waarde waren ontvreemd alf horloge en een bedrag aan g politie het vermoeden dat i het spel was. De justitie me in kennis gesteld, heeft het li laten schouwen, terwijl mi sub-officier van justitie een stelde, hetgeen ten gevolge 1 J. B. gepensionneerd O. I. m ganger van de weduwe S., ii te Arnhem is aangehouden huis van bewaiing gebracht. Dorpsmanieren. Te Putten is voor korten tijd een nieu gebouwd en voorzien van e om de dorpsgenooten voortdui te houden van den juisten t

Krantenbank Zeeland

“Vooruit!”Officieel Nieuws- en Advertentieblad voor Overflakkee en Goedereede | 1905 | | pagina 2