noo-
eer
V
I>KX.
99
99
Officieel Nieuws- en Advertentieblad
merk Anker.
t.
voor Overfïakkee en Goedereede.
DERDE BLAD.
ml
5(,e Jaargang.
Woensdag
1 Februari 1905.
No. 10.
Spijkenisse
Nieuwenhoorn
Znidland
Heenvliet
1HTER Co.,
lis bij A. TEEPE, te
DIJKEMA DOORN-
J, bij A. G. P. DE YRIES
[bij A. L. HOBBEL.
IIS,
Flakkeesche Boei- en Handelsdrukkerij
Succes verzekerd.
Succes verzekerd.
Ingezonden stukken
Landbouw
Gemengd Nieuws.
VC£R-
eXPELLEtT)
oHEUMATIEK f. I
pvCOUOHEDEW
flesschen a 51.', 75 en
Apothekers en Drogisten
|tbroam.
keten en Grootboek:-
Ijrand-, transpor
VOORUIT!
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG.
Prijs per kwartaal, franco per post f 0,50.
Afzonderlijke nummers0,05.
Hoofd-Agent voor NederlandC. W. BETKE, Advertentie-
Bureau Mosseltrap 2, Rotterdam.
XJitg'a.-ve d.er
te Middelharnis.
Prijs der Advertentiënvan 1—6 regels f 0,60.
Iedere regel meer0,10.
G-roote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend.
Alle solide Boekhandelaars en Advertentie-Bureaux
nemen Advertentiën aan.
Berichten van correspondenten en Advertentiën te atiresseeren aan de Flakkeesche Boek en Handelsdrukkerij te Middelharnis.
ïeder weet
dat het gemakkelijker is eene ziekte te
voorkomen als te genezen.
Ieder weet
dat kouvatting in de meeste gevallen
oorzaak der ziekte is.
Ieder weet
dat door een gevatte kou zeer dikwijls
ontstaan Influenza Maagongesteldheden,
en Rheumatische aandoeningen.
Ieder weet
dat voortdurende inwendige verwarming
van het lichaam alleen door toediening
van voedsel verkregen wordt.
lader weet
dat LEVERTRAAN wordt toegediend
aan zwakke en klierachtige gestellen,
zoowel voor oud als voor jong.
Ieder weet
niet dat alle LEVERTRAAN niet de
gewenschtte uitwerking heett maar als
ze goed is het middel bij uitnemend
heid is om kouvatting tegen te gaan. Men
neme daarloe slechts 30 gram per dag.
Ieder kan
welen dat LEVERTRAAN van DIJKE
MA DOORNBOS te Sommelsdijk
overal verkrijgbaar is, de beste is die
bestaat, en er zich van overtuigen door
ze te gebruiken.
daarop evenveel aanspraak te mogen maken als ieder
ander, maar wij willen vóór alles eerlijk man blijven
en stellen er den hoogstelt prijs op niet van oneer
lijke praktijken zelfs maar te worden verdacht.
De Zuid-Hollandsclie B. W. Suikerfabriek.
A. Jn. Smits.
Oud-Beierland, 27 Januari 1905. -
(Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie)
Mijnheer de Redacteur!
In Uw nummer van 25 vinden wij in twee inge
zonden stukken onzen naam genoemd. Het laatste
is ongeteekend en bovendien vervat in termen, die
bet ons onmogelijk maken daarop in te gaan.
Merkwaardig is echter zeker, dat gelijktijdig uw
blad eene advertentie bevat van de Hollandia, waar
bij deze verklaart, „toezeggingen boven of afwijkin
gen van haar contract niet te kunnen erkennen."
In antwoord op het eerste stuk diene het volgende.
De heeren A. Struik en J. Vroegindeweij verklaren,
dat zij voor zich hebben de contracten van de Hol
landia, waarin de bezwarende bepalingen, door ons
aangeduid, niet voorkomen, zoomede een brief van
een vertegenwoordiger van De Brnyn die een be
langrijk hooger bod doet. Wij nemen dit op het
woord van die heeren inzenders, ons overigens geheel
onbekend, onvoorwaardelijk aan. We houden hen,
en ieder ander, voor eerlijke lieden, zoolang het
tegendeel niet bewezen is. Maar dan zullen zij van
ons toch ook wel willen aannemen, dat De Bruyn
■ons herhaaldelijk en uitdrukkelijk verzekerde, dat
aan die fabriek overschrijding van prijs of voorwaar
den niet bekend of toegelaten was en dat Hollandia
•ons zelf de contracten mededeelde, waarin de door
•ons aangeduide bepalingen letterlijk voorkomen.
Wat hiervan te denken, zeggen de heeren inzenders.
Riet anders dan dit: dat De Bruyn en Hollandia
ons bedrogen of dat zij zelf door hun personeel
bedrogen werden of worden.
In geen geval echter, mijnheer de Redacteur, dat
wtf leugens zouden hebben gebezigd. Wij zijn „maar"
snikerfabrikant en „dus" in sommiger oog, zoowat
op één lijn te stellen met een straatroover of woe
keraar. Wij moeten zelfs „de schande" dragen van lid te
zijn van den Bond van Suikerfabrieken, en zijn daar
door wellicht van slavenhandel verdacht. Wij wen-
schen echter niet te treden in eene bestrijding van
deze dwaalbegrippen. We kunnen zelfs goed verdra
gen, in al die opzichten verkeerd te worden beoor
deeld. Doch moeten opkomen tegen de verdenking
dat wij, „groote heeren, mannen van zaken," ons
zouden kunnen of willen verlagen tot het gebruik
van zulke onzedelijke middelen, als die geachte in
zenders van ons onderstellen Inderdaad, daartoe
gevoelen wij ons èn te verstandig èn te groot.
Wij vertrouwen, dat de geachte inzenders dit bij
nader inzien zeiven zullen begrijpen en erkennen
trouwens de stukken zijn steeds te hunner beschik
king en zij dan ook niet zullen aarzelen hunne
grievende beschuldiging ten onzen opzichte te her
roepen.
Wij willen gaarne bieten lcoopen en wij meenen
Mijnheer de Redacteur!
Naar aanleiding der circulaire van de Zuid-Holland-
sche Beetwortel Suikerfabriek te Oud-Beierland, ge
plaatst in uw vorig nummer, verzoeken wij u, onder
staande circulaire verspreid door de „Hollandia"
te willen plaatsen.
Deze circulaire luidt als volgt
Ons is bekend dat de „Zuid-Hollandscke Beetwortel-
suiker fabriek" eene circulaire aan hare agenten heeft
gericht en die agenten machtigt om den inhoud aan
de leveranciers duidelijk mede te deelen en toete-
lichten.
Naar aanleiding daarvan en ter wille van de waar
heid deelen wij U het navolgende mede en verzoe
ken U dat op even doelmatige wijze ter kennis te
brengen.
De bedoeling van die circulaire van de Zuid-
Hollandsche Beetwortel'suikerfabriek" is om op de nadee-
lige conditiën,welke in onze contracten zijn vervat,
met nadruk té wijzen; maar men vergat, dat nadat
de conditiën, van den Bond bij ons bekend waren
wij eenige bepalingen hebben toegevoegd zooals
die zijn vermeld op het zoogenaamde gele strookje.
Wij zullen al die bezwaren een voor een behan
delen en laten aan een ieder over om deze wijze van
inlichten te beoordeelen.
Ie wordt beweerd „A7an het voorschot moet rente
worden betaald." Dit beweren is niet juist;
rente wordt in deze districten niet betaald.
2e wordt beweerd: „het hoopen is eerst na Oct. toe
gestaan en levering tot 15 November."
Waar de bepaling van „hoopen"' bezwaar maakt
daar kan die beperking ter royeering aan ons
worden voorgelegd. Levering na 15 November
kan worden geweigerd. Dit kunnen wjjst
dus nog niet op een bepaald verbod
3e wordt beweerd „de premie voor vroegere leve
ring komt er niet in voor, en wordt slechts
hoogstens voor de helft betaald." Dit beweren is
niet juist; de premie voor vroegere levering
wordt, op de gewone wijze betaald
4e wordt beweerd „het is verboden met meer'dan
ééne fabriek te contracteeren, zelfs op gewoon
contract en meer dan 42000 KG. per H.A. te leve
ren. liet leveren aan ééne fabriek namen wij
van andere contracten over, en wat. die 42000
KG. per H.A. aangaat, dit geldt in hoofdzaak
voor do participatie-contracten. De leveranciers
voor tel-quel-contract zullen tegen die hoeveel
heid wel geen bezwaar hebben.
5e wordt beweerd: „Eventueele ligdagen van den
schipper zijn voor rekening van den inlader."
Onze agenten hebben machtiging, om daar waar
dit niet gebruikelijk is, die bepaling te royeeren
6e wordt beweerd: „de pulpvracht is voor rekening
van den kooper." Is niet juist, dit. is evenzoo op
het strookje als wjjzigiug opgegeven, zoodra de
pnlpprijzen van den Hond bekend waren.
Verder meldt de circulaire als voordeelen, welke
aan onze contracten zijn verbonden
le dat eerst boven de 20 °/o de tarra wordt verdub
beld
2e dat de verkoopers 60 o/0 pulp kan afhalen (deze
60 0/0 moet zijn 50 o/0). Maar het voornaamste wordt
verzwegen, dat is de bevoegdheid die den leverancier
wordt gegeven om op participatie in de winst te
contracteeren; dit geeft het vooruitzicht op aandeel
in de winst zonder verplichting om hoegenaamd iets
in het verlies te deelen.
Het komt ons voor dat verdere toelichting onzer
zijds onnoodig is maar wij vermeenden liet aan de
waarheid en aan ons eigen belang verplicht te zijn
hier op de aandacht te vestigen.
HOLLANDIA
de Fabrieks-dircctie der Suiker fabriek
te GORINCHEM.
Onder dankbetuiging voor de verleende plaatsing
zijn wij
Eenige landbouwers.
P., 30 Januari 1905.
Menhear de Reddakteur
Wiljoe asjeblief 'n Weunsdag in je krantje 's een
brief voor mien ofdrukken? Jae!
Noe hier hei-je'n dan mit dit addres:
An de Kiezers van de Plaat, Den Bommel en
Stad.
Beste Vrinden,
Ik hé. eargisteraevond 'n vergaedering biegeweund
en ik had wel gewild, dat jule allemaele, die 'n
Weunsdag je stem he'n uutgebrocht, daer present
wazze geweest, 't Was op 'n durp in oens district,
waer de twea overgebleuven candidaten saemen
zoowat 'n zelfden tyd an 't. woord geweest binne.
Tk weet zeker, as al de kiezers vroeger hadden ge-
hoard, dat dan de getallen stéfnmen op .menhear
Pi.oadhmizen d'r wel beter nntgezien zon he'n dnn
noe, vooral wat de 3 durpen van Flakkee betreft.
Ik docht zoo in m'n eige: „Ik mos toch dat goeie
Flakkeesche volkje 's 't eau en 't o/tre, van wat ik
hoarde, vertellen. Ean heale boel van jule kennen
me nog wel, al bin ik mear dan 40 jaer nut m'n
lief geboorteland je weg en ik geloavc goed te doen
mit m'n ouwe vrienden en jonge kennissen nog 's
goed te wiezen op 't aldervoornaemste, waer 't om
gaet.
Om gean lenzen, ina'r om daeden gaet het. Wat
hén die twea hearen d'r best gedaen om dat an't
verstand van de menschen te briengen. D'r wazze d'r
wel 500.
Ik haó d'r zoowat van begrepe.
Menhear Roathuuzen heit voral dudelik laeten uut-
komme, dat het zittend-ministerie machteloas wordt
gemaekt door de coalitiedat 't mit handen en
voeten gebonden is, an'n macht, die het opschieten
healemaele behearscht. „Jae" zei t-i, „er is wel veul
gewerrikt op 'tpampier ma'r wat hei-je noe daer an,
as 'tnoe niet snaederkompt, as op 'tpampier, en,
as-t-er niks gedaen is voor al die „luudjea", die
„„geen dag en geen nacht"" konne wachten op ver-
beteriengen van d'r ellendige positie." En wat 't
moaiste was? Dat was dit: ('tWas tegen m'nhear
Vegtel) „Laet los van je verbond met de lui, die je
vleugellam maeken, en zeker is 't, dat je ons dae-
delik neöen je ziet, om saemen te werreken, an al dat
noadige voor land en volk in zn gelieal, niet voor
inkelden, maar voor allemaele, en vóórop die zaeken,
waeruut "t noe 's blieken most, dat an die onge-
lokkige posities van die „kleyne-luyden" een ende
zouw komme!"
De man maekte't oens noe zoo dudelik as ies, dat
ie nooit anders zouw doen, als mee zurgen, dat de
belastingen niet kwamme van de menschen die 't
niet hè 'n, maer daer, waer 't wel te vinden is. „Be-
lasting-betaelen an den ontvanger, dat wil-je niet,
dat ké je niet, maar langs de laè van den winkelier
enz. enz. betael je 't toch stiekuni aan 't Ryk Weet
je nog, ouwe Stattenaers, dat je zoo'n liaop centen
by Jan Kastelein mos brienge toen de belasting op
'tgemael by jule nog bestong en 't op otire plaessen
al was ofgeschaft? Dat was toen aokHoofdelijken
Omslag betaelen, dat ging niet, en toen mos je t.ocb
by J. K. je maêl-belasting betaelen, anders dan kón
je niet „mekken", en mos je dier broad bie den
bakker haêle. Allemael stiekeme belasting. Laeter
zei mnheer ,V. „Och, al'die kleinigheden bin zoo
erg niet
Wat me nog 't meeste plezier deê, dat was de ern
stige manier, waerop d'n beer Roadliuuzen sprak,
toen-i 't had over 't leven in huus en daerbuten,
toen-i-'t had over zien geloaven en over zien opvatting
van 't Goeie. Wie noe nog durft zeggen, dat zoo'n
man een paganist (heiden) is 't wier laeter een
politieke naem genoemd deur den debater. die
is ziende blind, zeker hoarende daof.
Kiek, zie je, as 'k'.noe 'n Vrydag gae stemmen dan
doe 'k dat mit te maer liefhebberie, omdat 'k dan
wete, dat ik stem op 'n man mit veul kennis, mit
'n vaerdige mond, mit 'n goed hart en mit een
uitvoerbaer plan voor de naeste toekomst, dat bie
gean beloften bluven kan, maar dat gauw ten goeie
mot komme an die Nederlanders die zicli niet willen
laeten inrekene, deur 'n macht, waervoor Oud-Neèr-
land nooit heit wille buge, zoolang ze de vrieheid
van d'r geweten voor gean inkelde macht, dan die
van God alleaue. h&'n willen verloochenen.
En minhear Vegtel dan Wel jae't, je kan ge
rust geloaven, dat ie 'n vierig voorvechter is van
de partie, die-i voorstaet. Je heil 'm dichte, genog'ge-
lioard. Hy is ommers jule Provinciale Staetenlid
Noe, hy heit geprobbeerd om m'nbeer Roadhuuzen
inkelde vliegjes op te vangen, maar 'k geloave niet dat
m' dat gelokt is, want grypen is nog geen vangen.
Ik g'loof oak, dat ie ;'n goed menscb is en dat ie
ernstig meant, wat-ie zeit, dat-ie ook een goed hoiit
en harte heit, maar dat-ie, as-tie 'twint, moeite zal
hé, om z'n eigen te bepaelen tot't mit eane wieke
lamme [wieken kan ie niet draegen vort te mótten
sokkelen, dat staet nog te betwufen, want over
dat cardinale punt heit-ei zoo goed als gezwegen.
Zou t noe bier ook wezen: „Wie zwygt, stemt toe.
Noe! Ik zouw nog lange mit-je over dat alles
willen praeten, maer ik acht het noe genogt. Was
't niet zoo verhaezend ernstig,'k zou willen eindigen
mit een humoristisch gezegde van den heer Road
huuzen en er de tegenhanger van m'nheei V. by
wille schryve, maar Flakkeeënaers daer gaet 't niet
om. Je bint. oud en wys genogt om dat te begrypen,
maer 't gaet om mear. Wil-je-niet, dat we nog verder
van de koers raeke, stem dan op m'nhear Road-
liuuzon. Vin-je, dat de zaekjes goed gaen, en dat je
't ministerie kan, mag en mot. steunen, stem dan
maer op m'nhear Vegtel, die, als nog oére,, z'n eigen
moelik in 't corsjet, niet van z'n partie, maer van
de coalitie bewegen zal, as ie de mèardcrheid kriegt.
Toch, vraeg ik je in fgemoede of, of je mit 'n ge
rust geweten dit leste kan doen zoodoende mee-
werreke tot dej meugelikheid, dat ten dordenmaele
gezeid kan worre:
„A-weer een stap naeder tot het doel: Nederland
moet verromkeeren tot den tiad van vóór de Kerrek-
hervurming."
Gae noe 'n Vrydag maer stemmen Alleliensaan
an 't dek, en, doe je dan as-ik, dan zal 't getal
stemmen van de Plaete, I)en Bommel en Stad, dat op
den Heer A. ROODHUYZEN
wordt uutgebrocht, veul groater dan 105 weze,.war-
nae zoo zear verlangd wordt, door bem, die jule
allemael groet en die is.
Een geboren Flakkeeënaer.
J. d. W. v. M.
IIIDDI'IMIARMS. Drankwet dr. Kuyperin
werking. Op de Menheorscheboot kun je
geen wippertje meer krijgen. Nou, dat's
natuurlijk, hé? Met de nieuwe drankwet
mocht dat niot.
Partijdag te Middelharnis. Volgende dag
aan boord, broeders-afgevaardigden die
treffelijk en stichtend gesproken hadden, en
conducteur. Laatste beklaagt zich bitter
over tap-verbod. Broeder meent, dat verbod
niet geldt voor en al eer het jaar 1910.
Resultaat conducteur tapt weer.
Bekeuring, naar men zegt.
Hoe nu?
We zijn benieuwd naar den afloop.
Voorjaarsmijmeringen.
Wanneer in de maand Mei de heerlijke
lentezon de gansche natuur doet herleven,
mensch en dier nieuwe krachten geeft, en
ook de boomen en planten uit hun langen
slaap gewekt heeft, wat is dan heerlijker
dan te dwalen langs velden enbosch,door
weiden en akkers, om de verjongde natuur
op ons te doen inwerken, om overal het
bedrijvige leven van den landman gade te
slaan en de hernieuwde groeikracht van
grassen en granen, van bloem en struik
gewas te bewonderen. Ook de landman
zelf geniet van het voorjaar. Onbewust
wordt ook hij door de lentelucht en de
zonnewarmte tot vroolijkheid gestemd, voor
al als zijn te veld staande gewassen iets
beloven voor de toekomst, als zij een rijken
oogst doen verwachten. Maar de boer heeft
met te veel gevaren, die zijn veld bedreigen,
te kampen, en al schijnt hem het geluk
in de schoone Meimaand ook vriendelijk
toe te lachen, zoo weet hij toch eerst, wat
zij hem bracht, als hij den oogst binnen
heeft. Hoe komt het nu echter, dat zekere
boeren altijd, ook zelfs in slechte jaren,
nog een tamelijken oogst hebben, terwijl
anderen zich met recht beklagen? Dit. komt
toch wel door den boer zelf. Een landbouwer,
die alles op den juisten tijd doet, en niets
uitstelt, die zijn veld in goeden welstand
houdt, geen ander dan voortreffelijk zaad
bezigt en vooral een bemesting aanwendt,
die onder alle weergesteldheden haar plicht
doet, zooals de echte Peru-Guano, die zal
zelfs in de ongunstigste jaren nog een
betrekkelijk goeden oogst winnen.
Stalmest en Peru Guano zijn leden van
hetzelfde gezin; op den duur kan men geen
van beide missen.
Moord op een Hollandschen matroos.
In een der volksbuurten van Algiers heeft
zich een drama afgespeeld, waarbij een
matroos van ons pantserschip „De Ruyter"
het leven heeft gelaten.
Verscheidene Fransche en- Hollandsche
matrozen, die in vriendschappelijk passa
gieren tal van herbergen bezocht hadden,
trokken, reeds licht beneveld door den drank,
luid zingend door de rue Desaix.
Hun luidruchtigheid had tal van nieuws
gierigen biieengebracht en zij waren juist
van plan hun tocht voort te zetten, toen
een van hen bemerkte, dat men hem zijn
horloge met zilveren ketting had ontstolen.
Al zjin Hollandsche kameraden, evenals
hij-zelf matroos aan boord van de „De
Ruyter", begonnen evenals hun Fransche
kameraden naar de gestolen voorwerpen
te zoeken. Twee van hen verwilderden zich
eenigszins b\j die nasporingen, toen eens
klaps twee revolverschoten weerklonken.
Men meende, dat deze uit een naburig
logement gelost werden, of wel dat de
revolver door een der inwoners afgeschoten
was.
De matroos Van der Velde zakte ineen,
midden in het voorhoofd getroffen. Ziin
kameraad wilde hem helpen en riep de
matrozen om hem bij te staan, maar deze
waren reeds verder gegaan en hadden een