No. 3
Woensdag 11 Januari 1922
45® Jaargang
TERUG UIT HET
RIJK DER DOOÖEN
L
FEUILLETON
Nederland.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs voor Goes 50 cent per kwartaal,
voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per posL
ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en
Vrijdagmiddag 12 UUI* te bezorgen
bij N.V, Goesche Courant
en Kleeuwens Ross'
Drukkers- en Uitgeversbedrijf.
Advertentiën 10 ct. per regel.
Bij contracteeren van minstens 1000 regels per jaar
zeer belangrijke reductie.
Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarings-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht
regels beslaande, voor den prijs van f 1,
k.
w
m
v
Brand fe Amsterdam
Zondagmorgen heeft een felle brand
gewoed in de fabriek van suiker- en
chocoladewerken der firma H. Cohen
en Co, Groote Kattenburgschestraat 42,
te Amsterdag.
De brandweer kon aanvankelijk
weinig uitrichten, daar de Vechtkranen
bevroren waren.
Het perceel is geheel uitgebrand.
Een soldaat gestikt.
AMERSFOORT. In de lnfanterie-
kazerne te Amersfoort heeft zich een
geval van schromelijke nalatigheid
voorgedaan, dat den dood van den
soldaat v. E. uit Epe ten gevolge
heeft gehad.
In de infanterie-kazerne alhier dan
is tegenwoordig een stal, waar de
officierspaarden zijn ondergebracht. Ten
gevolge daarvan moet ook 's nachts
steeds een stalwacht bij de hand zijn.
Deze nu slaapt in een vertrekje, vlak
bij den stal. In dat vertrekje is elec-
f trisch licht aangebracht, doch er be
vond zich nog een gasbuis, waarvan de
brander bij ongeluk is afgebroken, en
welke nu van een stop in de eindope-
ning voorzien was. Terwijl nu van Don
derdag op Vrijdag, om ongeveer half-
drie het electrisch licht defect raakte,
heeft de wachtcommandant de hoofd
kraan van de gasleiding opengezet.
Het gevolg is geweest, dat het gas
zich in het kamertje van den stalwacht
verspreidde en toen 's morgens de sol-
64
GASTON LEROUX
„Hij jaagt my schrik aan", zei
Moutier. „Ik ben bang, dat hij geheel
krankzinnig van daar beneden tot
ons is weergekeerd. Zijn voort
durend zwijgen, zijn groote pupillen
en de schrik waarmet hij naar de
dingen en menschen om zich heen
ziet, de rilling, die hij 't minste
leven of geruisch over hem glijdt,
de zichtbare ontsteltenis die hem
bevangt, als een deur open gaat,
dit alles bewijst een ongehoorde
verwarring in zijn verstandelijke
vermogens
„Maar, beste vriend, bedenk, dat
hij van verre terug is gekomen
Eigenlijk-.weten wij niet, waar hij
vandaan is gekomen Maar hij zelf,
hij loeet hetHij zal het zich stellig
herinnerenvoegde professor Ja-
loux er vastberaden aan toe. „Ik
heb zijn oogen beschouwd zij
zijn nog vervuld van zaken, die wij
niet zien en die hij, hij gezien heeft
En zou hij in- dien toestand niet
daal gevouden werd, kon men, ondanks
kunstmatige ademhaling en het gebruik
van een zuurstofapparaat, slechts den
dood constateeren.
Er is een commissie van onderzoek
ingesteld, welke tot taak heeft na re
gaan, wie hier schuld treft.
De Crt.
De moord op mr. Wijsman.
Naar het Vaderl. verneemt, moet
zich bij de politie ergens in ons land
(niet in Den Haag) een dame hebben
aangemeld, die, reizigster in den trein,
waarin de moord heeft plaats gehad,
vérklaart, drie schoten gehoord te
heb ben. Zij maakte in haar wagon
nog de opmerking Ze beginnen al
vroeg Nieuwjaar te schieten. De dame
meent zeker, dat ze de schoten even
na het vertrek uit Leiden hoorde.
Dit zou dus de veronderstelling be
vestigen, dat de misdaad tusschen Den
Haag en Leiden bedreven werd.
Een dame, die met twee kinderen
op reis was naar Tilburg eu zat in
een eerste klas coupé van den trein,
waarin de moord is geschied, heeft,
naar de Telegr. meldt, meegedeeld, dat
in Den Haag een heer kwam binnen
gestapt met een hoogroode kleur en
die zich eenigszins wonderlijk aanstelde,
vooral toen een paar audere passagiers
het hadden over den toen juist ont
dekten moord. Hij ging in een courant
zitten lezen en deed voorts vrij on
rustig. Toen de trein ergens onderweg
stil hield, ging hij van de retirade
gebruik maken Ook later maakte hij
een zekeren tijd noodig hebben om
't evenwicht van zijn zintuigen van
levend mensch te herstellen
„Goed, en zoolang hy dit even
wicht niet gevonden heeft, moeten
wij hem met rust laten
„Dat nooitwat u voorstelt is
misschien zeer menschelijk in
den waren zin des woords, maar
geheel en al onwetenschappelijk
Weet wel, dat dit evenwicht der
zinnen van levend mensch slechts
dan bereikt wordt, als de dingen
des doods, die hij aanschouwd
heeft langzamerhand uitgewischt
zijn door het voortdurend zien van
de dingen des levens, clie hij aan
schouwtU begrijpt dat hij zich dan
niets meer herinnert, of wel zijn
herinnering is dan zoo vaag en
ver, dat zy hem slechts een droom
zonder vastheid zal toeschijnen. Wy
zullen wetenschappelijk bestolen
zijn. Dat moet vermeden worden.
We moeten bewerken dat deze man
spreekt terwijl zijn gewaarwordin
gen nog geheel frisch zijn. Ik ga
niet weg, vóór)hij gesproken heeft."
„En als hij in zijn zwijgen blijft
volharden Hij schijnt van iets
verschrikkelijks vervuld te zijn!"...
zuchtte Moutier, „u is wreed."
„Kom, beste Moutier, wat wil
je dan
„Wel, ik zou willen, dat wij deze
opnieuw daarvan gebruik. Door ziju
wonderlijk gedrag trok hij de
aandacht van deze dame, die zijn
leeftijd schatte op ongeveer 27 jaar.
Zeker wist zij het niet, doch zij ver
moedt, dat de man te Dordrecht is
uitgestapt.
Het signalement, dat zij opgeeft,
vertoont eeuige frappante punten van
overeenkomst met dat door de dame
uit den moordcoupé opgegeven, en zij
heeft haar mededeelingen verstrekt,
voordat het signalement door de politie
was bekend gemaakt.
De N. R. Ct. schrijft in verband met
bovenstaandeBij onderzoek is ge
bleken, dat de dame in kwestie wel
bet lichaam van mr. Wijsman heeft
gezien maar heelernaal niet gehoord
heeft, dat er een moord gepleegd was
alleen verondersteld heeft, dat er
iemand ougesteld was geworden in den
trein en daarover tegen haar mede
reizigers eenige woorden heeft gespro
ken. De „verdachte" medereiziger is
bij deze verklaring meer en meer veri
vaagd, te Dordrecht zou hij, volgens
het verdere verhaal toch niet uitgestapt
wezeu, wel ergens verderop de lijn
naar het zuiden, maar waar precies
wist de dame ook al weer niet. Hij
was volgens haar verhaal eigenlijk
plotseling verdwenen, men zou zeggen
veraampt. Onder deze omstandigheden
is de waarschijnlijkheid ook niet groot,
dat de dame, die het aanvankelijke
verhaal inplaats van de uiteengezette
toedracht heeft opgedischt, het nauw
genomen heeft met de gelijkenis op
liet signalement, ja, wordt het twijfel
zaak op praktische wijze behan
delen, zonder dat wy hypothesen
stellen en verwachtingen koesteren,
waardoor wij ons voor de astrale
geneeskunde zouden moeten schamen"
„Enfin, gelooft u in een voort
bestaan na den dood, ja of neen?"
"Ja, daar geloof ik in... ik geloof
er in evenals Crookes erin geloofd
heeft..."
„Welnu, als er een voortbestaan
na den dood is, dan is er geen
enkele reden, waarom deze man,
die een kwartier in 't rijk cler
dooden is geweestons niet zou ver
tellen, wat hij gezien heeft
„Hij schijnt wel koppig te zijn",
zei Moutier half spottend.
„U schynt verheugd te zijn, dat
hij zwijgt, dat is onbegrijpelijk,"
mopperde Jaloux zonder zijn ont
stemming te verbergen.
„Laten wij nu eens ernstig
spreken", hernam Moutier, „de
gebeurtenis komt mij zoo ontzag-
wekkeid, zoo onbegrijpelijk voor.."
„Zij is niet onbegrijpelyk," onder
brak Jaloux hem. „Zij is ongewoon
dat is alles!"
„Dan, ongewoon, zooals u verkiest
Maar de gebeurtenis is zoo buiten
het gewone om, dat het weten
schappelijk vulgumpecus nauwelijks
geloof zal kunnen hechten aan 't
woord van een levenden meneer,
achtig of de geheimzinnige passagier
wel ooit bestaan heeft.
Bij een grondig onderzoek van den
moordcoupé, welke zich thans in het
depot te Haarlem bevindt, moet naar
de „Avondpost" meldt, een papieren
zakje gevonden zijn met den firmanaam
van de weduwe Van Laar, het bekende
visch-restaurant op het Damrak te
Amsterdam.
In verband met deze ontdekking is
de Telegraaf op onderzoek uitgetogen
en heeft een onderhoud gehad met den
eigenaar van liet bekende restaurant,
den heer J. van Kregten.
Deze deelde het volgende mede
Het was in den winkel, evenals
iederen Oudejaarsavond zeer druk. Op
eeu gegeven oogenblik vroeg éeu der
koopers aan mijn vrouw, die door de
drukte genoodzaakt was in den winkel
te assisteeren, twee saucijzenbroodjes.
Deze waren niet meer voorradig en
toen mijn vrouw hem zulks mededeelde,
kocht hij twee garnalenbroodjes. Hij
wilde deze in den zak van zijn overjas
steken. Toen mijn vrouw zulks zag,
deed ze inderhaast een tweede perka-
mentpapiertje om de broodjes, ofschoon
er anders ais tweede vel een bruin
papier omgewikkeld wordt.
De vreemdeling vertrok, maar bij
de deur keerde hij zich om en zeide
Ik heb het geld naast de cassa neer
gelegd.
Inderdaad, hier lagen veertig cent.
Opmerkelijk is het feit, dat de man
precies wist, dat deze twee broodjes
die zal vertellen wat de dood is
Ik zal niet bovenmate toornen, als
hij blijft zwijgen- Onze operatie
zal daardoor veel ernstiger opge
nomen worden..."
„Ik vraag me af waarom dat,
goeie hemel nog toe
„WaaromOmdat indien hij
geantwoord had op onze vragen
omtrent het rijk der dooden en als
wij uw vragen en zijn antwoorden
hadden bekend gemaakt, wij stellig
voor twee grappenmakers gehouden
zouden worden, die misbruik maken
van de geestelijke zwakheid van een
zieke. Is 't niet genoeg roem voor
ons, dat wij door middel van de
chirurgie een doode hebben doen
herleven
„Neen, dat is niet voldoende!
Ten eerste heeft u de operatie ge
daan Ik stel me er voor verant
woordelijk uit dit geval alle moge
lijke leering te trekken. Ik had
niet gedacht, dat u zoo bescheiden
wasU doet een mensch herleven
en u loopt, by hem vandaan, alsof
u hem een been heeft afgezetMaar
die man die wy weer tot het leven
hebben geroepen, verstaat u, die
man is verplicht ons het geheim
van den dood te verklaren
Wordt vervolgd
UIT HET FRANSCH VAN