No. 78. Zaterdag 25 September 1920 i» FEUILLETON, HOE IK ALS DERDE STUURMAN VOER. Het moet anders, ;*e Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs voor Goes 50 cent per kwartaal, voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per post, bij vooruitbetaling. ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en Vrijdagmiddag 12 SIUI" te bezorgen bij N. V. Stoom-, Boek-, Courant- es Handelsdrukkerij v.h. Firma's F. Rleeuwens Zoos ea J. A. Ross. Adverteatiën 10 ct. per regel. Bij coatracteeren vaa minstens 1000 regels per jaar zeergbelangrijke reductie. Advertenties. ais geboorte-, huwelijks-, verjaring®-, doodberichten ca dt daarop betrekkiag hebbende dankbetuigingen, aiet meer dan acht regela beslaande, voor des prijs van f 1, We zullen maar niet veel zeggen over de troonrede, waarmee Dins dag van deze week de Kamerzitting is geopend. Ze belooft weinig en dat is misschien maar goed ook want van het vele dat gewoonlijk voorgespiegeld wordt komt meestal maar een klein gedeelte terecht. Minder praten en meer doen, deze aanmaning hebben de Kamerleden hoog noodig. Even moeten we de aandacht vestigen op de toezegging, dat „maatregelen tot versterking van de weerkracht" te wachten zijn. Die zullen wel, zooals het heet, gepaard gaan met ^vermindering van den persoonlijken en geldelijken druk van den militairen dienst", wat we zullen gelooven als we het zien gebeuren. Maar toch moet „de weerkracht van ons volk gesterkt worden", toch moet het militairis me gevoed worden. Wij vinden dat zeer betreurenswaardig, maar.... we zouden op dit oogenblik toch geen verzet tegen bedoelde maatregelen willen voeren, en wel eenvoudig daarom niet, wijl onze verstand houding met België nog maar al te veel te wenschen overlaat. Wel zegt de troonrede, dat onze betrek kingen met vreemde mogendheden „over het algemeen tot voldoening aanleiding geven". Doch dat is dan wel zeer „in 't algemeen" en niet in het bijzonder met België. Pas als onze betrékkingen ook met dit land weer meer vriendschappelijk geworden zullen zijn, is ook de tijd gekomen, om onze militaire maatregelen intekrimpen. Een zeeroman van W. CLARK RUSSELL. ,Ahem ik denk dat de dames hei logies nu wel naar hartelust zullen bekeken hebben", zeide de opperstuur man, terwijl hij met zijne voeten begon te schuifelen. „Als de dames er nu genoeg van hebben, dan stel ik voor om naar boven te gaan Ja, laat ons naar boven gaan'' riep Miss Parker,, die onder deze groene jongens met een shilling in de maand toch geen gescbikten man voor haar had kunnen ontdekken. Zoo werd dan de oude dame weer naar boven gesjord, onder hernieuwd geschreeuw en gegil. Miss Parker en Belle Stuart volgden haar op dezelfde wijze. En toen allen waren afgetrokken, keerde ik naar mijn hol terug, ontstemd en wrevelig. Ik schaamde mij, dat Belle ons ellendig verblijf had gezien. Wat Een ander gedeelte der troonrede achten wij van grooter belang. „De aanhoudende duurte van de eerste levensbehoeften blyft ook in haar gevolgen zorgwekkend. Volle toe wijding en groot beleid zullen al leen de oplossing kunnen brengen van de vraagstukken, welke zij ons voorlegt. Ik acht de uiterste spaar- zaamneid geboden." Dit moet natuurlijk beteekenen, dat de regee ring by al haar maatregelen zoo spaarzaam mogelyk te werk zal gaan. Een mooie belofte Maar woorden zijn nog geen daden. Tot- nutoe is van die regeeringszuinig- heid nog niet al te veel gebleken. En wat gezegd wordt van de „ver sterking onzer weerkracht" doet de vraag ryzen, of die belofte althans op militair gebied wel meer waarde zal hebben dan een klinkend woord, zelfs al wordt er nadrukkelijk bij vermeld, dat de „geldelijke druk van den militairen dienst vermin derd zal worden." Het „Volk" schrijft hierover het volgende „Een zinledige frase is het, wanneer zoowaar minister Van IJsselstein van de volle toewijding en het groot beleid spreekt, waar mee de vraagstukken, die de zorg wekkende duurte voorlegt, opgelost moeten worden. Van IJsselstein, die tot dusver enkel groot was in het bevorderen van de duurte." Dat is een venijnig gezegde. Maar voor een deel is het wel verdiend. Het heeft ons tenminste al vaak toegeschenen, dat deze minister veel te veel luisterde naar wat hem verteld werd door hen, die er belang by hebben, om de duurte te bestendigenfabrikanten, hande laars, boeren en dergelijke. Het is voor een denkbeeld moest zij zich wel maken van de positie van een derden stuurman, en hoe laag moest zij wel op mij gaan neerzien In mijne kwaadheid greep ik een stok en riep ,/Wie van jullie was zoo'n lafbek om te vertellen dat we hier beschuitjes met suiker eten Zijn we hier nog op school Doch ik was te oud, te groot, te sterk, en laat mij het er bijvoegen ook te goedig, om over zwakkeren den bullenbak te spelen. Landerig wierp ik mij op mijne brits, stak een pijpje aan, en verwenschte Belle's nieuws gierigheid. Om vijf uur kwamen de jongens met ous avondmaal beschuit, zoute boter, en een keteltje roetzwarte thee, waarin allerlei gele steelen en bladeren dreven, als zeegras. Een waarachtig woord is het, wat ik eeDs van een ouden zeeman hoorde „Dat de matroos op den hem toegedienden kost van honger sterven zou, als hij niet de frissche lucht had, die God hem geeft/' Nauwelijks hadden wij gegeten en ge dronken, of de hofmeester verscheen in ons hol met. eene ham en eenig pakjes. ons niet gebleken, dat hij ook vol doende te rade ging met hen, die onder de wreede duurte het meeste te lijden hebben, dat is in het algemeene het groote publiek en daaruit voornamelijk de menschen uit den middenstand, die moeten leven van een vast en doorgaans klein inkomen, een inkomen, dat zoomin op O.W ers manier als door loonsverhooging kon worden opge voerd. Had hy ook dezen, en vooral vrouwen uit dien stand, maar geen „mevrouwen", geraadpleegd, dan zouden vele zijner maatregelen een anderen kant zijn uitgegaan. Hoe vaak toch hebben we het in kritie ke tijden beleefd, dat deze minister bespottelijk hooge maximumpryzen voorschreef, veel hooger dan ze op zoo'n oogenblik door vraag en aanbod werden bepaald. Nu zei de minister bij zoo'n ge legenheid wel„Als ik geen maxi mumprijzen stelde zou alles nog veel duurder worden". Doch wy wilden ook niet, dat hij maxi mumprijzen, maar wel, dat hij veel lagere maximumpryzen had bevolen. „Dan hadden de leveranciers er het bijltje hij neergelegd, oordeelde de minister. Dat was voor den eersten tyd bepaald onjuist. Pas onder de werking der hooge maxi mumprijzen hebben de leveranciers zich in bonden vereenigd, waar door de vrije concurrentie om hals werd gebracht. En het eenige ver langen dier honden waseen tach tigjarige oorlog, waardoor de prij zen niet alleen hoog bleven, maar nog steeds met onrustbarende snel heid klommen. Dat was wel niet geheel, maar toch voor een groot gedeelte woeker. En de minister ;/IIier zeide hij ,/De komplimenten van mevrouw Trevor, en als dat zij hoopte dat 't de jongeheeren smaken zal „Leg maar neer", zeide ik. //Ik zal de dame zelf wel bedanken en ruk nu maar uit-- Want de familiare I toon van den man hinderde mij. Hij was een bediende, ai gaf hij zich het air van onze weldoener te zijn. Ik opende nu de pakjes. Het eene bleek amandelen en rozijnen, het tweede zoete kaakjes, het derde eene aanzien lijke hoeveelheid chocolade te bevat ten waarschijnlijk door de oude dame voor hare familie te Sydney be stemd. Wij deelden al deze dingen broederlijken een van de jongens, al zuigende en smakkende, verklaarde dat hij een gevoel had alsof hij weer bij moeder thuis was..,. Zoo verkeerd beoordeelen wij onze medemenschen ik had die oude vrouw, met hare krassende stem en haar leelijke gezicht, voor eene heks uitgescholden, en ziedaar nu zij had haren nek er aangewaagd om te zien hoe ellendig wij gehuisd waren, en in hare ver schrompelde borst van vijf-en-tacht.ig jaren had voor ons het hart geklopt van heeft niet de kunst verstaan, om met forsche hand dien kanker uit- tesnijden. Of het eenige middel hiertegen de socialisatie der bedrij ven zou zijn, wagen wy niet te beslissen, het komt ons zelfs nogal twijfelachtig voor. Doch door een verstandige, van alle zijden belichte prijszetting, waarbij inbezitneming van regeeringswege als stok achter de deur werd gezet, kon stellig al heel veel worden bereikt. De nekslag, die voor langen tijd aan de concurrentie werd toege bracht is een reusachtige fout ge weest. De Duitschers waarlyk onze vrienden niet waren en zijn in dit opzicht heel wat ver standiger. Met de producten van hun eigen land, in de eerste plaats steenkolen en metalen, concurreeren zij scherp. In den laatsten tijd moesten tal van leveringen op metaalgebied hier te lande gegund worden aan Duitschers, omdat dezen buitengewoon veel goedkooper wa ren dan de Nederlanders. Konden wij met onze producten niet even eens doen Waarom moet een Nederlander als woekeraar en vaak als bedrieger erbij te hoek bljjven staan MEDE RL AN O. Goes. Nu van regeeringswege blijkbaar ernstige pogingen in het werk gesteld worden om behoorlijk brood beschikbaar te doen stellen tegen een zoo matig mogelijken prijs wordt het wenschelijk geacht om daarop langs dezen weg de algemeene aandacht te vestigen. Dadelijk nadat de eerste broodjes gebakken en verkocht waren kwam eene grootmoeder Dit was onze eerste dag geweest op het ruime sop. Hij hai leven en be weging genoeg gebracht. Maar weldra zou het nog heel wat levendiger toe gaan. Des avonds begon het stijf te waaien, en alle handen moesten worden uitge stoken, om zeil te minderen. Het woei den ganschea nacht stevig door, zocdat het gezelschap beneden erg stil werd behalve de heer Horatio Lepper, die in de benauwdheden der zeeziekte hoor baar en ergerlijk vloekte tegen zijne vrouw. Wij waren nu in de monding vau het Kanaal, en dus moest er zeer scherp uitkijk worden gehouden. Met deze taak werd ik belast. Ik had ook voor de lichten te zorgen, omtrent welke de voorschriften destijds nog lang niet zoo streng waren, als tegenwoordig. Terwijl ik nu, zoo goed als het ging, door de voor den boeg opspattende watermassa's vooruitstaarde, hoorde ik eensklaps van den boegspriet mijnen naam roepen. Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1920 | | pagina 1