No. 62,
Zaterdag 31 Juli 1920
43® Jaargang,
Is Jk-ö
JRt'U
Ve/leden en heden.
FEUILLETON,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs voor Goes 50 cent per kwartaal,
voor buiten Goes f 1,50 per hali jaar franco per post,
bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en
Vrijdagmiddag 12 UUI* te bezorgen
bij N. V. Stoom-, Boek-, Courant- e®
Handelsdrukkerij v.h. Firma's
F. Kleeuwens Zoon en J. A. Ross.
Advertentiën 10 ct. per regel.
Bij contracteeren van minstens 1000 regels per jaar
zeer belangrijke reductie.
Advnrtentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarings-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht
regels beslaande, voor den prijs van f I,
Op Zaterdag 1 Augustus 1914,
dus nu zes jaar geleden, plaatsten
we ons eerste artikel over den
oorlog,
Dit feit gaf ons aanleiding, ons
geheugen, nog eens* optefrisschen
en natelezen, wat we vooral in
het begin van die gruwelperiode
daarover schreven. In het bedoelde
eerste artikel schreven we reeds
dadelijk „In elk geval is het ge
vaar voor een reuzenoorlog zeer
groot". Er wordt gezegd en wij
zijn van dezelfde meening, dat
Duitschland ook de verantwoorde
lijkheid zal dragen voor den groo
ten Europeeschen oorlog, die komen
kan. Een rilling doorloopt ons, uls
wij hooren, welk een wilde, oor
logszuchtige stemming in^Duitsch
land heerscht. Een week later „De
toestand der Duitschers grenst aan
volslagen razernij. Met een gejuich
dat eigenlijk geloei en gebrul moest
heeten, begroeten duizenden bij
duizenden het bericht, dat het
Duitsche leger gemobiliseerd werd.
Elke uniform, elke helm, werd met
dergelijk gejuich begroet. En als
een Duitsche landweerman by het
verlaten van vrouw en kinderen
ernstig, bijna droevig gestemd was,
was het zijn vrouw, die hem tot
moed aanspoorde en hem aanbeval
er nu -maar eens flink op los te
slaan."
Onze, reeds dadelijk gekoesterde
vrees, voor een „reuzenoorlog" is,
helaas maar al te verschrikkelijk
gegrond gebleken. De geschilderde
Naar het Italiaansch.
Mario had eene maand lang een geaot
gesmaakt zooals hij zich vroeger niet
had kunnen voorstellen dat er bestond
maar toch begon hij zich af te vragen
of het wel inderdaad zoo groot was als
hij zich verbeeldde. Zonder eenigen twij
fel was mevrouw de Bréteuil altijd nog
dezelfde mooie vrouwmaar hij wist
nu dat er honderd waren, die niet
minder waren dan zij. Daarentegen was
zij verbazend veeleischend, en haar
wispelturig, ongelijk, prikkelbaar hu
meur begon Mario spoedig geducht te
hinderen. Geestig was zij, maar hare
geestigheid had sedert lang de bekoor
lijkheid van het nieuwe voor hem ver
loren alles wat er in haar stak, haar
schitterende en innemende oppervlak
kigheid, kende hij alsof hijzelf het ge
maakt had. Van eenen andereu kant
had hij wel verlangd naar het geluk
van haar te bezitten, maar daarmede
was ook gemengd geweest de begeerte
om het spel, dat zij met hem gedreven
had, haar betaald te zetten en zijn ge-
toestand der Duitschers vooral die
der vrouwen, vormde wel een
schrille tegenstelling met dien in
ons land. Op 1 Augustus plaatsten
wij de oproeping onder de wapenen
van al onze militairen en landweer-
plichtigen. En daaronder schreven
we „Op dit oogenblik wordt
reeds aan den oproep voldaan en
zien wij miliciens en landweerman
nen in tenue vertrekken. Welk een
indruk die plotselinge opkomst
heeft gemaakt, laat zich denken.
Weenende vrouwen gaan ons
bureau voorby." Het was dus toen
bij ons juist andersom als in
Duitschland. Ofschoon onze soldaten
alleen de grenzen moesten gaan
bewaken, waarbij voor vechten
voorloopig geen gevaar bestond,
weenden onze vrouwen. De Duit
sche echter, wier mannen regel
recht naar den strijd trokken,
spoorden dezen tot moed aan met
de aanbeveling er nu maar eens
flink op los te slaan. Is dat de
stemming van een volk, waaraan
de oorlog zoogenaamd met geweld
was opgedrongen Indien dat waar
was geweest, zouden die vrouwen
dan in plaats van de geweren hun
ner mannen met bloemen te be
kransen, niet veeleer bittere tranen
hebbin gestort En dat waren?,
nota bene Germaansche vrouwen,
van wie de roep door de wereld
ging, dat juist zij de meest lief
tallige en de zachtzinnigste en de
gevoeligste van de gansche aarde
waren. Ze hadden destijds meer
van duivelinnen dan vanengelinnen.
Tallooze malen is ons verzekerd
dat het Duitsche volk vóór het
kwetste ijdelheid voldoening te ver
schaffen.
Tusschen deze verschillende gevoe-
lensjen volkomen beuheid was de afstand
niet heel groot. Het duurde dan ook
niet lang of het was zoo ver gekomen,
en nu keerden Mario's gedachten on
willekeurig terug naar het huis waar
hij zijne jongens- en jongelingsjaren
gesleten had. Eene grenzelooze behoefte,
een innig verlangen naar rein en kalm
geluk maakten zich van hem meester.
Hij zag alle herinneringen zijner jeugd
samengestrengeld met het bevallige en
vriendelijke beeld van Nora, en te
midden van zijn onrustig leven van nu
verscheen zij hem telkens in den stilleh
luister van hare ongerepte, jonkvrouwe
lijke bekoorlijkheid. Met onbegrijpelijke
hardnekkigheid drong deze gedachte,
vooral in den laatsten tijd, zich tusschen
hem en Gabrielle in. Eindelijk kon hij
het niet langer uithouden, en onder
voorwendsel dat bij de Kerstdagen bij
zijn oom moest doorbrengen, vluchtte
hij Parijs uit.
z/Wat een triestig weer Ik heb
waarlijk heen lust om het huis uit te
komen.*
Nora stond met haar neus tegen de
vensterruiten en keek naar de beslikte
uitbreken van den oorlog het meest
vredelievende volk der wereld was.
Dan zou dus in een of twee dagen
die vredelievendheid zijn omgesla
gen in oorlogsrazernij. Dat was
toch moeilijk te gelooven. Het was
trouwens ook volstrekt niet waar,
al werd het door de Duitschers zelf
ook nog zoo vaak herhaald. Op 12
September 1914 schreven we in
dit opzicht het volgende „De
Hamburger Nachrichten, vroeger
het blad van Bismarck zegt„Het
gaat nu er op of er onder. Duitsch
land moet al zijn vijanden over
winnen of vernietigd worden. Het
einddoel is, dat Duitsche macht en
Duitsche geest zullen heerschen in
gansch Europa. De kaart en de
politieke verhoudingen van dit
werelddeel moeten geheel veran
derd worden, en voorgoed". Wij
voegden hieraan toe Men kan nu
al het geschrijf over vredelievend
heid wel geheel staken, omdat er
niemand is, die er een woord van
gelooft. Wat de Hamb. Nachrichten
hier thans uitspreekt is de groote
idee die al veertig jaar en langer
elke Duitscher vervult. jDaaraan
werd elke ander belang ^dienstbaar
gemaakt. En om deze idee te ver
wezenlijken, moest de oorlog komen
nu of later."
De oorlogstemming der Duitschers
kwam in het geheel niet plotseling
ze was er al heel lang, ze zat diep
in de harten, die er boord vol mee
waren. Het uitbreken van den
oorlog was slechts de druppel die
de harten deed overioopen, zoodat
de eenmaal losgebroken stemming
van het gansche Duitsche volk een
straat, naar de van regen glimmende
muren, die in [den dikken nevel een
gele kleur hadden.
z/Als je liever thuis wilt blijven, is
't mij ook goed. Ik wilde dat ik het
ook kon doen, maar ik moet noodza
kelijk eene visite maken", zei mevrouw
Vitali, die gekleed stond om in het
rijtuig te stappen.
„Graag mama adio
Nora lag geknield op den vloer en
speelde met een zwart katje, dat haar
in de kamer was nageloopen, springen
de om de sleep van haar japon beet te
krijgen, waarvan de golvende beweging
het aantrok. Het maakte allerlei dolle
buitelingen en viel telkens, met de vier
pootjes in de lucht, op den grond neer.
Zij pakte het in den hals en kwam op
de canapé bij Mario zitten.
,,Poes, poes StoutertNiet bijten
Zij gaf hem met de punt van haren
vinger een tikje op de ooren en streelde
hem over de lange, als zijde glinsterende
haren.
„Hoe lang heb je hem al
z/Twee maanden. Is het niet een
snoes
Mario streek met zijne hand over den
zwarten kop van poes, die met zichtbaar
welbehagen zijne oogen toekneep.
//Hij Ji» beeldig, hoor Heb jij niet
bende wilden maakte. Het hoogge
roemde Duitsche verstand was
teneenenmale zoek, evenals de
Duitsche wetenschap. De razernij
werd aangeblazen tot een vernie
lende vlam door het manifest der
93 Duitsche geleerden die alle ge
meenheden van hun regeering en
hun legers meenden te kunnen
wegpraten door brutaalweg te zeg
gen Het is niet waar. Ofschoon
de vrede met Duitschland al lang
gesloten' is, weigeren die „geleer
den" nog steeds dit vuile manifest
te herroepen. Een gevolg hiervan
heeft zich de vorige week geopen
baard. Toen is een congres van de
internationale vereeniging van
chirurgen gehouden, waaraan prof.
William W. Keene uit de Veree-
nigde Staten voorzitter was. Ook
Nederlandsche chirurgen waren
daar aanwezig. Met algemeene
stemmen werd de volgende motie
aangenomen „De internationale
vereeniging van chirurgen, die haar
arbeid grondt op de toepassing van
de methoden der zuivere weten
schap, betreurt, het dat mannen
van wetenschap en ontwikkeling
hun geweten zoozeer geweld nebben
kunnen aandoen, dat zij hebben
geteekend het manifest van 4
October 1914 vol leugenachtige en
onware beweringen, dat hun ver'
stand hen niet bewaard heeft voor
zulk een verregaande laagheid, dat
hun hart hen nietfde minste her
roeping heeft ingegeven, toen de
valschheid van hunne beschuldigin
gen duidelyk en bewezen geworden
was. Deze betreurenswaardige afwij
king van de wetenschappelijke
een heerlijk levea poes f Jij hebt nooit
verdriet, je verveelt je geen oogenblik
en je weet niet wat spiji hebben is."
Hij sprak op zachten toon half in
zichzelf, altijd het katje aaiende, dat
wanhopige pogiDgen deed om zich uit
Nora's armen los te rukken en Mario'e
vingers te krabben of te bijten. Nora
zei eerst nietser speelde een lachje
om haren mond, terwijl zij zonder het
beestje los te laten, de verzuchting van
Mario hoorde. Toen sloeg zij hare oogen
naar hem op en vroeg hem ernstig,
hare hand op de zijne leggende
„Scheelt er wat aan ?u
Hij ontroerde bijna van de koele,
frissche hand en van de groote, deel
nemende oogen. Hij kleurde een weinig,
toen hij antwoordde
„Och neen, dank je."
„Je ziet er heel anders uit dan vroe
ger."
„Dat kan wel zijn in den laatsten
tijd loopt alles mij tegen. Je moest
eens weten, hoe moede ik mij voel,
Nora."
Hij had hare hand gevat en drukte
die een oogenblik.
Als je muizenissen in je hoofd hebt,
zal het je misschien goed doen die
aan iemand te vertellen.
Wordt vervolgd.)
20