No, 43 Woensdag 26 Mei 1920 43e jaargang TOL JE(J«D< FEUILLETON. Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs voor Goes 50 cent per kwartaal, voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per post, bij vooruitbetaling. ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en Vrijdagmiddag 12 ISUP te bezorgen bij N. V, Stoom-, Boek-, Courant- en Handelsdrukkerij v.h. Firma's F. Kleeuwens Zoon en J. A. Ross. Advertentiën 10 ct. per regel. Bij contracteeren van minstens 1000 regels per jaar zeer belangrijke reductie. Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarlngs-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van f 1, WKDERLAND De heer G. A. Hajenius opende de bijeenkomst met een welkomst groet aan de aanwezigen en sprak een woord van dank tot de dames en heeren, die zich bereid verklaar den, hunne medewerking te verlee- nen op muzikaal gebied nl. mevrouw Van Ballegoijen de Jong, mej. I. Peman Kakebeeke en de heeren J. Brants, A. van Altena, Dr, J. C. de Ruijter de Wildt en Bob Zweede. Spr. hoopte, dat het doel mocht worden bereikt en een Goesche Afd. van «Onze Vloot» kon worden op gericht. Het woord was daarna aan }hr. C. A. L. van der Wijck, oud zee officier en secretaris penningmeester van het Hoofdbestuur van «Onze Vloot» die eene lezing hield over het onderwerp «Waarom heeft Neder land een Marine noodig». Spr. wees er op van welk groot belang onze koloniën zijn voor ons land en maakte duidelijk dat alle klassen der maatschappij direct of indirect belang hebben bij de scheep vaart op Ned. Indië. De betrekkingen met onze Kolo niën grijpen diep in het economisch leven van ons volk en wanneer die betrekkingen worden verbroken, dan is dat een ramp voor ons land. Tot het behouden van ons bezit in de tropen is een marine vloot zeker meer dan noodig. Van den volkerenbond had spr. Naar het ttaliaansch. Op deze scherpgeteekende en harts tochtelijke gelaatstrekken wordt op dit oogenblik een ondeugende, door goed hartigheid getemperde glimlach ge roepen als zij aan Mario Doria, haar neef, en aan Paolo Vieri, haar goeden kennis denkt. Hare groote oogen kijken onbeschroomd de wereld inzij heeft eene besliste en eigen manier om de dingen te zien, vaak juist, maar dik wijls ook overdreven of eenzijdig, ouder den indruk van een vooroordeel, zooals meer voorkomt bij jonge menschen, die te veel met en in zichzelf geleefd hebben. Zij heeft een sterken wil, die tegenover beletselen in halstarrigheid ontaardzij is bijna overdreven ge voelig, maar heeft een sterke gave van opmerken, vooral voor wat bela- lijk iszij heeft een, om het zoo uit te drukken, physiek welgevallen in het weinig goede verwachtingen en zoc- lang er over geheel de wereld geen algeheele ontwapening plaats heeft, zal ook Nederland de noodige weer kracht te land en ter zee moeten behouden. Dhr. van der Wijck deelde nog mede, dat de vereeniging reeds een 50 tal afdeelingen telt met 10.000 leden. De vereeniging bewerkt verder ook de plaatsing van eervol ontslagen marine personeel in de burger maat schappij. Na deze rede, met applaus begroet zong mevr. v. B. de J. met haar fraaie altstem „Wilhelmina van Nas- sauwe" van P. Loots. In de hierna volgende pauze wer den door onze kwieke padvinds ertjes tal van leden voor de a.s. afdeeling geworven. Na de pauze kregen wij nog ver schillende uitsteken u gezongen liede ren te hooren van mevrouw v. B. d. J., op uitnemende wijze geaccompag neerd door Dr. J. C. de Ruijter de Wildt. De beer A. van Altena speelde op zijn welluidend strijkin strument een humoreske van Dvorak en de bekende romance van Svendsen, terwijl de heer Jan Brants op de hem eigene leuke wijze een viertal liedjes voordroeg, die op de piano zeer verdienstelijk werden begeleid door mej. Peman Kakebeeke. Door den Burgemeester werd een welverdiende bloemenhulde gebracht aan mevr. v. B. de J. en mej. P. K. Dhr. van der Wijck hierna namens het Hoofdbestuur dank brengen de aan den Burgemeester, voor het door hem genomen initiatief en aan de overige leden van het comité voor hun moreelen steun, deelde mede, dat het pogen met een goeden bestaan, gepaard met eene groote onverschilligheid voor de bijzonder heden van het materieele leven zij houdt vast aan hare meeningen, maar is geneigd zich te laten medesleepen door hare hevige eerste indrukken. Met dit alles is zij, als alle meisjes van haar leeftijd, een beetje romanesk en spoedig opgewonden. Ziedaar het wezen vol raadselen en tegenstrijdigheden, waar op dit oogen blik de gedachten van Doria en Vieri beide zich druk mede bezighouden. Maar aan wien van de twee denkt Nora Misschien aan niemand hunner, misschien aan beide. Zij is Mario, naast wien zij opgegroeid is, oprecht en har telijk genegen, maar kan niet nalaten het een beetje gek te vinden dat hij met zoo'n eerbiedige verrukking naar haar op kan zien. Tegenover Paolo Vieri .voelt zij zich als een goed ka meraad, maar coquetteert zij een weinig, hetgeen te begrijpen is als men de onvermijdelijke belangstelling in aan merking neemt, die alle vrouwen hebben moeten voor een gezellig en welgemanierd jongmensch, die juist geblaseerd genoeg is om haar te prik kelen, maar die het de moeite niet uitslag werd bekroond en eene af deeling van de Kon. Ned. Ver. Onze Vloot te Goes wordt opgericht. Ook onze ijverige Goesche pad- vicdsters en padvinders ontvingen een harteiijk woord van dank. Ds. Bronsveld en het feminisme In zijn Stemmen voor Waarheid en Vrede, constateert dr. Bronsveld een „geweldige gisting* onder de vrouwelijke helft van onze bevolking. Wat hem daarbij vooral treft is het streven van jonge vrouwen om zooveel mogelijk te gelijken op mannen. Zij wijzen alle gedachten ervan af, dat zij hun steun zouden behoeven. Zij achten zich beleedigd door den naam van »het zwakke geslacht». Zij nemen 't den beleefden man kwalijk, die haar in een openbare reisgelegenheid zijn zitplaats aanbiedt Zij kunnen evengoed staan als een heer, ze rooken, ze schermen, ze zwemmen, ze draven, springen, als mannenzitten geheel gelijk een ruiter te paard worstelen met el kander weldra zal men haar zien boksen en waarom zij nog niet voet ballen, kan ik niet verklaren. Weinig maatschappelijke betrekkingen achten zij voor leden van haar sekse onge schikt en van menige plaats ver dringen zij mannelijk personeel. Met dit opzij streven van de man nen op maatschappelijk gebied gaat samen een andere opvatting van huisgezin en huwelijk. Ik neem volstrekt niet elke uit drukking voor mijn rekening, welke in ons aloudtrouwformulier voorkomt maar ik meen toch altijd nog, dat een huis maar één hoofd kan hebben, gelijk een schip maar één roer, en dat dit hoofd de man moet waard schijnt te vinden om zich voor iemands gunst bijzonder uit te sloven. Nora was van hare bank opgestaan en zonder doel de veranda doorge- loopen, waar zij staan bleef in een der uitgangen naar het terras. De water stralen der fontein schitterden in het licht van .den dag, de roode geranium bedden en de bleeke oranjebloemen lagen stil onder de heete zonnestralen, de vergulde punten van het hek, dat den tuin van den weg scheidde, blon ken hier en daar tusschen het groen. Aan den rechterkant, waar de nauwe vallee zich ver uitstrekte tusschen met kastanjebosschen begroeide heuvels, hing een dunne, lichtgrijze nevel, die dichter werd waar het dal zich opende, tot waar het uitzicht gesloten werd door de ruggen en spitsen der Lucetio- bergen, die violetblauw zich tegen den helderen hemel afteekenden. Het hek knarste en Nora zag dat Vieri, rijzig en met veerkrachtigen stap, naar binnen trad. Haastig ging zij terug, raapte haar boek op en nam weer op de sofa plaats. Toen zij Vieri binnen hoorde komen, hief zij zoo onnoozel haar hoofd op en zag haar bezoeker, met. eene haar eigene, ver zijn de man, die aan de familie zijn naam geeft, en voor haar onder houd verantwoordelijk is. Maar wat hoorden wij op de ver gadering van den Vrouwenraad i te Groningen verkondigen Dat het skrankzinnfg» is te be» wegen dat de man behoort te voor zien in het onderhoud van zijn vrouw. Zoo zijn wij dan duizenden van jaren op dit punt van ons verstand beroofd geweest, en zal de vrouw voortaan ook »hinaus in 's feindliche Leben», en zal regel worden, wat voorheen door nood afgedwongen kwaad was. Naast den man zal in het woon vertrek voortaan plaats nemen de man-vrouw. De verwildering de bandeloosheid de harteloosheid van 't opkomend geslacht is zonder twijfel een vrucht van den geest, die in vele huizen heerscht, waar macht geldt boven gezag en emancipatie boven tucht. Hoe meer de vrouwen gaan gelij ken op mannen, hoe minder zij zullen bekoren en waar zij dat vermogen verliezen, gaan schatten zoek, die met geen stemrecht en alle mogelijke capaciteiten te ver goeden zijn. Te veel apotheken. Er zijn in ons land 300 apotheken te veel. Een commissie uit de »Ned. Mij. tot Bevordering der Pharmacie", die opdracht had »in onderzoek en studie te nemenconcentratie, coöperatie en vertrusting in het artsenijbedrijf«, is tot deze conclusie gekomen. Er zijn 621 npotheken, en naar het oordeel der commissie zouden 300 apotheken, dus de helft, voldoende zijn voor de geneesmiddelen-voor- wonderde beweging harer wenkbrauw bogen, in het gezicht. Mijnheer Vieri hoe komt u hier Ik dacht niet anders of u moest, op het oogenblik minstens boven op den Monte Cimone zijn Of is er niets van de wandeling gekomen i" „Zeker wel." //Maar wat is er dan gebeurd P Zij zag hem nieuwsgierig aan, met een lachje, waar eene soort van neer buigende vriendelijkheid in te lezen was. Nu dan? vroeg zij, en de* onrustige wenkbrauwen gingen weer naar boven. //Dit is er gebeurd, dat zij mij thuis gelaten hebben [en het ook heel goed zonder mijn gezelschap kunnen stellen. Houdt u nu maar niet zoo van den domme U kondt heel goed begrijpen dat ik toch niet van plan was mee te gaan. Terwijl Vieri sprak meende Nora een rijtuig te hooren aankomen. Dit leidde haar af en toen het geluid zich weer verwijderde was zij de draad van het gesprek kwijt en hoorde zij Vieri's woorden zonder den zin er van te volgen. Zij bemerkte opeens dat hij Goes. Donderdagavond had een vrij groot aantal personen gevolg gegeven aan de uitnoodiglng van het comité voor „Onze Vloot" tot bijwoning van den propaganda-avond in V.O.V. 2

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1920 | | pagina 1