No. 33. Woensdag 21 April 1920 43® Jaargang. I FEUILLETON. VJ Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs voor Goes 5° cen* Per kwartaal, voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per post, bij vooruitbetaling. ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en Vrijdagmiddag 12 UUP te bezorgen bij N. V, Stoom-, Boek-, Courant- en Handelsdrukkerij v.h. Firma's F. Kleeuwens Zoon en J. A. Ross. Advertentiën 10 ct. per regel. Bij cont'acteeren van minstens 1000 regels per jaar zeer belangrijke reductie. Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarlngs-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, vcor den prijs van f 1, WEDERLAND Bestrijding van revolutiepogingen Het Volk, hoofdorgaan der S.D. A.P. heeft een mooie vergelijking gevon den De «revolutie», de revolutie pogingen, waartegen onze Regeering preventieve maatregelen wil nemen, zijn als «de zee». De maatregelen van de Regeering zijn als een dweil. Maar die eerste vergelijking gaat niet op. Met een zee, waartegen men zich niet verzetten kan, is des noods de algemeene volkswil, de wensch van dc meerderheid van het volk t« vergelijken. Maar onze con stitutie laat die „zee" vrij onze zeegaten binnenstroomen Tegen den wensch van de meer derheid van ons volk gaat het wets ontwerp niet in. Waar het tegen ingaat, weet Het Volk héél goed. Het gaat tegen pogingen in, pogingen, die ons land vergeetsch zouden zijn en slechts tot nuttelooze wanorde, wellicht tot nutteloos bloed vergieten zouden leiden, om een minderheid door geweld van wapenen te doen zegevieren over de meerder heid. Neen, niet met pieken en bijlen alleen. Het Volk weet drommels goed mst wat voor soort wapenen de Roode Leger boeven, de Roode Leger wijven in Rijnland en Saksen de meerderheid trachten te knechten en te bestelen door de kracht van welke wapenen in Rusland de dictators (het woord is door socialis tische voormannen op Rusland toe gepast) de meerderheid verhinderen haar wenschen, haar gedachten zelfs maar te uiten. GRANT ALLEN. Mijnheer Barclay had hem met zooveel zorg opgepast, dat hij veel van hem was gaan houden; en toch, daar hem altijd die schat van John Cann voor oogen stond, was er iets in zijn gemoed dat op zijnen dood hoopte. Doch waar zou hij begraven worden Dat was nog de vraag. Neen, zeker niet bij de zwarten, in het voor de armen bestemde gedeelte. Iemand van den stand en het aanzien van zijnen gastheer zou zeker eene plaats krijgen bij de deftigste blanken dicht bij het lijk van den gouverneur Modyford, en niet ver van het graf van John Cann zelf. Dag aan dag ging de heer Bar clay langzaam maar zeker achteruit, en Die vergelijking van Het Volk is demagogie van een zeer goedkoope soort, is bewust onwaarheid spreken. Onze Regeering wil verhinderen, dat betaalde boevencommandanten hier misdadigers komen huren, or- ganiseeren en wapenen, teneinde te trachten door een revolutie de staats macht in handen te krijgen. Dat het gevaar, waartegen de Regeering zich wil wapenen, bestaat, kan Het Volk niet tegenspreken. Dat een poging daartoe, zelfs al denkt geen enkel normaal mensch dat die poging in ons land kans op succes zou hebben, ordeverstoring en bloedvergieten zou kunnen ver oorzaken en dus verhinderd moet worden, kan ook Het Volk niet ontkennen. Een groot en verheffend middel wordt door de Regeering niet voor gesteld. En de vergelijking met een dweil lijkt ons zéér goed. Maar dan niet een dweil om de zee lieve help, een zee op te dweilen. Maar om de vuiligheid, die uit den heksenketel over onze grens spat, zoo spoedig mogelijk op te vegen en in den vuilnisbak te werpen. Noodlottige inval in een nacht huis te Amsterdam. In den afgeloopen nacht omstreeks halfdrie deed de inspecteur Cohen, met eenige agenten een inval in het beruchte nachthuis van Van Putten, aan den Oudezijds Achter burgwal 27. Deze invallen hebben herhaaldelijk plaats en menigmaal kan de politie op verzet rekenen. Het scheen in den aanvang, of hier ditmaal alles gemakkelijk zou gaan. De agenten en de inspecteur gingen via de benedengang naar de Cecil, die zelf nog nauwelijks hersteld en buitengewoon zwak was, zat naast zijn bed en paste hem op, even zorg zaam als de goede oude man met zijne bruine gelaatskleur hem op zijne beurt eene week te voren had opgepast. Cecil was niet zoo harteloos, dat hij zonder smart iemand, die zich zoo liefderijk jegens hem betoond had, kon zien sterven hij voelde evenveel liefde voor den ouden grijzen mulat als hij voor zijnen eigen broeder zou hebben gevoeld, indien hij er een bezeten had. Elk oogenblik, dat hij bij den zieke een teeken van pijn, van grootere zwakte bespeurde, was het hem alsof hem het hart door eenen dolksteek doorpriemd werd het bewustzijn dat hij aan den eenen kant vurig naar mans dood verlangde, maakte hem aan den anderen kant des te angst- valliger en zorgzamer om alles wat hij kon in het werk te stellen, om hem te redden, indien het mogelijk ware, of ten minste zijn lijden te verlichten. De arme oude man Het was vreese- lijk hem daar in hevige koortshitte te zien liggen, elk oogenblik nader bij zijnen doodmaar toch de schat van John Cann de schat van John achterkamer der bel-étage, die ingei nekt is als drinkgelegenheid. Een aantal personen werd hier uit ver wijderd. Eenigen tijd later gingen weer een paar agenten naar binnen omdat men vermeende, dat zich nog meer personen in het nachthuis ophielden. De eigenaar, de 27-jarige Van Putten, een voormalig onder officier der cavalerie en berucht individu, verzette zich hiertegen. Toen de politie zich in de gang bevond, trok hij eensklaps een revolver en loste een zestal schoten. De agenten zochten dekking het gebeurde alles in het duister achter een uitstekend gedeelte van den muur en schoten terug in de richting van waar zij de vuurstralen zagen. Het was een oorverdoovend geknal in die nauwe gang. Eensklaps viel de 28-jarige agent Draad voorover op den grond. Een kogel had hem bij den mond in het hoofd getroffen; zijn borst vertoonde een tweede kwetsuur, dat ernstig bloedde. Een ander politiebeambte Breuker genaamd, werd in het dijbeen getroffen. In afwachting van de komst van den Geneeskundigen Dienst werd een snelverband aange legd. Per auto-brancard werden de beide agenten naar het Binnengast huis vervoerd. De toestand van Draad was zeer ernstig en eenigen tijd na aankomst in het gasthuis blies hij den laatsten adem uit. Breuker's toestand is niet ernstig. Inmiddels had de dader de vlucht genomen. Hoe men ook zocht. Van Putten was nergens te vinden. De publieke vrouwen, die zich in dat perceel dat tevens bordeel is bevonden, trachten de politie te misleiden door baar wijs te maken, Cann! de schat van John Cann Elke schaduw, die over het gelaat van den goeden mulat streek bracht Cecil Mit- ford eene schrede nader tot zijn doel het bezit van den schat van John Cann Op den avond van den dag, waarop de heer Barclay stierf, ging Cecil Mitford, voor de eerste maal na zijne vreeselijke ziekte, uit om in het geheim een paar woordjes te wisselen met den neger, die het ambt van doodgraver waarnam. De man lag languit in het zand voor zijne hut te lummelen, en zonder veel moeite werd hij overgehaald om voor het lijk, dat met eene in de tropische gewesten zeer verklaarbare haast reeds den volgenden morgen zou begraven worden, een plaatsje gereed te maken vlak bij de plek, waar de kist van John Cann zich bevond. Het overige, zei de neger met eenen af schuwelijken grijnslach, liet hij aan Cecil over. Te twaalf ure in eenen duisteren nacht, terwijl de maan zich verborgen hield, verliet Cecil Mitford, die nog steeds zwak en niet geheel hersteld was, en nog steeds beefde tengevolge dat de dader over een muur van twee en een halven meter was gesprongen. De geheele bezetting van het bureau Warmoesstraat was uitgerukt en het blok huizen werd omsingeld. Nergens was echter een spoor van den moordenaar te ontdekken. Eerst hedenmorgen om negen uur had men succes. De inspecteur Posthuma doorzocht met een viertal recher cheurs, allen de revolver in de hand alle kamers der perceelen, die in het blok gelegen zijn. In het laatste huis werd evenmin iets gevonden. Op een van de zolders evenwel zag de inspecteur boven zijn hoofd een luikje. Hij klom er gevolgd door zijn mannen, door en bevond zich toen op een rommelige vliering. Alles werd van elkaar geschoven. Zoo ook een aantal wrakke deuren en kozijnen, die in een hoek stonden Daarachter zag men een groot zwart pak liggen. Het bleek de dader te zijn, die zich in een zwarte deken had gewikkeld. Onmiddellijk richtte inspecteur Posthuma de browning op hem en riep Als je je beweegt, schiet ik onmiddellijk! En Van Putten antwoordde dood kalm: Dat begrijp ik. Hij werd ter plaatse gefouilleerd, maar een revolver werd niet gevon den. Men liet hem toen door het luik zakken, en stevig beetgepakt werd hij onder een reusachtigen toeloop van nieuwsgierigen naar het bureau geleid, De agent Draad laat een vrouw en een kind achter. Zijn tragische dood heeft onder zijn collega's die lederen nacht zulke gevaren onder de oogen moeten zien, grooten zijner koorts, heimelijk de lage woning van den doode in de buitenwijk van Spanish Town en wandelde in zijn eentje door de sombere en ongeplaveide straten der slapende stad naar het kerkhof bij de kathedraal. Geen levende ziel ontmoette hij op zijnen weg; nergens zag hij in een raam eene kaars branden. Hij droeg slechts een klein lantaarntje in zijne band en een niet al te groot houweel, dat hij dien zelfden avond van den doodgraver had geleend. Toen hij met veel moeite, verscheidene malen struikelde, eenige hem maar half bekende lanen was doorgegaan, zag hij eindelijk de groote, donkere massa van de lompe, onbehouwen kathedraal zich schemer achtig afteekenen tegen het nauwelijks minder zwarte luchtvak, dat den som beren achtergrond vormde. Doch Cecil Mitford liet zich door plaats noch tijd schrik inboezemen, hij kon slechs aan één ding denken aan den schat van John Cann. Hij baande zich vrij ge makkelijk door de struiken en de graf- teekenen eenen weg naar het verstver- wijderde hoekje van het kerkhof, en daar, in de onmiddellijke nabijheid van een pas gedolven, open graf zag hij de welbekende half uitgewischte BOOR

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1920 | | pagina 1