No. 26.
Zaterdag 27 Maart 1920
43* Jaargang
I
2 FEUILLETON,
Koppe koel!
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs voor Goes 50 cent per kwartaal,
voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per post,
bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en
Vrijdagmiddag 12 UUP te bezorgen
bij N. V, Stoom-, Boek-, Courant- en
Handelsdrukkerij v.h. Firma's
F. Rleeuwens Zoon en J. A. Ross.
Advertentiën 10 ct. per regel.
Bij contracteeren van minstens 1000 regels per jaar
zeer belangrijke reductie.
Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarings-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht
regels beslaande, voor den prijs van f I,
Uit het laatste nummer van de
„Financieels Revue' nemen we
het volgende over: „Welke leering
kan ons land trekken uit het
Kapp—avontuur? Achtduizend ge
wapende mannen kunnen in een
millioenenrijk als Duitschland de
macht in handen nemen. In Hol
land, dat zooveel kleiner is, en
waar de zin tot organisatie zooveel
zwakker blijkt te zjjn, zullen
ongeveertweehonderd georganiseerde
gewapende krijgslieden de wettige
Regeer in g kunnen wegjagen.
Wij, saaie Hollanders, hebben
deze mogelijkheid eigenlijk nooit
verondersteld. In onze beroepssol
daten hebben wij, voorzoover ze
niet gegradueerd waren, eigenlijk
altyd een bandeloos zootje gezien,
hetwelk voor een borrel zijn
broertje vermoordde. En de beroeps
officieren stonden ook slechts bij
wijze van uitzonderling hoog aan'
geschreven.
In 1918 wordt men wel een
klein beetje benauwd, ook voor de
beroepssoldaten. Er blijkt een bond
van minder marinepersoneel te
zijn, waarvan men vroeger geen
notie had genomen, die puur
bolsjewistisch mag heeten. Dan is
er een groote organisatie van beroeps
onderofficieren, u weet wel, van
die heeren met zoo'n fraaie krul
in den knevel, en krul in de
hoofdletters, die zij kunstig schrij
ven; en die organisatie blykt
evenmin regeeringstrouw te zijn.
Verder heerscht groote ontsteltenis
als „de Controleur" met het eerste
bericht komt, dat by de inlevering
GRANT ALLEN.
Naar aanleiding van deze dingen,
die hij ergens in Devonchire verbor
gen had, hield hij in zijne moedertaal
eene levendige briefwisseling in cijfer
schrift met zijnen broeder William te
Tavistock, en Cecil Mitford was zoo
gelukkig geweest, onder de ontzettende
stapels documenten, op het archief den
sleutel tot dit cijferschrift, {waarop
duidelijk vermeld stond: „Sleutel tot
bet geheimschrift van mijnen broeder
John", op te duiken. Maar één brief,
de laatste en meest belangrijke der
geheele reeks, was la^g buiten het
bereik zijner nasporingen gebleven,
de brief, die naar hij meende, de
juiste plaats aangaf, waar de schat
verborgen lag, en dit was nu deze
der wapens door de „afzwaaiers"
alleen in Amsterdam ai drieduizend
geweren zijn ingehouden. Troelstra
een echte gentleman, iemand
met een academischen titel, welis
waar een sociaal— democraat, maar
overigens een zeldzaam fatsoenlyk
mensch, en een zeer geschikt type
om eens in „Victoriaaof „Centraal"
mee uit ontbijten te gaan
Troelstra dan houdt in Rotterdam
voor een zwarte massa havenarbei
ders, matrozen, jongens van de
vlakte, rooie mie met haar vrien
dinnen, en dergelijke vooraanstaande
lieden uit de donkere Maasstad,
een opwindende rede, waarin hij
het uitroept, dat het naburig
Duitschland de ketenen heeft afge
worpen, dat het zijn meesters
heeft weggejaagd, dat de bezittende
klasse gevlucht is naar het bui
tenland en dat zij niet eens den
moed hadden, zich te verdedigen.
Thans komt de beurt aan het
kleine Nederland, hetwelk in alles
Duitschland zoover vooruit was en
in de revolutie ook toen ongetwij
feld niet zou willen achterblijven.
Het publiek juicht. En dan eindigt
Troelstra zijn revolutionnaire speech
met de woorden: Makkers! Schouder
aan schouder! Hebt uw leven veil
voor de bevrijding uwer klasse!
Gaat thans de straat op! Laat het
gunstige oogenblik niet voorbijgaan!
Grijpt naar de macht! En jaagt ze
weg, de uitbuiters, de bloedhonden
die zich vetgemest hebben van uw
armoe! Het parlementaire stelsel
dient thans te worden afgeschaft!
De proletarische dictatuur komt er
voor in de plaats. Mannen, in de
revolutie, die komen gaat, rekenen
wij op u
brief, die eindelijk en ten laatste, na
maanden en maanden geduldig zoeken,
daar voor zijne verbijsterde oogen op
het kleine lessenaartje in zijn gewoon
hoekje lag. Door de eene of andere
vergissing was hij geraakt onder de
papieren, die betrekking hadden op
de beschuldiging van Cyriack Skinner
als medeplichtige in de Rye House
samenzwering. Hoe hij daaronder ver
zeild was, bleef een raadsel, en naar
alle waarschijnlijkheid zou niemand
behalve Cecil Mitford er ooit in
geslaagd zijn het geheim op te lossen.
Toen hij bevend staarde op het
kostbare stukje stoffig papier, vol
kreuken en vouwen, beschreven met
de ongeoefende schooljongensletters van
den moedigen ouden zeerob, kou Cecil
Mitford zich nauwelijks een oogenblik
weerhouden eenen kreet te slaken.
Visioenen van ougekenden rijkdom
vertoonden zich aan zijne oogen nu
kon hij met Ethel trouwen, en haar
in haar eigen rijtuig laten rijden. O,
wat zou hij er niet voor hebben willen
geven, zoo hij zijn geluk eens had
mogen uitschreeuwen, Hij kon de
woorden zelfs niet lezen, zoo opgewon
den was hij. Maar 11a een paar
De arbeiders waren echter te
verdeeld, om de revolutie te doen
slagen. Het beter denkende deel
der natie, niet alleen de bezitters
en de middenstand, maar ook de
beterdenkende arbeiders, hebben
toen enkele dagen leelijk in de
penarie gezeten. Ten slotte is men
111 allerijl burgerwachten gaan
oprichten en heeft men duidelijk
ingezien, dat naast de revolution
naire organisaties een krachtige
organisatie moest staan van de
voorstanders van vryheid en recht.
Na een paar weken was men
echter het gevaar vergeten en
kwam men zelfs op het denkbeeld
de gevaarlijkste revoluttionnairen
maar weer baantjes te geven en
stem in het kapittel, alsof er niets
gebeurd was. Wie heeft ooit ge
hoord, dat tegen de revolutionnaire
heethoofden en onruststokers rechts
maatregelen zijn genomen Men
heeft het niet noodig gevonden of
men heeft het niet aangedurfd.
De macht van den Staat en de
macht van de wettige regeering, al
heeft die de meerderheid in het
land achter zich, kan slechts blijven
bestaan, wanneer die staatsmacht
stelselmatig wordt gesteund en
wanneer ieder, die deze staatsmacht
wil ondermijnen, meedogenloos in
het gevang wordt gezet".
Wat in het begin van dit stuk
gezegd wordt, namely k, dat een
klein troepje gewapende krijgslie
den de wettige regeering kunnen
wegjagen en de macht in handen
kunnen nemen, is misschien juist.
Maar zij kunnen die macht niet in
handen houden, als de meerderheid
van het volk dit niet wil. Dat
heeft het Kapp—avontuur ons ook
minuten kreeg hij zijne kalmte terug
en kon beginnen met het gekrabbel
te ontcijferen, wat hem nu gemakkelijk
vaD de hand ging, zonder dat hij zelfs
den sleutel behoefde te raadplegen
het herhaaldelijk gebruik van den
sleutel had hem met het systeem ver
trouwd gemaakt. Na eenige minuten
nauwlettend gelezen te hebben, wa9
Cecil Mitford er in geslaagd het vol
gende te ontcijferen:
Jamaica. Op den 23sten
Jan. van het jaar Onzes
Heeren 1663.
„Beste Broeder. Ik was eigenlijk
niet van plan geweest u weer te
schrijven, na den gemeenen streek,
dien gij mij gespeeld hebt door mijne
zaken bloot te leggen aan dien
bemoeizieken ridder, die zich secretaris
des koning8 noemt: maar om u de
waarheid te zeggen, heeft uw brief mij
zoo verrast doen staan over uwe laag
heid, dat ik mij haast om daarop even
te antwoorden. Deze is dienende om
u de verzekering te geven, dat hoe
gij mij ook moogt smeeken of hoe gij
uw laag gedrag ook door mooie
vleiende woordjes en schoone beloften
geleerd. De macht van de wettige
regeering, dat is de macht, die
orde, vryheid en recht wil, kan
echter alleen blijven bestaan, als
zij voldoende gesteund wordt en
als iedereen, die deze macht onder
mijnt, onverschillig of hy generaal
Ludendorff dan wel Troelstra of
Wijnkoop heet, „meedogenloos in
het gevang wordt gezet". Het is
wel de wereld op haar kop zetten,
als men de gevaarlijkste heethoof
den en onrustmakers maar weer
baantjes en stem in het kapittel
gaat geven. Dat wordt door die
heethoofden en hun aanhangers
en dikwijls teiecht voor zwak
heid en vrees aangezien. En even
als de Noormannen uit de geschie
denis eischen zij, als ze een vinger
gekregen hebben, weldra een gan-
schen arm en eindelijk het geheele
lichaam. Dat ziet men nu weer in
Duitschland, waar men eischt, dat
het rijksleger zal afgeschaft worden
doch dat dan een nieuw leger
alleen uit de arbeiders zal worden
gevormd.
Vrees is een heel slechte raad
geefster. En al zouden wy niet
willen, dat met onnoodige en over
dreven strengheid werd opgetreden
maar integendeel met veel beleid
en in de voornaamste plaats met
rechtvaardigheid, er dient toch ook
van de zijde der wettige regeering
geen zweem van zwakheid getoond
te worden. „Koppe koelkan men
hier met de ZuidAfrikaners zeg.
gen. We hebben tegenover de
revolutionnaire warhoofden noodig
mannen met een helder inzicht,
mannen, die in tijd van gevaar
onmiddellijk een besluit nemen en
dit besluit met vaste hand uitvoe-
moogt trachten te vergoelijken, gij
part noch deel aan mijnen schat zult
hebben, die zooals ge zeer terecht
vermoedt, ergens in Engeland begra
ven ligt, maar waarvan ik het geheim
noch aan u noch aan iemand anders
zal mededeelen. Daarom heb ik bevel
gegeven, dat het papier, waaraan ik
dit geheim heb toevertrouwd, met mijn
eigen lichaam, zoo God wil, begraven
zal Jjworden op het kerkhof te Port
Royal op dit eiland; waarvan het
gevolg zal zijn, dat gij door uw ver
vloekt verraad en uwe dubbelhartigheid
nooit een penning van alles te zien
zult krijgen. Want dierbare broeder,
ik ben tot de overtuiging gekomen,
dat gij in werkelijkheid een babbelaar
en een praatjesmaker, een gemeeue
lafhartige schelm en een leugenachtige
dief van eens anders goeden naam
zijt. Daarom zult gij nooit meer iets
te hooren krijgen van uwen onder-
danigen dienaar en liefhebbenden
broeder
kapitein John Can."
Wordt vervolgd
DOOR