No. 22.
Zaterdag 13 Maart 1920
43® Jaargang,
X* Jk-
Een ristin bartier.
FEUILLETON.
Stemmen uit den
vreemde.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs voor Goes 5° cent per kwartaal,
voor buiten Goes f 1,50 per halt jaar franco per post,
bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en
Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen
bij N. V, Stoom-, Boek-, Courant- en
Handelsdrukkerij v.h. Firma's
F. Kleeuwens Zoon en J. A. Ross.
Advertentiën 10 ct. per regel.
Bij contracteeren van minstens 1000 regels per jaar
zeer belangrijke reductie.
Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarings-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetniglngen, niet meer dan acht
regels beslaande, voor den prijs van f 1,
Er is onder de socialisten en nog
meer onder de comgiunisten of
bolsjewieken in het buitenland een
beweging gaande, om verschillende
bedrijven, onder andere de mijnin
dustrie, te nationaliseeren, aan den
staat te brengen, en dus die bedrij
ven uit de handen der tegenwoordige
eigenaars te nemen. Decommunisten
zouden dat willen doen zonder, de
anderen, tenminste de meesten
daarvan met schadeloosstelling
aan de eigenaars. Het laatste zou
dus onteigening zijn, het eerste
gewone diefstal. Van die nationali
satie verwachten sommigen in
arbeidskringen gouden bergen.
Ook in Engeland is het streven,
om de mijnen aan den staat te
brengen, vrij sterk. Nu heeft daar
iemand, die in arbeidskringen hoog
in aanzien (staat, omdat hij haast
zijn leven lang voor hun belangen
heeft gestreden, een krachtig beroep
op de vakvereenigingen gedaan, om
den drang naar nationalisatie der
mijnen niet op de spits te drijven.
Het is de bekende Frederic Har
rison. Hij zegt tot die vereenigingen
bet volgende: „Ais ge bureaucratie
verlangt, zegt het dan duidelijk,
Als ge de mijnen verlangt voor de
mijnwerkers, zegt het dan dat is
duidelyk bolsjewisme.
Als het tot directe actie komt,
dan is dat dwingelandij, de bedoe
ling om van „die gemeene econo
mie" overtegaan tot een lage
misdaad, meenende, dat gij, die
ongeveer een tiende der kiezers
vormt, dan weer geld in uw zakken
Het lieve kind kon schelden en
vuile woorden uitbraken als een fiaker-
koetsier. Kwam dan hare moeder des
avonds thuis, dan verheugde z ij zich
onnoozel, dat haar „petite ange" zoo
vlot Duitsch aanleerde iets wat haar
zelve niet gelukken wou.
Ik beklaagde in het eerst de kleine
Zoe, want ik dachthet arme schepseltje
weet nog niet welk eene toekomst het
tegemoet gaat. Het zal vermoedelijk
eenmaal óók door dik en dun van de
eene stadswijk naar de andere moeten
zeulen, om aan lustelooze wezentjes
het vervelendste van al wat vervelend
is, de Fransche coDjugaisons in te
pompen. Van medelijden hierover
bewogen knikte ik haar eens vriendelijk
toe waarop zij hare tong tegen mij
uitstak. Toen ik haar eens van eene
halsbrekende klauterpartij langs de
zult steken en dat ge dit dooreen
pariementswet zult kunnen doen.
Wanneer dus twintig millioen vrye
kiezers uw wet niet aannemen,
wilt ge door die directe actie de
mijnen, spoorwegen en dokken lam
slaan, opdat zaken doen onmogelijk
zal worden, de loonen overal zullen
uitblijven en ge het hen flink zult
doen voelen. Doen voelen aan
wie Aan u zeiven en uw gezin,
en aan niemand anders. Aan mij
en myn buren heeft de jongste
spoorwegstaking niet den minsten
overlast bezorgd. Deed ze u veel
goed Ik heb zelfs gehoord, dat
onze bureauractie niets liever zou
wenschen, dan dat ge het nog eens
zoudt probeeren.
Gij weet tenminste uw leiders
weten het dat Europa aan den
rand van een afgrond staat en ons
land in zjjn val kan medesleepen.
Als algemeene nationalisatie dadelijk
zou kunnen worden bereikt, hoo
denkt ge dan de kapitalisten schade
loos te stellen? Gij zijt niet voor
nemens, hun eigendommen te plun
deren, zooals Lenin en Trotzky
doen, ook al stelde een myn werker
parlementslid voor, zoo iets te
doen. Hoe zou een arbeidersbegroo-
ting de achtduizend millioen pond
vinden Door nog meer papieren-
geld en het brood dat twee
shillings zou kosten Dat zou u
meer kwaad doen dan mij.
Gij weet zeer goed of beter
gezegd, uw leiders weten bet doch
verbergen de waarheid dat ge
thans leeft op subsidies, dat wil
zeggen: van liefdadigheid. Uw
arbeid levert niet de waarde van
hetgeen gij in betaling ontvangt.
Uw bestaan wordt betaald door
anderen. Uw brood kost bijna het
leuning der trap wilde terughouden,
noemde zij mij een „kreng". Dit was
genoeg. Sedert liet ik mij aan het
leelijke wicht niet meer gelegen liggen.
Aan de waterleiding leerde ik eens
den heer Starkberger kennen, die in
ons huis bij de dames Ott op
gemeubileerde kamers woondeeen
zeer hupsch, wellevend mannetje, klein
en schuchter, maar welgevormd van
leden en aangezicht. Starkberger was
mathematicus en als zoodanig aan de
sterrewacht werkzaam. Ik benijde hem
evenwel niet om die goede positie
want hij was de verloofde van
mejuffrouw Apollonia Ott. Mevrouw
Ott vormde met hare beide dochters
het vierde gezin op onze verdieping.
Alle drie deze dames waren even
kolossaal de meisjes overigens alles
behalve leelijken alle drie waren zij
in huis evenzeer gevreesd wegens hare
booze tong, zelfs de huismeesteres was
bang voor haar. Zij hadden drie, in
elkander loopende kamers, waarvan de
achterste aan den kleinen astronoom
verhuurd was. Mevrouw Ott verklaarde
aan een iegalijk, die ook slechts uit
de verte dit onderwerp aanroerde, dat
de heer Starkberger hare dochter
dubbele van hetgeen gij ervoor
betaalt. Uw kolen dito. Yleesch,
spoorwegen, suiker, trams, onder
grond, kosten in loonen meer dan
gij betaalt. Gij bedreigt de regeering
als zij erover praat de prijzen van
voedsel, brandstof, spoor, tram,
omnibus te verhoogen. Gij dringt
erop aan, dat een groot deel van
uw dagelijksche uitgaven zal worden
betaalt uit belastingen - waarom
gij grootendeels vry zijt van
anderen. Uw buren betalen voor u
thans in subsidie bykans evenveel,
als het geheele inkomen der natie
in de dagen van Gladstone was. Gij
wordt op de been gehouden door
een reusachtig stelsel van bedee-
lihgEn toch wilt ge gaan om
springen met een geweldige acht
duizend millioen en de nijverheid
in de war sturen.
Ik ben een oud man ',en zal dien
warboel niet zien. Doch zestig jaar
geleden stond ik naast de groote
stichters van het vakvereenigings-
wezen, waardoor de wettelijke en
economische kracht van de arbeiders
gewonnen werd. Zij werkten eerlyk,
wettig en langs zedelijke en ver
standelijke wegen en vrezen veront
waardigd, gemeenheid, plunderen
of geweld af. Ik was trotsch, hun
vriend te zijn, en myn meening is
niet gewijzigd. Steeds pleitte ik
voor korter werktijden zeven
urenwerkdag, voor vrij onderwijs,
voor het kiesrecht der werklieden
hun recht op mederegeeren, hun
recht op vrijen tijd, Noch ik, noch
mijn gezin zjjn werkgevers. Wy
zijn geestelijke werklieden, geen
adellijke menschen. Ik ben een een
voudig burger, die niets te winnen
en niets te verliezen heeftmaar
ik wilde mijn stem doen hooren
Apollonia wilde en moest trouwen -
en dit met eenen nadruk, dat alle
tegenstand terstond afsneed. Trouwens
wanneer mevrouw Ott of hare dochters
in de gang begonnen te kijven, waagde
niemand zich uit zijne woning, gelijk
bij het gebrul van den leeuw in de
woestijn alle dieren zich verbergen.
Hoe de heer Starkberger voor
zooveel ik kon opmerken,een onpractisch
geleerde en een schuchter, onbeholpen
mensch aan dit bruidje gekomen
was, leek in het eerst onbegrijpelijk.
Later werd het mij duidelijk. De heer
Stark berger was op zekeren dag arge
loos „er in geloopen" terwijl hij eene
kamer zocht. Misschien maakte bi
bezwaar tegen het ontbreken van
eenen nfzonderlijken ingang. Doch de
drie furiën lieten hem niet meer los.
Hij kwam, zag, en was overwonnen
Zij kookten en waschten voor hem,
zij maakten zich meester van al zijne
levensvertakkingen. Apollonia verkoos
hem tot hare prooizij gebood hem
wees mijn en hij gehoorzaamde
zij deed hem aan bare voeten liggen
zij sleepte hem voor het altaar. Ik
bezocht eens den heer Starkberger
Niemand kon bij hem komen, dan door
de nijverheid ten val kan voeren."
Die oude, Engelsche medestichter
van het vak vereen igingsle ven heeft
groot gelijkeen minderheid van
oproerkraaiers tracht een groote
meerderheid te ringelooren, alles in
de war te sturen met het doel, om
voor veel minder werk veel meer
geld in den zak te steken, wat
toch niet het geval zou zijn, al
werden de bedrijven genationali
seerd. In dit opzicht is Rusland
wel een uitstekend voorbeeld. Daar
zijn zelfs de bedrijven niet ontei
gend, maar geroofd ten bate van
den arbeider. En met welk gevolg?
Krijgt men daar den acht-, of zes-
of vierurigen werkdag? Neen, daar
gaat Trotzky met de revolver de
arbeiders dwingen om twaalf uur
per dag te werken? En als zy
durven lijntrekken, dan is de kogel
hun voorland. Wel moge het den
Russischen arbeiders hekomen 1
MEPKRLAND.
Gees. Ia de Maandagavond ge
houden Jaarvergadering van de
Yereenlgiag »Haadelsbelaagea« werd
tot Voorzitter gekozea de heer C.
J« Meijler. Als bestuursledea werdea
herkozea de heeren F. J. Thierl ea
J. C. Noordhoek.
Uit het verslag der spaarkas bleek
dat deze zeer goed werkt ea velen
van deze nuttige instelling gebruik
maken.
In het bestuur der Glasverzekering
werden geknzen dhr. T. Fabery de
Jonge, H. Vissers en Ph. Wessels.
Aangenomen werd met algemeene
stemmen om de contributie te ver
hoogen met f 1.50 per jaar, en dat
bedrag te innen per half jaar.
Vervoleren s werd besloten de rege-
het hol der drie vrouwelijke draken.
Drie draken, die den kleinen man
bewaakten het was te veel.... Bij
zekere gelegenheid waagde ik eene
zwakke toespeling en gaf Starkberger
den raad, toch liever wat dichter bij
de sterrewacht te gaan wonen. Hij
werd scharlakenrood en stamelde
„Wat zal ik u zeggen, mijn waarde
heer Er bestaan 7.00 zekere verplich
tingen Zijn toestand scheen
mij reddeloos.
Op zekeren dag hoorde ik bij mijne
stille buren een heel ongewoon leven.
Ik luisterde. De eene of andere jodin
was gekomen, en mevrouw Mublberg
verkocht haar iets. Uit de samenspraak
kon ik opmaken dat het een bruids
kleed met sluier was. Zóó lang had
de arme vrouw dit laatste kleinood
bewaard Het pingelen der jodin
ergerde mij ik kon het niet langer
aanhooren.... Daar ging zij heen,
Wederom stilte des grafsHad zij het
kleed meegenomen, of nietOpeens
hoorde ik een hartverscheurend snikken
Het kleed was dus weg,
Wordt vervolgd