LEEST HET VOLKSBLAD UIT DEN VREEMDE. den leeftijd van 14 t.m. 17 jaar werd als premie aangegeven 30 cent. Dit is onjuist, en dus klaarblijkelijk een m i s s t e 1 ling, het moet zijn 40 cent. Troelstra'^ trap naar Wibaut. Onder dezen titel schrijft het »Centrum» o.a. over de uitlatingen van mr. Troelstra in diens 1.1. Dins dagavond in de hoofdstad gehouden rede »De figuur van Troelstra met zijn gehengel naar de volksgunst, met zijn demagogische volksvleierij, steekt klein en armzalig af tegen die van Wibaut, die een conflict met zijn fractie en met zijn partij liever ac cepteerde dan een stem uit te bren gen, welke hij niet meende te kun nen verantwoorden. Oi hij dat nu terecht of ten onrechte deed, in ieder geval had hij den moed der overtuiging. En Troelstra, tuk op de volksgunst ontziet zich niet in een openbare vergadering een zijner mede-leiders en den (vroeger meest invloedrijken partijgenoot van Am sterdam een ruwen, rauwen trap te geven onder luid en langdurig applaus van de >bewusten». Dit teekent hem alweer I Welk een jammerlijk gemis aan beleid, aan tact, aan inzicht Welk een demonstratie van onbe schaafdheid Wibaut is tegenover hem een gentleman. Wibaut is trouwens een veel knapper man dan de olficieele „leider" en van socia listisch standpunt bekeken, kan men aan Wibaut zijn verdiensten niet ont zeggen. Het moet een bitter oogen- blik voor den Marxistischen grijsaard geweest zijn, na een leven van arbeid voor het socialistisch ideaal aldus te worden neergetrapt onder langdurig applaus van de Amster- damsche S.D.A.P." Het verzet tegen de invaliditeitswet in Friesland. Na de vergadering van werkgevers en werknemers tegen de uitvoering der invaliditeitswet (welke bijeen komst j.l. Woensdag te Heerenveen gehouden werd) is het daar benoemde Comité direct begonnen met verdere actie te voeren, door op verschillende plaatsen in de provincie vergade ringen te houden, met het doel daar ook comité's te stichten. Eigenaardig mag het zeker heeten, dat antierevolutionnairen, liberalen, S. D. A. P.-ers en vrije socialisten in deze zaak schouder aan schouder staan. Hoofden en onderwijzers van Christelijke scholen vormen hier en daar de kern der actie. Het blijkt dat het aantal niet- plakkers eer grooter dan kleiner wordter zijn dorpen, waar geen enkele boer plakt tot genoegen van den betrokken arbeider die oordeelt, dat hij er toch nooit van profiteeren zal. Het zijn vooral de boeren op den zandgrond, die het niet-plakken- systeem huldigen en onder hen zijn ook, leden der Friesche Maatschappij van Landbouw. De voorzitter dier Maatschappij waarschuwt daartegen en hij deelt mede, dat, mocht de Friesche land- bouwstand wenschen, dat ook de Friesche Maatschappij in die richting zal werken, hij dan in dezen niet hun voorzitter wenscht te zijn. Hij wenschte verbetering der wet, o.m. door de Risfc-ooverdracht haar werking te vergemakkelijken zooals reeds besloten is door het Kon. Ned. Landbouwcomité. Het is natuurlijk, dat de niet- plakkers het kind van de rekening worden door hun verzet tegen de wet. Er zijn reeds wetsovertreders ge verbaliseerd. Jammer, dat ook in deze zaak de rechtspleging weer zoo langzaam schijnt te moeten gaan. Wanneer direct na de eerste over treding de dader werd gedagvaard en zijn vonnis na een week was uitgesproken, luidende zooveel gulden boete subs, zooveel dagen hechtenis, het getal niet-plakkers zou nooit zoo groot geweest zijn als thans. Examenwee. Uit een referaat over „De oplei ding van den onderwijzer", voor een Unie-afdeeling gehouden en over genomen in het weekblad De Chr. Onderwijzer, de volgende boutade Niet zonder reden wordt er gesproken van de examenplaag. Vier of vijf jaar heeft een candidaat zijn hersens volgepropt met allerlei onzinde laatste zes maanden worden hem nog een serie rebussen opgegeven en veel valletjes geleerd, opdat zijn voet die voorzichtig mijdt, en half zenuwpatiënt komt hij eindelijk in de examenzaal. En, o wee als ge niet weet waar in Europa de meeste regen valt (het plaatsje Srkvce op de kust in Dalmatië. Laat een Nederlan der dat woord nu eens uitspreken) als ge u vergist in 't tolgeld van het Suez-kanaal, ge kent niet de andere gesteenten, en weet het diluviale tijdvak niet in ondertijdvakken te splitsen, dan beschikt ge niet over voldoende kennis om aardrijkskundig onderwijs in de lagere school te geven. Voor de hoofdakte wordt dit nog erger. Als ge dan niet weet hoeveel spintepels een kruisspin heeft, en kunt geen verkorte derde-machts- worteltrekking uitvoeren, of kent niet de wetten van den vrijen val, waarbij geen rekening wordtgehouden met de altijd bestaande wrijving, dan zijt ge beslist onvoldoende ontwikkeld om aan het hoofd van eene school te staan. Maar vraagt ge zoo'n hoofd onderwijzer, die met ongekende handigheid u een rekenkundige waarde tot op 1/8 benadert, en de isobaren en isothermen kaart op zijn duimpje kent, wat gij verstaat onder een pormesse, oi wilt ge van hem iets weten over bemestingsleer dan komt ge voor eene gesloten deur. Over „het Dorado dat minister De Visser ons in zijn ontwerp voorspie gelt", verklaart de inleider, dat hij ons een flink stuk in de goede richting brengt. Hij heeft den moed een onder wijzer slechts ééne bevoeghefd te verstrekken. Maar alsof hij geschrokken is van zijn eigen denkbeeld, voegt hij aan die ééne bevoegdheid, gauw een stuk of vijf andere bevoegheden (Franscb,Duitsch, Engelsch, Handels kennis, Handenarbeid) toe. Kijk die ééne bevoegheid bracht ons in de wolken van vreugde, doch die vijf andere bevoegdheden ont rukten me een wanhoopskreet. „Ko men we er dan nooit af", kwam het in ons op. De hoogste lof, die thans een onderwijzer kan worden toegezwaaid is, dat hij een „studie kop" is en zijn hoogste eere behoorde te wezen, dat hij als paedagoog werd geëerd. En zoolang er zes of meer bevoegdheden blijven bestaan, is werkelijk leven voor den onderwijzer uitgesloten hij sluit zich op in zijn kamer, hij verwenscht in zijn bin nenste alle acten en examens en de onschuldige jeugd krijgt van hem geen vroolijk woord. Hij kan zijn kinderen niet leiden door hun jeugd naar het leven, zooals het betaamt, omdat hij zelf niet leeft. En, alsof het niet genoeg is, dat al die bevoegdheden blijven, voegt de minister, zeker ter aanmoediging er bij, dat die nieuwe taaiakten het midden zullen houden tusschen de tegenwoordige akten L. O. en de akten M. O. A. Dat beteekent voor velen een jaar langer studie vóór elk „vodje" in een laatje van hun bureau kan worden weggeborgen. Hoe dankbaar ik den minisrer dan ook ben, dat hij het hoofakten- examen heeft laten vervallen, vol daan ben ik nog geenszins. Al die akten moeten verdwijnen en plaats maken voor ééne bevoegdheid. Massa-ontslag. Aan de Kwatta fabriek te Breda heeft, volgens een bericht in »Het Volk», de geheele nachtploeg, onge veer 300 man, ontslag gekregen. Dreigende uitsluiting in het tex tielbedrijf 1 Indien de weversstaking bij de firma Serphos Zonen te Enschedé tot 12 Februari voortduurt, zal te Enschedé op dien datum de uitslui ting worden afgekondigd van de ruim 10.000 textielarbeiders bij de leden der Fabrikantenvereeniging. Donderdag werd ten stadhuize te Middelburg een openbare vergade ring gehouden van het Hoofdstem bureau voor de verkiezing van leden der Provinciale Staten van Zeeland, welke vergadering was belegd voor het aanwijzen van een opvolger van dhr. P. A. Perrels, dis tegen 15 Fe bruari ontslag heeft genomen. Tot lid der Staten werd benoemd de heer A. M. Oveihoff te Goes, de als eerste opvolger op de lijst van groep D, die der S.D.A.P., aangewezen candidaat. De uitlevering der oorlogsschuldi gen. Lijst der opgeëischten. Hertog Albrecht Wurtemberg. Tixt von Arnim. Prins Rupprecht van Beieren. Vier von Below's o.w. Otto von Below. Graaf von Bernstorff. Von Beseler. Von Bethmann Hollweg. Otto von Bülow. Von Capelle. Graaf Carmer. Von Defmling. Demmler. Djemal Pasja. Enver Pasja. Prins Ernst van Saksen. Vrijheer von Falkenhausen. Von Falkenhayn. Von Gallwitz. Von Gebasttel. Von Gemmingen. Alfred von Glasenapp. Graaf Haeseler. Von Hausen. Von Haniel. De groothertog van Hessen. Generaal-Veldmaarschalk von Hin denburg. Prins August Wilhelm von Hohen- zollern. Prins Eltel Friedrich von Hohen- zollern. Kroonprins Friedrich Wilhelm. Prins Óscar von Hohenzollero. Prins Friedrich van Pruisen. Von Ingenohl. Von Kluck. Von Linsingen. Von Lochow. Generaal Ludendorfl. Generaal-veldmaarschalk von Mac- kensen. De hertog van Mecklenburg. Von Moltke. Admiraal Scheer. Talaat Pasja. Von Tirpitz. Von Trotha. Graaf Reventlow. Zimmerman. Verder zijn nog te noemen de vroegere soc. dem. minister Auer te Miinchen, de chef van het marine- kabinet, von Müller, de groot-indus trieel von Borsng, Frau Elsa Scheiner (wegens slechte behandeling van Fransche vrouwen in Duitsche con centratiekampen), generaal von Mor gen, Prins von Ratibor, von Kirch- bach, von Marwitz, von Francois, von Stössel en Keina. Het Duitsche volk en de uitleve ring. Uit Berlijn schrijft men dd. 5 Febr. Men kan zich in het buitenland misschien geen voorstelling maken van den graad van opwinding die de publicatie van de uitleveringslijst der Entente hier heeft teweegge bracht. Sedert den dag, waarop de voorwaarden van den wapenstilstand bekend werden, heb ik een zoodanige opwinding in alle kringen der be volking niet meer waargenomen. Men klimt niet weer, zooals toen, op wagens of in lantaarnpalen, om van daar uit de verschillende eischen aan de menigte voor te lezen, die iederen eisch met een honderdvoudig >Pfui 1" beantwoordde de aanblik der straten draagt niet meer het revolution naire karakter van toen men is uiterlijk weer netter, be schaafder geworden, maar de op winding is hevig gebleven. Het is, alsof het publiek ineens weer den geheelen ernst van de situatie heeft begrepen, alsof men uit den roes van ongebreidelde ge nietingen plotseling tot de harde werkelijkheid is teruggekeerd. Gisteren sprak men nog van het groote fllmbal, dat ten bate van de noodlijdende kinderen te Weenen en Berlijn gegeven zal worden en waarvoor de toegangsbiljetten heden reeds zijn uitverkocht, hoewel de entrée-piijs IOOO Mark is. Thans spreekt iedereen over de noodlottige lijst, die Duitschland voor nieuwe beslissingen van den meest gewich- tigen aard plaatst, en een politieke constellatie schept, zóó duidelijk als sinds de groote gebeurtenissen van 1918 niet aanwezig is geweest. In Juni van het vorige jaar, toen het ging om de al- of niet onder teekening van het verdrag van Ver sailles was deze atmosfeer toch van een heel anderen aard. Toen was Duitschland verdeeld, thans heerscht er onder het Duitsche volk slechts één meeniag, klinkt er slechts een eenparig <neen> i Het is, alsof de partijgrenzen plotseling zijn uitgewischt en in ieder geval staat dit feit als een mijlpaal in het politieke leven vastde uit- leveringseisch heeft in Duitschland een nationale eenheid geschapen, als ook in November 1918 nog op geen enkel oogenblik heeft bestaan. Kerkelijke Zaken. Geref. Gemeente. (tusschen de twee poorten) Zondag 8 Febr. Voormiddag g1/» uur, 's namiddags 2 uur en 's avonds 6 uur ds. J. Duijnhoven van Moer- kapelle. Doopsgezinde Gemeente. Zondag 8 Febr., des morgens te io*/a uren, ds. T. H. Siemelink. W eerbericht, Verwachting tot den avond van 7 dezermatige oostelijke tot zaidelfjke wind, lichtbewolkt, droog weer, om het vrieapent dea nachts, zelfde tem peratuur overdag.

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1920 | | pagina 2