No. 72.
Zaterdag 6 September 1919
42® Jaargang.
EEN VOORBEELD.
FEUILLETON.
Tizian's Madonna.
NEDERLAND.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs voor Goes 35 cent, franco per post
55 cent per kwartaal.
Afzonderlijke nummers h 3 cent verkrijgbaar.
ADVERTENTIËN voor Dinsdag- en
Vrijdagmiddag 12 UUP te bezorgen
bij N. V, Stoom-, Boek-, Courant- en
Handelsdrukkerij v.h. Firma's
F. Rleeuwens Zoon en J. A. Ross.
Advertentiën 8 ct. per regel, behalve dienstaanvragen.
die tegen 7 ct. per regel worden geplaatst.
Bij directe opgaaf van 3 maal plaatsing derzelfde adver
tentie wordt de prijs 2 maal berekend, uitgezonderd
dienstaanvragen. Gr. letters en afb. naar plaatsruimte.
Advertentiën, als geboorte-, huwelijks-, verjarings-, doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen, niet meer dan acht
regels beslaande, voor den prijs van 65 cent.
Als wy iets van u wilden kry
gen, lezer, zoudt gij het dan ver
standig van ons vinden, dat wy u
op allerlei manieren gingen plagen
en kwellen En als wij dan tot
u zeiden„zoo gy het ons niet
geeft, zetten wij u de deur uit en
nemen wij het toch Dat zou u
zeker niet zóó aangenaam voor ons
stemmen, dat gij ons het gewenschte
vrijwillig zoudt geven. Integendeel,
als het geven van het voorwerp van
uw vrijen wil afhing, gaaft ge ons
niemendal. Of ja, misschien toch
iets, namelijk een zoo stevigen duw,
dat we een eindweegs van u weg
stoven. Dat zou voor zulk een
onheutsche behandeling waarlijk
ons verdiende loon zyn. Zelfs al
waart ge in den beginne misschien
nog wel geneigd geweest, om onze
wenschen in welwillende overwe
ging te nemen, waarvan dan mo
gelijk het gevolg had kunnen zyn,
dat wij het cadeautje meenamen
na^r huis, dan zoudt ge waarschijn
lijk na bovenbedoelde handelwijze
van onzen kant geheel van gedachte
veranderen en ons met de kous op
het hoofd wegzenden.
Aan zulk een onhebbelijke han
delwijze maken zich tegenwoordig
de Belgen schuldig in die deelen
van Duitschland, die zij voor zich
hopen te verkrijgendat zijn de
districten Eupen en Malmedy. Deze
districten zijn door den bekenden
Raad van Vier aan België toege
wezen op één vaste voorwaarde.
De inwoners van Eupen en Mal
medy moeten binnen een bepaald
tijdsverloop door vrije stemming
beslissen, of zij bij Duitschland
Uit het Zweedsch.
Lady Mary las het vers nog eens
over, voor zij zich ter ruste begaf, en
vroeg den volgenden dag aan den heer
Stevens op zeer onverschilligen toon,
hoe hij haar toch wel het zeldzame
werkje had kunnen bezorgen. En toen
deze eenigszins verlegen draalde met
zijn antwoord, viel zij hem in de rede,
zeggende
//O, ik wiel niet onbescheiden wezen,
maar ik ben u zeer dankbaar, ge hebt
er mij zeer veel genoegen mede gedaan."
Dien zelfden dag vond Lord William
eene nieuwe gelegenheid om aan Mylady
een boek te zenden. Hij wist door den
heer Stevens, dat zij Italiaansche lectuur
wenschte, en daar hij een roman in
die taal bij zich had, verzocht hij den
predikant haar dien te willen brengen.
Andermaal stopte hij eene dichtelijke
ontboezeming in het boek, zoodat
Mylady nu niet langer in twijfel kon
willen blyven, dan wel of zij in
't vervolg Belgen willen worden.
Voorloopig zijn beide districten
reeds door Belgische troepen bezet.
En wat doen deze nu? Behalve
dat zij de inwoners plagen en
sarren, hebben zij nu bepaald, dat
bedoelde stemming niet in het
geheim zal gehouden worden, zooals
toch een vrije stemming behoort
te zijn, maar op open lijsten, waar
uit dus dadelijk te zien is, wie
ertegen is, om zijn grondgebied tot
een stuk van België te helpen ma
ken. Deze tegenstemmers zullen
dan volgens de vriendelijke toezeg
ging der Belgische gezaghebbers
dadelijk met hun gezinnen uit de
districten worden gezet. Van have
en goed beroofd, zullen deze men-
schen dan in het overige Duitsch
land een onderkomen moeten zien
te vinden.
De lezer weet voldoende, dat wij
ons gedurende den oorlog niet
Duitschgezind hebben betoond, om
dat we er vast van overtuigd wa
ren en nog zijn, dat de Duitschers
met dien oorlog onrecht op onrecht
stapelden. En het is nu weer in
naam van het recht, dat wij op
komen tegen de manier, waarop de
Belgen thans in Eupen en Malmedy
optreden. Een stemming, gelijk zij
die willen, is geen vrije stemming,
maar een ongehoorde dwingelandij.
En het dreigement van verbanning
is precies hetzelfde geweld, waar
tegen ze hun groote keel hebben
opgezet, toen de Duitschers zich in
België eraan schuldig maakten. Wij
zyn er benieuwd naar, of de groote
heeren te Parijs deze Belgische
manier van doen zullen goedkeuren.
Dat zou Wilson zeker niet. Maar...
Wilson heeft tegenwoordig in zijn
wezen.
Lady Mary was wonderlijk te moede
zij vond het schoone sonnet onver
beterlijk. Nog onlangs, toen zij het mij
toonde, viel zij haren man om den
hals en zeide met hare zachte stem
//Ja, Will, als gij uwe gedichten
slechts wildet in het licht geven, zou
niemand Byron meer lezen."
Mylord kleurde.
Ondertusschen kreeg de heer Stevens
eenigzins achterdocht. Mylord werd zoo
rusteloos, zoo gejaagd iets wat de
predikant zich niet goed kon verklaren.
Het weer had zich eindelijk tot deugd
geschikt. Alle regenwolken waren als
sneeuw voor de zon verdwenen, en de
blauwe hemel zag er zoo verrukkelijk
uit, alsof hij zich van geene schuld
bewust was. De warme, koesterende
zonnestralen verrichtten wonderen, het
overtollige nat droogde fluks op, neder-
geslagen struiken en takken verhieven
zich weder vroolijk, alles verademde.
Mylord wandelde des voormiddags
welgemoed den weg op, het brugje
over, waaronder de kleine beek stroomde,
ging heuvelopwaarts, om van het heer
lijke uitzicht over velden en wouden
eigen land zóó de handen vol met
andere, gewichtige zaken, dat hy
misschien geen gelegenheid zal
vinden, zich met de meergenoemde
Duitsche districten te bemoeien.
Mogelijk, dat zijn plaatsvervanger
te Parijs zich geroepen zal achten,
de voetsporen van Wilson te druk
ken, en even pal zal sraan voor het
recht, ook van verdrukten.
Voor ons, Nederlanders, is deze
geschiedenis wel niet bemoedigend,
maar leerzaam. De jonkerpartij,
die op het oogenblik in België de
lakens uitdeelt, wil ook in ons
Limburg en Zeeuwsch-Vlaanderen
een soortgelijke volksstemming als
de bovenbedoelde doen houden.
Natuurlyk is er geen denken aan,
dat wij ons aan dien brutalen Bel
gischen wensch zullen onderwerpen.
Maar de wil van gene zijde bestaat.
En, zooals wij de vorige week me
dedeelden, zou diezelfde jonkerpartij
maar onverwachts Limburg en
Zeeuwsch-Vlaanderen door Belgi
sche troepen willen bezetten. En
dan kregen we in ons eigen land,
dat niets met den oorlog heeft
uittestaan gehad, dat nooit iets
tegen België ondernomen heeft en
dus nooit zyn vijand was, maar eer
het tegendeel, wat uit de opneming
der Belgische vluchtelingen is ge
bleken, dan kregen we hier dezefde
dwingelandij en geweldenarij te
verduren, die nu in Eupen en
Malmedy warden toegepast. Dan
zouden duizenden bij duizenden
Nederlanders door de vriendelijke
Belgen verjaagd worden, misschien
weltot in de Noordzee.
Deze week is te Heerlen in
Limburg gezegd, dat, als de Belgen
met den sabel gaan rinkelen, ook
het kleinste stukje van Limburg
te genieten, en stond even, besluiteloos,
stil voor het groote hek van het park,
nochtans zonder binnen te gaan. Een
weinig dieper in het woud was een
ander klein groen geverfd hekje, dat
hem meer aanloktetoch klopte hem
het hart hoorbaar toen hij het opende.
Wat hij eigenlijk wilde, wist hij zelf
niet.Ronddwalen in het heiligdom.
Het was er eenzarm en stilmen hoorde
niets dan het verwijderde gekras van
harken op de grindpaden en af en toe
Let nederploffen van overrijp ooft.
Mylord liep door, en naderde eene
door latwerk omgeven ruimte, waar de
kassen zich bevonden. Daar was een
kleine aanleg gemaakt van fijne heesters
en zeldzame gewassenin het midden
plaste een fonteintje. Hij bleef achter
de omheining staan, om het liefelijke
geheel te bewonderen daar bemerkte
hij opeens eene dame tusschen de
bloemperken. Dat wasja, niemand
anders dan Lady Mary in eigen persoon.
Zij bukte telkens om bloemen te
plukken, en neuride zachtjes in zich-
zelve. Soms hield zij even op om haren
ruiker'te schikken, die waarlijk prachtig
was.
met mannenmoed verdedigd zal
worden. Wij hopen, namens ons
heele volk te kunnen zeggen, dat
ook het kleinste stukje van
Zeeuwsch-Vlaanderen met denzelf
den moed aan de Belgen zal worden
betwist, als ze het mochten bestaan,
daar een inval te doen.
Het is gebleken, dat wij ten
opzichte van onze waterwegen wel
een en ander aan de Belgen willen
toegeven. Maar wanneer zy sou-
vereiniteit, dat is de uitoefening
van oppermacht, over deelen van
ons land of ons water trachten te
verkrijgen, dan zullen wij hen -
hoe ongaarne wy ook vechten
met wapengeweld weerstaan. Ons
kruit is nog droog, meneer Hymans
Een motie om de wenschelijkheid
van verhooging der loonen van de
werklieden der gemeente uit te spre
ken, werd verworpen met II tegen
2 stemmen (de heeren De Die en
Blaas).
Een voorstel-Plazier om de raads-
Plotseling richtte Mylady zich op,
wendde het hoofd om en bemerkte
Mylord. Zij trad verschrikt achteruil
en fronste de wenkbrauwen, maar on
middellijk daarop kwam zij hem glim
lachend tegemoet, reikte hem de hand,
zeggende //U higrfe Lord Wanham
z/Ja, Mylady, aftrzal u wel verwon
deren. Ik hoop dat ge mij de onbe
scheidenheid, die ik pleeg, zult ver
geven. Ik wilde u echter gaarne
eens spreken."
Zij wandelden samen de lommerrijke
laan in.
z/Zoo," zeide zij, terwijl zij haren
ruiker aandachtig beschouwde. //Gij
zult uwe //Madonna" toch wel niet
weer willen verkoopen en zij zag
hem lachend aan.
yNeen, waarlijk nietMaar sedert
ik weet hoeveel waarde het stuk voor
u heeft.ja, Mylady, ik heb er nau
welijks meer naar omgezien, sinds ik
het terugheb."
z/En toch wilt ge het niet overdoen
z/Neen, ik kan er niet van scheiden.
Doch laat mij u iets voorstellen iets...
vragen Mylady.Kunnen wij het niet
deelen
9
Goes, Naar wij vernemen heelt
de heer A. D. F. van der Wart
eervol ontslag aangevraagd als direc
teur van de Ambachtsschool alhier.
Goes. De burgemeester maakt
bekend, dat verkrijgbaar is van 6
Sept. tot en met 12 Sept. 1919
Op bm 75, 3^ ons Suiker.
Goes. Door den Raad der ge
meente is in zijn vergadering van
Dinsdag jl. herbenoemd als Wet
houder de heer v. d. Bout en be
noemd met 7 tegen 6 stemmen de
heer Mr. Stieger inplaats van den
heer I. D. Fransen v. d. Putte.