No. 82. Zaterdag 11 October 1890. IS11 Jaargang. f>m Dit blad verschijnt lederen WoenBdag en Zaterdag. De prijs per halfjaar f O 50, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommerszijn 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIEN voor Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 nnr te bezorgen bij den nitgevcr J. A. ROSS, Goes. üienstaanvragen wordeugeplaatat tegen cent en Advertentién tegen 6 cent per regel Groote Letters en Afbeeld, naarplaatsruimte. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, nitgezonderdJ)ienstaanvragen. Advertentie li, als: Geboorte-, Huwelijks-, Yerjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van V ij f t i g cent. Bij dit iio. behoort een 11 ij voegsel. 388? In het volgend nummer zal een begin worden gemaakt met de plaatsing van J. J. Da vid's boeiend feuilleton getiteld„Fortunato's dochter". K O M E D I E. 't Zou kunnen zijndat deze of die zegt: over ko medie, dat lees ik nietwant daarmee laat ik mij niet in. Komedie-spelen is een zondig bedrijf, de menschen, die er naar gaan luisteren leeren er meer kwaad dan goed en daarom is het beter er vandaan te blij ven. Nu is er op deze redeneeriug heel wat af te din gen. Men kan iiolit veroordeelenal zijn de gron den niets dan onbeduidende ofschoon mooi klinkende woorden. Van de komedie is heel wat goeds te zeg gen: zij kan, in plaats van 's menschen bederf te bewerken, juist een krachtig middel zijn tot bescha ving en veredeling. Maar wie nu tegen de komedie is omdat zij strijdt met zijne beginselen op het gebied van godsdienst en zedelijkheid hij kaudele overeenkomstig zijne gevoelens en blijve er vandaan. Mocht er echter iemand zijn, dieDe gedachte is wat leelijk, zegt mis schien de lezer, en geheel bezijden de werkelijkheid: welnu terwijl wij het earste toegevenhopen wij het laatste. Wij vragen toch toestemming om haar neer te schrijven. Mocht er iemand zijn, die zich in de plaats zijner inwoning nooit in de komedie zal ver- toonen, omdat zulks niet overeen te brengen is met zijn' naam van vroom man, en om gelijke reden an deren waarschuwt tegen zoo'n zondig vermaak, ter wijl hij hunkert naar eene gelegenheid om als hij zich in den vreemde bevindt en meent, dat niemand hem kent, zich schadeloos te stellen door zijn hart eens goed aan eene tooneelvoorstelling op te halen als ge hem daar ziet zitten, zijn gelaat stralende van genot, zeg dan, wie er meer komedie speelt: hij of de acteurs? Eu hiermee zijn wij ineens gekomen waar wij we zen wilden; want de verstandige lezer heeft al lang begrepen, dat, al zetten wij hierboven komedie, ons doel niet was over den schouwburg of het tooneel te schrijven. Er wordt in het leven heel wat komedie gespeeld. Al meermalen gaven wij daar staaltjes van. Onze maatschappelijk instellingen laten niet toe le staau bidden op de hoeken der straten maar zie sommigen loopen, met hunne uitgestreken gezichten, alsof al het aardsche hun te laag en het kemelsehe maar net hoog genoeg wasen ga ze na in hun' gelieelen handel en wandel en zie, hoeveel slechtheid en valsck- heid er zetelt in hunne harten wat is die vroom heid op zijn zachtst uitgedruktanders dan homediei Maar de menschkortzichtig als liij is ziet zoo licht in komedie de werkelijkheid. Deuk eens aan het geen er op staatkundig gebied voorvalt. Over regee- riugspersoneu spreken wij niet: die staan te hoog, om niet precies te meenouwat rij zeggen. Zij heb ben niets op het oog dan het belang van den staat en als er verschil vau gevoelen bestaat, dan is dat niet anders dan in datzelfde belang, ook als zij dit toegeven en dat met hand en tand vasthoudenhet is al gelijk, komedie mogen wij hierbij niet veronder stellen maar let eens op hetgeen er bij verkiezingen gebeurt. Daar hebt ge al meermalen op gewezen, hoeren we ons toeroepen. Ge hebt gelijk en daarom willen we er nu over zwijgen, als ge maar toestaat, dat er dan geen klein beetje komedie wordt ge speeld. In 't dagelijksch leven echter niet minder. A. is afhankelijk van B. tenminste kan door hem in zijne maatschappelijke positie aanmerkelijk bevoordeeld of benadeeld worden. A. kanwel is waar, B. niet best lijden maar 't zou hem kunnen schaden iets te zeg gen of te ondernemen, wat niet naar den zin van den ander was. Wat nood: hij schikt zich naar zijn belang liij noemt B. zijn' besten vriend en speelt komedie, 't Zon immers schadelijk voor hem zijn, als hij met zijne ware gevoelens voor den dag kwam! Ook al begrijpt bijdat hij het recht aan zijne zijde heeft, dat recht te doen gelden zou hem benadeelen. Mietje en Pietje zijn boezemvriendinnen. Men ziet ze dikwijls samen en dan kan het zoo als men het uitdrukt tusscheu haar niet op. Maar als Mietje een derde spreektdan heeft zij heel wat van hare vriendin te zeggendat minder mooi is nog erger dan leelijke gordijnen en Pietje laat zich in dit opzicht ook niet onbetuigd. Als gij ze zoo samen ontmoet, arm in arm, in 't intiemste gesprek, als of er geen twee zielen waren, nauwer aan elkander gehecht, denk dan maar weer aan komedie. Nog al erger. Die jonkman is smoorlijk verliefd. Zijn uitverkoorne heeft dan ook uitstekende eigen schappen. Wat schoonheid betreftmunt zij wel niet uit, evenmin in verstand, maar en nu komt het alle goede eigenschappeu zijn hierin vereenigd zij bezit veel geld of heeft het te wachten. Beter huwelijk kan onze vrind niet doen. Daarom vindt hij niemand liever dan haar. Wat een genot met haar samen to zijn. Wat vindt hij haar schoon. Wat is zij verstandig. Hoe maakt hij gebruik van elke ge legenheid om haar te naderen en betreurt hij steeds het oogenblikwaarop hij weer van haar moet schei den Gij weetwaar 't om te doen ismaar 't is alweer komediegelukkig als dat later die uitver koorne niet al te sterk onderviudt. Lezers,'Iaat het komediespel zich tot den schouw burg beperken, daar kan 'tzijn nnt hebben; in't da gelijksch leven hoort het niet thuis. NEDER LAN D. Toestand des Konings. Volgens da N. Ii. Crt. wordt in den toestand des Iionings weinig verandering waargenomen zoo min ten goede als ten kwade. De Koning houdt steeds het bed. Natuurlijk is op dien leeftijd de toestand zorgelijk. Wegens 's Konings buitengewoon sterk ge stel evenwel en na de ondervinding in het voorjaar van 1889 blijft men nog op herstel hopen. Goes. In de Donderdag gehouden raadszitting, waarin de heeren Kakebeeke, De Jonge en Quist. af wezig waren werd tot gemeente-geneeskundige benoemd met 10 van de 11 stemmen (1 biljet in blanco) de heer J. de Bruine, arts te Oosthnizen. Het verzoek van L. Oele, om vergunning tot het houden van eenden in de vest, aan de oostzijde van de gemeente, werd ingewilligd.

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1890 | | pagina 1