men daar nog niet alle bijgeloof heeft afgelegd. Er heeft zich in ons land, evenals in andere lan den eene commissie gevormd tot het instellen van een onderzoek naar den oorsprong, de verbreiding en het karakter van de jongste influenza-epidemie. De bh. Binnendijk, Godefroi, Hnet, Nphoff, Ruysch, Salten, Stokvis en Stein Parvé hebben aan alle geneeskun digen een lötal vragen ter beantwoording toegezonden. UIT DEN VREEMDE. Prof. Fokker wijst in 't weekblad van het Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde op hetgeen in het Zeit- schrift für Hygiene voorkomt over eene typhus-epidemie te Svarteborg, een klein plaatsje in Zweden. 104 personen werden er door aangetast. Te Svarteborg bestaat eene boterfabriekwaar de boeren hun melk heen zendendeze wordt door centrifugeeren van bo ter bevrijd en dan door de boeren teruggenomen voor consumptie. Het bleek, dat de aangetaste personen alle leveranciers van die boterfabriek warenen dat een van hendoor geïnfecteerde melk naar de fabriek te zenden, die daar met de andere vermengd was, de oorzaak der epidemie geweest was. De Zweedscbe schrijver wijst op bet gevaar van melkinrichtingen, waar alle melk vermengd wordt. Bij een bacildie zich zoo gemakkelijk in melk ver- vermeerdert als de typhus-bacilneemt daar met bet aantal leveranciers het gevaar voor infectie toe. De Engelscben ziju niet alleen verstokte theedrin kers maar bovendien hardnekkige pillenslikkers. Volgens de Chemist and Druggist althansworden in Groot-Britannië dagelijks meer dan 5,500,000 pil len gesliktwat per hoofd 1 pil per week beteekent. De geheele voorraad pillen in een jaar gebruikt, weegt 178 ton eene hoeveelheid waarmede men 36 spoorwa gens zou kunnen vullenzoodat er twee locomotieven noodig zouden zijn om ze te vervoeren. Aan een draad geregen zouden deze pillen aan een slinger kunnen hangen van de hoofdkerk te Liverpool naar die te New-York en terug. Een geneesheer te Berlijn heeft terechtgestaan we gens sequestratie van kinderen. Hij hield sinds enkele jaren vier kinderen in volmaakte afzondering. Zij werden verzorgd door eene doofstomme vrouw. Hij beweerde dat hij deze kinderen had gekocht en ze opvoedde om een onderzoek te kunnen instellen naar het instinct van den menschwanneer hij geheel on beschaafd is. Daar bewezen werd dat hij de kinde ren overigens goed behandelde, werd hij vrijgesproken. Volgens de Pol. Nachrichten gaat het met de werk- eener nuchtere werkelijkheidUit de plooien zijner portemonnaie blonk hem geen enkel goudstuk tegeu; niets dan eenige zilver- en koperstukken lagen daar bijeenwaarvoor hij in geenen enkelen winkel een gouden medaljon kon koo- pen. Toch het moest! Iets toch moest en wilde hij doen wat het hem ook kosten mocht tot eiken prijs Nu fluisterde opeens eene wonderlijke stem uit eenen hoek van de kamer: „Wasserstrasse No 7." Juist! da&r lag het twintig-mark-stuk, dat hij noodig had. Da&r lag heten wachtte op hem Wel is waar, in dien hij het tot zijn oogmerk gebruikte zou hij den verliezer geene revanche meer kunnen geven, doch voortaan het koffie huis moeten schuwen. Dit laatste echter lag toch alreeds in zijn plan en in elk gevalhet zou dan toch eerlijk ver diend geld wezen. Hij kon ook de partij verliezen het bloed sloeg hem bij deze gedachte naar de slapen. Welnu dan had hij zijne beurs vergeten, en deed de schuld later af, wanneer het nieuwe jaar hem weder van geldmiddelen zou hebben voor zien. Dan zou het slechts eene leening zijn geweestMaar hij kon niet ver liezen vvant Erwine zou als goede ge nius achter hem staan en zijne hand lei- zaamheid der arbeidsconferentie zoo voorspoedigdat op 29 dezer de sluiting barer zittingen kan verwacht worden. De drie commission kwamen reeds tot be langrijke besluiten. Slechts personen boven den 14- jarigen leeftijd zullen ia de mijnen mogen werken. De arbeid van vrouwen in de mijnen is algemeen ver boden. De fabrieksarbeid van kinderen wordt afhan kelijk gesteld van het feitof zij den bij de wet gestelden schooltijd hebben volbracht. Nachtarbeid van kinderen onder veertien jaren is verboden zij mogen in het algemeen niet langer dan zes uren per dag werkzaam zijn met een rusttijd van ten minste l/i uur; bij ongezond of gevaarlijk bedrijf is kinder arbeid geheel uitgesloten. In de Zondagsrust is door alle gedelegeerden toegestemd met uitzondering van bepaalde gevallen waarin het voortgezette produc tie betreftof waar het een bedrijf geldt, dat slechts op betaalde tijden van het jaar kan uitgeoefend wor den: evenwel zal de arbeider eiken tweeden Zondag vrij hebben. De werkstaking van bakkers te Zuid-Yarreeen der voorsteden van Melbournegaf dezer dagen tot een zonderling geval aanleiding. Een bakkersknecht reed als gewoonlijk op zijn broodkar de huizen der klanten langs, om brood te brengen. Dadelijk achter hem volgde een wagen waarin 2 werkstakers waren gezeten en daarachter reed de patroon. Met een geweer tusschen de knieën hield hij toezicht op de levering van brooden telkens wanneer een der beide werkstakers beproefdeden klant of zijne dienstbode over te halenhet brood niet aan te nemen hief de meesterbakker het geweer op met de bedreiging, dat hij den werkstaker onmiddellijk zou neerleggen als hij zich niet bedaard hield. Zoo ging het van huis tot huis. Waar karretje no. 1 ophield stonden ook de beide andere stilwant de werkstaker» gaven het zoo gauw niet op en de meester-bakker waakte voor zijne zaak. Eindelijk toen het opzienwekkende optochtje den spoorweg over moest en het voorste gedeelte van de staart werd gescheiden kon de bak kersknecht ongehinderd zijn werk voortzetten. Men heeft Barnum gevraagd iets nieuws te beden ken voor de Amerikaansche wereldtentoonstelling van 1893. De reclamekoning heeft daarop het volgende plan voorgesteld. In het museum te Boolakin Egypteligt het gebalsemde lijk van Ramses IImet dat zijner doch ter, die Mozes opvoedde, en andere personen van de Pharao-familie uit dat tijdperk. Barnum wil nu eenige dezer mummiën vau de Egyptische regeering te leen vragen om te Chicago aan het volk der 19e eeuw de personen die 2000 of 3000 jaren geleden een rol den weg kon vragen. Zoo liep hij als blindelings voorttot hij aan eene breede zwarte strook te mid den van de sneeuw en aan het ruischen van gezwollen water den vliet herkende die dit gedeelte van de stad doorstroomt. Naar dezen ookmeende hij numoest de Wasserstrasse wel haren naam heb ben en zij kon dus niet ver meer weg zijn. Inderdaad vond hij een eind verder aan den hoek eene donkere straateen bordje waarop de lang gezochte naam hij het flauwe licht eener lantaren zich liet ontcijferen. In de straat zelve echter was het zóó donker, dat zich geen huisnummer onder scheiden lietnoch zelfs aan welken kant de evene, aan welken de onevene num mers waren. De huizen aan de eene zijde tellendtastte Wolfgang aan de ze'vende deur naar eenen klopper. Doch neen hier was er geen. Dan aan de overzijde. Hier voelde hij inderdaad op de zevende deur het bewuste dingdat ijzig koud aan zijne hand kleefdeen tusschen zijne vingers den vorm scheen te hebben van eenen ouden ijzeren drakenkop. Iiij keek tegen eenen hoogenzwarten gevel om hoog alles was doodstil en duister: hier werd blijkbaar geen Kerstavond gevierd.- Wordt vervolgd. den. Tot eiken prijs moest hij het goud stuk heden avond nog hebben. Het medaljon in zijnen borstzak ver bergend drukte hij zich den hoed we der op het hoofden was in een omme zien de trappen af, weder op de straat. Daar buiten was het thans verwonder lijk stil; de straten der groote stad wa ren bijna zoo ledig, als anders slechts in de vroegste ochtenduren het geval pleegt te zijn. Het sneeuwde niet meer, en de weinige menschendie hier en daar onhoorbaar over het zachte sneeuw tapijt gingenhadden te midden van den f eestelij ken lichtglans allerwege, iets spookachtigsalsof zij uit de witte aard korst verrezen waren0111 heimelijk de oorzaak van al dat licht te bespieden. Wolfgang Wegerdanz' phantasie was mede voor deze indrukken toegankelijk maar zijn kloppend hart dreef hem rus teloos voort naar zijn doelwaarvan hij de juiste ligging nauwelijks kende. Hij had slechts eene algemeene voorstelling van de richting, in welke de Wasser strasse lagdeze zelve had hij nooit be treden. De weg voerde ver uit het cen trum der stad naar het noord-oosten allengs door donkere en geheel uitge storven buurten, waar zelfs de spookach tige wandelaars niet meer rondgingen, en de zoekende in eenen doolhof van nauwekronkelende straten aan niemand

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1890 | | pagina 4