No. 15.
Woensdag 19 Februari 1890. 13e Jaargang.
Dit blad verschijnt mderen Woensdag en
Zaterdag.
Dc prijs per halfjaar f O 30, franco per post f 0,00,
waarover por halfjaarlijkachc kwitantie
wordt beschikt.
Afzonderlijke nommerszijn h 1 cent verkrijgbaar.
AD VERTEN TIEN voor Dinsdag
en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den
uitgever A. ROSS, Goes.
Oplaag 1500 Exemplaren.
Diensfcaauvragen wordengeplaatsl Ltgeno cent
en Advertentiön tegen 6 cent per regel
Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der-
zelfde advertentie wordt de prijB slechts tweo-
maal berekend, uitgezonderdDienstaanvragen.
Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prpe van vijftig cent.
V E E R h A X I>.
Naar wij vernemen bestaat er plan in of nabij I
Goes op te richten eene roomboterfabriek. De leiding
en uitvoering van het plan berust in handen van l
den heer W. J. v. d. Bosch te Goes.
Aan de M. Ct. schrijft men
„In uw vorig nommer wordt als teeken des tijds i
gemeld, dat te Sloten een jongmenseh, in bet bezit
der hulpakte, na 2 jaren vergeefs gesolliciteerd te
hebben, zich heoft verhuurd als boorunknecht dit
is slechts een voorbeeld uit vele. Te Kapelle bevindt
zich een jongman, die reeds 4 a 5 jaren geleden
de akte als onderwijzer heeft verworven en thans,
na tallooze malen gesolliciteerd te hebben, bij zijne
ouders het landbouwbedrijf uitoefent. Een onderwijzer
uit Ierseke is, na jnist 70 maal gesolliciteerd te
hebben, naar Transvaal vertrokken, tegelijk meteen
onderwijzer uit Kloetinge, die in 't zelfde geval ver
keerde. Een onderwijzer uit Hoedekenskerke ging om
dezelfde reden zijn geluk in Noord-Amerika zoeken.
En zoo zijn er legio. Alleen in Zuid-Beveland zijn
er ettelijke onderwijzers, die tevergeefs naar plaatsing
uitzien. En overal in ons lieve vaderland is het zoo
Zaterdag jl. hield de kolenvereeniging „Eendracht
maakt macht" te 'a Heer Areudskerke hare jaarverga
dering om rekening en verantwoording te doen.
1500 H.L. zijn k 70 cent per H L. aan de leden
franco aan buis bezorgd.
Op deze vergadering werd het besluit genomen
twee leden af te vaardigen om te trachten bij de
mijneigenaars aan de Ruhr op voordeeliger wijze dan
tot boden contracten te sluiten tot levering van steen
kolen.
Wanneer zullen de gemeentebesturen er toe over
gaan om de wet uittevoereuen zooveel personeel
aantestellen als die wet hun voorschrijft, waardoor
aan dien schandelijken toestand een einde zal gekomen
zijn
Naar men uit Ierseke aan het Vad. bericht, is jhr.
J. L. C. Pompe van Meerdervoort, te Bergen op
Zoombezig om eene zeer groote maatschappij op
te richten voor de kunstmatige oesterteelt, eene maat
schappij van zulk een omvang, dat een geheele om
mekeer in de oester-industrie daarvan te verwachten
is. iijn de mededeelingen welke bet Vad. ontving
juist, dan zoude deze grootsehe onderneming omvat
ten een half dozijn zeer goed werkende kleinere on
dernemingen waaronder ook zijn, welke thans reeds
zeer belangrijke zaken doen, en zoude men op deze
wijze in eene hand krijgen ruim een derde deel van
de geheele oesterproductie op de Schelde en Zeeuwscbe
stroomen. Men verzekert, dat het benoodigde kapi
taal gevonden is. Het geheele opperbeheer en de lei
ding dezer kolossale zaak zou toevertrouwd zijn aan
jhr. Pompe van Meerdervoort, die door zijne langdu
rige ervaring op dit gebied zeker alleszins bevoegd
is, om de directie te voeren; aan hem zoude toege-
FEÜILLETON.
2) DONKERE DAGEN.
Uit het Italiaansch
van Salvatore Farina.
August, die zijn zusje niet had kunnen
inhalen, liet zich nóg eens roepen, voor
hij verscheen; en zelfs toen was hij nog
druk bezig met de vuurtang, die hem
tot commando-degen had gediend, in
eene denkbeeldige scheede ie steken.
„Komt eens hier en laat mij je eens
bekijken!" zeide mijne vrouw op schert
senden toon: „Hier! zoo! allebei goed
recht staan! Mooi! Steekt
nu je tong eens uit! Best zoo!
Trekt ze nu maar weer in!"
Doch de beide kleine schelmen, die
in dit nieuwe spelletje veelte veel schik
hadden om er zoo spoedig al mee te
eindigen, bleven met open monden en
uitgestoken tongen staan, en lachten,
dat zij schaterden. Ik moest August op
de wang tikken, om aldus beiden weder
tot de orde te brengen. Want zoodra
Laurina niet meer de verplichting voelde
haren broeder te ondersteunen, sprak
zij met hare gewone waardigheid: „Wat
is cr nu te lachen?" en lachte niet
meer.
„Hoort eens, kinderen", begon nu
mama, heel ernstig „Neen! nu
zonder gekheid!August, heb
je niet wat hoofdpijn?"
„O neen, moe!"
„En ook jij niet, mijn poppetje?"
„Wel neen, mamaatje!"
„En heb je geene pijn in je keel?
Probeer eens kan je wel goed slik
ken
August had eene halve beschuit in den
zak. „Ik zal eens probeeren", zeide hij,
en beet er een flink stuk af, dat in een
ommezien verdwenen was.
„Ik wil ook eens probeeien", begon
Laurina, en tastte vergeefs aan haar
jurkje naar eenen zak. Doch hare moe
der gaf haar eenen kus.
„Je moet het mij dadelijk zeggen,
hoor" vermaande zij„als je soms pijn
in je hoofdje of in je keel hebt. En
gaat nu maar weer spelen! Maar loopt
niet te wild en valt maar niet van de
trappen l"
In plaats van weder den degen uit
de scheede te trekken, maakte mijn
zoon het eindje touw, dat hem tot sjerp
diende, los, en beduidde aan zijne zuster,
dat er nu wat anders moest worden ge
speeld.
„Wij willen doktertje spelen", zeide
hij. „Jij moet ziek zijn, en ik moet je
genezen."
„Ja ja!" riep Laurina „wij willen
doktertje spelen!"
Er was een vijand in ons huis gedron
gen. Ons eigen geluk was het juist, dat
eene zware schaduw van zich wierp. Al
onze rust ging onder in de bijgeloovige
gedachte: „Wij zijn tot dusver al te ge
lukkig geweest."
In de hoop van te lezen, dat de diph-
teritis geheel geweken was, oi dat men
een onfeilbaar middel er tegen ontdekt
had, bestudeerde ik 's morgens eu 's
avonds in de courant het aantal „geval
len" en al het wonderlijke geschrijf over
de nieuwe epidemie.
Op zekeren dag zond een brave platte
landsheelmeester die in mijne oogen
terstond den stralenkrans van een ver
bannen genie verkreeg, het eerste recept
tegen de dipkteritis de wereld in, met
de bondige verzekering, dat de volgens
dit systeem behandelde lijders allen,
zonder uitzondering, genezen waren.
En ik voelde eene sterke verzoeking
om naar de markt te loopen, het volk
rondom mij te verzamelen en het recept
voor te lezen. Qok overwoog ik ernstig
de vraag, of er geene mogelijkheid was
om alle artsen, ook de beroemdsten,
er toe te verplichten, dat zij de ont
dekking van den edelen plattelandsheel
meester in toepassing brachten. „Na
tuurlijk", dacht ik, „zal het den heeren
stadsdoctoren niet erg naar den smaak
wezen, bij eepen collega ten plattelande
in de leer te moeten gaan. Maar daar
onder moet toch het publiek niet te lijden
hebben! Moeten wij, moet de mensch-
heid het slachtoffer worden van zulke
ellendige naijverigheden in den boezem
der faculteit
Om te beginnen, knipte ik het kost
bare recept uiten stak het in mijn zak
boekje.
Doch den volgenden dag hadden twee
andere landelijke esculapen zich geroe
pen gevoeld, aan het publiek hunne
eigen geneeswijze kond te doen - en
deze twee geneeswijzen waren van elkan
der zoo verschillend mogelijk -en daar
enboven hadden zij beiden ook niet de
minste overeenkomst met de geneeswijze
van den eerstgenoemden arts hoewel
zij allebei even onfeilbaar waren.
Ik knipte ook déze twee recepten uit,
en bewaarde ze tot geruststelling van
mijn geweten, zonder evenwel bij mij-
zeiyen vast te stellen of citroensapof
carbolzuur, of ijs nu eigenlijk de voor
keur verdiende. Eene lichte twijfelzucht
was er reeds over mijn verwarde gemoed
heengestreken; maar toch geloofde ik
nog steeds, dat één van die drie mid
delen wel het ware wezen moest.
Wordt vervolgd.