7.
Woensdag 22 Januari 1890. 13e Jaargang.
Dit blad verschijnt lederen Woensdag en
Zaterdag
De prija per halfjaar f O 50, franco per post f 0,90,
waarover per halfjaar]ijksche kwitantie
wordt beschikt.
Afzonderlijke nommerszijn a 1 cent verkrijgbaar.
Dienataanvragen wordengeplaatst tegen 5 cent
en Advertentiën tegen 6 cent per regel
Droote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der
zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee
maal berekend, uitgezonderdDienstaanvragen.
Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van vijftig cent.
ADVERTENTIES voor Dinsdag
en Vrijdagmiddag 12 nur te bezorgen bij den
nitgever J. A. ROSS, Goes.
Oplaag 1500 Exemplaren.
NEDERLAND.
De commissie door do Mij. van geneesk. benoemd
om een onderzoek in te stellen naar de vaccinatie
toestand in Nederland, in verband met mogelijke
wijziging der epidemiewetheeft baar eerste rapport
uitgebracht Voor dat onderzoek hebben 29 van de
36 afd. der Mij., vertegenwoordigende 1076 genees
kundigen medewerking verleend. Uit de antwoor
den op 16 voorgelegde vragen blijkt, dat er tussehen
de geneeskundigen bijna volkomen eenstemmigheid
heersekt omtrent de toepassing der algemeen ver
plichte vaccinatie, en dat een wetsvoorstel tot invoe
ring van algemeene verplichte vaccinatie met inge
nomenheid door hen zou worden begroetware het
niet, dat zij vreesden, dat een ontwerp in dien geest
niet tot het beoogde doel zou leiden maar missckieu
afbreuk zou doen aan de thans voorgeschreven indi
recte verplichting. Aanstelling van staats-vaecina-
teurs werd nagenoeg algemeen ontraden.
Aan het slot der beantwoording van de verschil
lende gestelde vragen gekomen geeft de commissie
een overzicht van de uitkomsten der enquête. Hare
conclusiën komen in hoofdzaak o. a. op bet volgende
neer: dat bet zeer groote nut der koepokinenting
door alle geneeskundigen wordt erkend en dat het
op den weg ligt van de geneeskundigenom deze
kunstbewerking, in elk opzicht, zooveel mogelijk te
bevorderen dat de vaccinatie in bet le levensjaar
een onafwijsbare eiscb is, wil men pokken-epidemieën
in Nederland voorkomen daar thans de kinderen
vaak veel te laat worden ingeënt; dat het aantal
van hen, die ernstige bezwaren van godsdienstigen
aard tegen de vaccinatie hebben gering isdat ge
noegzaam overal in hoofdzaak aan de wettelijke be
palingen betreffende de vaccinatiewordt voldaan
dat de regeling van tijd en plaats van inenting nog
te wenscben overlaat; dat het verzet tegen de uit-
enting van kinderen bij de ouders toeneemt naar
mate de gelegenheid tot animale vaccinatie zich uit
breidt; dat eene herenting vóór den aanvang der ont
wikkelingsjaren en bij het dreigen en heersehen van
pokken-epidemieën is aangewezen, en dat wel des te
eerdernaarmate eene grootere tijdruimte sedert de
laatste enting verloopen is, en dat prikjes bovenin-
kervingen verre de voorkeur rerdienen.
Amsterdam. Van 1 Jan. tot heden overleden hier
ruim 1000 personen. Onbekende ziekten, die der adem
halingsorganen en longontsteking eischten de meeste
offers.
Waar bet sterftecijfer gewoonlijk 30 op de 1000
personen is, bedroeg dit in Januari ruim 60.
De lange lijst doodsberichten welke men in de
dagbladen leest, maakt, dat er zeer overdreven ge
ruchten loopen aangaande het aantal personendie
in Amsterdam overleden zijn ten gevolge van de griep.
Daarom gelooven wij, dat het nuttig is op te merken,
dat er niet „bonderden dagelijks sterven"gelijk wij
in een der dagbladen lazen. Het gemiddelde dage-
FEUILLETON.
9) VERONGELUKT.
Eene Zwitsersche vertelling van
Alfred Hartmann.
In het Simmenthal liggen vele mooie
dorpen: ErlenbachWiessenburg Bolti-
genen heel bovenaan Zweisimmen.
Daar vraag je nu den weg naar Saanen
waar de harde kaas gemaakt wordt, die
honderd jaar goed blijft en met den tijd
hoe langer hoe beter wordt. Verder ga
je over den Sanetschpas naar het land
van Wallis
„Ben ik er dan nog niet?'' vroeg
Kathi.
„O Ileere neen! nog lang niet!
Je daalt omlaag naarSittenaande Rhone
en gaat langs den straatweg afwaarts
tot Martinach. Waar de Trient zich in
de Rhone stortsla je links alhet dal
in. Over den Zwartkop ze zeggen
daar Tête Noire loopt dan de weg
tot waar de grenspaal staat. Nu kom
je in Savooien en nu gaat het aldoor
omlaag gletschcrs links en gletschers
rechts, en vóór je uit de groote oude,
de Montblanc tot in een mooi dorp
vol Engelschen. Dat is Schahmuni."
Met gespannen aandacht had Kathi
toegeluisterd en al die vreemde namen
zachtjes nagezegd.
„Maar'', vroeg Peter nu „wat heb
je in dat Shahmuni eigenlijk te maken
als het niet onbescheiden is
Zij reikte hem de courant en wees op
het noodlottige nieuwtje.
„Jongens! dat is geen gekheid!....
Dat raakt niet alleen Christenmaar
liet heele gilde, ons gidsen allemaal!
Dat mogen we er niet bij laten zitten!"
Kathi was alreeds verdwenen.
„Moeder, ge moet mij geven, wat
Christen heeft overgelegdom op Mi-
chelsdag den verschuldigden intrest te
betalen!"
Jammerend haalde de moeder een
zakje voor den dag, waarin eenige goud
en zilverstukken waren. Middelerwijl
stak Kathi zich in hare zondagskleeren
trok een paar stevige, goed beslagen
schoenen aan, en greep haren bergstok,
die haar vroeger reeds bij menigen klau
ter goede diensten had bewezen.
„Moeder ik kom terug met hem
ol in het geheel niet meer!"
Dit was de afscheidsgroet, waarmede
zij den langenmoeilijken tocht aan
vaardde.
Christiaan Alplanalp zat inderdaad nog
altoos gevangen onder de zeer ernstige
beschuldiging van professor Walter Hoff
mann uit Moskau bij gelegenheid van
eenen tocht op den gletscher vermoord
en beroofd te hebben. De omstandig
heid, dat er een aanzienlijk bedrag in
contanten in zijn bezit gevonden was
de blijkbaar met een scherp werktuig
toegebrachte hoofdwonde van den ver
ongelukte en de bloedvlekken aan Chris-
tiaan's gletscherbijl golden tegen hem
als zeer verzwarend. Zijne onbekendheid
met de Fransche taal werkte mede niet
weinig te zijnen nadeeledaar hij zich
tegenover den rechter slechts met behulp
van eenen onbeschaafden en maar halt
geoefenden tolk verdedigen kon. Zijn
beweren dat de professor hem zijn geld
had toevertrouwd om het benevens zijne
brieventasch aan mevrouw Hoffmann te
overhandigenv erd kortweg als een
plompe lengen beschouwdaangezien
cle brieventasch vermist werd.
„Zij moet op den gletscher liggen",
verklaarde Christiaan: „Laat mij vrij,
om haar te zoeken. Dan vind ik haar
stellig
De rechter lachte hem in zijn ge
zicht uit.
„Wij laten den vogel, dien wij in de
de knip hebben, niet weer vliegen!"
„Maar uwe gendarmen kunnen mij
vergezellen en bewaken."
„Die zijn het niet gewoon met hunne
hooge laarzen over het ijs te klauteren.
Ge zoudt hen denkelijk maar al te gauw
een aardig eindje achter u gelaten
hebben!"
Daarbij bleef het.
Ook de openbare meening in het dal
was den beschuldigde alles behalve gun
stig. Het meerendeel der inwoners, die
van de vreemdelingen-industrie leven,
achtte zich door de vermeende bloe
dige misdaad in zijne broodwinning be
nadeeld.
„De Engelschen zullen niet meer hier
heen komen", jammerden zij, „als ze
hoorendat bij ons op de IJszee moord
en doodslag aan de orde van den dag
zijn
Vooral echter was het gilde der berg
gidsen van Chamouny verbitterd op den
vreemden indringer, den Zwitserdie niet
eens hunne taal kende, en zich toch ver
meten had eenen reiziger naar de
gletschers van den Montblanc te bren
gen.
Alvorens het lijk van den verongelukte
op het kerkhof te Chamouny zijne laatste
rustplaats had gevonden, was er eene
jongeschoone dame aangekomen. Zij
had zich op het ontzielde lichaam ge
worpen had het snikkend omhelsd en
kussen gedrukt op de kille lippen. Na
de begrafenis bezocht zij nog dagelijks
het graf, en tooide het met bloemen en
kransen.
Ondef de toeristendie de hotels en
pensions te Chamouny opvulden, deden