29. Zaterdag 9 April 1887. laargang. i)it blad verschijnt iederen Woensdag en Zaterdag. De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijkBche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommerszijn a 1 cent verkrijgbaar, j ADVEKTENTIEN voor Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den uitgever J. A. ROSS, Goes. Oplaag 1500 Exemplaren. Dienstaanvragen worden geplaatst tegen «e*t en Advertentiën tegen 6 cent per rcgsl 'xroote Letters en Afbeeld. naarplaatsmiMt*. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing dej- zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodbericbten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan aobt regels beslaande, voor den prijs van vijftig cents. WEDER FEEST. Wij leven in den tijd der feesten. Voor weinige weken door bet gausche landsedert hier en daarweldra in de hoofdstad. Men zon zoo zeggen: wat moeten die menscben zich gelukkig gevoelen, die maar altijd door lust tot feestvieren hebben en daaraan op de meest onbekrom- pene wijze botvieren. Toch is bet de vraag, of alle die feestvierenden vroolijk zijn genietengelukkige dagen doorbrengen. Er worden misschien bier of daar vlaggen uitge hangen waar een rouwvlag beter passen zonen er prijkt veel groen tot versiering, waar het dor en treurig in bet hart is gesteld. Zou de reden daarvan ver te zoeken zijn? Wij gelooven bet niet. Er zijn vele feestvierenden die zich in den algemeenen roes laten medesieepen, maar die er weinig van gevoelenwaarom al dat vreugdebetoon is. Zij gaan mede in het pret maken. Er zijn anderen die iedere gelegenheid gaarne aan grijpen om eens een feestje te vieren en die hunne onvoldaanheid bewijzendoor aanstonds weder naar eene nieuwe gelegenheid omtezien. Ik spreek thans niet over zoovelen, voor wie het feestvieren niet veel anders is, dan eene aanleiding tot uitspatting en dwaasheid. Ook die binnen zekere palen blijven, zijn echter meestal onvoldaan en bijna zeker zou ik durven zeg gen dat wel 80 percent van de feestvierenden zich later beklaagt, als eene ledige beurs niet door de herinnering van een vol genot wordt opgewogen. Geen wonder Wat zijn de meeste feesten? Vroolijke samenkom sten naar aanleiding van een gedenkdag bijvoorbeeld waarvan de beteekenis slechts door enkelen begrepen wordt. De behoefte aan feestvieringen doet vaak de onmogelijkste zaken als eene aanleiding daartoe be schouwen, en de menigte doet mede, alleeu omdat zulk een vreugdedag haar bekoort. Waren de feesten uiting van dankbaarheid, roemen in een gelukkig beden, opwekking tot voortdurend gedenken van genoten goed, zij zouden een ander karakter toonen. Nu laten zij niets na en gaan een voudig voorbij; zelfs het hooggeroemde genot wordt gemaklijk en ras vergeten. 'Er zijn ook andere feestenik zou zeggen betere, zoowel om de aanleiding en den aard der feestvreugde als om de zekerheid, dat eene waardige viering meer dan voorbijgaand genot geeft. Morgen wordt er uiet alleen door geheele lauden en volken, maar over de geheele wereld feest gevierd. Reeds het algemeene bet blijvend terugkeeren ook van dat feest bewijst, dat het van eene gansch an dere gehalte is. Er mogen er ook velen zijn, die daaraan geen deelnemen, enkelen zelfs, die met de feestvierenden spottenen zich geen denkbeeld willen maken van bet rechtmatige hunner opgewekt heid dat neemt niet wegdat eene veel grootere schare een dag van dankbare vreugde doorbrengt. Ook bier zeggen wijGeen wonder Het Paaschfeestdat wij hierzooals onze lezers begrijpen., slechts uit een bepaald oogpunt beschou wen kunnenis bet feest dor Lente en des nieuwen levens. Eene langdurige koudebet gemis van zonneschijn moge da ontwikkeling in de natuur hebben tegenge houden het teest herinnert aan de pas ingetreden Lente, die later en langzaam wellicht haren welda- digeu invloed zal doen gevoelen, maar die in den geregelden gaug der natuur baar vriendelijk gelaat toch wel zeker toonen zalen in ieder geval wordt de tijd aangekondigd, waarin het nieuwe leven zich begint te ontwikkelen, zij het dan ook, dat dit slechts traag voor het oog zichtbaar wordt. Een nieuw leven. Gelukkige waarheid die ons het gemoed ontlast en verruimt, nadat zoolang de beel den eener schijnbaar doodelijke rust ons hebben be zwaard. Gelukkige waarheid voor den menschdie voor alles aan het leven gehecht is en die, zelfs als zijne dagen ten einde spoeden, de vernieuwing des leveus met welgevallen begroet. Die eeuwig geldende wetsterven om te wordenwerpt reeds een bemoe digend licht over de winternevelenmaar wordt met dubbele dankbaarheid erkend, als alles uit den dood slaap ontwaakt. Wij gevoelen bet, ook al schuilt de zon nog achter de wolken, het leven is in aan tocht en weldra is de tijd daar, waarin het frissehe groen, der bloemenpracht, het ontspruitend zaad ons herinneren, dat het ook onze bestemming is, opte- staan tot een nieuw levenhet doffe wiuterkleed af- tescbudden en met frisschen moed bier onze roeping te vervullen. De natuur is eene school, waarin een schat van wijsheid ban verkregen worden maar zij is meer dan datzij is de goede en verstandige en ijverig volhar dende moeder, die hare kinderen door een duidelijk sprekeud voorbeeld tot navolging wekt. Daar isin het menscnelijk ievenaltijd vernieuwing noodig. Gelukkig wie, zich daarvan bewust, niet bij het oude blijft, dat soms meer nog dan om den ouderdom, om bet gebrekkige vernieuwing behoeft. Ontwikkeling en voortgang zijn eischen waaraan men zich wel zoekt te onttrekkenmaar die slechts tot eigen schade kunnen vergeten worden. En zeker is daar reden tot feestvieren, waar de bewustheid ont waakt, dat men in koogeren zin tot leren geroepen wordt, dan zij meeneu, die het hoogste in een on zeker natuurlijk leven in een onbevredigend zingenot stellen. Mocht de feestvieringdie thans op handen is daarvan getuigenis geven. Wie er met de godsdienstige beschouwing van het Paaschfeest niet medegaan mo gen het niet vergeten, dat het voor het zedelijk leven altijd eene rijke beteekenis heeft. Eu zoo onze maat schappij het weldra bewijzen mocht, dat een frisch en gezond leven in haar ontwaakt was, hoe rijk zou de vrucht van het Paaschfeest kunnen wezen. Feesten en uitspanning zijn voor velen woorden van gelijke beteekenis. Wij hebben er tot op zekere hoogte niet tegen. Als maar de redelijke mensch zich op dagen van rust geen bron van onrust schiep door uitspatting en buitensporigheden. Jammer genoeg, dat daardoor zoo vaak de schoonste dagen worden bezoedeld. Ook in dat opzicht zonden wij weaschen dat dit feest van nieuw leven getuigde. De oude dwaasheden en verkeerdheden moeten weggedaandan kan een uieuw leven ontwaken. Aan elk om daar naar te staandat aan anderen aantebevelen. Gelijk in de natuur alles samenwerkt, om de Lente aante-

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1887 | | pagina 1