No. 68. Woensdag 25 Augustus 1886. 9e Jaargang. FEUILLETON. BEHOUDEN. Dit blad verschijnt iederen Woensdag en. Zaterdag. De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90, waarover per hal^aariijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommers zijn 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIEN voor Dinsdag- I Dienstaanvragen worden geplaatst tegen 5 cent en Vrijdagmiddag 12 nor te bezorgen bij den I en Advertentiën tegen 6 cent per regel nitjjever J. A. ROSS, Goes. 5ro°te Letter» en Afbeeld. naarplaaUruimte. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der- Obtnnsr IFiOO Frpmblnrpn zelfde adï'er'l!'ltie wordt de PT!8 slecht" twee_ UylUUg IUUU LXoïflylUrorl. (maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiën, ala: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingenniet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van vijftig cents. NEDERLAND. Voor den landbouwer iu bet Noorden zoo schrijft men ons uit de provincie Groningen is de toekomst niet bijzonder rooskleurig. Het hoofdgewas, de aard appel is derwijze door de ziekte aangetastdat de velden zwart zijn en een gezonde akker tot de zeld zaamheden behoort. De late zoowel als de vroege soorten zijn erg aangetast, en ongelooflijk snel deelt de ziekte zich in een hoopdie reeds nit den grond ismede. Er wordt weinig gekochtomdat men het niet vertrouwt. De graangewassen hebben te veel van het water geledenzoodat men het hier en daar te gen den grond geslagen kan vinden. Het koolzaad is zeer laag in prijs, omdat in den oliehandel niets omgaat. Het dit jaar veel verbouwde vlas is goed gelukt. De Mij. tot expl. van Staatsspoorwegen heeft aan de Ned. Vereeoiging t/b. van Zondagsrustop haar verzoek om des Zondags geen pleiziertreinen meer te laten rijden geantwoorddat daaraan om verschil lende redenen niet kan worden voldaandaar plei ziertreinen op Zondag bepaald in een werkelijke be hoefte voorzien. Er is geen onaangenamer gevoel voor deugene die veel moet schrijven, dan het haken van de pen in het papier; en in hooge mate lastig is dat voor hendie bv. adressen hebben te plaatsen op grof pakpapier. Een vernuftig industrieel is nu op een eenvoudig denkbeeld gekomenhij heeft de verschil lende pensoorteu aan de punt voorzien van een zeer klein bolletje, zoodat de pennen afgestompt zijn. Om de mopperaarsdie nog altijd klagen dat bij ons de spoortreinen zoo langzaam gaanschrijft Joh. Gram, in een zijner „Reisbrieven nit Italië": „Sedert wij de vlugheid en voortvarendheid van een zg. Italiaanschen sneltrein hebben leeren kennen, 40) Naar het Engelschvan Hugh Conway. HOOFDSTUK XIII. DE LAATSTE HOOP. Zij zaten in den „patio" mijne moeder en mijne echtgenoote. Zij zagen er volmaakt gelukkig uit. Hare groote waaiers Philippa gebruikte die van den beginne af met al de gratie van eene geboren Spaanschemijne moeder leerde het na veel oefening bewogen zich langzaam. Philippa hield den ronden arm uitgestrektbare blanke linkerhand speelde met het zilveren natdat uit de fontein neerplaste in bet marmeren bekkenwaarin vroolijke goudviscbjes rond dartelden. Zij bewoog de vingers langzaam op en neêren vermaakte zich met den schrik der vreesach tige diertjes. Mijne moeder scheen haar lachende te beknorrenover het oproerdat zij in de vreedzame bontgokleurde republiek to weeg bracht. Nog zie ik dat aardig tooueeltje. DattooneelV Nu ik hier ter neder zit en mijn pen voor een oogenblik laat rustenkan ik mij elk tooneel nit die dagen dui delijk voor den geest roepen. Niets, dan alleen bet leed, uit dien tijd zal ik ooit vergeten. Het was goed voor ons beiden, dat ik don strijd is onze achting voor den haastigen spoed der vader- landsche vervoermiddelen op merkwaardige wijze toe genomen. Wel had professor Geel gelijk, toen hij betoogde, dat reizen ook vooroordeelen leert afleggen. Onze sneltrein van Monte-Carlo naar Genua luierde aan bijna ieder station als een straatmaker in een onzer buurten. De snelheid was van dien aarddat een dikke zware Genuees, die aan een klein station zijn rijtuig zag staan, terwijl hij eerst aan het vol gende uit den trein had meenen te stappenzijn koetsier toeschreeuwdenaar het eerstvolgende station te rijden, daar zich de trein juist weer in beweging zette. Toen men ginds stil hield, was ook het rijtuig op zijn post." Een notaris ten platten lande in Drente zoo verhaalt de Dragster Ct. heeft de volgende nieu we wijze van adverteeren bedacht bij kleine verkoo- pingen van veldgewassenwaarbij de verkoopers ge woonlijk alleen uit den naasten omtrek komen. Hij verzoekt de schoolmeesters zijn advertentie als schrijf voorbeeld op het bord te schrijven. Al de kinderen schrijven dit in hunne cahiers en zoo worden zij in honderden exemplaren mede naar de huizen der oudera genomen en zoo kosteloos juist onder de meest ge- wenschte lezers verspreid. Of de „hoofden" der scholen voor dezen dienst betaling verlangen, wordt niet gemeld. UIT DEN VREEMDE. De Fransche werkliedendie thans te Londen zijn, dineerden eergisteren in een werklieden-restaurant in het district Lambeth. Men zette hun rosbief, groenten en aardappelen voor, maar de Engelsche kost, hoewel op zichzelf goed, smaakte onze Parij- zenaars niet en het ontbreken van servettenvan wijn en water droeg er toe bij, dat zij hun maal half ongebruikt lieteu staan. alleen gestreden hadin de eenzaamheidwaar geen oog mij bespieden kon, waar ik niemand zag. Ook nu nog, denkende aan den omkeer die het gevolg zou zijn mijuer mededeeling, weifelde ik weder endever- zoekiug keerde een oogenblik terug. Maar het was te laat. De teerling was geworpen. Philippa had mij gezien en de blik mijner moeder volgden den haren. Ik raapte al mijn moed te zamen eu stapte zoo luch tig mogelijk naar hen toe. Mijne moeder begon mij schertsend te verwijtendat ik Philippa en haar schan delijk verwaarloosde. Ik hoorde hare woorden niet eens. Mijne oogen ontmoetten die van mijne vrouw. Voor haar trachtte ik niets te verbergen. Waartoe ook zou dit dienen? Het ergste het allerergste was gebeurd. Mijne oogen verrieden de waarheid. Ik zag hoe haar lief gelaat angstig ontstelde. Ik zag hoe hare lippen trilden, ik wist, dat ik hulpe loos, geheel hulpeloos daar stond. Zij stond op. Onder het een of andere voorwend sel ging ik naar mijne kamer; Philippa volgde mij terstond. „Bazile, lieve vriend!" fluisterde zij, „wat wij vreesden, is gebeurd?" Ik legde het hoofd op de tafel en snikte luid. Phi lippa sloeg de armen om mijn hals. „Lieve Bazile, ik wist, dat het gebeuren moest; ik

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1886 | | pagina 1