No. 61. Zaterdag 31 Juli 1886. 9e Jaargang. Die zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht. FEUILLETON. Dit blad verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag. De prijs per halfjaar f O.aO, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommerszijn a 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIES voor Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den uitgever J. A. ROSS, Goes. Oplaag 1500 Exemplaren. Uionstaanvragen worden geplaatst tegen 6 cent en Advertentiën tegen 6 cent per regel (ïroote Letters en Afbeeld, naarplaatsruimte. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der- zelfdc advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van vijftig cents, Aan de Lezers van het Volksblad. Vermits onze hoofdredacteur eenigen tijd afwezig zijn zal, zijn door hem eenige oude maar goede be kenden aangewezen, om de plaats van het hoofdar tikel intenemen. Ze komen uit het gezelschap der Nieuwe Praatjes van Jan Ploegers en zullen wel zeker welkom zijn. Toorn is eene kortstondige razernij. Hoe minder wij uitrichten in eenige vlaag van razernij, des te beter voor anderenen hoe minder zulke vlagen bij ons voorkomen des te beter voor ons zeiven. Verre heen in dwaasheid is hijdie zichzelven schade doet, om zijn boosheid en wraakzucht jegens anderen te koelen. Ben oud spreekwoord zegt: „Snijd nzelven het hoofd niet af, omdat gij aan hoofdpijn lijdt", en een ander komt op hetzelfde neer: „Zet uw huis niet in brand om de maan de loef af te steken." Indien uw zaken averechts gaanis het een vreemd reddings middel om ze uit dwarsheid nog erger te maken zooals de man deed, die 'top een drinken zette, om dat hij het meisje zijner keus niet krijgen kon. Kan er grooter dwaas zijn, dan iemand, die zijn neus af snijdt omdat hij met zijn gelaat geen vrede heeften toch niet verstandiger deed Dirk, die nadat hij zijn ouden goeden meester had geplaagd en vreezen moest dat deze hem den dienst zon opzeggenin plaats van berouw te toonen en het beter te maken, uit zijn werk liep met de zekerheiddat hij met zijn vrouw en kinderen den gansehen winter gebrek zou lijden. Hanua, de meid op de hoeve, was lui geweest, wat zij zelve zeer goed wist, maar liever dan er knorren voor te verdragenzei zij haar dienst op en verloor eene betrekking zoo goedals zij er geen zal weer vinden. De oude Grevink had de les ten volle ver- 33) BEHOUDEN. Naar het Engelschvan Hugh Conway. Juist omdat Philippa nimmer over het verleden sprak, was ik ongerust. Niet éénmaal noemden wij den naam van sir Mervyu Ferraud. Niet éénmaal vroeg zij mij nadere bijzonderheden over het gebeurde op den avond, toen zij half waanzinnig mijn huis bereikte. Wel is waar was het natuurlijk, dat zij, nu zij als mijne vrouw een nieuw en gelukkiger tijd perk van haar leven intrad, de schande, de ellende wilde vergeten, waaronder zij vroeger gebukt ging, door het bedrog van den ellendelingmaar toch was het vreemddat zij daar nooit met mij over sprak met mijdie zoo in alles betrokken was geweest. Haar stilzwijgen veroutrustte mij. Ik meende het te moeten toeschrijven aan een onbestemde gewaarwor ding een zekeren angstdien zij bij het terugdenken aan dien avond gevoelde. Niet zelden gebeurt het dat vrouwen na hun herstel uit die geheimzinnige ziekte, die mijne arme lievoling tijdelijk van haar verstand beroofde, zich duidelijk alles herinnerde, wnt zij in die droevige uren van waanzin meende te zien. Ik zelf had dit in een paar gevallen opge merkt, en alle deskundigen, die ik raadpleegde, wa diend, ook zijn geweten zei het hem, maar omdat de preek van onzen leeraar hem de pijl te diep in 't vleeseh gedreven haddeed hij een gelofteniet om zich te bekeeren, neen, in zijn dwazen toorn zwoer hij, dat hij geen voet meer in de kerk zou zetten, zoo lang onze leeraar er preekte. Wie had daarvan schade dan alleen hij zelf, maar hij sloot zijn ooren voor ieder vérstaudig woord en was zoo koppig als een zwijn. Doe nietsals uw humeur ontstemd iswant zoo doende zult gij de minste dwaasheden hebben goed te maken. Laat het zien van anderer hartstochtelijke drift u tot waarschuwing en leering zijnen zoodra zoo iemand aanvangt om u uit te schelden of te ter genzie toe, dat gij niet overijld uw eigen pot laat overkoken Menigeen heeft in blinden toorn reeds zichzelven verminkt, ja, een eind aan zijn leven ge maakt. Wie zijn hartstocht niet weet te beheerschen draagt buskruit in zijn boezem en brengt zichzelven en ziju buren in gevaar. Waar drift de deur inkomt, vliegt het weinigje gezond verstand dat binnenshuis isde vensters uit. Een driftig persoon bekoelt al lengs en komt tot zichzelf, evenals Peeters kokend heete gortpaptoen hij die buiten 't venster zette maar heeft men zich in zijn booze luim den neus afgesneden dan is het kwaad pogen om hem weder op zijn oude plaats te krijgen. Wie zoo dwaas deed, draagt maar eens leed en dat is levenslang. De toorn doet meer schade dan de zaak, die toorn verwekte. Toorn opent den mond te wijd, sluit de oogen, zet het hart in vuur en vlam, en ketent het gezond ver stand zoodat een anders wijs man de dwaaste dingen zegt en doet. De oude Tomkens zeide mij eens, dat het hem speet, dat hij zijn humeur verloren had, maar ik kon niet nalaten te denken, dat zijn humeur niet waard wasdat hij het ooit terugvondwant niemaud keurde het ooit beter dan een oude schoen, waarvan zool en bovenleer versleten zijn en waarvoor de mesthoop de rechte plaats is. Voor een heet ge bakerd man is niets zoo zeer te wenscheu als een reu het hierover eens. Ik vreesde, dat wellicht op het oogenblik, dat wij ons het gelukkigst waanden, een toeval, eene zinspeling op 't een of ander, zelfs 't noemen van een naam de ontbrekende schakel in den keten barer herinneringen zou aanvullen en zij de vreeselijke waarheid op eens zou beseffen. Wij gingen per boot naar Sevilla terug. Hoewel de Guadalquivir geen zeer belangrijke rivier is, von den wij het toch aangenamer op een stoomboot te reizen dan in een heeten, stofEgen treinvol tabaks damp en knoflooklucht. Wij verlieten dus op zekeren morgen vroegtijdig Gadisen stoomden weldra de troebeleeentonige rivier op, met hare vlakke, moerassige oevers. Er waren slechts weinig reizigers aan boord. Het was eene slechte, ouje boot en voor wij een uur on der weg waren speet het ons reedsdat wij den trein niet verkozen hadden. Mijlen ver strekte de vlakke, eenzame landstreek zich uit en wij zagen niets anders dau koeien en zwermen watervogels. Was ik niet met Philippa geweest, dan had ik het de vervelendste reis gevonden die ik ooit maakte. Natuurlijk waren er Engelsche touristen aan boord waar treft men die niet aan? Twee hunner, jonge lieden met een beschaafd voorkomenzaten dicht bij ons en na de gewone bewonderende blikken tot Pbi-

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1886 | | pagina 1