50, Zaterdag 20 Juni !885, 8C Jaargang. °W Dit blad verachijnt iederen Woensdag en Zaterdag De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommers zijn a 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIEN vo'or Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den nitgever A ROSS, Goes. Oplaag 1500 Exemplaren. Dienstaanbiedingen en Dïenstaanvragen worder geplaatst tegen 5 cent en Advertentiën tegen 6 cent per regel Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiën, als; Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niët meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van vijftig cents. I A T E IV. Zeggen is niets, maar doen. Jnist, daarop komt bet aan en als de menschen zich meer aan dien re gel, die ieder in den mond heeft, hielden, dan werd er minder gepraat en gezwetst en meer uitgericht. Er is een soort van keffersdat veel beweging maakt, maar stuur ze niet op den dief af, want als deze maar even hand of voet oplicht, dan gaat het kef fertje druipstaartend henen. Honderden malen hooren wij: dat kan ik ook wel; dat zou ik heter doen; maar O wee! als ge den schreeuwer aan het werk zetdan staan zijn handen verkeerd of hij heeft toe vallig geen tijd, geen lust, geene gelegenheid. De menschen hebben nooit meer redenen tot verontschul diging van hun gedragdan wanneer zij wetendat het niet ban verschoond worden. Maar even zoo goed als doen eene dengd isban laten het ook zijneene deugd die geen mindere in spanning kost, maar die nooit zoo hooggewaardeerd wordt, tenzij door hen, die er een goeden dag door hadden. Tot het goededat men doen moetheeft men niet altjjd lust, maar als er wat gelaten moet wordenis het doorgaans iets dat men gaarne doen zon, want niet doen en laten zijn niet hetzelfde, voor zoover het een meestal de vrucht van overtuiging en het andere eene gedwongen fraaiigheid is. Het laten is eene kunst, die door groote menschen al even moeilijk als door de kinderen aangeleerd wordt. De lust is meestal sterker dan de stem van het ver stand en wat gemaklijb gelaten wordt, is doorgaans iets waar men weinig om geeft, tenzij men van die menschen ontmoetdie de zelfbelieersching geleerd hebben. Probeer niet wat onmogelijk is. Zeg niet: wie zou dat doen? Want ze zijn er ge noeg, die verstandige redeneeringen van een sukkel zouden verlangendie een dronken man zijne ver keerdheid willen doen inzien, die een ingebeelden dwaas van zijne gebreken willen overtuigen. Dat al les is ijdel werk, al meent ge het ook nog zoo goed; maar ze zijn er genoeg, die het niet laten kunnen, omdat ze zoo gaarne de braven zjjndie anderen wil len verbeteren. Jaag niet naar het onnoodige. Als men dat alles liet rusten wat niet noodig is men zou het zich heel wat gemaklijker maken en voor menige teleurstelling bewaard worden. Als de beurs niet toelaat een reisje te makendan moet men zich met eene wandeling vergenoegenanders loopt men gevaar kort te genieten om lang te kniezen. Er wordt menig werk ondernomendat meer kost dan het waard is en menig sieraad aan huis of lijf aan gebracht, dat een leelijke scheur in de beurs maakt. Sommigen dringen bun raad of hunne diensten op en hebben er geen andere eer van, dan dat ze met een beleefd „dankje" worden weggezonden. Als men zich altijd tot hetgeen noodig is bepaalde, dan zouden ve len minder gebrek hebben. Er is niets, dat men zoo uitbreidt en vermeerdert als behoeften en ook niets waardoor men zich zoo veel last oplegt, die niet be hoefde gedragen te worden. Onthoud n van het onbetamende. Dat spreekt waarlijk van zelf, zegt gij, en toch is het menigeen zoo zwaar het onbetamende natelaten als het den hongerigen moeilijk valt met het zien van den maaltijd tevreden te wezen, 't Hangt er maar van af, dat men niet al te vrijgevig zij in het be palen van wat al of niet betaamt. Aan de slechtste handelingen kan wel een schijntje gegeven worden van eene goede daad en men zou iemand wel een ge lukkige willen noemenwien men het vel over den neus haalt, als men meende te kunnen bewijzen, dat die neus er mooier door werd. Ieder weetdat er niet vele woorden noodig zijnom een ander veel te belasterenmaar die het babbelen niet laten kunnen, worden kwaadsprekerseer zij het zelve weten. Men schen die drinken of vloekeu zeggen altijd, dat zij het niet laten knnnen en ze vergeten dat evenals kunst door oefening verkregen wordt, de natuur aan alles zoo gewennen kan, dat het wel schijnt, dat men er mede geboren werd. Er is geen enkele on deugd, die te verscboonen is en toch wil menigeen er zich afmaken met te zeggen „dat ligt zoo in mij" alsof bet pleizierig was door een kat gekrabd te wor den, omdat de natuur van hat beest dat zoo mede brengt. Omgekeerd is het ook waar, dat veel gelaten wordt, wat beter gedaan was en als iemand met heel veel woor den komt vertellen, waarom hij iets naliet, dan is het niet zelden omdat hij gevoeltdat hij daarmede geen goed heeft gedaan. Die wat vasthoudend is. beweert altijddat men met weldoen voorzichtig moet zijn omdat bij gaarne de beurs wil dicht houden. Wie aan een of ander werk geen lust heeft, zegt n, dat bij het zeker bederven zou en laat het u zelf doen. Wie niet gaarne iemand naast zich zietverhaalt zooveel van de gevaren waaraan hij is blootgestelddat nie mand Inst beeft hem te naderen. Er gaat geen dag voorbijwaarop niet veel ongedaan blijft en het uit stel is meestal een bewijsdat men geen zin heeft voor hetgeen gevorderd wordt, al maakt men zich zeiven ook wijs, dat het heel verstandig is te wach ten of het geheel na te laten. Soms zeggen de menschen, dat zij niet wijs ge noeg zijn om te wetenwat zij doen of laten moe ten. Dat is in enkele gevallen mogelijkmaar meestal getuigt het van weinig begeerte om er goed achter te komen. Wie dat ernstig wil zal de noodige wijs heid wel krijgen en alles komt er op aan, dat doen en laten beiden de vracht zijn van eene welgegronde overtuiging. Zoowel het eene als het andere zal goed en afkeuring vindenmaar het oordeel der wereld schaadt niet, als men altijd maar goed weet wat men doet. NEDERLAND, Een Auierikaansch uitvinder heeft onlangs een electrisclien toestel uitgevonden,' waarmede kiezen worden getrokken zonder smart te veroorzaken en zoo sneldat 7 kiezen in 5 seconden kunnen worden opgeruimd. Welk een zegen! Een zeer kras oud heertje woont te Oldekerk. De man is 103 jaar, nog steeds gezond en opgeruimd en ia 't volle genot van zijn zintuigen. Een wande ling van een paar uren is voor hem nog een j uitspanning

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1885 | | pagina 1