Zaterdag 11 October 1884. 7e Jaargang.
Dit blad verschijnt iedcrea Woensdag en
Zaterdag.
De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90,
waarover per halfjaarlijlrsclie kwitantie
wordt beschikt.
Afzonderlijke hommers zijn a 1 cent verkrijgbaar, j
ADVERTENTIE# TÓor Dinsdag
en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den
uitgever J. A. ROSS, Goes,
Oplaag 1500 Exemplaren.
Dienstaanbiedingen en
Dienstaan vragen worden geplaatst tegen 5 cent
en Advertentiën tegen 6 cent per regel
^rroote Letters en Afbeeld naar pJnatsioin
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsint der
zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee
maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen.
Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prigs van 25 cents.
A ATS ÉÉN Ö0R.
Ofschoon alle kwalen ongeriefelijk zijnzijn er toch
weldie een zeker gemak opleveren. Als een bij
ziende u tegen bet lijf looptvergeeft gij het hem
omdat liij niet juist zien kon, hoe ver hij voor u
uit den weg moest gaan. Als een hardhoorende u
een verkeerd antwoord geeft, neemt gij het hem niet
kwalijkomdat hij u niet goed verstond. En als een
kreupele u op zijne komst wachten laat, dan vindt
ge dat gansch natuurlijk, omdat gij weet, dat hij
geen harddraver kan zijn.
Het voorrecht van door een of ander gebrek ver-
sehooniDg te vindenvalt echter hun alleen ten deel
die het niet kunnen verbergen en daarom met een
medelijdend oog worden aangezien.
Als er sprake is van een gebrekkig gehoor- of ge
zichtsorgaan dan moet het vaak op de verzekering
van den gebrekkige geloofd wordenen aangezien
niemand u bet tegendeel bewijzen kanals gij zegt
dat uw oog of oor zwak is, wordt er wel eens mis
bruik van gemaakt door hen, die niet hooren of zien
willen.
Dat kunstje schijnt al oud te zijn, want door alle
tijden hoorde men spreken van mensehen, die doof
aan één oor zijn. En ofschoon dit in werkelijkheid
meermalen voorkomt, wordt er van de van nature
halfhoorendon zelden gesproken, maar destemeer van
hen, van wio men vermoedt, dat ze het rechter- of
linkeroor gesloten lioudeD altijd aan dien kant waar
gesproken wordtvan wat hun niet aangenaam is
of waarop ze liever geen antwoord geven.
Dat aan één oor doof zijnis soms eene tijdelijke
kwaal, die zonder operatie of medicijnen genezen
wordt, zoodra het oogenblik voorbij is, waarin men
meende doof te moeten zijn. Als iemand eenen dienst
vraagt en geen gehoor vindt, behoeft hij nog geen
medelijden te hebben met den doove, want zoodra
een ander de bedoelde taak heeft opgenomen, keert
de gezonde toestand terug.
Men vindt bet ook dikwijls juist bij liendie ge
woon zijn zeer scherp te hooren. Als ze bemerken,
dat er hier of daar eene aanmerking, eene vraag op
de komst is, vermindert plotseling huil gehoorver-
mogen en ge staat verbaasd, dat zij, die anders een
fluisterende stem verstaan konden, op eens u laten
schreeuwen, waarbij ze dan liefst altijd dat zooge
naamd doove oor presenteeron.
Ongeneeslijk is de kwaal, waar ge aandringt op
een of ander, dat men bepaald niet wil. Er zijn er,
die de woorden „geven" en „doen" onmogelijk kun
nen verstaau, maar de woorden „krijgen" en „laten
doen" zelfs op een afstand kunnen hooren.
De doofheid is daar iets aangeborens; meer een
karaktertrek, dan een natuurlijk gebrek en de on
dervinding leert, dat men zoo iets al even weinig
veranderen kan, als men ietuand, die maar één oor
heefteen tweede aan het hoofd zetten kau en daar
door laten hooren.
Die een.oorige doofheid is meestal verhonden met
eene zekere koelbloedigheid, die ook al veel gemak
gelijksch verdriet hebbeneen smart om onder te
bezwijkenals ze al de klachten en zuchten hoorden
over duur brood en onverkrijgbaar vleeseh. 't Was
voor die goedhartige menschen niet om uittehouden
daar ze zoo innig overtuigd zjjn, dat ze geen van
heiden goedkooper kunnen gevenhoezeer de begeerte
hunner harten daar ook heen leidt Het moet ons
dat) ook niet verwonderen, als wjj dezer dagen le
zende, dat hier en daar bakkers en slagers zichzelven
opofferenom de mingegoeden te helpenverreweg
het grootste deel bij het oude en dure tarief zien
blijven. De brave lieden hooren noch de klacht der
afnemers, noch de gunstige aanbieding van sommige
verkoopers. En omdat ze aan dat eene oor doof zijn.
krijgen ze ook de gemaklijkheidom maar voortte-
gaan, en ontvangen, zonder blikken of blozen, de cen
ten en dubbeltjes, die een enkele andere zijne klanten
laat besparen.
De eerlijkheid vordert echter te erkennendat de
doofheid aan een bepaald oor in vele gevallen op
houdt, als men maar rechtstreeks en met eenige stem
verheffing tot dat oor spreekt. Men maakt het den
eeuoorigen gemaklijk, als men veel over de zaken
in hunne tegenwoordigheid spreekt, maar zonder zich
bepaald tot hen te richten. Men meent dandat al3
er zoo iets van ter zijde gezegd wordt, dat voldoende
zal zijn, om de opmerkzaamheid te trekken en re
kent buiten den waardmeenendedat alle goed-
hoorenden moeten, en dus ook zullen zijn. 't Is een
zeker slag, om met die gebrekkigen omtegaan; men
moet ze goed in de oogen zienwat naderbij komen
kort en duidelijk zeggen, wat er te zeggen is, dan
wil het onwillige oor zich nog wel eens openen en
vooral komt het daarbij te pas, dat men niet bang
zg om nog eeDS te herhalenwat misschien al dik
wijls gezegd werd.
Misschien zal iemand zeggendat de gevolgen der
halve hardhoorendheid licht kunnen ontgaan worden,
als men maar altijd het goede oor opzoekt. Docffidat
is juist de zaak, dat te kunnen vinden, omdat die
doofheid zich zoo gemaklijk van het eene oor naar
het andere verplaatst, zoodat men ten slotte niet
weet of men aan het rechter of aan het linker moet
wezen.
Een troost is er voor hen, die dikwijls klagen, dat
ze met zulke dooven te doen hebbendat het een
kwaal is, tot welker genezing de lijder veel kan bijdra
gen als hij maar wil. 't Is haast niet te gelooven
hoe vele zieken spoediger gezond zouden wordenals
ze maar wildeu medewerken, en hoe ze daardoor
eigen genoegen zouden verhoogen en minder lastig,
soms minder oorzaak van lijden zijn voor anderen.
Daarom is het best die patiëntenzooals men zegt
homoeopathisch te behandelen. Dat is, men late zo
niets hoorenook nietwat ze gaarne hooren zou
den, dan is er veel kaus, dat ze de ooren gaan spit
sen en eindelijk ook met dat oor hoorendat vroeger
scheen gesloten te zijn.
K E E R L A Si
Onze lezers wetendat wij zelden spreken van on
gelukken in den vorm van gekneusde neuzen, een
oplevert en voor vele zenuwachtige aandoeningen be- j nat pak, een schoorsteenbrandje, dat gedaan was eer
waart. Wat zouden bijv. bakkers en slagers een da- het begon enz. De meeste couranten geven daarvan