No. 72.
Zaterdag 6 September 1884. 7e Jaargang.
Dit blad verschijnt iederen Woensdag en
Zaterdag
De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90,1
waarover per halfjaarlijksche kwitantie
wordt beschikt.
Afzonderlijke nommers zijn a 1 cent verkrijgbaar.
ADVERTENTIEN voor Dinsdag
en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den
uitgever J. A. ROSS, Goes.
Oplaag 1500 Exemplaren.
Dienstaanbiedingen en
Dienstaanvragen wordetl geplaatst tegen 5 eent
en Advertentiën tegen 6 cent per regel
Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der
zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee
maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen.
Advertentiën, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prijs van 25 cents.
E E S S Z 1.1
Of het wenschelijk zijn zou, dat alle ïuenschen,
zooals een goed Zeeuw zeggen zou: seens waren?
We hebben daarover onlangs al eens gesproken,
maar we konden er niet alles van zeggen en we heb
ben dagelijks aanleiding, om er over te denken,
waar we nu eens hoorenwat aangenaam klinkt en
dan zien wat daarmede al zeer weinig overeenkomt.
Wij stellen daarom nog eens die vraag en antwoor
den weder:
Ja en Neen!
In het eerste geyal hoorde men niet van kvakeelen,
vechten, verdoemen en al wat daaraan annex is, en
dat zou zeker heel pleizierig zijnen voor de zenuw
gestellen vrij wat beter; maar het is niet te ont
kennen dat geheele seensheid verbazend saai worden
kandat het tot een knikkebollen leidtwaarbij men
in slaap valt en wat het ergste is, dat het alleen
maar aan den buitenkant kan zijnwant we geloo-
ven ookdat er zoodanig verschil tusschen mensehen-
karakters en menschenmeeningen bestaat, dat het
algeheel eens zijn tot de onmogelijkheden behoort.
Als de menschen het altijd in alles eens geweest
waren, dan zonden vele zaken nog in den toestand
van voor den zondvloed zijn. Jnist het verschil, en
wol het scherp uitkomendeheeft een voortstuwenden
kracht uitgeoefend en we mogen velen dankbaar
zijndat ze gekeven en gestreden hebbenal ver
heugen we ons, dat we buiten schot gebleven zijn.
Nu ja! zegt iemand, men kan wel eensin het een
of ander van zijn buurman verschillen, maar daarom
kunnen ze toch wei in vrede leven, alsof er vol
maakte vrede bon zijnwaar strijd der meeniugen
gevonden wordt. Meu is het dan in ieder geval niet
geheel eens.
Eu nog eens, zoo een klein beetje verschil kan
geen kwaad en ik zou het altijd verkiezen boven bet
eens zijn, dat niet van heeler harte is.
Toch wordt dat maar al te veel gevonden.
Men is het soms eens, althans men zegt dat, om
dat er een of ander belang aan verbonden is. Een
dievenbende kan het eens zijnom den een of ander
te gaan bestelen; men kan een ander volkomen gelijk ge
ven als het er op aankomt zijn gunst en recomman
datie te winnenmen kan van gelijke gedachten
spreken, als men gaarne met een ander in
één adem genoemd of als zijn geestverwant gere
kend wordt; er is allerlei soort van eemlieid en
ge treft die wel eens aanwaar gij weet, dat devrien
delijk samenstemmenden in hun hart elkander haten.
En nu mag men dat broederlijk eu lief en wat niet
al noemen, 'tis een leelijke huichelarij, die volge
houden wordt, zeker niet, om er anderen goed mede
te doen.
Ale twee vorsten het eens zijnom een derden
te gaan bestrijden, dan kunt ge er op aan, dat
het hun te doen isom ieder een goed deel van
den buit te hobben. En zooals het met de grooten
is, zoo gaat het ook met de kleintjes, als er hier of
daar wat te halen is, dan zitten de meest verschil
lenden in liefelijke samenwerking er opals de vliegen
op een bestroopte pannekoek.
De onnadenkende komt er wel eens slecht mede
uitals hij zoo zoetelijk van eensgezindheid droomde.
De onnadenkende zeg ikwant ze zijn er die d«
dingen maar oppervlakkig bekijken of zich door mooie
woorden laten inpakkenom bij nader inzien te moe
ten zeggendat men het eigenlijk niet eens is. Me
nigeen heeft zich daardoor wel eens het net over het
hoofd gehaald en werd medegesleepttoen hij het niet
meer durfde te zeggen, dat hij zich in zijn oordeel ver
gist had en bij nader inzien het niet eens was.
Dikwijls is het verkieslijker er maar goed voor uit te
komen, dat men aan eene andere zijde staat.
Men moet weten in de wereld, wat men aan el
kander heeft. Wij kunnen geeue ernstige medewer
king verwachten, zonder welgemeende samenstemming
en die is slechts daar, waar de overtuigingen één
zijn na rijp beraad en bij helder inzien.
Honderden malen wordt iets verkondigd of geleerd,
dat door de groote menigte, bij het eerste gehoor
af, of om de wijze van voorstelling toegestemd wordt,
waarran men da gevolgen niet berekent of de be
doelingen niet doorziet; de ongeloovige wordt inge
pakt en als een later inzien beter voorlicht en een
eerlijk hart zich niet schaamt de waarheid te spre
ken, dan vliegen juist zij het verst van elkander af,
dip het dichtst bijeen hebben gezeten.
Wat meu, bij dat alles meestal vergeet, is, dat
het voornaamste ia, het eens te zijn met zichzelven.
Daaraan hapert het vaakal zou men ook zeggen
dat het ongerijmd is. Er zijn veel meer wankelende,
twijfelende, onzekere, wispelturige, in één woord:
onvaste zielen, dan stevige, besliste, standvastige,
die zichzelven gelijk blijven en in eene vaste over
tuiging kracht ontleenen om te handelen.
Hoe dikwijls hooren wij dat: ik ben het met mjj
zeiven .niet eens, en dan moet men maar wachten
en soms schade lijden tot die vrinden het middel
vonden tot vereeniging hunner gedachten, zoo ze er
al ooit toe komen.
De grootste oneenigheden vinden daarin dikwijls
haren oorsprong, dat men niet tot klaarheid en be
slistheid komen kan. terwijl er ook weinig vordering
in het goede te wachten iswaar men heden afkeurt
wat men gisteren goedkeurde, morgen moet terug
nomen, wat men van daag verzekerd heeft.
Wie zegt, dat hij het met zichzelven niet eens is
of hij wel of kwalijk doet, als liij u hulp verleent,
die zal in de meeste gevallen wel eindigen met te
zeggen: ga voorbij, want die oneensheid is zulk een
kostelijk middel om uittestellen tot afstel; om tijd te
winnenwaar haast isom aan ernstige overweging
te doen denken als men lang besloten heeft; om zich
van den hals te schuiven, wat men, zoogenaamd
onder andere omstandigheden, gaarne doen zou.
Men beginne daarom liefst met zichzelven. Als
men uit één stuk is en goed ineen gezet isdan
staat men vast tegenover bestrijders. Wie met zich
zelven eens is moet het ook daarin zijndat hij plaats
moet geven aan de overtuiging van anderen en in
geen geval door verschil van meening tot hardheid
eu liefdeloosheid vervallen mag. Als dat beter begre
pen werd, dan zou er minder hateljjk harrewarren
zijn en de verscheidenheid zon de samenwerking be
vorderen.
Het is heel pleizierigals wij ergens heen gaan