No. 68.
Zaterdag 23 Augustus f884. 7e Jaargang.
Dit blad verschijnt lederen Woensdag en
Zaterdag
De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90,
waarover per halfjaarlijksche kwitantie
wordt beschikt.
Afzonderlijke noinmers zijn a 1 cent verkrijgbaar.
ADVERTENTIEN voor Dinsdag
en Vrijdagmiddag 12 nar te bezorgen bij den
uitgever J. A. ROSS, Koes.
Oplaag 1500 Exemplaren.
Dienstaanbiedingen en
I Dienstaanvragen worden geplaatst tegen 5 cent
j en Advertentiën tegen 6 cent per regel.
Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte.
'Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der-
I zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee-
Jmaal berekend, uitgezonderd Dienstaanvrigen.
Advertentiën, als; Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prijs van 25 cents.
BEL A 8 T IIV G E
Een last is een last en of het een ezel of een mensch
isdie dien dragen moetde een vindt bet al net
zoo pleizierig, als de ander.
Toch is er in lasten en dragen een groot onder
scheid. De een is veel zwaarder dan de ander en
zoowel de ezel, als de menseh draagt liever een zui
geling, dan een man van zestig jaar. En de een draagt
ook veel gemaklijker dan de ander, want niet alle
schouders zijn even breed en niet alle ezels zijn even
gewillig.
Als de menscben zeggendat ze iets in last heb
ben, dan kunt ge er op rekenen, dat ze er niet onder
gebukt gaanwant bet is veel gemaklijker de wil
van een ander overtebrengendan eigen wil te la
ten gelden.
Maar omdat een last, boe ook opgevat, altijd een
last blijft, daarom worden zij, die anderen belasten,
doorgaans niet vriendelijk aangezien en in menig ge
val zou de belaste aan den lastgever willen zeggen
draag op, doe bet zelf maar."
Dat geldt vooral, als bet op de beurs aankomt. Gij
kunt iemand een onaangename boodschap laten over
brengen hem een zware koffer laten dragenhem
eeneu moeilijken taak voorschrijvendat alles komt
er nog wel. Maar vraag hem eene vaste contributie,
al is het ook voor het weldadigste doellaat hem
als ge niet bij kas zijt, voorschieten; vraag
zijne medewerking, natuurlijk die van zijne beurs,
voor eene goede zaaken bovenalzeg hemdat hij
betalen moet, zooals iedereen, waar men met mooie
woorden niet tevreden is, en gij knnt er staat op
makendat gij zelf hem een last zijt en dat de Moo-
kerheide al de mooiste plaats is, waar bij u zou
benen wensehen.
Die lastigheid van de beurzen, om lasten te hel
pen dragenis dan ook de oorzaakdat belastingen
altijd zure gezichten geven en maar zelden metplei-
zier worden voldaan; dat velen daartoeals het ware,
moeten gedwongen worden.
Ik zal nu niet zeggendat het betalenook van
lastenzijne aangename zijde beeftwanneer men in
aanmerking neemt, dat niemand belast wordt, die
geen draagkracht beeft en dat dus de meestbetalen-
den doorgaans ook de meest bevoorrechten zijnmaar
ik wil er eens op wijzen, boe ongerijmd bet is, dat
men alle belastingoa baat, en ze als redelooze ver
drukking of althans als te zware last beschouwt.
Gij vindt hot volstrekt geen last een paraplnie te
moeten koopen om tegen den regen beschermd te
wordenom uw dak te laten bestrijken tegen moge
lijke lekkagesom een boven- of benedenbuur te
hebben, als men goedkooper wonen wil; om kostba
re dienstboden te houdenals fpen er maar eenigen
dienst van beeft, gij getroost u zooveel, omdat gij
er voordeel van hebtal is er ook menige onaange
naamheid aan verbonden; en gij zoudt u niet ge
troosten de lasten van den staat te helpen dragen
terwijl gij dagelijks de lusten geniet.
Als een gemeentebestuur maatregelen neemt in bet
belang der openbare gezondheid en veiligheidals de
staat gelden vraagt, om nuttige werken tot stand te
brengen en hare daarmede belasten dienaar te bezol
digen, dan wordt er niet meer gevraagd, dan wat
ter bevordering van het algemeen belang dient. En
nu moge men zeggen, dat het zeker te duur is en
een en anderen te veel betaald wordt, bet is toch
eene onloochenbare waarheiddat noch de staat, noch
de gemeente de belangen der ingezetenen kunnen be
hartigen, indien de noodige fondsen ontbreken.
Als staat of gemeente eene belasting opleggendan
ziet men alleen op de somdie bijeengebracht wor
den moet en niet op het doel, waarvoor die gevor
derd wordt en van daar dat eeuwig klagen en mopperen,
dat ons aan eene bende van zekere altijd knorrende
dieren doet denken.
Men brengt elkander bet hoofd op hol door van
drukkende lasten te spreken en verzwijgt eenvoudig,
wat daar tegenover staat, maakt zelfs geene melding
van de noodzakelijkheid tot bet vragen van hulp,
waar bet de algemeene belangen geldt.
Er worden allerlei eisehen aan staat en gemeente
gesteldmaar als deze daaraan willen voldoen en de
vereisebte middelen vragen, dan is de schatkist een
bloedzuiger en de bestuurders zijn eenvoudig ver
kwisters.
Wij zullen niet ontkennen, dat sommige lasten
voor velen drukkende zijnwij zullen niet beweren
dat men altijd de beste lasten kiest en dat ze altijd
rechtvaardig worden verdeeldmaar wij bomen slechts
op tegen een algemeen gevoelen, dat alle belastingen
te verfoeien zijnterwijl men moord en brand roept
als niet geschiedt, wat zonder belastingen onmogelijk is.
Wij zullen er ook niet van sprekendat die klach
ten onvruchtbaar zijnomdat bet einde toch altijd
betalen ismaar juist, omdat wij van het onvermij
delijke overtuigd zijn, zouden wij tot een meer ge
lijkmoedig dragen van den algemeenen last willen
stemmen.
Ieder, die iets voor geld aflevert of doet, vindt bet
natuurlijk, dat men hen over bet verplichte betalen
niet beklage, en waarom strijdt men dan toch zoo
tegen de vraag om knipals men zelf overtuigd is
dat die wet om niet kan gegeven worden.
En wil men een grief maken van eene ongeljjke
verdeeliug, wij zijn de laatstee om voor de strikte
rechtvaardigheid van Jan en Alleman partij te trek
ken maar 't is veel gemaklijker om te bewijzendat
iemand te kort gekomen isdan om bet hem te ver
beteren en onberispelijk te bandelen.
De rechtvaardigheid is de wereld niet uit, zooals
sommigen zeggen, maar de rechtvaardigen zjjn dun
gezaaiden dan wie rechtvaardig iswordt niet
zelden geacht als een wolf in de schaapskooi.
Men moet in de wereld niet altijd alleen rekening
houden met wat men wensebt, maar ook met wat
geschieden moet. Yele ontevredenen van onze dagen
zonden anders sprekenindien zij zich niet lieten
verleiden een toestand te eiscben, die, voorshands
althans onbereikbaar is. En waar men meent, dat
zij, die daarover beschikken kunnen een verkeerden
weg inslaan, daar is het een slecht middel tot ver
betering bet werk eenvoudig aftekeuren en hendie
het deden te verachten. Men geve liever wat beters
aan de band en bewijze, dat men alleen wil afbre
ken ora iets dnurzamers in de plaats te stellen.
Zoolang dit niet geschiedtzijn de klagers over