No. 66 Zaterdag 16 Augustus 1884. 7e Jaargang. n n n Dit blad verschijnt iederen Woensdag en Zaterdag. De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommers zijn a 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIES vóór Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 unr te bezorgen bij den uitgever J. A. ROSS, Goes. Oplaag 1500 Exemplaren. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen worden geplaatst tegen 5 cent en Advertentiën tegen 6 cent per regel Groote Letters en Afbeeld, naarplaatsruimte. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiëu, als: Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prijs van 25 cents. Staatsspoor Vlissingen Breda. Zomerdienst Van Breda naar Vlissingen. (20 Mei 1S8A.) Van Vlissingen naar Breda. Breda V.l 6,30 9,20 10,15 11, 8 2, 9 2,40 6,31 8, 5 8,13 7,10 Vlisv (hav')V* Vll8S (stad.) 7,20 Prinsenhage 6,36 9,26 a ii 7,16 5,50 6,50 9,30 2, 7 5,10 7,20 Licshosch |6,42|9,32 11,18 2,20 n ,i ii n 7,22 Middelburg 5,59 7,— 7,29 9,40 2,18 2,25 5,25 7,32 Etten-Leur 6,4919,39 11,25 2,28 n ii ii li 7,29 Arnumniden 6, 6 n n 9,47 5.38 7,39 Hoeven 6,56 9,46 n ii ii ii 7,36 's-H. Arendsk, 6,20 ii 10,— 2,38 5,49 7,54 Sepps 7, 6 9.56 n 2,41 ii ii 7,46 Goes 6,28 7,23 n 10, 9 2.47 6,— 8, 3 Roosendaal y' 7,15 10,5 10,40 11,41 2,52 3, 4 6,56 8,30 8,38 7,55 Bieselinge 6,39 li 10,17 2,55 6,13 8,16 7,28 10,51 11,53 2,58 7,20 8,44 8,52 Vlake 6,46 7,35 ii 10,24 3, 2 6,21 8,23 Wouw 7,40 11, 1 12, 3 3,10 9, 2 Krnininge 6,51 a V 10,29 3, 7 6,27 8,28 Bergen op Zoom 7,49 11,13 12,14 3,26 7,38 9,12 Krabbendijke 7, 1 n 10,39 3.17 6,38 8,38 Woensdrecht 7,58 n 12,23 3,38 a n 9,21 Rilland-Bath 7, 8 10,45 3,23 6,45 8,44 Rilland-Bnth 8,11 12,36 3,53 V 9,34 Woensdreclit 7,22 10,58 3,36 7 9, 3 Krabbendijkc 8,17 11,36 12,42 4,— li 9,40 Bergen op Z. 7,32 8, 9 11, 9 3,47 7,14 9,15 Krnininge 8,27 11,45 12,52 4.15 9,50 Wonw 7,44 a t, 11,21 3,59 7.28 9,26 Vlake 8,33 11,50 12,57 4,21 li 9,55 Roosendaal y' 7,54 8,23 8,40 11,31 4, 9 7,38 9,36 Bieselinge 8,43 1, 8 4,32 10, 2 8,— 8,46 9,15 11.43 11,51 4,14 4,45 8,— 8,20 9,48 Goes 8,52 12, 3 1,17 4,43 8,20 10,10 Seppe a 9,25 a 4,24 H 8.30 a 's-Hecr Arendsk. 9,— 12,11 1,25 4,53 10,18 Hoeven 9,31 J» 8,36 a Araemuiden 9,13 w 1,40 5, 9 10,31 Etten-Leur 8,20 a 9,42 12, 9 4,37 II 8,46 10, 8 Middelburg 9,21 12,28 1,50 5,20 S,50 9,52 10,38 Liesbosch a 9,49 ii V 4,44 II n 8 53 n Vlïssins (stad) A. (haven.) 9,30 12,37 2,— 10,4S Prinsenhage 9,55 u n h ii 8,59 r 5,30 9,— 10,— Breda A. 8,32 9,12 10,— 12, 7 12,21 4,53 5,10 8,25 9, 5 10.20 li A A E V E X. De menschen zijn met niets zoo mild, als met hunne raadgevingen. Wieu ge geen enkelen cent uit den zak kunt kloppen, zal u om niet zooveel raad geven, als ge maar wilt; ja zelfs zijn er, die hoe vasthoudend ook, er wel een dubbeltje voor geven zouden, als ze dezen of dien eens raad geven mochten. In dit opzicht zijn de meeste menschen kwakzal vers. Als ze de remedie al niet aanbieden, dan heb ben zo die toch op de eerste aanvraag bij de hand. Eu mogen ze al niet bewerendat hnn recept voor alle kwalen goed is, voor die kwaal, waarvoor ze het voorschrift geven, kan bet niet anders dan uit muntend zjjn. 't. Is bij velen een soort van goedhartigheidom als ze iemand ontmoetendie een twjjfelachtig geval stelt, aanstonds te zeggen: „ik zou je raden." Ze wachten niet, tot er gevraagd wordt en al hebben ze negen-en-uegentig malen eenen raad gegeveudie niet opgevolgd werdvoor de honderdste maal zjjn ze al weder gereed. Het laat zich gemakljjk begrijpen, dat juist die bereidvaardigheid, die haast, om ia alle zakeu raad te gevenveelal de oorzaak isdat er menigen 011- bekookten raad gegeven wordt. Men zou zoo zeggen dat het al heele wijze menschen moeten zjjudie ten allen tjjde met hun advies gereed zjjn. Die vraagt, heeft dikwjjls lang vergeefs gepeinsd en gezocht, gaat eindeljjk bjj een ander aankloppen en het is maar een zeldzaam gevaldat deze tijd vraagt tot nadenkenmeestal is hjj op staandea voet met zijn inzicht en gevoelen gereed. Er zjju er ookdie nooit raad willen geven en u afschepen met eeu droog: „ja, dat dien je zelf to weten"; dat is luiheidom over meer dingen nate- denken, dan men in eigen hoofd overwegen moet, dat is trotschheiddie er niet voor uitkomen wil, dat hjj geen raad weet, dat is de angst, om door het zoogenaamd inmengen iu de zaken van anderen zelf in moeieljjkheid te komeumaar in ieder geval is het eeue onheuschkeiddie van weinig belang stelling in het lot van don naaste getuigt. Somwjjlen is eene weigeriug te verschoouon. Wan neer men namelijk met hen te doen heeft, die naar den bekenden weg vragen of eenvoudig rechts gaan, als ge hen links gewezen hebt. Men kan het moede wordenom dezen voortelichtenals ze meermalen gutoond hebben, slechts voor de leus te vragen of eiken raad aftewjjzendie niet in hun smaak valt. 't Is wel niet te prjjzen, als men in die gevallen weigertmaar 't is wel te begrjjpendat de lust dan vergaat zjjne woorden te verspillen. 't Kan ook goed zjju tot ontwikkeling van die krach ten die in den mensch blijven sluimeren wanneer hjj altjjd anderen gereed vindt voor hem te denken en zijn gang te besturen. De brave Hendrik, die geen koekje zou durven aannemenals hjj niet eerst aan moeder gevraagd heeft, of hjj het gerust doen ban; die naderhand een jongeling wordt, wiens oogen al naar een raadgever draaien, voor hjj nog recht weet, wat hem gevraagd worden zal, loopt groot gevaar later een gansch onzelfstandig mensch te wordendie geheel aan de luimen en gedachten van anderen overgegeven is, en het is wel goed, als hjj eens met de handen iu liet haar zit, omdat hjj niet Weet van wien raad te vragen, want dan is hjj wel gedwongen zjjn verstand te scherpen en te maken, dat hjj weet, wat hjj doet. Maar laat ons aan den anderen kant ook niet ver geten, dat er iets aangenaams in gelegen is, raad te kunnen geven vooral wanneer wij te doen hebben met henwier bekrompen verstand misschien voor alles stil staat, of dié onder den soms overstelpenden in druk der omstandigheden niet bjj machte zjjn een goed en heraden besluit te nemen. De menschen den ken doorgaans, dat ze hun verstand slechts voor eigen gebruik hebben en dat het niemand schelen ban, of ze er veel of weinig van bezitten, veel of weinig tot ontwikkeling daarvan doeu. Maar dat is eene van die dwalingendie de maatschappij veel goeds onthoudt en menigeen, die veel goed zou kun nen doen, gelijk maakt aan een stokvischdie in een pakhuis ligt uittedrogen. Al kunnen wjj niet alleen kunsten of wetenschap pen leeren, die wjj naderhand weder aan anderen mededeelen, in de levensschool is voor allen gratis een schat van wjjsheid te verkrjjgen, die men als de

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1884 | | pagina 1