Het cijfer der deelnemers in begrafenisfondsen is
inderdaad eerbiedwaardig. Maar 'tis of men ook
nooit zich over een gnnstig teeken Terblijden kan
nu 'zijn -er weer die bewerendat de zoo prijzens
waardige voorzorg maar al te veel aanleiding tot
zorgeloosheid geeft.
Hoe dat kan 't Is immers tegenstrijdig. Laat ons
bevoegden hooren.
In een blad, dat "uitsluitend over verzekerings
fondsen handelt, las ik: „in den laatsten tijd heeft
de vraag of begrafenisfondsendie tegen geringe bij
dragen eene betrekkelijk niet onbelangrijke uitkeering
doen bij overlijden, niet misschien ongnustigen in
vloed hebben op de zorg voor het leven van kleine
kinderen, van meer dan eeue zijde de aandacht ge
trokken."
Verder toont een bevoegd beoordeelaar uit ruime
en langdurige ervaring, op zeer ovortuigendo wijze
aan, hoeveel gevaar er is, dat de begrafenisfondsen,
zoo daartegen niet gewaakt wordttot zorgeloosheid
leiden en aan het sterven van kinderen gevolgen
verbinden, die aan sommige ouders maar al te wel
kom zjjn.
Als wjj het zoo lezen, kunnen wij nauwelijks onze
oogen gelooven en zouden meenen, dat hier eene
misdadige handeling ondersteld wordt, waartoe men
ouders niet in staat zou rekenen. Maar als wij ge
wezen worden op feitendie minstens bewijzendat
de nauwlettende zorg verwaarloosd wordt, omdat men
zich troost met de gedachte, dat bij mogelijk over-
lijdon der kinderen eene hulp wordt verleenddie de
smart kan vergoeden, dan moeten wij het wol ge
looven en knnnen het slechts betreurendat do voor
zorg, die schijnbaar zoo prijzenswaardig is, slechts
de aanleiding wordt tot eene zorgeloosheid, die niet
alleen afkeuringmaar verachting verdient.
Maar er is meer.
Waar wij geneigd zijn met verontwaardiging zelfs,
de beschuldiging aftewijzendat men iu de heiligste
plichten zorgeloos is, om van een schijubaar voor
treffelijke voorzorg partij te trekken, daar worden wij
gewezen op het kolossale cijfer der kindersterfte,
vooral van kindereu beneden het jaar.
Voor er aan begrafenisfondsen gedacht werdhad
men reeds opgemerkt, dat het aantal der kinderen,
die, vóór zij het eerste levensjaar voleindigd hebben
weder van het werehltooneel verdwijnen, zeer groot was.
Onder de oorzaken daarvan werd steeds opgegeven de ver
keerde behandeling doorj onverstandige ouders. Maar
neemt men in aanmerkingdat het aantal steeds toene
mende isdan wordt men wel geneigd to -gelooven
dat niet alleen onverstand, maar opzettelijke zorge
loosheid hier in het spel zijn.
Het is daarom goed, dat de aandacht daarop ge
vestigd worde en dat ieder wetedat er scherp wordt
toegezien op hen, die zich tegen mogelijke verliezen
gedekt hebben en daarom dan ook tegen zulke ver
liezen minder opzien.
Wij schrijven het een en ander niet om heilzame
instellingen tegentewerken of van de deelneming af-
teschrikkenmaarnu wij in het openbaar vermeld
vonden wat die instellingen als onzedelijk zouden
kunnen kenmerkenmeenden wjj ervan te moeten
spreken, opdat de algemeene aandacht op hot ver
melde feit gevestigd zij.
Gaarne sporen wjj aan tot gepaste voorzorgendie
in droeve oogenblikkeu weldadige vruchten afwerpen,
maar nauwelijks behoeven wij te zeggen, dat wij
evenzeer aandringen op het aanwenden van die zor
genwelkevoor zoover dit van monschelijke hande
lingen afhangt, de voorzorg overtollig maken.
Want hoe verschillend de zorgen mogen zijn, die
in onderscheiden leeftijd voor de kinderen gevorderd
worden, ook die uitsluitend lichamelijke, welke aan
den eersten leeftijd verbonden zijn, vragen eene ge
trouwe en ijverige behartiging. Zij mogen veel in
spanning on opoffering kostenzij brengen voor het
welgeplaatste hart hare belooning met zicb, als bet
kind zicb gelukkig mag ontwikkelen.
En wie in die zorgen niet te kort kwam, wordt
bewaard voor het zelfverwijtdat pijnigend zijn moet
voor hendie het kwijnen en verdwijnen hunner
jonge kinderen aan achteloosheid moeten wijten.
Geen geldelijke voordeelen kunnen de smart van een
knagend geweten wegnemen en de winstdie men
daarmede meent verkregen te hebben, wordt dan de
grootste en onherstelbare schade.
NEDERLAND.
Nederland heeft weer een Ministeriedat bestaat
uit het vorige, met verauderirg van éeu persoon als
Minister van Koloniën.
Ten gevolge van velerlei klachtenniet alleen van
de landbouwers, maar ook van de zjjde der verbrui
kers dat melk of boterin de warme dagen des jaars
vervoerdin de gewone goederenwagens geweldig lijdt
heeft de kon. spoorwegmaatschappij te Bromberg een
aantal wagens tot botervervoer laten maken en in hare
treinen plaats gegeven. Door deze wagens is mogelijk
geworden, dat grootere, nan de Oostbaan gelegen
stedenzooals BerlijnKüstrin en Koningsbergen
die tot beden slechts uit de naaste omgeving bediend
konden wordenuit verder afgelegen vruchtbare stre
ken goede melk en boter kunnen trekken. Daarmee
gaat uit den aard der zaak, ten gevolge van meer
nanvrang, een prijsverbetering hand aan band.
ALLERLEI.
Een Engelschman is op den zonderlingen inval
gekomen een ameublement te laten vervaardigen geheel
van krislal. Stoelen, tafels, kasten ja zelfs zijn ledi
kant is van kristal en zeer smaakvol geslepen. Dat
zulk een ameublement in prijs niet zal onderdoen voor
een van het fijnste hout behoeft geen betoog.
In Gr. Peisheim bij Landsberg in Oost-Prnisen
leeft, volgens de I'r. Sckulbl.een echt onderwijzers-
geslacht. De familie Bittihu bekleedt aldaar sedert 1630
't ambt van onderwijzer. Onafgebroken is de zoon
steeds den vader opgevolgdde tegeuwooidige titularis
heeft reeds 41 dienstjaren en kan, daar hij 62 jaar
oud is en een sterk gestel heeft, zeer gemakkelijk t
feest van 50-jarigo auibtsbekleeding vieren. Dat hjj
dit doen zalis hoogst waarschijnlijkwant bet is
ook iets zeer eigenaardigs van do heeron Bittihndak
zij tot nog toe allen bun 50-jarig ambtsjubilc zoowel
als hun gouden bruiloft hebben gevierd.
De Parijsche politie heeft bet in don laatston tijd
voortdurend te kwaad met de melkboeren, die hun
waar schandelijk vervalscken en zich daarvan maar
niet laten afbrengen. Vroeger wieschen zij hun melk
op bet plein bij het station des Batignollesmaar
sedert de politie liet bun daar belet, hebben zij een
schuilplaats gezocht in het buis van eenige „welwil
lende" lieden, waar zij in bet geheim hun waar met
water vervalscben.
Zij zijn echter ook daar niet veilig voor de politie